13
12
TOEPASSING
Beladen van de onderkorf
■ De onderkorf kan – net als de bovenkorf –
helemaal uitgetrokken worden door eerst
de deur geheel te openen.
■ Plaats soep-, platte en dessertborden,
pannen, deksels en schotels in de onderkorf.
■ Borden met de bovenkant naar voren, of
naar het midden, plaatsen. Zorg ervoor dat
er altijd ruimte tussen de borden overblijft,
zodat het water er vrij langs kan stromen.
■ Kommen en pannen met de opening naar
beneden plaatsen.
Bestekmandje
■ Het bestekmandje is geschikt voor elk type
bestek.
■ In het bestekmandje worden messen,
vorken en lepels, met het heft naar
beneden, geplaatst. Controleer altijd of de
sproeiarmen vrij kunnen draaien.
Korven
De vaatwasmachine heeft een capaciteit van
twaalf couverts. Het onderste rek is bestemd
voor vaat die extra vuil is. Het bovenste rek is
bestemd voor kleine en middelgrote vaat,
zoals glazen, kleine bordjes, koffie- en
theekopjes en lage schalen.
Hoogte-instelling bovenkorf
De bovenkorf kan op twee verschillende
hoogten geplaatst worden, afhankelijk van de
hoogte van het vaatwerk.
■ Trek de korf helemaal naar voren en klap
de afdekkapjes aan de linker- en
rechterzijde naar buiten (zie fig. 7).
Verwijder de korf.
Plaats het andere stel wieltjes in de rails
(zie fig. 8). Duw de korf weer in de machine
en klap de afdekkapjes terug.
fig. 7
fig. 8
Bovenkorf in hoge positie
■ In deze stand is de korf geschikt voor klein
en middelgroot vaatwerk, zoals glazen,
kleine bordjes, kopjes, kommetjes en lichte
plastic voorwerpen die tegen hitte bestand
zijn.
Bovenkorf in lage positie
■ In deze stand is de korf geschikt voor (niet
al te vuile) grote borden.
Beladen van de bovenkorf
■ Borden met de bovenkant naar voren
plaatsen.
■ Kopjes en bakjes met de opening naar
beneden plaatsen.
■ Aan de linkerkant van de korf kunt u – op
twee niveaus – kopjes en glazen plaatsen.
U kunt de bovenste afdruiprekjes omhoog
klappen.
TOEPASSING