9
8
ONDERHOUD
Reinigen
Dagelijkse reiniging
Reinig de glasplaat steeds na gebruik. U kunt
hiervoor een mild reinigingsmiddel,
bijvoorbeeld afwasmiddel, gebruiken.
Hardnekkige vlekken (waterkringen,
kalkresten, metaalsporen)
Ook hardnekkige vlekken zijn met een mild
reinigingsmiddel, bijvoorbeeld afwasmiddel, te
verwijderen.
Verwijder waterkringen en kalkresten met
schoonmaakazijn.
Metaalsporen (ontstaan door schuiven van
pannen) zijn vaak lastig te verwijderen.
Hiervoor zijn speciale middelen verkrijgbaar in
de handel.
Overgekookte voedselresten verwijderen met
een glasschraper. Ook gesmolten kunststof en
suiker kunt u verwijderen met een
glasschraper.
Nooit gebruiken
Schuurmiddelen mag u nooit gebruiken. Deze
veroorzaken krasjes waarin zich kalk en vuil
ophopen.
Gebruik ook nooit scherpe voorwerpen, zoals
staalwol en schuursponsjes.
Tip
Schakel, voordat u met schoonmaken begint
eerst het (kinder)slot in.
Kookstanden
Stand 1 - 3
- trekken van bouillon
- vlees stoven
- doorkoken van gerechten
Stand 3 - 5
- doorkoken van grote hoeveelheden
- ontdooien van harde groenten, bijvoorbeeld
sperziebonen
Stand 6
- bakken van dikke pannenkoeken
- bakken van dik, gepaneerd vlees
- gaar bakken van dun vlees
- doorbraden van groot vlees
- uitbakken van blokjes spek of bacon
- bakken van rauwe aardappelen
- bakken van wentelteefjes
- bakken van dun, gepaneerd vlees
Stand 7 - 9
- aanbraden van vlees
- bakken van gare aardappelen
- frituren (afhankelijk van de temperatuur en
de hoeveelheid)
Stand 9
- snel aan de kook brengen
- slinken van bladgroenten
- bakken van biefstuk (saignant, rood)
Opmerking
De tabel is uitsluitend bedoeld als leidraad,
omdat de juiste stand afhankelijk is van de
hoeveelheid, samenstelling van het gerecht en
de pan.
KOOKAANWIJZINGEN