■ Wees steeds oplettend
Hou uw werk in het oog. Ga verstandig te
werk. Gebruik de compressor niet als u er
niet met uw aandacht bij bent.
■ Controleer uw compressor op
beschadigingen
Voordat u de compressor verder gebruikt
dient u de veiligheidsinrichtingen of licht
beschadigde onderdelen zorgvuldig op hun
perfecte en reglementaire werkwijze te
controleren. Controleer of de beweeglijke
onderdelen naar behoren functioneren en
niet klem zitten alsook of onderdelen
beschadigd zijn. Alle onderdelen moeten
naar behoren gemonteerd zijn om de
veiligheid van het toestel te verzekeren.
Beschadigde veiligheidsinrichtingen en
onderdelen dienen deskundig door een
erkende vakwerkplaats te worden hersteld
of vervangen tenzij in deze handleiding
anders vermeld. Beschadigde schakelaars
dienen door een klantendienst-werkplaats
te worden vervangen. Gebruik geen
gereedschappen waarvan de schakelaar
niet kan worden in- of uitgeschakeld.
■ Let op!
Voor uw eigen veiligheid gebruik enkel
accessoires en bijkomende toestellen die
vermeld staan in de gebruiksaanwijzing of
door de fabrikant worden aanbevolen of
opgegeven. Het gebruik van andere
inzetgereedschappen of accessoires dan
vermeld in de gebruiksaanwijzing of in de
catalogus kan een gevaar betekenen
persoonlijk verwondingen op te lopen.
■ Herstellingen alleen door een
elektrovakman
Herstellingen mogen enkel door een
elektrovakman worden verricht, anders
kunnen zich ongelukken voor de gebruiker
voordoen.
■ Geluid
Bij gebruik van de compressor
gehoorbeschermer dragen.
■ Vervangen van de aansluitkabel
Wordt de aansluitkabel beschadigd, dient
die door de fabrikant of door een
elektrovakman te worden vervangen om
gevaren te voorkomen. Gevaar door
elektrische schokken!
■ Vullen van banden
Controleer de bandenspanning onmiddellijk
na het vullen door een geijkte manometer,
b.v. bij een pompstation.
■ Op wegen verplaatsbare compressoren
bij gebruik op werven
Zorg ervoor dat alle slangleidingen en
fittings geschikt zijn voor de maximaal
toegestane werkdruk van de compressor.
■ Opstelplaats
Stel de compressor alleen op een effen
oppervlak op.
■ Zorg ervoor dat alle gebruikte
persluchtslangen en fittings geschikt zijn om
met de maximale druk van de compressor
te werken.
■ Het is aan te raden bij drukken boven de 7
bar een slang met een veiligheidskabel te
gebruiken.
2.2 Veiligheidsvoorschriften voor het
werken met perslucht en
uitblaaspistolen
■ Compressiepomp en leidingen bereiken
tijdens de werking van de compressor hoge
temperaturen. Aanraken heeft
brandwonden tot gevolg.
■ De door de compressor aangezogen lucht
dient vrij van bijmengsels te worden
gehouden die in de compressiepomp
kunnen leiden tot brand of explosies.
■ Pak bij het losmaken van de slangkoppeling
de koppeling van de slang met de hand
vast. Zodoende vermijdt u verwondingen
door de terugspringende slang.
■ Als u met de uitblaaspistool werkt dient u
een veiligheidsbril te dragen. Door vreemde
voorwerpen en weggeblazen deeltjes
kunnen gemakkelijk verwondingen worden
veroorzaakt.
■ Met de uitblaaspistool niet tegen personen
blazen of kleding op het lichaam reinigen.
Lichamelijk gevaar!
2.3 Veiligheidsvoorschriften voor het
verfspuiten
■ Geen lakken of oplosmiddelen met een
vlampunt van minder dan 75° C verwerken.
Ontploffingsgevaar!
■ Lakken en oplosmiddelen niet verwarmen.
22
NL/
BE