3 Registreren
Alleen vereist als de slimme stekker
afzonderlijk is aangeschaft (niet als
deel van een bundel).
4 Bevestig het installatiegebied
Lees de informatie in dit document om
te bevestigen dat het gewenste
gebruiksgebied geschikt is voor een
juiste werking.
Aansluiten
Steek de slimme stekker (
Opmerking:
R Druk op M
N om de stroom die aan het
stopcontact van de slimme stekker wordt
geleverd, in of uit te schakelen.
R Wanneer een apparaat met een grote
netstroomstekker wordt aangesloten,
moet u een kort verlengsnoer gebruiken
zodat de netstroomstekker de
LED-indicator/M
N niet blokkeert.
Opmerking over aansluitingen
R De slimme stekker moet worden
aangesloten op een verticaal of op de
vloer aangebracht stopcontact. Sluit de
slimme stekker niet aan op een
stopcontact in het plafond, omdat de
slimme stekker door zijn gewicht uit het
contact kan worden getrokken.
R Als het elektrische apparaat dat op de
slimme stekker is aangesloten, meer
dan 10 A stroom of 2.300 W vermogen
verbruikt, wordt de slimme stekker
automatisch uitgeschakeld.
R De slimme stekker wordt in geval van
een stroomstoring mogelijk niet
automatisch ingeschakeld nadat de
stroom is hersteld. Sluit daarom geen
koelkasten aan op de slimme stekker of
andere apparaten waaraan continu
stroom moet worden geleverd.
R Controleer na aansluiting van een
elektrisch apparaat op de slimme
stekker of de slimme stekker stevig is
aangesloten op het stopcontact.
9
Instellen