■ De volgende soorten batterijen moet u beslist niet gebruiken:
■ Alle heroplaadbare batterijen moeten met het daartoe voorgeschreven laadapparaat, altijd gelijktijdig en volledig
worden opgeladen. Lees vooral de bij de batterij en het laadapparaat geleverde handleiding.
■ Verkeerd gebruik van batterijen kan tot gevolg hebben dat de batterijen gaan lekken, warmte ontwikkelen en/of
schade veroorzaken. Transpiratie, vettigheid, enzovoort kunnen verhinderen dat de batterijcontacten goed elektrisch
contact maken. Om dat te voorkomen, wrijft u beide contacten goed schoon voordat u de batterijen met de juiste
polariteit (+ / –) in de flitser zet.
■ Bij lagere temperaturen kan bij batterijen tijdelijk capaciteitsverlies optreden. Probeer, als u bij koud weer foto-
grafeert, de flitser en de batterijen warm te houden, bijvoorbeeld door ze tussen uw kleding mee te dragen.
■ Weggelekte batterijvloeistof die op uw kleding of huid terecht komt, kan huidirritatie veroorzaken. Spoel uw huid of
kleding onmiddellijk met schoon water.
■ Batterijvloeistof die in uw ogen terecht komt kan blindheid veroorzaken. Wrijf niet in uw ogen, maar spoel ze met schoon
water en roep onmiddellijk de hulp van een arts in.
■ Stel batterijen niet bloot aan zware schokken en gooi er ook niet mee.
■ Gaat u op reis, dan is het een goed idee om reservebatterijen mee te nemen. In sommige landen zijn bepaalde typen
batterijen moeilijk verkrijgbaar.
■ Dompel batterijen niet onder in water en stel ze ook niet bloot aan vocht, met inbegrip van regen, zeewater en
dierlijke urine.
■ Transpiratie, vettigheid, enzovoort kunnen verhinderen dat de batterijcontacten goed elektrisch contact maken. Om
dat te voorkomen, wrijft u beide contacten goed schoon voordat u de batterijen in de flitser zet.
■ Gooi batterijen niet in open vuur en probeer ook niet ze te verhitten.
6 NL
Batterijen waarvan
de mantel (isolatie)
losgelaten of verwij-
derd is (ook
al is de batterij splin-
ternieuw).
Batterijen waarvan het
mincontact enigszins
opgezwollen is en niet
afgedekt is door de
isolatiemantel.
Batterijen met een
vlak mincontact
(al of niet afgedekt door
de isolatiemantel).
