61570
64
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/77
Next page
Gebruikershandleiding
Nokia 7100 Supernova
9212388
Uitgave 1
CONFORMITEITSVERKLARING
Hierbij verklaart NOKIA CORPORATION dat het
product RM-438 in overeenstemming is met de
essentiële eisen en andere relevante bepalingen
van richtlijn 1999/5/EG. Een exemplaar van de
conformiteitsverklaring kunt u vinden op de volgende website: http://
www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/.
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
Nokia, Nokia Connecting People en Navi zijn handelsmerken of gedeponeerde
handelsmerken van Nokia Corporation. De Nokia-tune is een geluidsmerk van
Nokia Corporation. Namen van andere producten en bedrijven kunnen
handelsmerken of handelsnamen van de respectievelijke eigenaren zijn.
Reproductie, overdracht, distributie of opslag van dit document of een
gedeelte ervan in enige vorm zonder voorafgaande schriftelijke toestemming
van Nokia is verboden.
US Patent No 5818437 and other pending patents. T9 text input software
Copyright © 1997-2008. Tegic Communications, Inc. All rights reserved.
Includes RSA BSAFE cryptographic or security protocol software from
RSA Security.
Java is a trademark of Sun Microsystems, Inc.
This product is licensed under the MPEG-4 Visual Patent Portfolio License (i) for
personal and noncommercial use in connection with information which has
been encoded in compliance with the MPEG-4 Visual Standard by a consumer
engaged in a personal and noncommercial activity and (ii) for use in
connection with MPEG-4 video provided by a licensed video provider. No
license is granted or shall be implied for any other use. Additional information,
including that related to promotional, internal, and commercial uses, may be
obtained from MPEG LA, LLC. See http://www.mpegla.com
Dit product is gelicentieerd onder de MPEG-4 Visual Patent Portfolio-licentie (i)
voor privé- en niet-commercieel gebruik in verband met informatie die is
gecodeerd volgens de visuele norm MPEG-4, door een consument in het kader
van een privé- en niet-commerciële activiteit, en (ii) voor gebruik in verband
met MPEG-4-videomateriaal dat door een gelicentieerde videoaanbieder is
verstrekt. Voor ieder ander gebruik is of wordt expliciet noch impliciet een
licentie verstrekt. Aanvullende informatie, waaronder informatie over het
gebruik voor promotionele doeleinden, intern gebruik en commercieel
gebruik, is verkrijgbaar bij MPEG LA, LLC. Zie http://www.mpegla.com.
Nokia voert een beleid dat gericht is op voortdurende ontwikkeling. Nokia
behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen
en verbeteringen aan te brengen in de producten die in dit document worden
beschreven.
VOOR ZOVER MAXIMAAL TOEGESTAAN OP GROND VAN HET TOEPASSELIJKE RECHT,
ZAL NOKIA OF EEN VAN HAAR LICENTIEHOUDERS ONDER GEEN OMSTANDIGHEID
AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR ENIG VERLIES VAN GEGEVENS OF INKOMSTEN OF VOOR
ENIGE BIJZONDERE, INCIDENTELE OF INDIRECTE SCHADE OF GEVOLGSCHADE VAN
WELKE OORZAAK DAN OOK.
DE INHOUD VAN DIT DOCUMENT WORDT ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE
VERSTREKT. TENZIJ VEREIST KRACHTENS HET TOEPASSELIJKE RECHT, WORDT GEEN
ENKELE GARANTIE GEGEVEN BETREFFENDE DE NAUWKEURIGHEID,
BETROUWBAARHEID OF INHOUD VAN DIT DOCUMENT, HETZIJ UITDRUKKELIJK
HETZIJ IMPLICIET, DAARONDER MEDE BEGREPEN MAAR NIET BEPERKT TOT
IMPLICIETE GARANTIES BETREFFENDE DE VERKOOPBAARHEID EN DE GESCHIKTHEID
VOOR EEN BEPAALD DOEL. NOKIA BEHOUDT ZICH TE ALLEN TIJDE HET RECHT VOOR
ZONDER VOORAFGAANDE KENNISGEVING DIT DOCUMENT TE WIJZIGEN OF TE
HERROEPEN.
De beschikbaarheid van bepaalde producten, toepassingen en diensten voor
deze producten kan per regio verschillen. Neem contact op met uw Nokia-
dealer voor details en de beschikbaarheid van taalopties.
Exportbepalingen
Dit apparaat bevat mogelijk onderdelen, technologie of software die
onderhevig zijn aan wet- en regelgeving betreffende export van de VS en
andere landen. Ontwijking in strijd met de wetgeving is verboden.
Toepassingen van derden die bij uw apparaat worden geleverd, kunnen zijn
gemaakt door en in eigendom zijn van personen en entiteiten die geen relatie
of verband met Nokia hebben. Nokia beschikt niet over de auteursrechten of
de intellectuele eigendomsrechten op deze toepassingen van derden. Als
zodanig draagt Nokia geen verantwoordelijkheid voor de ondersteuning voor
eindgebruikers of de functionaliteit van deze toepassingen of de informatie
in deze toepassingen of het materiaal. Nokia biedt geen garantie voor deze
toepassingen van derden. MET HET GEBRUIK VAN DE TOEPASSINGEN ACCEPTEERT
U DAT DE TOEPASSINGEN WORDEN GELEVERD ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE,
HETZIJ UITDRUKKELIJK HETZIJ IMPLICIET, VOOR ZOVER MAXIMAAL IS TOEGESTAAN
OP GROND VAN HET TOEPASSELIJKE RECHT. U ACCEPTEERT TEVENS DAT NOCH
NOKIA NOCH GELIEERDE PARTIJEN VERKLARINGEN DOEN OF GARANTIES
VERSTREKKEN, UITDRUKKELIJK OF IMPLICIET, MET INBEGRIP VAN (MAAR NIET
BEPERKT TOT) GARANTIES BETREFFENDE TITEL, VERKOOPBAARHEID,
GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL OF DAT DE TOEPASSINGEN GEEN INBREUK
MAKEN OP OCTROOIEN, AUTEURSRECHTEN, HANDELSMERKEN OF ANDERE RECHTEN
VAN DERDEN.
9212388/Uitgave 1
Inhoudsopgave
Veiligheid...............10
1. Algemene
informatie..............12
Over dit apparaat............12
Netwerkdiensten............13
Gedeeld geheugen..........14
Toegangscodes...............15
Nokia-ondersteuning
..........................................16
2. Aan de slag.........17
SIM-kaart en batterij
installeren........................17
De SIM-kaart
verwijderen.....................18
De batterij opladen.........18
Antenne............................19
Hoofdtelefoon.................19
Magneten en
magnetische velden
..........................................20
Toetsen en onderdelen
..........................................21
De telefoon in- en
uitschakelen....................23
Standby-modus ..............23
Toetsenslot......................24
Functies zonder een SIM-
kaart.................................24
Toepassingen die op de
achtergrond worden
uitgevoerd.......................25
3. Oproepen............25
Oproepen plaatsen en
beantwoorden................25
Luidspreker......................25
Snelkeuzetoetsen............26
4. Tekst invoeren
................................27
Tekstmodi........................27
Gewone tekstinvoer
..........................................28
Tekstinvoer met
woordenboek..................28
5. Door de menu's
navigeren...............29
6. Berichten............30
Tekst- en
multimediaberichten
..........................................30
Tekstberichten..............30
Multimediaberichten
.......................................31
Een tekst- of
multimediabericht
maken...........................32
E-mail...............................33
Instelwizard voor e-
mail................................33
E-mailberichten
schrijven en verzenden
.......................................34
E-mail downloaden
.......................................34
Flitsberichten...................35
Nokia Xpress-
audioberichten................35
Chatten.............................35
Spraakberichten..............36
Berichtinstellingen.........36
7. Contacten............37
8. Oproeplog ..........39
9. Instellingen........40
Profielen..........................40
Tonen...............................40
Scherm.............................41
Datum en tijd..................41
Snelkoppelingen.............41
Synchronisatie en
reservekopieën...............42
Connectiviteit..................42
Draadloze Bluetooth-
technologie...................43
Packet-gegevens..........45
Telefooninstellingen
voor oproepen.................46
Toebehoren.....................46
Configuratie.....................47
Fabrieksinstellingen
terugzetten......................48
Inhoudsopgave
10. Operatormenu
................................48
11. Galerij...............49
12. Media................50
Camera en video.............50
FM-radio...........................51
Recorder...........................52
Muziekspeler...................52
13. Toepassingen
................................54
14. Organiser..........55
Wekker.............................55
Agenda en takenlijst
..........................................56
15. Web ..................56
Verbinding maken met
een webservice...............57
16. SIM-diensten
................................57
Toebehoren............59
Batterij...................59
Informatie over de
batterij en de lader.........59
Controleren van de
echtheid van Nokia-
batterijen.........................62
De echtheid van het
hologram controleren
.......................................63
Wat als de batterij niet
origineel is?..................63
Behandeling en
onderhoud..............64
Verwijdering....................66
Aanvullende
veiligheidsinformat
ie.............................67
Kleine kinderen...............67
Gebruiksomgeving..........67
Medische apparatuur
..........................................68
Inhoudsopgave
Geïmplanteerde
medische apparatuur
.......................................69
Gehoorapparaten.........70
Voertuigen.......................70
Explosiegevaarlijke
omgevingen....................72
Alarmnummer kiezen
..........................................72
INFORMATIE OVER
CERTIFICATIE (SAR)...........74
Index......................76
Inhoudsopgave
Veiligheid
Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de
richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn. Lees de
volledige gebruikershandleiding voor meer informatie.
SCHAKEL HET APPARAAT ALLEEN IN ALS HET
VEILIG IS
Schakel het apparaat niet in als het gebruik van
mobiele telefoon verboden is of als dit storing
of gevaar zou kunnen opleveren.
VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG
Houdt u aan de lokale wetgeving. Houd tijdens
het rijden uw handen vrij om uw voertuig te
besturen. De verkeersveiligheid dient uw eerste
prioriteit te hebben terwijl u rijdt.
STORING
Alle draadloze apparaten kunnen gevoelig zijn
voor storing. Dit kan de werking van het
apparaat negatief beïnvloeden.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN GEBIEDEN
WAARBINNEN EEN GEBRUIKSVERBOD GELDT
Houd u aan alle mogelijke beperkende
maatregelen. Schakel het apparaat uit in
vliegtuigen en in de nabijheid van medische
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.10
apparatuur, brandstof, chemicaliën of gebieden
waar explosieven worden gebruikt.
DESKUNDIG ONDERHOUD
Dit product mag alleen door deskundigen
worden geïnstalleerd of gerepareerd.
TOEBEHOREN EN BATTERIJEN
Gebruik alleen goedgekeurde toebehoren en
batterijen. Sluit geen incompatibele producten
aan.
WATERBESTENDIGHEID
Het apparaat is niet waterbestendig. Houd het
apparaat droog.
Veiligheid
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 11
1. Algemene informatie
Over dit apparaat
Het draadloze apparaat dat in deze handleiding wordt
beschreven, is goedgekeurd voor gebruik in het de
netwerken EGSM 900 en 1800 MHz . Neem contact op met
uw serviceprovider voor meer informatie over netwerken.
Houd u bij het gebruik van de functies van dit apparaat aan
alle regelgeving en eerbiedig lokale gebruiken, privacy en
legitieme rechten van anderen, waaronder
auteursrechten.
Auteursrechten kunnen verhinderen dat bepaalde
afbeeldingen, muziek en andere inhoud worden
gekopieerd, gewijzigd of overgedragen.
Uw apparaat beschikt mogelijk over vooraf geïnstalleerde
bladwijzers en koppelingen naar websites van derden. U
kunt met het apparaat ook andere sites van derden
bezoeken. Sites van derden zijn niet verbonden met Nokia
en Nokia onderschrijft deze niet en neemt er geen
aansprakelijkheid voor. Als u dergelijke sites wilt
bezoeken, moet u voorzorgsmaatregelen treffen op het
gebied van beveiliging of inhoud.
Waarschuwing: Als u andere functies van dit
apparaat wilt gebruiken dan de alarmklok, moet het
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.12
apparaat zijn ingeschakeld. Schakel het apparaat niet in
wanneer het gebruik van draadloze apparatuur storingen
of gevaar kan veroorzaken.
Vergeet niet een back-up of een gedrukte kopie te maken
van alle belangrijke gegevens die in uw apparaat zijn
opgeslagen.
Wanneer u het apparaat op een ander apparaat aansluit,
dient u eerst de handleiding van het desbetreffende
apparaat te raadplegen voor uitgebreide
veiligheidsinstructies. Sluit geen incompatibele producten
aan.
Netwerkdiensten
Om de telefoon te kunnen gebruiken, moet u zijn
aangemeld bij een aanbieder van een draadloze
verbindingsdienst. Veel van de functies vereisen speciale
netwerkfuncties. Deze functies zijn niet op alle netwerken
beschikbaar. Er zijn ook netwerken waar u specifieke
regelingen met uw serviceprovider moet treffen voordat u
gebruik kunt maken van de netwerkdiensten. Uw
serviceprovider kan u instructies geven en uitleggen
hoeveel het kost. Bij sommige netwerken gelden
beperkingen die het gebruik van netwerkdiensten
negatief kunnen beïnvloeden. Zo bieden sommige
netwerken geen ondersteuning voor bepaalde
taalafhankelijke tekens en diensten.
Algemene informatie
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 13
Het kan zijn dat uw serviceprovider verzocht heeft om
bepaalde functies uit te schakelen of niet te activeren in
uw apparaat. In dat geval worden deze functies niet in het
menu van uw apparaat weergegeven. Uw apparaat kan
ook beschikken over een speciale configuratie, zoals
veranderingen in menunamen, menuvolgorde en
pictogrammen. Neem voor meer informatie contact op
met uw serviceprovider.
Dit apparaat ondersteunt WAP 2.0-protocollen (HTTP en
SSL) die werken met TCP/IP-protocollen. Voor sommige
functie van dit apparaat, zoalsMMS (Multimedia
Messaging), browsen en e-mailtoepassing, is
netwerkondersteuning voor deze technologieën vereist.
Gedeeld geheugen
De volgende functies in dit apparaat maken mogelijk
gebruik van gedeeld geheugen: MMS (Multimedia
Messaging), e-mailtoepassing, Instant Messaging. Door het
gebruik van een of meer van deze functies is er mogelijk
minder geheugen beschikbaar voor de overige functies die
geheugen delen. Wanneer u een functie probeert in te
schakelen waarvoor gedeeld geheugen wordt gebruikt, is
het mogelijk dat op het apparaat een bericht wordt
weergeven dat het geheugen vol is. Verwijder in dit geval
voordat u doorgaat een gedeelte van de informatie of
registraties die in het gedeelde geheugen zijn opgeslagen.
Algemene informatie
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.14
Toegangscodes
De beveiligingscode helpt bij het beschermen van uw
telefoon tegen onbevoegd gebruik. U kunt de code
invoeren of veranderen, en de telefoon zo instellen dat hij
om de code vraagt. Hou de code geheim en bewaar hem
op een veilige plaats, niet bij uw telefoon. Als u de code
vergeet en uw telefoon vergrendeld is, moet u dit door een
servicepunt laten verhelpen; hiervoor kunnen extra kosten
worden berekend. Neem voor meer informatie contact op
met een Nokia Care Point of met de leverancier van uw
telefoon.
De PIN-code van de SIM-kaart beveiligt de kaart tegen
onbevoegd gebruik. De PIN2-code die bij sommige SIM-
kaarten wordt meegeleverd, is vereist om toegang tot
bepaalde diensten te krijgen. Als u driemaal achter elkaar
de verkeerde PIN- of PIN2-code invoert, wordt u naar de
PUK- of PUK2-code gevraagd. Als u niet over deze codes
beschikt, kunt u contact opnemen met uw serviceprovider.
De module-PIN is vereist voor toegang tot de gegevens in
de beveiligingsmodule van uw SIM-kaart. De
handtekening-PIN kan nodig zijn voor de digitale
handtekening. Het blokkeerwachtwoord is vereist voor het
blokkeren van oproepen.
Algemene informatie
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 15
Selecteer Menu > Instellingen > Beveiliging om in te
stellen hoe de telefoon de toegangscodes en
beveiligingsinstellingen gebruikt.
Nokia-ondersteuning
Op www.nokia.com/support of uw lokale Nokia-website
vindt u de nieuwste versie van deze handleiding,
aanvullende informatie, downloads en diensten voor uw
Nokia-product.
Dienst voor configuratie-instellingen
Download gratis configuratie-instellingen voor MMS, GPRS,
e-mail en andere diensten voor uw telefoonmodel op
www.nokia.com/support.
Nokia PC Suite
U vindt PC Suite en de bijhorende informatie op de website
van Nokia op www.nokia.com/support .
Nokia Care-diensten
Zoek in de lijst met lokale contactcentrums
van Nokia Care op www.nokia.com/
customerservice wanneer u contact wilt
opnemen met Nokia Care-diensten.
Algemene informatie
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.16
Onderhoud
Vind het dichtstbijzijnde Nokia Care-centrum voor
onderhoudsdiensten op www.nokia.com/repair.
2. Aan de slag
SIM-kaart en batterij installeren
Schakel het apparaat altijd uit en ontkoppel de lader
voordat u de batterij verwijdert.
De SIM-kaart en de contactpunten van de kaart kunnen
gemakkelijk door krassen of buigen worden beschadigd.
Wees daarom voorzichtig wanneer u de kaart vastpakt,
plaatst of verwijdert.
1. Druk op de ontgrendelingsknop (1) en verwijder de
achtercover (2).
2. Verwijder de batterij (3) en plaats de SIM-kaart (4).
3. Plaats de batterij (5) en plaats de achtercover terug (6).
Aan de slag
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 17
De SIM-kaart verwijderen
Trek de knop naar de onderzijde van de telefoon en
verwijder de SIM-kaart.
De batterij opladen
De batterij is vooraf opgeladen, maar het batterijniveau
kan afwijken.
1. Sluit de lader aan op een gewone wandcontactdoos.
2. Sluit de oplader aan op het apparaat.
Tijdens het opladen kunt u het
apparaat gewoon gebruiken.
3. Wanneer de batterij volledig is
opgeladen, koppelt u de oplader los
van het apparaat en haalt u de stekker uit het
stopcontact.
Als de batterij volledig ontladen is, kan het enkele minuten
duren voordat de batterij-indicator op het scherm wordt
weergegeven en u weer met het apparaat kunt bellen.
Aan de slag
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.18
Antenne
Het apparaat kan interne en externe antennes
hebben. Zoals bij alle radiozendapparatuur,
geldt dat u onnodig contact met het gebied
rond de antenne moet vermijden als de
antenne aan het zenden of ontvangen is.
Contact met een dergelijke antenne kan de kwaliteit van
de communicatie nadelig beïnvloeden, ervoor zorgen dat
het apparaat meer stroom verbruikt dan anders
noodzakelijk is en de levensduur van de batterij verkorten.
In de afbeelding is het antennegebied grijs gemarkeerd.
Hoofdtelefoon
Waarschuwing: Luister naar muziek op een
gematigd geluidsvolume. Voortdurende blootstelling aan
een hoog geluidsvolume kan uw gehoor beschadigen.
Houd het apparaat niet dicht bij uw oor wanneer de
luidspreker wordt gebruikt, aangezien het volume erg luid
kan zijn.
Waarschuwing: Wanneer u de hoofdtelefoon
gebruikt, kan uw vermogen om geluiden van buitenaf te
horen negatief worden beïnvloed. Gebruik de
Aan de slag
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 19
hoofdtelefoon niet wanneer dit uw veiligheid in gevaar
kan brengen.
Als u externe apparaten of hoofdtelefoons op de
netstroomconnector van Nokia aansluit die niet door
Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik met dit apparaat,
moet u extra letten op het geluidsniveau.
Sluit geen producten aan die een uitgangssignaal afgeven,
aangezien het apparaat dan beschadigd kan raken. Sluit
geen energiebron aan op de netstroomconnector van
Nokia.
Magneten en magnetische velden
Houd uw apparaat verwijderd van magneten of
magnetische velden, omdat sommige toepassingen, zoals
de camera, hierdoor onverwacht kunnen worden
geactiveerd.
Aan de slag
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.20
Toetsen en onderdelen
1 Luistergedeelte
2 Scherm
3 Selectietoetsen
4 Hierna de Navi™ genoemd
5 Beltoets
6 Toets Einde en de aan/uit-
toets
7 Toetsenblok
Aan de slag
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 21
8 Aansluiting voor
hoofdtelefoon/Nokia AV-
aansluiting (2,5 mm)
9 Aansluiting lader
10 Cameratoets
11 Ontgrendelingsknop
12 Koordoog
13 Cameralens
14 Luidspreker
15 Microfoon
Opmerking: Raak de connector niet aan. Deze mag
alleen worden gebruikt door geautoriseerd
onderhoudspersoneel.
Aan de slag
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.22
De telefoon in- en uitschakelen
U kunt de telefoon in- of uitschakelen door de aan/uit-toets
ingedrukt te houden.
Standby-modus
Wanneer de telefoon gereed is voor gebruik en geen
tekens zijn ingevoerd, bevindt de telefoon zich in de
standby-modus.
1
Signaalsterkte van netwerk
2 Laadstatus van de batterij
3 Netwerknaam of operatorlogo
4 Functies van selectietoetsen
De linkerselectietoets is Favoriet. Hiermee krijgt u
toegang tot de functies in de lijst met persoonlijke
snelkoppelingen. Selecteer in de weergegeven lijst
Opties > Selectieopties om de beschikbare functies weer
te geven of Opties > Organiseren om de functies te
ordenen in de lijst.
Aan de slag
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 23
Toetsenslot
U voorkomt dat u per ongeluk toetsen indrukt door de
telefoon te sluiten en binnen 5 seconde Blokkrn te
selecteren om het toetsenblok te vergrendelen.
Als u het toetsenblok wilt ontgrendelen, selecteert u
Vrijgeven > OK of opent u de telefoon. Wanneer de
toetsenblokkering ter beveiliging is ingeschakeld, dient u
de beveiligingscode in te voeren wanneer dit u wordt
gevraagd.
U kunt instellen dat het toetsenblok na een vooraf
ingestelde tijd automatisch wordt vergrendeld als de
stand-bymodus actief is. Selecteer hiervoor Menu >
Instellingen > Telefoon > Aut. toets.blokk. > Aan.
Druk op de beltoets om een oproep te beantwoorden als
het toetsenblok is vergrendeld. Wanneer u de oproep
beëindigt of niet aanneemt, worden de toetsen weer
automatisch geblokkeerd.
Wanneer het apparaat is vergrendeld, kunt u mogelijk nog
wel het geprogrammeerde alarmnummer kiezen.
Functies zonder een SIM-kaart
U kunt sommige functies van uw telefoon mogelijk
gebruiken zonder dat u een SIM-kaart hebt geplaatst, zoals
functies van de organizer en spelletjes. Sommige functies
Aan de slag
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.24
worden gedimd weergegeven in de menu's en kunnen niet
worden gebruikt.
Toepassingen die op de achtergrond
worden uitgevoerd
Als toepassingen op de achtergrond worden uitgevoerd,
vergt dit extra batterijcapaciteit en neemt de gebruiksduur
van de batterij af.
3. Oproepen
Oproepen plaatsen en beantwoorden
Als u iemand wilt bellen, voert u het telefoonnummer in,
eventueel inclusief de landcode en het netnummer. Druk
op de beltoets om het nummer te bellen. Druk op de pijl
omhoog of omlaag om het volume van het luistergedeelte
of de hoofdtelefoon te verhogen of te verlagen tijdens een
oproep.
Druk op de beltoets om een binnenkomende oproep te
beantwoorden. Als u de oproep niet wilt beantwoorden,
drukt u op de toets Einde.
Luidspreker
Selecteer Luidspr. of Normaal om de luidspreker of het
luistergedeelte te gebruiken tijdens een gesprek. Deze
Oproepen
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 25
voorzieningen zijn mogelijk niet op alle uitvoeringen
beschikbaar.
Waarschuwing: Houd het apparaat niet dicht bij
uw oor wanneer de luidspreker wordt gebruikt, aangezien
het volume erg luid kan zijn.
Snelkeuzetoetsen
Als u een telefoonnummer wilt toewijzen aan een van de
cijfertoetsen 2 tot en met 9, selecteert u Menu >
Contacten > Snelkeuze, bladert u naar het gewenste
nummer en selecteert u Wijs toe. Voer het gewenste
telefoonnummer in of selecteer Zoeken en een
opgeslagen contact.
Als u gebruik wilt maken van snelkeuzetoetsen, selecteert
u Menu > Instellingen > Oproepen > Snelkeuze >
Aan.
Als u een nummer wilt bellen via een snelkeuzetoets, drukt
u in de stand-bymodus op de gewenste cijfertoets en
houdt u deze ingedrukt.
Oproepen
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.26
4. Tekst invoeren
Tekstmodi
Voor het invoeren van tekst (bijvoorbeeld in SMS-
berichten) kunt u gewone tekstinvoer of tekstvoorspelling
gebruiken.
Houd tijdens het schrijven Opties even ingedrukt om over
te schakelen van gewone tekstinvoer (aangeduid met
) naar tekstvoorspelling (aangeduid met ) en
omgekeerd. Tekstvoorspelling is niet voor alle talen
beschikbaar.
Hoofdletters en kleine letters worden aangegeven door
, en .
Als u van hoofdletters wilt overschakelen op kleine letters
of omgekeerd, drukt u op #. Als u van letters wilt
overschakelen op nummers (aangeduid met
) houdt u
# ingedrukt en selecteert u Nummermodus. Als u van
nummers wilt overschakelen naar letters, houdt u #
ingedrukt.
Als u een andere schrijftaal wilt instellen, selecteert u
Opties > Schrijftaal.
Tekst invoeren
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 27
Gewone tekstinvoer
Druk een of meer keren op een cijfertoets (2-9) totdat het
gewenste teken verschijnt. Welke tekens beschikbaar zijn,
hangt af van de geselecteerde schrijftaal.
Als de volgende letter zich op dezelfde toets bevindt als de
huidige, wacht u tot de cursor weer verschijnt en voert u
de letter in.
Als u leestekens of speciale tekens wilt invoeren, drukt u
herhaaldelijk op 1. Als u de lijst met speciale tekens wilt
openen, drukt u op *.
Tekstinvoer met woordenboek
Tekstinvoer met woordenboek is gebaseerd op een
ingebouwd woordenboek waar u zelf woorden aan toe
kunt voegen.
1. U begint een woord in te voeren met behulp van de
cijfertoetsen 2 tot en met 9. Druk voor een letter slechts
éénmaal op de betreffende toets.
2. Om een woord te bevestigen, drukt u op de bladertoets
naar rechts of typt u een spatie.
Als het woord niet correct is, drukt u herhaaldelijk
op * en selecteert u het woord uit de lijst.
Als er een vraagteken (?) achter het woord staat,
komt het woord dat u wilt invoeren niet in het
Tekst invoeren
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.28
woordenboek voor. Als u het woord aan het
woordenboek wilt toevoegen, selecteert u Spellen.
Voer het woord in met behulp van de normale
tekstinvoer en selecteer Opslaan.
Als u een samengesteld woord wilt invoeren, voert
u om te beginnen het eerste gedeelte van het woord
in. Bevestig de invoer door op de bladertoets naar
rechts te drukken. Typ vervolgens het laatste
gedeelte van het woord en bevestig het woord.
3. U begint met het invoeren van het volgende woord.
5. Door de menu's navigeren
De telefoonfuncties zijn verdeeld over verschillende
menu's. Niet alle menufuncties of opties worden hier
beschreven.
Selecteer in de stand-bymodus Menu en het gewenste
menu en submenu. Selecteer Afsluiten of Terug om het
huidige menuniveau te verlaten. Druk op de toets Einde om
direct terug te gaan naar de stand-by modus. Als u de
menuweergave wilt wijzigen, selecteert u Menu >
Opties > Hoofdmenuwrgave.
Door de menu's navigeren
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 29
6. Berichten
U kunt tekstberichten, multimediaberichten,
audioberichten, flitsberichten en e-mailberichten lezen,
schrijven, verzenden en opslaan. De berichtdiensten
kunnen alleen worden gebruikt als ze worden
ondersteund door uw netwerk of serviceprovider.
Tekst- en multimediaberichten
U kunt berichten opstellen en daar bijvoorbeeld een foto
aan toevoegen. Uw telefoon wijzigt een tekstbericht
automatisch in een multimediabericht als u een bestand
bijvoegt.
Tekstberichten
Het apparaat ondersteunt tekstberichten die langer zijn
dan de limiet voor één bericht. Langere berichten worden
verzonden als twee of meer berichten. Uw serviceprovider
kan hiervoor de desbetreffende kosten in rekening
brengen. Tekens met accenten of andere symbolen en
tekens in sommige taalopties nemen meer ruimte in
beslag, waardoor het aantal tekens dat in één bericht kan
worden verzonden, wordt beperkt.
Een indicator boven in het scherm geeft het totale aantal
resterende tekens aan en het aantal berichten dat nodig is
voor de verzending ervan.
Berichten
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.30
U dient over het nummer van de berichtencentrale te
beschikken voordat een SMS- of e-mailbericht kunt
versturen. Selecteer Menu > Berichten > Bericht-
instllngn > Tekstberichten > Berichtencentrales >
Centrale toevoegen en voer een naam en het nummer
van de berichtencentrale in.
Multimediaberichten
Een multimediabericht kan tekst, afbeeldingen en geluid
of videoclips bevatten.
Alleen apparaten met compatibele functies kunnen
multimediaberichten ontvangen en weergeven. De
weergave van een bericht kan verschillen afhankelijk van
het ontvangende apparaat.
Het draadloze netwerk kan de omvang van MMS-berichten
beperken. Als de omvang van de ingevoegde afbeelding de
limiet overschrijdt, kan de afbeelding door het apparaat
worden verkleind zodat deze via MMS kan worden
verzonden.
Belangrijk: Wees voorzichtig met het openen van
berichten. Berichten kunnen schadelijke software
bevatten of anderszins schadelijk zijn voor het apparaat of
de pc.
Berichten
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 31
Neem contact op met uw serviceprovider voor informatie
over de beschikbaarheid en het aanmelden voor de
multimediaberichtenservice (MMS). U kunt ook de
configuratie-instellingen downloaden.
Zie 'Nokia-
ondersteuning', p. 16.
Een tekst- of multimediabericht maken
1. Selecteer Menu > Berichten > Bericht maken >
Bericht.
2. Als u ontvangers wilt toevoegen, gaat u naar het veld
Aan: en voert u het nummer of e-mail adres van de
ontvanger in. U kunt ook Toevgn selecteren om aan de
hand van de bschikbare opties ontvangers te
selecteren. Selecteer Opties om ontvangers en een
onderwerp toe te voegen, en om verzendopties in te
stellen.
3. Blader naar het veld Tekst: en voer de berichttekst in.
4. Als u het bericht wilt voorzien van een bijlage, bladert
u naar de bijlagebalk onder aan het scherm en
selecteert u de gewenste soort inhoud.
5. Druk op Verzndn om het bericht te verzenden.
Het berichttype dat boven aan het scherm wordt
weergegeven, wordt automatisch aangepast aan de
inhoud van het bericht.
Berichten
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.32
Serviceproviders rekenen mogelijk verschillende tarieven
voor verschillende berichttypen. Neem contact op met uw
serviceprovider voor meer informatie.
E-mail
Maak via uw telefoon verbinding met uw POP3- of IMAP4-
e-mail account om e-mail te lezen, te schrijven en te
verzenden. Deze e-mailtoepassing is niet hetzelfde als de
SMS-e-mailfunctie.
U kunt alleen e-mail gebruiken als u beschikt over een e-
mail account en de juiste instellingen. Informeer bij uw e-
mailprovider naar de beschikbaarheid en instellingen van
uw e-mail account. Het is mogelijk dat u de configuratie-
instellingen voor e-mail ontvangt als een
configuratiebericht.
Instelwizard voor e-mail
De instelwizard voor e-mail wordt automatisch gestart als
er in de telefoon geen e-mailinstellingen zijn ingesteld.
Selecteer Menu > Berichten en de bestaande e-
mailaccount, als u de instelwizard voor een aanvullende e-
mailaccount wilt opstarten. Selecteer Opties > Mailbox
toevoegen om de instelwizard voor e-mail op te starten.
Volg de instructies op het scherm.
Berichten
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 33
E-mailberichten schrijven en verzenden
Selecteer Menu > Berichten > Bericht maken >
E-mailbericht om een e-mailbericht te schrijven. Als u een
bestand wilt toevoegen aan het e-mailbericht, selecteert u
Opties > Invoegen. Druk op de beltoets om het e-
mailbericht te verzenden. Selecteer indien nodig de
gewenste account.
E-mail downloaden
Belangrijk: Wees voorzichtig met het openen van
berichten. Berichten kunnen schadelijke software
bevatten of anderszins schadelijk zijn voor het apparaat of
de pc.
Selecteer achtereenvolgens Menu > Berichten >
Bericht-instllngn > E-mailberichten > Mailboxen
bewerken, de gewenste mailbox en
Downl.instellingen > Ophaalmodus om een
ophaalmodus te kiezen.
Als u e-mail wilt downloaden, selecteert u Menu >
Berichten en de gewenste mailbox. Bevestig indien nodig
dat u verbinding wilt maken.
Berichten
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.34
Flitsberichten
Flitsberichten zijn berichten die direct na ontvangst
worden weergegeven.
1. Selecteer Menu > Berichten > Bericht maken >
Flitsbericht als u een flashbericht wilt schrijven.
2. Geef het telefoonnummer van de ontvanger op, voer de
berichttekst in (maximaal 70 tekens) en selecteer
Verzndn.
Nokia Xpress-audioberichten
Op een eenvoudige manier audioberichten maken en
verzenden met MMS.
1. Selecteer Menu > Berichten > Bericht maken >
Audiobericht. De recorder wordt geopend.
2. Neem uw bericht op.
3. Typ een of meer telefoonnummers in het veld Aan: of
selecteer Toevgn om een nummer op te halen.
4. Selecteer Verzndn om het bericht te verzenden.
Chatten
Met chatberichten (IM) (netwerkdienst) kunt u korte
tekstberichten naar online gebruikers verzenden. U moet
zich abonneren op een dienst en zich bij de gewenste
chatdienst registreren. Informeer bij uw serviceprovider
Berichten
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 35
naar de beschikbaarheid, tarieven en instructies met
betrekking tot de dienst. De menu's kunnen verschillen per
chatprovider.
Als u verbinding wilt maken met de dienst, selecteert u
Menu > Berichten > Chatberichten en volgt u de
instructies op het scherm.
Spraakberichten
Voicemail is een netwerkdienst, waarop u zich mogelijk
eerst moet abonneren. Neem voor meer informatie contact
op met uw serviceprovider.
Houd 1 ingedrukt om uw voicemailbox te bellen.
Als u uw voicemailnummer wilt bewerken, selecteert u
Menu > Berichten > Voicemails > Nr. voicemailbox.
Berichtinstellingen
Selecteer Menu > Berichten > Bericht-instllngn om de
berichtfuncties in te stellen.
Algem. instellingen — om uw telefoon in te stellen
om verstuurde berichten te bewaren, toe te staan dat
oude berichten mogen worden overschreven als het
geheugen vol is, en om andere voorkeuren met
betrekking tot berichten in te stellen
Tekstberichten — om afleverrapporten toe te staan,
berichtencentra centers voor SMS en SMS e-mail in te
Berichten
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.36
stellen, het type tekenondersteuning te selecteren, en
om andere voorkeuren met betrekking tot berichten in
te stellen
Multimediaberichten — om afleverrapporten toe te
staan, de weergave van multimediaberichten in te
stellen, de ontvangst van multimediaberichten en
reclame toe te staan, en om andere voorkeuren met
betrekking tot multimediaberichten in te stellen
E-mailberichten — om de ontvangst van e-mail toe te
staan, het formaat van afbeeldingen in e-mailberichten
in te stellen en om andere voorkeuren met betrekking
tot e-mail in te stellen
7. Contacten
Selecteer Menu > Contacten.
Namen en telefoonnummers kunnen in het
toestelgeheugen en het SIM-geheugen worden
opgeslagen. In het toestelgeheugen kunt u cijfers en
tekstitems bij contactpersonen opslaan. Namen en
nummers die zijn opgeslagen in het geheugen van de SIM-
kaart worden aangegeven met
.
Selecteer Namen > Opties > Nieuw contact om een
contactpersoon toe te voegen. Om details toe te voegen
aan een contact, controleert u of het geheugen dat u
gebruikt Telefoon of Telefoon en SIM is. Selecteer
Contacten
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 37
Namen, blader naar de naam en selecteer Gegevens >
Opties > Info toevoegen.
Om te zoeken naar een contact, selecteert u Namen en
bladert u door de lijst met contacten of voert u de eerste
letters in van de naam.
Om een contactpersoon van het toestelgeheugen te
kopiëren naar het SIM-geheugen of vice versa selecteert u
Namen. Vervolgens bladert u naar de contactpersoon en
selecteert u Opties > Contact kopiëren. In het SIM-
geheugen kunt u voor elke contactpersoon slechts één
telefoonnummer opslaan.
Selecteer Instellingen om het SIM-geheugen of
toestelgeheugen voor uw contactpersonen te selecteren,
de weergave van namen en cijfers te selecteren en de
geheugencapaciteit voor contactpersonen te bekijken.
U kunt contactgegevens als visitekaartje verzenden naar
en ontvangen van een compatibel apparaat dat de vCard-
standaard ondersteunt. Als u een visitekaartje wilt
verzenden, selecteert u Namen, zoekt u de contactpersoon
waarvan u de gegevens wilt verzenden en selecteert u
Gegevens > Opties > Visitek. verzenden.
Contacten
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.38
8. Oproeplog
Als u de gegevens van uw oproepen wilt bekijken,
selecteert u Menu > Logboek. Beschikbare opties kunnen
het volgende bevatten:
Alle oproepen — hier kunt u onlangs gemiste en
ontvangen oproepen en gekozen nummers in
chronologische volgorde bekijken.
Gemiste oproepn, Ontv. oproepen, of Gekozen
nrs — voor informatie over recente oproepen
Ber.ontvangers — om de contacten te bekijken aan
wie u recent een bericht hebt gestuurd
Gespreksduur, Packet-geg.teller, of Timer pckt-
gg.vb — om de algemene gegevens van uw recente
communicatie te bekijken
Berichtenlogbk, of Synchr.log — hier kunt u het
aantal verzonden en ontvangen berichten of
synchronisaties bekijken
Opmerking: De uiteindelijke rekening van de
serviceprovider voor oproepen en diensten kan variëren,
afhankelijk van de netwerkfuncties, afrondingen,
belastingen, enzovoort.
Oproeplog
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 39
9. Instellingen
Profielen
De telefoon heeft verschillende instellingsgroepen die ook
wel profielen worden genoemd. U kunt in deze profielen
de ringtones voor verschillende gebeurtenissen en
omgevingen aanpassen.
Selecteer Menu > Instellingen > Profielen, het
gewenste profiel, en maak een keuze uit de volgende
opties:
Activeer — om het geselecteerde profiel te activeren
Aanpassen — om de profielinstellingen te wijzigen
Tijdelijk — om in te stellen dat een profiel gedurende
een bepaalde tijd wordt geactiveerd. Wanneer de
ingestelde tijd voor het profiel verstrijkt, wordt het
vorige profiel (waarvoor geen tijd was ingesteld)
geactiveerd.
Tonen
U kunt de tooninstellingen van het geselecteerde profiel
wijzigen.
Selecteer Menu > Instellingen > Tonen. U vindt deze
instellingen ook in het menu Profielen.
Instellingen
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.40
Als u voor de beltoon het hoogste volumeniveau instelt,
wordt dit beltoonvolume na een paar seconden bereikt.
Scherm
Selecteer Menu > Instellingen > Weergave om de
achtergrond, de lettergrootte of andere functies met
betrekking tot het telefoonscherm weer te geven of aan te
passen.
Datum en tijd
Selecteer Menu > Instellingen > Datum en tijd.
Selecteer Inst. datum en tijd om de datum en tijd in te
stellen.
Selecteer Datum- en tijdnotatie om een notatie te kiezen
voor de datum en tijd.
Als u wilt instellen dat de datum en tijd automatisch
worden bijgewerkt op basis van de huidige tijdzone,
selecteert u Datum/tijd aut. aanp. (netwerkdienst).
Snelkoppelingen
Met persoonlijke snelkoppelingen kunt u snel toegang
krijgen tot telefoonfuncties die u veel gebruikt. Selecteer
Menu > Instellingen > Snelkoppelingen.
Instellingen
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 41
Als u een telefoonfunctie wilt toewijzen aan de rechter- of
linkerselectietoets, selecteert u Rechter selectietoets of
Linkerselectietoets.
Als u snelkoppelingen wilt toewijzen aan de
navigatietoets, selecteert u Navigatietoets. Druk op de
gewenste pijl en selecteer Wijzig of Wijs toe en een
functie in de lijst.
Synchronisatie en reservekopieën
Selecteer Menu > Instellingen > Sync. en back-up en
maak een keuze uit de volgende opties:
Telefoonoverdr. — Synchroniseer of kopieer
geselecteerde gegevens tussen uw telefoon en een
andere via de Bluetooth-technologie.
Geg.overdracht — Synchroniseer of kopieer
geselecteerde gegevens tussen uw telefoon en een
ander apparaat of een andere pc of netwerkserver
(netwerkservice).
Connectiviteit
De telefoon biedt verschillende functies voor verbinding
met andere apparaten, zodat gegevens kunnen worden
uitgewisseld.
Instellingen
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.42
Draadloze Bluetooth-technologie
Met behulp van Bluetooth-technologie kunt u de telefoon
met radiogolven verbinden met een compatibel
Bluetooth-apparaat binnen een afstand van 10 meter (32
feet).
Dit apparaat voldoet aan Bluetooth-specificatie 2.0 + EDR
met ondersteuning voor de volgende profielen: 2.0 + EDR
generieke toegang, netwerktoegang, bediening, hands-
free, headset, Object Push, bestandoverdracht, netwerk
voor inbelverbinding, toegang tot SIM en seriële poort .
Gebruik door Nokia goedgekeurde toebehoren voor dit
model als u verzekerd wilt zijn van compatibiliteit met
andere apparatuur die Bluetooth-technologie
ondersteunt. Informeer bij de fabrikanten van andere
apparatuur naar de compatibiliteit met dit apparaat.
Als functies gebruikmaken van Bluetooth-technologie,
vergt dit extra batterijcapaciteit en neemt de levensduur
van de batterij af.
Een Bluetooth-verbinding instellen
Selecteer Menu > Instellingen > Connectiviteit >
Bluetooth en voer de volgende stappen uit:
1. Selecteer Naam telefoon en voer de naam van uw
telefoon in.
Instellingen
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 43
2. Als u Bluetooth-connectiviteit wilt activeren, selecteert
u Bluetooth > Aan.
geeft aan dat Bluetooth is
geactiveerd.
3. Als u de telefoon met audiotoebehoren wilt verbinden,
selecteert u Vrb. mt audiotoebeh. en het apparaat
waarmee u verbinding wilt maken.
4. Als u de telefoon wilt koppelen met een Bluetooth-
apparaat dat zich binnen het bereik bevindt, selecteert
u Gekopp. apparaten > Nw app. toevgn.
Ga naar een gevonden apparaat en selecteer Toevgn.
Voer een wachtwoord van maximaal 16 tekens in op de
telefoon en sta de verbinding toe op het andere
Bluetooth-apparaat.
Als u zich zorgen maakt om de beveiliging, schakelt u
Bluetooth uit, of stelt u Waarnmb. telefoon in op
Verborgen. Accepteer uitsluitend Bluetooth-
communicatie van personen die u vertrouwt.
Pc-verbinding met internet
Gebruik Bluetooth-technologie om een compatibele
computer met internet te verbinden zonder de PC Suite-
software. Op de telefoon moet een serviceprovider zijn
geactiveerd die internettoegang ondersteunt, en de
computer moet Bluetooth PAN (Personal Area Network)
ondersteunen. Nadat u verbinding hebt gemaakt met de
Instellingen
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.44
dienst van het netwerktoegangspunt (NAP) voor de
telefoon en u de telefoon met de computer hebt
gekoppeld, wordt er op de telefoon automatisch een
packet-gegevensverbinding met internet gemaakt.
Packet-gegevens
General Packet Radio Service (GPRS) is een netwerkdienst
die mobiele telefoons in staat stelt gegevens te verzenden
en te ontvangen over een IP-netwerk (Internet Protocol).
Als u wilt instellen hoe u deze dienst wilt gebruiken,
selecteert u Menu > Instellingen > Connectiviteit >
Packet-gegevens > Packet-gegev.verb. en maakt u een
keuze uit de volgende opties:
Wanneer nodig — alleen een verbinding voor packet-
gegevens tot stand brengen als een toepassing deze
verbinding nodig heeft. De verbinding wordt gesloten
wanneer de toepassing is beëindigd.
Altijd online — automatisch een verbinding met een
netwerk voor packet-gegevens tot stand brengen
wanneer u de telefoon aanzet.
U kunt uw telefoon als modem gebruiken door via
Bluetooth verbinding te maken met een compatibele PC.
Raadpleeg voor meer informatie de documentatie van de
Nokia PC Suite.
Instellingen
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 45
Telefooninstellingen voor oproepen
Selecteer Menu > Instellingen > Oproepen.
Selecteer Doorschakelen om inkomende oproepen door
te schakelen (netwerkdienst). Neem voor meer informatie
contact op met uw provider.
Om maximaal tien pogingen te doen om de verbinding tot
stand te brengen na een mislukte oproeppoging,
selecteert u Aut. opn. kiezen > Aan.
Selecteer Wachtfunctieopties > Activeer om het
netwerk een melding te laten genereren als er een nieuwe
oproep binnenkomt terwijl u een gesprek voert
(netwerkdienst).
Om in te stellen dat uw telefoonnummer wordt
weergegeven op het toestel van de persoon die u belt
(netwerkdienst), selecteert u Identificatie verz..
Selecteer Menu > Instellingen > Telefoon >
Taalinstellingen > Taal display om de weergavetaal
voor de telefoon in te stellen.
Toebehoren
Dit menu en de bijbehorende opties worden alleen
weergegeven als de telefoon verbonden is (geweest) met
compatibele mobiele toebehoren.
Instellingen
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.46
Selecteer Menu > Instellingen > Toebehoren.
Selecteer een toebehoren en een optie, afhankelijk van het
toebehoren.
Configuratie
U kunt uw telefoon configureren met instellingen die
nodig zijn voor bepaalde diensten. Deze instellingen
worden mogelijk ook beschikbaar gesteld door uw
provider.
Selecteer Menu > Instellingen > Configuratie en maak
een keuze uit de volgende opties:
Std.configuratie-inst. — om de opgeslagen providers
te bekijken en een standaardprovider te kiezen.
Std. actv. in alle toep. — om de
standaardconfiguratie-instellingen voor ondersteunde
toepassingen te activeren.
Voorkeurstoeg.punt — om de opgeslagen
toegangspunten weer te geven.
Verb. mt onderst. — om de configuratie-instellingen
te downloaden van uw provider.
Inst. apparaatbeheer — om het downloaden van
software-updates voor de telefoon in of uit te
schakelen. Of deze optie beschikbaar is, hangt af van uw
telefoon.
Pers. config.instell. — om handmatig nieuwe
persoonlijke accounts voor diverse diensten toe te
Instellingen
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 47
voegen en om deze te activeren of te verwijderen. Als u
een nieuwe persoonlijke account wilt toevoegen,
selecteert u Toevgn of Opties > Voeg nieuwe toe.
Selecteer het type dienst en voer de vereiste parameters
in. Als u een persoonlijke account wilt activeren, gaat u
naar de account en selecteert u Opties > Activeer.
Fabrieksinstellingen terugzetten
Als u de telefoon wilt terugzetten naar
fabrieksinstellingen, selecteert u Menu > Instellingen >
Fabr.inst. terugz. en een van de volgende opties:
Alleen inst. herstellen — om alle
voorkeursinstellingen terug te zetten zonder
persoonlijke gegevens te verwijderen
Alles herstellen — om alle voorkeursinstellingen terug
te zetten en alle persoonlijke gegevens, zoals contacten,
berichten, mediabestanden en activeringssleutels, te
verwijderen.
10. Operatormenu
Gebruik dit menu om toegang te krijgen tot een portaal
met diensten die worden aangeboden door uw
netwerkoperator. Neem voor meer informatie contact op
met uw netwerkoperator. De operator kan dit menu
bijwerken met een dienstbericht.
Operatormenu
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.48
11. Galerij
Bij inhoud die is beveiligd met een beheersysteem voor
digitale rechten (DRM) wordt een bijbehorende
activeringssleutel geleverd die uw rechten om gebruik te
maken van de inhoud definieert.
Als het apparaat OMA DRM-beveiligde inhoud bevat, kunt
u met de back-upfunctie van Nokia PC Suite een back-up
maken van zowel de activeringssleutels als van de
inhoud.Andere overdrachtsmethoden kunnen mogelijk de
activeringssleutels die samen met de inhoud moeten
worden hersteld, niet overdragen, waardoor u de OMA
DRM-beveiligde inhoud niet meer kunt gebruiken nadat u
het apparaatgeheugen hebt geformatteerd. U moet
mogelijk ook de activeringssleutels herstellen als de
bestanden op uw apparaat beschadigd zijn geraakt.
Uw telefoon ondersteunt een systeem voor het beheer van
digitale rechten (DRM) ter bescherming van opgehaalde
content. Controleer altijd de leveringsvoorwaarden van
alle content en activeringssleutels voordat u tot aanschaf
overgaat, omdat mogelijk om een vergoeding wordt
gevraagd.
U kunt de mappen bekijken door Menu > Galerij te
selecteren.
Galerij
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 49
12. Media
Camera en video
Uw apparaat ondersteunt het maken van foto's met een
resolutie van 1280x1024 pixels .
Een foto maken
Als u een foto wilt maken in de stand-bymodus, drukt u op
de cameratoets. Als de videofunctie is ingeschakeld, drukt
u op de pijl links of de pijl rechts. Druk op de cameratoets
om een foto te maken.
Druk op de pijl omhoog of omlaag om in de cameramodus
in of uit te zoomen.
Als u de camera in de nachtstand wilt plaatsen, de
zelfontspanner wilt inschakelen of snel foto's achter elkaar
wilt nemen, selecteert u Opties en de gewenste optie.
Selecteer Opties > Instellingen > Tijd
afbeeldingsvrbld om de modus en tijd voor het
weergeven van genomen foto's in te stellen.
Een videoclip opnemen
Houd de cameratoets ingedrukt om de videofunctie te
gebruiken. Druk op de cameratoets om de video-opname
te starten.
Media
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.50
Selecteer Menu > Media > Camera > Opties >
Instellingen > Lengte videoclip om de lengte in te
stellen van videoclips die u kunt opnemen.
FM-radio
De FM-radio maakt gebruik van een andere antenne dan
de antenne van het draadloze apparaat. De FM-radio
functioneert alleen naar behoren als er een compatibele
hoofdtelefoon of een compatibel toebehoren op het
apparaat is aangesloten.
Waarschuwing: Luister naar muziek op een
gematigd geluidsvolume. Voortdurende blootstelling aan
een hoog geluidsvolume kan uw gehoor beschadigen.
Houd het apparaat niet dicht bij uw oor wanneer de
luidspreker wordt gebruikt, aangezien het volume erg luid
kan zijn.
Selecteer Menu > Media > Radio of houd in de standby-
modus * ingedrukt.
Als u al radiozenders hebt opgeslagen en u van zender wilt
veranderen, drukt u op de pijl links of rechts of op het cijfer
dat overeenkomt met de geheugenlocatie van de
gewenste zender.
U kunt naar een naastliggende zender zoeken door de pijl
links of rechts ingedrukt te houden.
Media
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 51
Selecteer Opties > Zender opslaan om de zender op te
slaan.
Druk op de pijl omhoog of omlaag als u het volume wilt
aanpassen.
Druk op de toets Einde om de radio op de achtergrond
actief te laten. Houd de toets Einde ingedrukt om de radio
uit te schakelen.
Recorder
De opnamefunctie kan niet worden gebruikt wanneer er
een dataoproep of een GPRS-verbinding actief is.
Start de opname door eerst Menu > Media > Recorder
te selecteren en vervolgens de virtuele opnameknop op het
scherm.
Selecteer Opties > Ltste opn. afspln om de laatste
opname te beluisteren. Als u de laatste opname wilt
verzenden via een multimediabericht, selecteert u
Opties > Ltste opn. verzndn.
Muziekspeler
Uw telefoon bevat een muziekspeler voor het beluisteren
van muziek of andere geluidsbestanden in MP3- of AAC-
indeling.
Media
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.52
Waarschuwing: Luister naar muziek op een
gematigd geluidsvolume. Voortdurende blootstelling aan
een hoog geluidsvolume kan uw gehoor beschadigen.
Houd het apparaat niet dicht bij uw oor wanneer de
luidspreker wordt gebruikt, aangezien het volume erg luid
kan zijn.
Selecteer Menu > Media > Muziekspeler.
Als u het afspelen wilt starten of pauzeren, drukt u op de
middelste selectietoets.
Als u het begin van de huidige track wilt overslaan, schuift
u naar links.
Als u naar de vorige track wilt gaan, drukt u twee keer naar
links op de schuiftoets.
Als u naar de volgende track wilt gaan, schuift u naar
rechts.
Als u wilt terugspoelen, houdt u de schuiftoets naar links
ingedrukt.
Als u wilt vooruitspoelen, houdt u de schuiftoets naar
rechts ingedrukt.
U kunt het volume instellen door naar boven of beneden
te schuiven.
Media
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 53
U kunt het geluid dempen of weer inschakelen door te
drukken op #.
U kunt de muziekspeler naar de achtergrond verplaatsen
door op de eindetoets te drukken. De speler blijft dan
afspelen. Wilt u de muziekspeler stoppen, houd dan de
eindetoets ingedrukt.
13. Toepassingen
De telefoon kan worden geleverd met enkele spelletjes en
Java-toepassingen die speciaal voor deze Nokia-telefoon
zijn ontworpen.
Selecteer Menu > Toepassingen.
Als u een spelletje of toepassing wilt starten, selecteert u
Spelletjes of Verzameling. Blader naar een spelletje of
toepassing en selecteer Openen.
U kunt zien hoeveel geheugen er beschikbaar is voor de
installatie van spelletjes of toepassingen door Opties >
Geheugenstatus te selecteren.
Als u een spelletje of toepassing wilt downloaden,
selecteert u Opties > Downloads > Speldownloads of
Toep.downloads. De telefoon biedt ondersteuning voor
J2ME™ Java-toepassingen. Controleer of een toepassing
compatibel is met uw telefoon voordat u de toepassing
downloadt.
Toepassingen
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.54
Belangrijk: Installeer en gebruik alleen
toepassingen en andere software van betrouwbare
bronnen, zoals toepassingen die Symbian Signed zijn of die
de Java Verified™-test hebben doorstaan.
Toepassingen die u hebt gedownload, kunt u opslaan in
Galerij in plaats van Toepassingen.
14. Organiser
Wekker
Selecteer Menu > Organiser > Wekker.
Als u de wekker wilt in- of uitschakelen, selecteert u
Alarm:. Als u de wektijd wilt instellen, selecteert u
Alarmtijd:. Selecteer Herhalen: om in te stellen dat op
bepaalde dagen van de week een alarmtoon klinkt.
Selecteer Alarmtoon: om een alarmtoon te kiezen of aan
te passen. Als u de time-out van de sluimertijd wilt
instellen, selecteert u Time-out snooze:.
Als u het alarm wilt stoppen, selecteert u Stoppen. Als u
de telefoon een minuut lang laat klinken of Snooze
selecteert, wordt de waarschuwingstoon onderbroken
gedurende de time-out van de sluimerfunctie en wordt
deze vervolgens weer hervat.
Organiser
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 55
Agenda en takenlijst
Selecteer Menu > Organiser > Agenda. Er wordt een
kader rond de huidige dag weergegeven. Als voor de
betreffende dag notities zijn ingesteld, wordt de dag
vetgedrukt weergegeven.
Als u een agendanotitie wilt maken, bladert u naar de
datum en selecteert u Opties > Notitie maken.
U kunt de notities voor de dag bekijken door Bekijk te
selecteren. Selecteer Opties > Notities verwijderen >
Alle notities om alle notities uit de agenda te verwijderen.
U kunt de takenlijst bekijken door Menu > Organiser >
Takenlijst te selecteren. De takenlijst wordt weergegeven
en gesorteerd op prioriteit. Selecteer Opties om een
notitie toe te voegen, te verwijderen of te verzenden, om
een notitie als uitgevoerd te markeren of om de takenlijst
te sorteren op deadline.
15. Web
Met de browser van de telefoon hebt u toegang tot
verschillende internetdiensten. De weergave van
webpagina's kan verschillen, afhankelijk van de
schermgrootte. Het is mogelijk dat niet alle gegevens op
de webpagina's kunnen worden weergegeven.
Web
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.56
Belangrijk: Maak alleen gebruik van diensten die u
vertrouwt en die adequate beveiliging en bescherming
bieden tegen schadelijke software.
Informeer bij uw serviceprovider naar de beschikbaarheid,
tarieven en instructies met betrekking tot deze diensten.
U kunt de configuratie-instellingen voor browsen
ontvangen in een configuratiebericht van uw
serviceprovider.
Verbinding maken met een webservice
Als u verbinding met de service wilt maken, selecteert u
Menu > Web > Home. U kunt ook in de stand-bymodus
0 ingedrukt houden. ingedrukt te houden.
Nadat u verbinding met de service hebt gemaakt, kunt u
door de pagina's ervan bladeren. De functie van de
telefoontoetsen kan bij verschillende services variëren.
Volg de tekstaanwijzingen op het telefoonscherm op.
Neem voor meer informatie contact op met uw
serviceprovider.
16. SIM-diensten
Mogelijk biedt uw SIM-kaart nog extra diensten. U kunt dit
menu alleen openen als het wordt ondersteund door uw
SIM-diensten
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 57
SIM-kaart. De naam en inhoud van het menu zijn
afhankelijk van de beschikbare diensten.
SIM-diensten
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.58
Toebehoren
Waarschuwing: Gebruik alleen batterijen, laders
en toebehoren die door Nokia zijn goedgekeurd voor
gebruik met dit specifieke model. Het gebruik van alle
andere typen kan de goedkeuring of garantie doen
vervallen en kan gevaarlijk zijn.
Vraag uw leverancier naar de beschikbaarheid van
goedgekeurde toebehoren. Trek altijd aan de stekker en
niet aan het snoer als u toebehoren losmaakt.
Batterij
Informatie over de batterij en de lader
Het apparaat werkt op een oplaadbare batterij. De batterij
die bedoeld is om in dit apparaat te worden gebruikt, is
BL-4S. Dit apparaat is bedoeld voor gebruik met één van
de volgende laders: AC-3. De batterij kan honderden keren
worden opgeladen en ontladen, maar na verloop van tijd
treedt slijtage op. Wanneer de gesprekstijd en stand-bytijd
aanmerkelijk korter zijn dan normaal, moet u de batterij
vervangen. Gebruik alleen batterijen die door Nokia zijn
goedgekeurd en laad de batterij alleen opnieuw op met
laders die door Nokia zijn goedgekeurd en bestemd zijn
voor dit apparaat. Het gebruik van een niet-goedgekeurde
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 59
batterij of lader kan het risico met zich meebrengen van
brand, explosie, lekkage of ander gevaar.
Het exacte modelnummer van de lader is afhankelijk van
het type stekker. Het stekkertype wordt aangeduid met
een van de volgende codes: E, EB, X, AR, U, A, C of UB.
Als u een batterij voor de eerste keer gebruikt of als u de
batterij langere tijd niet hebt gebruikt, is het mogelijk dat
u de lader moet aansluiten, ontkoppelen en vervolgens
opnieuw moet aansluiten om het opladen te starten. Als
de batterij volledig ontladen is, kan het enkele minuten
duren voordat de batterij-indicator op het scherm wordt
weergegeven en u weer met het apparaat kunt bellen.
Schakel het apparaat altijd uit en ontkoppel de lader
voordat u de batterij verwijdert.
Haal de lader uit het stopcontact wanneer u deze niet
gebruikt. Houd een volledig opgeladen batterij niet
gekoppeld aan de lader omdat de levensduur van de
batterij kan afnemen wanneer deze wordt overladen. Als
een volledig opgeladen batterij niet wordt gebruikt, wordt
deze na verloop van tijd automatisch ontladen.
Probeer de batterij altijd te bewaren op een temperatuur
tussen 15°C en 25°C. Bij extreme temperaturen nemen de
capaciteit en levensduur van de batterij af. Een apparaat
met een warme of koude batterij kan gedurende bepaalde
Batterij
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.60
tijd onbruikbaar zijn. De batterijprestaties zijn met name
beperkt in temperaturen beduidend onder het vriespunt.
Let op dat u geen kortsluiting veroorzaakt in de batterij.
Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer een metalen
voorwerp zoals een munt, paperclip of pen direct contact
maakt met de positieve (+) en negatieve (-) poolklemmen
van de batterij. (Deze klemmen zien eruit als metalen
strips.) Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer u een
reservebatterij in uw zak of tas hebt. Kortsluiting van de
poolklemmen kan schade veroorzaken aan de batterij of
aan het voorwerp waarop deze is aangesloten.
Gooi batterijen niet in het vuur. De batterijen kunnen dan
ontploffen. Batterijen kunnen ook ontploffen als deze
beschadigd zijn. Verwerk batterijen in overeenstemming
met de lokale regelgeving. Lever batterijen indien mogelijk
in voor recycling. Gooi batterijen niet weg met het
huishoudafval.
U mag nooit geheugencellen of batterijen ontmantelen,
erin snijden of ze openen, platdrukken, verbuigen,
beschadigen, doorboren of slopen. Als een batterij lekt,
moet u ervoor zorgen dat de vloeistof niet in contact komt
met de huid of ogen. Als dat toch gebeurt, moet u uw huid
en ogen onmiddellijk met water afspoelen of medische
hulp zoeken.
Batterij
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 61
Wijzig de batterij niet, verwerk deze niet tot een ander
product, en probeer er geen vreemde voorwerpen in te
brengen. Stel de batterij niet bloot aan en dompel deze niet
onder in water of andere vloeistoffen.
Onjuist gebruik van de batterij kan brand, explosie of ander
gevaar met zich meebrengen. Als het apparaat of de
batterij valt, vooral op een hard oppervlak, en u denkt dat
de batterij is beschadigd, moet u deze ter inspectie naar
een servicepunt brengen voordat u die opnieuw gebruikt.
Gebruik de batterij alleen voor het doel waarvoor deze is
bestemd. Gebruik nooit een beschadigde lader of batterij.
Houd de batterij buiten het bereik van kleine kinderen.
Controleren van de echtheid van Nokia-
batterijen
Gebruik altijd originele Nokia-batterijen voor uw
veiligheid. Verzeker u ervan dat u een originele Nokia-
batterij koopt door de batterij bij een officiële Nokia-dealer
te kopen en het hologramlabel volgens de onderstaande
stappen te inspecteren:
Een succesvolle uitvoering van de stappen biedt geen
totale garantie voor de echtheid van de batterij. Als u reden
hebt om aan te nemen dat uw batterij geen echte originele
Nokia-batterij is, gebruik deze dan niet, maar breng de
batterij naar de dichtstbijzijnde officiële Nokia-dealer of
Batterij
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.62
Service Point voor assistentie. De officiële Nokia-dealer of
Service Point zal de echtheid van de batterij controleren.
Als de echtheid niet kan worden vastgesteld, breng de
batterij dan terug naar de plaats van aankoop.
De echtheid van het hologram controleren
1. Wanneer u het hologram op het
label bekijkt, hoort u vanuit de ene
hoek het Nokia-symbool met de
handen te zien en vanuit de andere
hoek het Nokia Original
Enhancements-logo.
2. Wanneer u het hologram onder
een hoek naar links, rechts, omlaag
en omhoog houdt, hoort u op
iedere zijde respectievelijk 1, 2, 3
en 4 stippen te zien.
Wat als de batterij niet origineel is?
Als u niet kunt vaststellen dat uw Nokia-batterij met het
hologramlabel een originele Nokia-batterij is, gebruik de
batterij dan niet. Breng de batterij naar de dichtstbijzijnde
Batterij
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 63
officiële Nokia-dealer of Service Point voor assistentie. Het
gebruik van een batterij die niet door de fabrikant is
goedgekeurd, kan gevaarlijk zijn en kan leiden tot
gebrekkige prestaties en beschadiging van het apparaat of
de toebehoren. Het kan ook de goedkeuring of garantie
van het apparaat ongeldig maken.
Ga voor meer informatie over originele Nokia-batterijen
naar www.nokia.com/battery.
Behandeling en onderhoud
Uw apparaat is een product van toonaangevend ontwerp
en vakmanschap en moet met zorg worden behandeld. De
volgende tips kunnen u helpen om de garantie te
behouden.
Houd het apparaat droog. Neerslag, vochtigheid en
allerlei soorten vloeistoffen of vocht kunnen mineralen
bevatten die corrosie van elektronische schakelingen
veroorzaken. Wordt het apparaat toch nat, verwijder
dan de batterij en laat het apparaat volledig opdrogen
voordat u de batterij terugplaatst.
Gebruik of bewaar het apparaat niet op stoffige, vuile
plaatsen. De bewegende onderdelen en elektronische
onderdelen kunnen beschadigd raken.
Bewaar het apparaat niet op plaatsen waar het heet is.
Hoge temperaturen kunnen de levensduur van
Behandeling en onderhoud
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.64
elektronische apparaten bekorten, batterijen
beschadigen en bepaalde kunststoffen doen vervormen
of smelten.
Bewaar het apparaat niet op plaatsen waar het koud is.
Wanneer het apparaat weer de normale temperatuur
krijgt, kan binnen in het apparaat vocht ontstaan,
waardoor elektronische schakelingen beschadigd
kunnen raken.
Probeer het apparaat niet open te maken op een andere
manier dan in deze handleiding wordt voorgeschreven.
Laat het apparaat niet vallen en stoot of schud niet met
het apparaat. Een ruwe behandeling kan de interne
elektronische schakelingen en fijne mechaniek
beschadigen.
Gebruik geen agressieve chemicaliën, oplosmiddelen of
sterke reinigingsmiddelen om het apparaat schoon te
maken.
Verf het apparaat niet. Verf kan de bewegende
onderdelen van het apparaat blokkeren en de correcte
werking belemmeren.
Maak de lenzen, zoals de cameralens, nabijheidsensor
en lichtsensor, schoon met een zachte, schone, droge
doek.
Behandeling en onderhoud
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 65
Gebruik alleen de meegeleverde of een goedgekeurde
vervangingsantenne. Niet-goedgekeurde antennes,
aanpassingen of toebehoren kunnen het apparaat
beschadigen en kunnen in strijd zijn met de regelgeving
met betrekking tot radioapparaten.
Gebruik laders binnenshuis.
Maak altijd een back-up van alle gegevens die u wilt
bewaren, zoals contactpersonen en agendanotities.
Voor optimale prestaties kunt het apparaat het beste zo
nu en dan resetten door de stroom uit te schakelen en
de batterij te verwijderen.
Deze tips gelden voor het apparaat, de batterij, de lader en
andere toebehoren. Neem contact op met het
dichtstbijzijnde bevoegde servicepunt als een apparaat
niet goed werkt.
Verwijdering
Het symbool van de doorgestreepte container op uw
product, in de documentatie of op de verpakking wil
zeggen dat alle elektrische en elektronische
producten, batterijen en accu’s na afloop van de
levensduur voor gescheiden afvalverzameling moeten
worden aangeboden. Deze regel geldt voor alle landen
binnen de Europese Unie en voor andere locaties waar
Behandeling en onderhoud
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.66
gescheiden afvalinzamelingssystemen beschikbaar zijn.
Bied deze producten niet aan bij het gewone huisvuil.
Door de producten op de daarvoor bestemde plaats in te
leveren helpt u het ongecontroleerd weggooien van afval
te voorkomen en het hergebruik van materialen te
bevorderen. Meer gedetailleerde informatie over
afvalverzameling vindt u bij de verkoper van het product,
bij de milieudienst van uw plaatselijke overheid, nationale
organisaties voor producentenverantwoordelijkheid of
uw plaatselijke vertegenwoordiger van Nokia. Voor de Eco-
Verklaring voor het product of instructies over het
inleveren van uw overbodig geworden product, gaat u
naar de landspecifieke informatie op www.nokia.com.
Aanvullende
veiligheidsinformatie
Kleine kinderen
Uw apparaat en toebehoren kunnen kleine onderdelen
bevatten. Houd ze buiten het bereik van kleine kinderen.
Gebruiksomgeving
Dit apparaat voldoet aan de richtlijnen voor blootstelling
aan RF-signalen wanneer het op normale wijze tegen het
oor wordt gehouden of wanneer het zich op een afstand
Aanvullende veiligheidsinformatie
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 67
van minimaal 2,2 centimeter van het lichaam bevindt.
Wanneer het apparaat op het lichaam wordt gedragen in
een draagtasje, riemclip of houder, moeten deze
hulpmiddelen geen metaal bevatten en moet het apparaat
zich op de bovengenoemde afstand van het lichaam
bevinden.
Voor het overbrengen van databestanden of berichten
moet dit apparaat kunnen beschikken over een goede
verbinding met het netwerk. In sommige gevallen kan het
overbrengen van databestanden of berichten vertraging
oplopen tot een dergelijke verbinding beschikbaar is. Houd
u aan de bovenstaande afstandsrichtlijnen tot de
gegevensoverdracht is voltooid.
Bepaalde delen van het apparaat zijn magnetisch. Metalen
voorwerpen kunnen worden aangetrokken door het
apparaat. Houd creditcards en andere magnetische
opslagmedia uit de buurt van het apparaat, omdat de
gegevens die op deze media zijn opgeslagen, kunnen
worden gewist.
Medische apparatuur
Het gebruik van radiozendapparatuur, dus ook van
draadloze telefoons, kan het functioneren van
onvoldoende beschermde medische apparatuur nadelig
beïnvloeden. Raadpleeg een arts of de fabrikant van het
medische apparaat om vast te stellen of het apparaat
Aanvullende veiligheidsinformatie
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.68
voldoende is beschermd tegen externe RF-energie of als u
vragen hebt. Schakel het apparaat uit in instellingen voor
gezondheidszorg wanneer dat voorgeschreven wordt
door ter plaatse aangegeven instructies. Ziekenhuizen en
andere instellingen voor gezondheidszorg kunnen
gebruikmaken van apparatuur die gevoelig is voor externe
RF-energie.
Geïmplanteerde medische apparatuur
Ter voorkoming van storingen van het apparaat raden
fabrikanten van medische apparaten aan minimaal 15,3
centimeter afstand te bewaren tussen een draadloos
apparaat en een geïmplanteerd medisch apparaat, zoals
een pacemaker of geïmplanteerde defibrillator. Personen
met dergelijke apparaten moeten met het volgende
rekening houden:
Houd het draadloze apparaat altijd op meer dan 15,3
centimeter afstand van het medische apparaat wanneer
het draadloze apparaat is ingeschakeld.
Het draadloze apparaat niet in een borstzak dragen.
Houd het draadloze apparaat tegen het oor aan de
andere kant van het lichaam dan de kant waar het
medische apparaat zit om de kans op een potentiële
storing te minimaliseren.
Aanvullende veiligheidsinformatie
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 69
Schakel het draadloze apparaat onmiddellijk uit als er
enige reden is om te vermoeden dat er een storing
plaatsvindt.
Lees en volg de instructies van de fabrikant van het
geïmplanteerde medische apparaat.
Als u vragen hebt over het gebruik van het draadloze
apparaat wanneer u een geïmplanteerd medisch apparaat
hebt, neemt u contact op met uw zorginstelling.
Gehoorapparaten
Sommige digitale draadloze apparaten kunnen storingen
in bepaalde gehoorapparaten veroorzaken. Neem contact
op met uw serviceprovider als u last hebt van dergelijke
storingen.
Voertuigen
RF-signalen kunnen van invloed zijn op elektronische
systemen in gemotoriseerde voertuigen die verkeerd
geïnstalleerd of onvoldoende afgeschermd zijn
(bijvoorbeeld elektronische systemen voor
brandstofinjectie, elektronische antislip- of antiblokkeer-
remsystemen, systemen voor elektronische
snelheidsregeling of airbagsystemen). Raadpleeg de
fabrikant, of diens vertegenwoordiger, van uw voertuig of
van hieraan toegevoegde apparatuur, voor meer
informatie.
Aanvullende veiligheidsinformatie
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.70
Het apparaat mag alleen door bevoegd personeel worden
onderhouden of in een auto worden gemonteerd.
Ondeskundige installatie of reparatie kan gevaar
opleveren en de garantie die eventueel van toepassing is
op het apparaat doen vervallen. Controleer regelmatig of
de draadloze apparatuur in uw auto nog steeds goed
bevestigd zit en naar behoren functioneert. Vervoer of
bewaar geen brandbare vloeistoffen, gassen of explosieve
materialen in dezelfde ruimte als die waarin het apparaat
zich bevindt of onderdelen of toebehoren daarvan. Voor
auto's met een airbag geldt dat de airbags met zeer veel
kracht worden opgeblazen. Zet geen voorwerpen, dus ook
geen geïnstalleerde of draagbare draadloze apparatuur, in
de ruimte boven de airbag of waar de airbag wordt
opgeblazen. Als draadloze apparatuur niet goed is
geïnstalleerd in de auto en de airbag wordt opgeblazen,
kan dit ernstige verwondingen veroorzaken.
Het gebruik van het apparaat in een vliegtuig is verboden.
Schakel het apparaat uit voordat u een vliegtuig
binnengaat. Het gebruik van draadloze
telecomapparatuur kan gevaarlijk zijn voor de werking van
het vliegtuig, kan het draadloze telefoonnetwerk
verstoren en kan illegaal zijn.
Aanvullende veiligheidsinformatie
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 71
Explosiegevaarlijke omgevingen
Schakel het apparaat uit als u op een plaats met
explosiegevaar bent en volg alle aanwijzingen en
instructies op. Dergelijke plaatsen zijn bijvoorbeeld
plaatsen waar u gewoonlijk wordt geadviseerd de motor
van uw auto af te zetten. Vonken kunnen op dergelijke
plaatsen een explosie of brand veroorzaken, waardoor er
gewonden of zelfs doden kunnen vallen. Schakel het
apparaat uit bij benzinestations. Houd u aan de
beperkingen voor het gebruik van radioapparatuur in
brandstofopslagplaatsen, chemische fabrieken of op
plaatsen waar met explosieven wordt gewerkt. Plaatsen
met explosiegevaar worden vaak, maar niet altijd,
duidelijk aangegeven. Het gaat onder andere om
scheepsruimen, chemische overslag- of opslagplaatsen en
gebieden waar de lucht chemicaliën of fijne deeltjes van
bijvoorbeeld graan, stof of metaaldeeltjes bevat. Neem
contact op met de fabrikanten van voertuigen die
gebruikmaken van LPG (onder andere propaan en butaan)
om te bepalen of dit apparaat veilig kan worden gebruikt
in de omgeving van deze voertuigen.
Alarmnummer kiezen
Belangrijk: Dit apparaat maakt gebruik van
radiosignalen, draadloze netwerken, kabelnetwerken en
Aanvullende veiligheidsinformatie
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.72
door de gebruiker geprogrammeerde functies. Als uw
apparaat gesprekken via het internet ondersteunt
(netgesprekken), moet u zowel de netgesprekken als de
mobiele telefoon activeren. Het apparaat zal proberen
alarmnummers te kiezen via zowel het mobiele netwerk
als uw internetprovider wanneer beide zijn geactiveerd.
Verbindingen kunnen niet onder alle omstandigheden
worden gegarandeerd. U moet nooit alleen vertrouwen op
een draadloze telefoon voor het tot stand brengen van
essentiële communicatie, bijvoorbeeld bij medische
noodgevallen.
Een alarmnummer kiezen:
1. Schakel het apparaat in als dat nog niet is gebeurd.
Controleer of de signaalontvangst voldoende is.
Afhankelijk van het apparaat moet u mogelijk ook de
volgende stappen uitvoeren:
Plaats een SIM-kaart als deze voor het apparaat
vereist is.
Maak bepaalde oproepbeperkingen ongedaan als
deze op uw apparaat zijn ingesteld.
Wijzig uw profiel van Offline of Vlucht in een actief
profiel.
2. Druk zo vaak als nodig is op de end-toets om het scherm
leeg te maken en het apparaat gereed te maken voor
een oproep.
Aanvullende veiligheidsinformatie
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 73
3. Toets het alarmnummer in voor het gebied waar u zich
bevindt. Alarmnummers verschillen per locatie.
4. Druk op de beltoets.
Geef alle noodzakelijke informatie zo nauwkeurig mogelijk
op wanneer u een alarmnummer belt. Uw draadloze
apparaat is mogelijk het enige communicatiemiddel op de
plaats van een ongeluk. Beëindig het gesprek pas wanneer
u daarvoor toestemming hebt gekregen.
INFORMATIE OVER CERTIFICATIE (SAR)
Dit mobiele apparaat voldoet aan richtlijnen voor
blootstelling aan radiogolven.
Dit mobiele apparaat is een radiozender en -ontvanger. Het
is zo ontworpen dat de grenzen voor blootstelling aan
radiogolven die worden aanbevolen door internationale
richtlijnen, niet worden overschreden. Deze richtlijnen zijn
ontwikkeld door de onafhankelijke wetenschappelijke
organisatie ICNIRP en bevatten veiligheidsmarges om de
veiligheid van alle personen te waarborgen, ongeacht hun
leeftijd en gezondheidstoestand.
De blootstellingsrichtlijnen voor mobiele apparatuur
worden uitgedrukt in de maateenheid SAR (Specific
Absorption Rate). De SAR-limiet in de richtlijnen van het
ICNIRP is 2,0 W/kg (watt/kilogram) gemiddeld over tien
gram lichaamsweefsel. Bij tests voor SAR worden de
Aanvullende veiligheidsinformatie
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.74
standaardposities gebruikt, waarbij het apparaat in alle
gemeten frequentiebanden het hoogst toegestane
energieniveau gebruikt. Het werkelijke SAR-niveau van
een werkend apparaat kan onder de maximumwaarde
liggen, omdat het apparaat zo is ontworpen dat niet meer
energie wordt gebruikt dan nodig is om verbinding te
maken met het netwerk. De hoeveelheid benodigde
energie kan wijzigen afhankelijk van een aantal factoren,
zoals de afstand tot een zendmast waarop u zich bevindt.
De hoogste SAR-waarde onder de ICNIRP-richtlijnen voor
gebruik van het apparaat bij het oor is 0,48 W/kg .
Het gebruik van accessoires en toebehoren met het
apparaat kan resulteren in andere SAR-waarden. SAR-
waarden kunnen variëren, afhankelijk van nationale
rapportage-eisen, testeisen en de netwerkband. Meer
informatie over SAR kunt u vinden onder "product
information" op www.nokia.com.
Aanvullende veiligheidsinformatie
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 75
Index
A
agenda 55
audioberichten 35
B
batterij
opladen 18
berichten
audioberichten 35
instellingen 36
berichtencentrale,
nummer 30
beveiligingscode 15
browser 56
C
chatberichten 35
configuratie 47
E
e-mail 33
F
flitsberichten 35
G
gewone tekstinvoer 28
H
hoofdtelefoon 19
I
IM (Instant
Messaging) 35
instellingen 40
berichten 36
configuratie 47
datum 41
fabriek 48
scherm 41
telefoon 46
tijd 41
tonen 40
internet 56
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.76
N
Nokia Care 16
nummermodus 27
O
offline modus 24
onderdelen 21
operatormenu 48
oproepen 25
oproeplog 39
P
PIN 15
profielen 40
R
recorder 52
S
scherm 41
SIM-kaart 17, 24
snelkeuze 26
snelkoppelingen 41
spelletjes 54
T
tekst invoeren 27
tekstinvoer met
woordenboek 28
tekstmodi 27
toebehoren 46
toegangscodes 15
toepassingen 54
toetsen 21
toetsenblokkering 24
toetsenslot 24
tonen 40
W
wachtwoord 15
web 56
Index
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 77
64


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for Nokia 7100 at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of Nokia 7100 in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 0,41 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info