11
3. Bereiding
Aanwijzing: Bij het eerste
gebruik als de machine langere
tijd heeft stilgestaan is de aroma
van de koffie niet optimaal. Het
is aan te raden het eerste kopje
niet te drinken
3.1 Waterhoeveelheid kiezen
Met de draaiknop-waterhoeveel-
heid D (Afb.1 en 6) kunt U de
hoeveelheid traploos doseren.(
kleine kopjes links onder voor
weinig water, grote kopjes rechts
onder voor veel water).
Tip: De hoeveelheid water kan
tijdens het koffiezetten veran-
derd worden. Uw individuele
smaak en de grootte van de kop-
jes bepaald de hoeveelheid
water.
3.2 Koffiesterkte kiezen.
Na keuze kan U de koffiesterkte
in drie standen ingesteld worden
en deze worden in de display als
volgt aangeduidt:
Mild, Symbool 9,”1 Bohne “is
ongeveer ca.7 gram gemalen kof-
fie Cappuccino
Normaal, Symbool 10, “2 Boh-
nen” is ongeveer ca.9 gram
gemalen koffie voor Cafe-creme.
Sterk, Symbool 11, “3 Bohnen”is
ongeveer ca.11 gram gemalen
koffie voor b.v. Espresso, koffie
sterk.
•Zodra het apparaat gereed is
voor gebruik verschijnt in de
display Symbool 10,2 Bohnen.
U kunt dit veranderen door op
de keuzetoets “1 kopje”of op de
keuzetoets “2 kopjes” F en •O
zolang te drukken totdat de
gewenste koffiesterkte in de
display B (Afb.1 en 4) verschijnt.
Daarna start automatisch het
koffiezetten zodra U de toets los
laat.
3.3 Éen kopje koffie zetten
•Plaats uw voorverwarmde kop-
je onder de koffie uitloop G
(Afb.1 en 5)
De koffie uitloop is in hoogte
verstelbaar en kan aangepast
worden aan ieder normaal kopje.
•Stel de waterhoeveelheid in
zoals omschreven onder punt 3.1
•Druk op de toets F (1 kopje)
net zolang totdat de gewenste
sterkte in de display verschijnt.
Laat dan de toets direct los.
•Het apparaat begint nu met
koffiemalen en aansluitend kof-
fiezetten.
•Het koffiezetten kan ieder
moment onderbroken worden
door een druk op de toets (1 kop-
je) of op de toets (2 kopjes)