MET DE AUTO RIJDEN
MEVFE0A2-AF8BE484-026C-4CC5-A17E-CCEE016D070B
MWBS0044X
1. Trap het rempedaal in.
2. Geef de parkeerrem vrij.
3. Zet de schakelhendel in de D-stand (rijden).
Wanneer de schakelhendel wordt losgelaten,
keert deze terug naar de oorspronkelijke
centrale stand.
4. Controleer of de auto in de D-stand (rijden)
staat. De schakelindicator op de schakelhen-
del gaat branden en D wordt op het voer-
tuiginformatiedisplay weergegeven.
5. Laat het rempedaal los.
6. Trap het gaspedaal in en ga rijden.
Om vooruit te rijden zijn de volgende schakel-
standen beschikbaar:
*Gebruik de D-stand (rijden) voor optimale
rijprestaties.
*Gebruik de B-stand voor bergafwaarts rijden.
Wanneer de B-stand wordt gebruikt, wordt het
recuperatief remmen meer toegepast na het
loslaten van het gaspedaal dan in de D-stand
(rijden).
OPMERKING:
De recuperatieve rem helpt de auto om af te
remmen door de voorwaartse beweging van de
auto om te zetten in elektrische energie.
Zie “Met de auto rijden” (P.274).
MWBF0049X
Gebruik de rijmodusselector op de middencon-
sole om de modus [ECO] te selecteren. Gebruik de
modus [ECO] voor een maximale actieradius en
voor het rijden in de stad. De modus [ECO] helpt
om het energieverbruik te verminderen door de
acceleratie te beperken vergeleken met dezelfde
stand van het gaspedaal in de modus [STANDARD].
Zie “Modus [ECO]” (P.286).
MWBS0026X
Als het waarschuwingslampje voor lage accula-
ding (geel) gaat branden, is de lithium-ion
acculading te laag om mee te rijden. Zie “Waar-
schuwingslampje lage acculading” (P.125). Laad de
lithium-ion accu zo snel mogelijk op.
Overzicht 27