613993
9
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/16
Next page
Installatie- en onderhoudshandleiding
Warmwaterboiler
6 720 618 697-00.2ITL
WST 400 SCEhp
WST 500 SCEhp
6 720 808 040 (2013/06) NL
Inhoudsopgave
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
2
Inhoudsopgave
1 Uitleg van de symbolen en veiligheidsinstructies . . . . . . . . . . 3
1.1 Toelichting van de symbolen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
1.2 Veiligheidsaanwijzingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
2 Gegevens betreffende het toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
2.1 Productbeschrijving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
2.2 EG-conformiteitsverklaring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
2.3 Voorgeschreven toepassing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
2.4 Accessoires . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
2.5 Gereedschap, materialen en hulpmiddelen . . . . . . . . . . 4
2.6 Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
2.6.1 Afmetingen en aansluitingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
2.6.2 Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
3 Voorschriften . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
4 Transport . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
5 Installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
5.1 Leveringsomvang . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
5.2 Opstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
5.2.1 opstellingsruimte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
5.2.2 Boiler opstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
5.3 hydraulische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
5.4 Warmwatertemperatuursensor monteren . . . . . . . . . . . . 9
5.4.1 Monteer de warmwatertemperatuursensor voor het
zonnesysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
5.4.2 Monteer de warmwatertemperatuursensor voor de
warmtepomp . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
5.5 Aansluiten elektrisch . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
5.6 Monteer de elektrische verwarming (accessoires)
en sluit deze aan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
6 Inbedrijfname . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
6.1 Vul de boiler en controleer deze op dichtheid . . . . . . . 11
6.2 Warmte-isolatie monteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
6.3 Informatie aan de eigenaar door de installateur . . . . . 12
7 Buitenbedrijfstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
7.1 Boiler buiten werking stellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
7.2 Boiler bij vorstgevaar buiten werking stellen . . . . . . . . 12
8 Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
8.1 Bereid de boiler voor de reiniging voor . . . . . . . . . . . . 13
8.2 Warmwaterboiler reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
8.3 Magnesiumanode controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
8.4 Magnesiumanode vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
8.5 Boiler na het onderhoud opnieuw in bedrijf stellen . . 14
9 Milieubescherming/afvalverwerking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Uitleg van de symbolen en veiligheidsinstructies
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
3
1 Uitleg van de symbolen en veiligheidsin-
structies
1.1 Toelichting van de symbolen
Waarschuwingsaanwijzingen
Signaalwoorden voor een waarschuwingsaanwijzing geven de soort en
de ernst van de gevolgen aan, wanneer de maatregelen ter voorkoming
van het gevaar niet worden aangehouden.
OPMERKING betekent dat materiële schade kan ontstaan.
VOORZICHTIG betekent, dat licht tot middelzwaar persoonlijk letsel
kan ontstaan.
WAARSCHUWING betekent dat zwaar lichamelijk letsel kan ont-
staan.
GEVAAR betekent, dat er levensgevaarlijk lichamelijk letsel kan ont-
staan.
Belangrijke informatie
Aanvullende symbolen
1.2 Veiligheidsaanwijzingen
Opstelling en ombouw
Brandgevaar!
Soldeer- en laswerkzaamheden kunnen brand veroorzaken, omdat
de warmte-isolatie brandbaar is.
Laat de boiler alleen door een erkende installateur opstellen en om-
bouwen.
Functie
Houd de onderhoudshandleiding aan, zodat de optimale werking
wordt gewaarborgd.
Er bestaat gevaar voor verbranding!
Bij gebruik van de boiler kunnen temperaturen boven 60 °C optre-
den. Voor de begrenzing van de taptemperatuur op maximaal 60 °C
een thermostatische temperatuurbegrenzer installeren.
Gebruik van de elektrische verwarming (accessoires)
Waarborg dat elektrotechnische werkzaamheden enkel door een ge-
kwalificeerd installateur uitgevoerd worden.
Voor elektrotechnische werkzaamheden de installatie over alle polen
spanningsloos schakelen en beveiligen tegen onbedoeld herinscha-
kelen.
Controleer de spanningsloosheid.
Voor het in stand houden van de corrosiebescherming en het aanhouden
van de regels voor elektrische veiligheid bij bedrijf met elektrische ver-
warming, de volgende punten aanhouden:
Gebruik de elektrisch verwarmbare boiler niet met inertanode.
Gebruik bij drinkwater-verwarmingsinstallaties met kunststof-
leidingen altijd metalen koppelingen.
Geen verwarmingselementen met kunststof schroefdraad gebruiken.
Gebruik alleen elektrisch geïsoleerde verwarmingselementen.
Na afronding van de complete boilerinstallatie een randaardetest
conform IEC/EN 60335 uitvoeren (ook metalen aansluitkoppelingen
meenemen).
Hoge waterhardheid heeft een snelle verkalking van de elektrische
verwarming tot gevolg en veroorzaakt daardoor een defect. Bij water-
hardheden hoger dan 15° dH is de beste oplossing om een waterbe-
handelingsinstallatie toe te passen of ten minste iedere 6 maanden
moet onderhoud/ontkalking plaatsvinden.
Onderhoud
Aanbeveling voor de gebruiker: sluit een onderhouds- en inspec-
tiecontract af met een erkend installateur. De boiler jaarlijks inspec-
teren en indien nodig laten onderhouden.
Gebruik alleen originele onderdelen!
2 Gegevens betreffende het toestel
2.1 Productbeschrijving
De boiler wordt compleet geleverd. Alleen de warmte-isolatie hoeft nog
maar te worden gemonteerd.
De hoofdcomponenten van de boiler zijn:
Boiler [4] met corrosiebescherming
De kathodische corrosiebescherming bestaat uit het hygiënische
thermoglazuur [6] en een magnesiumanode [8].
Warmte-isolatie [1], [9], [12]
De warmte-isolatie van polyestervlies vermindert warmteverliezen.
2 gladdebuiswarmtewisselaars [3] en [5]
De gladdebuiswarmtewisselaars dragen de energie uit het warmte-
pomp- en zonnecircuit over aan het drinkwater in de boiler. Het
drinkwater wordt gelijkmatig verwarmd.
Sensorklem [10] voor warmwatertemperatuursensor (warmtepomp)
De warmwatertemperatuurregeling van de warmtepomp regelt met
behulp van de warmwatertemperatuursensor de ingestelde warm-
watertemperatuur.
Dompelhuls [11] voor warmwatertemperatuursensor (zonnesysteem)
Het zonnesysteem schakelt met behulp van de warmwatertempera-
tuursensor en de collectorsensor het zonnesysteem uit.
Testopening [2]
Met de testopening is toegang mogelijk tot de boiler voor onderhoud
en reiniging.
Deksel van de ommanteling [7]
Waarschuwingsaanwijzingen in de tekst worden aange-
geven met een gevarendriehoek met grijze achtergrond
en een kader.
Belangrijke informatie zonder gevaar voor mens of mate-
rialen wordt met het nevenstaande symbool gemar-
keerd. Deze worden gescheiden van de tekst door een
lijn onder en boven de tekst.
Symbool Betekenis
▶Handelingsstap
Kruisverwijzing naar andere plaatsen in het document
of naar andere documenten
Opsomming/lijstpositie
Opsomming/lijstpositie (2e niveau)
Tabel 1
Op de bovenste warmtewisselaar wordt de warmte-
pomp aangesloten, op de onderste warmtewisselaar het
zonnesysteem.
Gegevens betreffende het toestel
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
4
Afb. 1 Boiler WST 400/500 SCEhp
[1] Warmte-isolatie
[2] Testopening met warmte-isolatie-element
[3] Onderste gladdebuiswarmtewisselaar (zonnesysteem)
[4] Boilervat
[5] Bovenste gladdebuiswarmtewisselaar (warmtepomp)
[6] Thermo-glazuurlaag
[7] Deksel van de ommanteling
[8] Magnesiumanode
[9] Bovenste warmte-isolatie
[10] Sensorklem (warmtepomp)
[11] Dompelhuls (zonnesysteem)
[12] Onderste warmte-isolatie
2.2 EG-conformiteitsverklaring
Dit product voldoet qua constructie en werking aan de Europese richtlij-
nen evenals aan de bijkomende nationale vereisten. De conformiteit
wordt aangetoond door het CE-kenmerk.
De conformiteitverklaring van het product kunt u aanvragen. Neem daar-
voor contact op met het adres zoals vermeld op de achterzijde van deze
handleiding.
2.3 Voorgeschreven toepassing
De warmwaterboiler is bedoeld voor het opwarmen en opslaan van
drinkwater.
Houd de voor drinkwater geldende nationale voorschriften, richtlijnen
en normen aan.
De boiler mag alleen met cv-water en koelvloeistof worden verwarmd.
2.4 Accessoires
Accessoires worden indien gewenst geleverd.
De volgende accessoires zijn voor de boiler leverbaar:
Elektrische verwarming
Elektrisch laadsysteem
Thermische warmwatermenger
•Anodetester
•Inertanode
Bij gebruik van accessoires:
Houd de technische documentatie van de accessoires aan.
2.5 Gereedschap, materialen en hulpmiddelen
Voor de installatie en het onderhoud van de boiler heeft u het standaard-
gereedschap voor cv--, gas- en waterinstallaties nodig.
Bovendien is ook het volgende praktisch:
steekwagentje of kar met spanriem
Nat-/droogzuiger voor reiniging
6 720 618 697-16.2ITL
Wanneer de boiler is uitgevoerd met een elektrische ver-
warming, mag geen inertanode worden gebruikt.
Gegevens betreffende het toestel
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
5
2.6 Technische gegevens
2.6.1 Afmetingen en aansluitingen
Afb. 2 Afmetingen en aansluitingen
MA Magnesiumanode
IA Inertanode (accessoire)
AW Warmwateruitlaat
EZ Ingang circulatie
VS1 Aanvoer boiler (zonnesysteem)
VS2 Aanvoer boiler (warmtepomp)
RS1 Retour boiler (zonnesysteem)
RS2 Retour boiler (warmtepomp)
M1 Meetpunt 1 (dompelhuls) voor de warmwatertemperatuursensor
van het zonnesysteem met binnendiameter 19,5 mm
M2 Meetpunt 2 (sensorklem) voor de warmwatertemperatuursensor
van de warmtepomp
EK Ingang koud water
EL Aftap
EH Mof voor elektrische verwarming (accessoires)
6 720 618 697-15.2ITL
Voorschriften
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
6
2.6.2 Technische gegevens
3 Voorschriften
Normen en richtlijnen
Boilertype WST 400 SCEhp WST 500 SCEhp
Boilerinhoud l390 490
Vermogen van de elektrische verwarming (accessoires) kW 2 / 3 / 4,5 / 6 / 9 2 / 3 / 4,5 / 6 / 9
Maximale inschuiflengte van de elektrische verwarming mm 620 620
Diameter D
(bij 100 mm warmte-isolatie)
mm 850 850
Hoogte H
1)
mm 1590 1970
AW R1¼ R1¼
VS1 R1 R1
VS2 R1¼ R1¼
RS1 R1 R1
RS2 R1¼ R1¼
EK/EL R1¼ R1¼
EZ
EH G1½ G1½
Leeggewicht
2)
kg 186 238
Leeggewicht
2)
met warmte-isolatie kg 211 268
Toegestane maximumwaarden:
Temperatuur warm water °C 95 95
Temperatuur zonnesysteem °C 160 160
Temperatuur warmtepomp °C 160 160
Bedrijfsdruk warm water
3)
bar 10 10
Bedrijfsdruk zonnesysteem
3)
bar 16 16
Bedrijfsdruk warmtepomp
3)
bar 16 16
Tabel 2 Afmetingen, aansluitingen en bedrijfsgegevens
1) Incl. Deksel van de ommanteling.
2) Zonder inhoud, zonder verpakking.
3) Afhankelijk van de aansluiting in de cv-installatie is een afzonderlijke beveiliging (overstortventiel, expansievat) nodig.
Afhankelijk van de opstellingslocatie (bijv. in verschillen-
de landen en regio's) kunnen aanvullende of andere ei-
sen gelden (bijv. voor de netaansluiting).
De nationale en regionale voorschriften, richtlijnen
en normen (bijv. van het energiebedrijf) moeten bij
de installatie en het gebruik van de boiler en het elek-
trische verwarmingselement worden aangehouden.
Transport
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
7
4 Transport
Afb. 3 Boiler voor het transport borgen
Transporteer de boiler naar de opstellingsruimte.
Verwijder het verpakkingsmateriaal.
Maak de boiler van de pallet los, til deze op en plaats de boiler op de
opstellingslocatie.
5 Installeren
5.1 Leveringsomvang
De volgende onderdelen zijn in de leveringsomvang van de boiler opge-
nomen.
Boiler op pallet
Warmte-isolatie compleet, in doos verpakt
Controleer of de leveringsomvang compleet en onbeschadigd is.
5.2 Opstelling
5.2.1 opstellingsruimte
Nederland
Installatie en uitrusting van installaties voor ver-
warming en opwarming van warm water
Aansluiten elektrisch Productnormen
NEN 1006 Algemene voorschriften voor drinkwaterin-
stallaties AVWI.
NEN 3028 Veiligheidseisen voor centrale verwar-
mingsinstallaties.
NEN 3215 Binnenriolering in woningen en woongebou-
wen.
•Bouwbesluit
NEN 1010 Veiligheidsbepalingen
voor laagspanningsinstallaties.
DIN 4753: Waterverwarmers en waterverwarmingsin-
stallaties voor drinkwater en industrieel water
DIN 4753, deel 1: Eisen, kenmerken, uitrusting en con-
trole
DIN 4753, deel 3: boilers en installaties voor de opwar-
ming van drink- en proceswater; corrosiebescherming
aan waterzijde door emailleren; eisen en controle
DIN 4753, deel 6: Installaties voor de opwarming van
drink- en proceswater; kathodische corrosiebescher-
ming voor geëmailleerde stalen vaten; eisen en controle
DIN 4753, deel 8: Isolatie van boilers tot 1000 l nomi-
nale inhoud – eisen en controle
DIN EN 12897: Watervoorziening – Bepaling voor ge-
middeld verwarmde, niet beluchte boiler
Tabel 3 Regels van de techniek voor de installatie van boilers (selectie) in Duitsland
Transporteer de boiler zo mogelijk compleet verpakt
naar de opstellingslocatie. Zo is deze tijdens transport
beschermd.
Bescherm de aansluitingen tegen beschadiging, wan-
neer u de boiler zonder verpakking transporteert.
WAARSCHUWING: Gevaar voor lichamelijk letsel door
onvoldoende beveiliging tijdens transport!
Gebruik geschikte transportmiddelen, b.v. een
steekkar of een kar met spanband.
Zorg ervoor, dat de boiler tijdens het transport niet
kan vallen.
WAARSCHUWING: Gevaar voor lichamelijk letsel door
dragen van zware lasten!
Gebruik geschikte transportmiddelen.
OPMERKING: Schade aan de installatie door bevrie-
zing!
Stel de boiler in een droge en vorstvrije ruimte op.
Voor het vervangen van de magnesiumanode en de elek-
trische verwarming (bij onderhoud) is voldoende vrije
ruimte nodig boven en voor de boiler.
Houd de minimale hoogte en minimale wandafstan-
den in de opstellingsruimte aan.
(tab. 2, pagina 6 en afb. 4, pagina 8).
Installeren
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
8
Afb. 4 Minimale afstandsmaten tot aan de muur (in mm)
[1] Naastgelegen toestel
5.2.2 Boiler opstellen
Boiler opstellen op een vlakke vloer met voldoende draagkracht.
Houd de minimale afstandsmaten tot aan de muur aan.
Lijn de boiler verticaal uit, eventueel metalen strips plaatsen.
Bij de opstelling van de boiler in vochtige ruimten:
Boiler op een sokkel plaatsen.
5.3 hydraulische aansluiting
Om latere schade aan de installatie te voorkomen, gebruikt u installatie-
materiaal, dat bestand is tot 95 °C.
Sluit de aanvoer en retour van de warmtepomp en het zonnesysteem
aan op de betreffende aansluitingen ( afb. 2, pagina 5).
Voer alle aansluitleidingen aan het vat uit als schroefkoppelingen,
eventueel met een afsluitventiel.
Bouw een be- en ontluchtingsventiel in de leiding voor warm water in
voor de afsluiter.
Bouw een aftapkraan in de onderste boileraansluiting.
Monteer de thermische warmwatermenger in de aanvoer van de boi-
ler.
Bouw geen bochten in de aftapleiding in, anders kan de installatie
niet goed gespuid worden.
Monteer de aansluitleidingen zonder mechanische spanningen.
Alle niet gebruikte boileraansluitingen afsluiten.
Afb. 5 Installatie (principeafbeelding)
AW Warmwateruitlaat
EZ Ingang circulatie
EK Ingang koud water
[1] Terugslagklep
[2] Circulatiepomp
[3] Thermische warmwatermenger
[4] Afsluiter met keerklep
[5] Circulatieleiding
[6] Tappunt
[7] Koudwateraanvoerleiding
Overstortventiel (op de montageplaats)
Bouwzijdig een typebeproefd, voor drinkwater toegelaten, over-
stortventiel in de koudwaterleiding inbouwen. Houd de installatie-in-
structie van het overstortventiel aan.
GEVAAR: Brandgevaar door soldeer- en laswerkzaam-
heden!
Voor zover mogelijk, soldeer- en laswerkzaamheden
voor de montage van de warmte-isolatie uitvoeren.
Tref bij soldeer- en laswerkzaamheden de gepaste
veiligheidsmaatregelen, aangezien de warmte-isola-
tie brandbaar is, bijv. warmte-isolatie afdekken.
Controleer na de werkzaamheden of de warmte-iso-
latie onbeschadigd is.
GEVAAR: Gevaar voor de gezondheid door vervuild wa-
ter!
Wanneer de verontreinigingen, die ontstaan tijdens de
montagewerkzaamheden, niet verwijderd worden, kan
het drinkwater vervuild worden.
Installeer de boiler hygiënisch conform de landspeci-
fieke normen en richtlijnen.
Spoel de leidingen en de boiler grondig uit met drink-
water na de installatie.
OPMERKING: Schade door verkeerde aansluitstukken!
Bij drinkwater-cv-installaties met kunststofleidingen
altijd metalen koppelingen gebruiken.
Bij gebruik van een elektrische verwarming (acces-
soire): voer na afronding van de complete boilerin-
stallatie een randaardetest conform IEC/EN 60335
uit (ook metalen aansluitkoppelingen meenemen).
6 720 618 697-11.2O
≥ 400 ≥ 100
≥ 500
1
OPMERKING: Schade aan de warmtepomp!
Spoel voor het aansluiten van de warmtepomp alle
leidingen.
Wij adviseren: bouw een filter in voor de warmte-
pompretour.
GEVAAR: Verbranding door heet water!
Tijdens zonnewerking kan de warmwatertemperatuur
90 °C worden.
Installeer voor de begrenzing van de taptemperatuur
op maximaal 60 °C een thermostatische warmwater-
menger (accessoires).
6 720 618 697-13.1ITL
EK
AW
EZ
EK
MIX
4
3
1
5
6
1
7
2
1
2
3
4
5
6
7
1
Installeren
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
9
Instructiebord met de volgende tekst op het overstortventiel aan-
brengen "Uitblaasleiding niet afsluiten. Tijdens de opwarming kan
om veiligheidsredenen water ontsnappen."
Bereken de diameter van de uitblaasleiding zo, dat deze ten minste
overeenkomt met de diameter van de uitgang van het overstortven-
tiel ( tab. 4).
Controleer de paraatheid van het overstortventiel af en toe door te
spuien.
Dichtheid controleren
Controleer alle aansluitingen en het deksel van de testopening op
dichtheid.
5.4 Warmwatertemperatuursensor monteren
Monteer voor de meting en bewaking van de warmwatertemperatuur op
de boiler een warmwatertemperatuursensor op meetpunt M1 (voor het
zonnesysteem) en M2 (voor de warmtepomp).
Afb. 6 Positie van de warmwatertemperatuursensor
[1] Meetpunt M1 voor warmwatertemperatuursensor van het zonne-
systeem
[2] Meetpunt M2 voor de warmwatertemperatuursensor van de
warmtepomp
5.4.1 Monteer de warmwatertemperatuursensor voor het zonne-
systeem
Neem de warmwatertemperatuursensor uit de leveringsomvang van
het regeltoestel of de boileraansluitset (accessoires).
Schuif het sensorpakket tot aan de aanslag in de dompelhuls [2]. De
kunststof spiraal [1] wordt daarbij automatisch teruggeschoven.
Deze is na de installatie niet meer nodig.
De compensatieveer [6] waarborgt de temperatuuroverdracht tus-
sen dompelhuls en temperatuursensor.
Afb. 7 Warmwatertemperatuursensor monteren
[1] Kunststof spiraal
[2] Dompelhuls
[3] Blindstuk
[4] Kunststof spiraal
[5] Temperatuursensoren
[6] Compensatieveer
Schuif de sensorborging [1] vanaf de zijkant op de dompelhuls [2].
Afb. 8 Sensorborging monteren
[1] Sensorzekering
[2] Dompelhuls
De openingsdruk (activeringsdruk) van het overstort-
ventiel mag niet hoger worden dan de toegestane be-
drijfsdruk van de boiler ( typeplaat of
tab. 2, pagina 6).
Aansluitdiameter
ten minste
Nominale inhoud warm-
water
Maximaal
cv-
vermogen
l kW
DN20 200 - 1000 150
Tabel 4 Dimensionering van de afblaasleiding
Let erop, dat het sensorvlak over de gehele lengte con-
tact heeft met het dompelhulsvlak.
Installeren
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
10
5.4.2 Monteer de warmwatertemperatuursensor voor de warm-
tepomp
Afb. 9 Monteer de warmwatertemperatuursensor van de warmte-
pomp
Neem de warmwatertemperatuursensor van de warmtepomp uit de
leveringsomvang van de warmtepomp.
Druk de temperatuursensor van onderen met behulp van de sensor-
klem tegen de boilerwand.
Afb. 10 Installeer de sensorkabel.
Voer de sensorkabel door de uitsparing in de warmte-isolatie en sluit
de warmte-isolatie met een stuk schuim.
Afb. 11 Monteer de schuimplug
5.5 Aansluiten elektrisch
Sensorkabels naar het regeltoestel installeren.
Elektrische aansluiting uitvoeren conform de technische documen-
ten van het regeltoestel.
5.6 Monteer de elektrische verwarming (accessoires)
en sluit deze aan
De boiler biedt de mogelijkheid, een elektrische verwarming in te bou-
wen, die het drinkwater extra elektrisch verwarmt. De elektrische ver-
warming kun u optioneel bij ons bestellen.
Monteer de elektrische verwarming op de daarvoor bedoelde positie
( afb. 2, pagina 5 en afb. 12, pagina 11) en sluit deze elektrisch
aan. Houd daarbij de installatiehandleiding aan van de elektrische
weestand, de plaatselijke installatievoorschriften en de veiligheids-
instructies in hoofdstuk 1.2.
Voer een randaardetest uit conform IEC/EN 60335 tussen de magne-
siumanode en de randaarde.
Bij gebruik met elektrische verwarmingen de lokale voorschriften
aanhouden (bijv. inschakeltijden).
Let erop, dat het sensorvlak over de gehele lengte con-
tact heeft met het boilermantel.
6 720 618 697-06.1ITL
6 720 618 697-14.1ITL
GEVAAR: Levensgevaar door elektrische stroom!
Schakel voor het openen van het regeltoestel de cv-
installatie met de verwarmingsnoodschakelaar
stroomloos en met behulp van de huiszekering los-
koppelen van het elektriciteitsnet. Beveilig tegen on-
bedoeld herinschakelen.
Houdt bij de elektrische installatie en de temperatuurin-
stelling van de warmwatertemperatuursensor de techni-
sche documenten aan voor het regeltoestel, de
warmtepomp en het zonnesysteem.
6 720 618 697-18.1ITL
Inbedrijfname
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
11
Afb. 12 Monteer de elektrische verwarming
[1] Pakking
[2] Elektrische verwarming
Warmte-isolatie monteren
6 Inbedrijfname
De inbedrijfstelling moet door de installateur van de cv-installatie of een
geautoriseerde deskundige worden uitgevoerd.
Alle componenten en accessoires volgens de aanwijzingen van de fa-
brikant of de desbetreffende installatiehandleiding en de bedie-
ningshandleiding in bedrijf stellen.
6.1 Vul de boiler en controleer deze op dichtheid
Vul de boiler voor de inbedrijfstelling en controleer deze op dichtheid.
Open het vul- en ontluchtingsventiel of de hoogst gelegen kraan, om
de boiler te ontluchten.
Open de afsluiter voor de koudwaterinlaat EK om de boiler te vullen.
Controleer vóór het opwarmen of de cv-installatie, de boiler en de lei-
dingen met water gevuld zijn. Open daarvoor het be- en ontluchtings-
ventiel.
Controleer alle aansluitingen, leidingen en de testopening op dicht-
heid.
6.2 Warmte-isolatie monteren
Schuif de onderste warmte-isolatie [4] met de uitsparingen voor de
voeten onder de boiler en richt deze uit.
Plaats beide delen van de warmte-isolatie voor de zijkant [1] tegen
de achterkant. Houd de warmte-isolatie zodanig vast, dat het gatpa-
troon overeenkomt met de aansluitingen op de boiler.
▶Klik de korte afsluitstroken achter [2] op het eerste niveau vast.
Plaats beide delen van de warmte-isolatie voor de zijkant [1] tegen
de voorkant.
Klik de afsluitstroken voor [3] op het eerste niveau vast.
Sluit de afsluitstroken aan de voorzijde geheel.
Span de warmte-isolatie aan de achterkant na en klik deze in het
hoogste niveau vast.
Afb. 13 Monteer de warmte-isolatie (aanzicht van achteren)
[1] Warmte-isolatie aan de zijkant
[2] Afsluitstrook achter
[3] Afsluitstrook voor
[4] Onderste warmte-isolatie
Het verdient aanbeveling, de warmte-isolatie pas na in-
stallatie en dichtheidstest te monteren.
OPMERKING: Schade aan de boiler door ontoelaatbaar
hoge druk!
Laat de afblaasleiding van het overstortventiel altijd
geopend.
Voer de dichtheidstest van de boiler alleen uit met drink-
water. De testdruk mag aan de warmwaterzijde maxi-
maal 10 bar overdruk zijn.
OPMERKING: Schade aan de installatie door bescha-
digde kabels van warmwatertemperatuursensoren!
Let erop bij de montage van de warmte-isolatie, dat
de kabels van de warmwatertemperatuursensor
zorgvuldig zijn geïnstalleerd.
De warmte-isolatie bestaat uit twee delen. De kan bij ca.
15 °C het beste worden gemonteerd. Licht kloppen op
de warmte-isolatie in de richting van de sluituiteinden
vergemakkelijkt het samenvoegen van de beide uitein-
den.
6 720 618 697-08.2ITL
Buitenbedrijfstelling
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
12
Druk de afdekstroken voor [2] en achter [5] op de afsluitstroken.
Plaats de bovenste warmte-isolatie [3] en plaats het deksel van de
ommanteling [4].
Afb. 14 Monteer de afdekstroken en de bovenste warmte-isolatie (aan-
zicht van achteren)
[1] Warmte-isolatie aan de zijkant
[2] Afdekstroken voor
[3] Bovenste warmte-isolatie
[4] Deksel van de ommanteling
[5] Afdekstroken achter
Warmte-isolatie van de testopening monteren
Plaats het warmte-isolatie-element [2] over het deksel van de test-
opening [1].
Draai vier schroeven uit de warmte-isolatiefolie.
Schroef de afdekking [3] op het deksel van de testopening [1] en het
warmte-isolatie-element [2] met de vier schroeven vast.
Afb. 15 Warmte-isolatie van de testopening
[1] Deksel van de testopening
[2] Warmte-isolatie-element
[3] Afdekking van de testopening
6.3 Informatie aan de eigenaar door de installateur
De installateur legt de klant de werking en het gebruik uit van de cv-in-
stallatie en de boiler.
Wijs de gebruiker erop, dat
de uitblaasleiding van het overstortventiel altijd open moet blij-
ven.
de paraatheid van het overstortventiel van tijd tot tijd gecontro-
leerd moet worden door spuien.
reiniging en onderhoud minimaal iedere twee jaar moeten wor-
den uitgevoerd.
Buitenbedrijfstelling bij vorstgevaar: boiler geheel aftappen, ook het
onderste deel van de boiler.
Wijs de eigenaar op het regelmatig benodigde onderhoud van de
magnesiumanode; werking en levensduur hangen daarvan af.
Overhandig alle bijbehorende documenten aan de gebruiker.
7 Buitenbedrijfstelling
7.1 Boiler buiten werking stellen
Stel de cv-installatie buiten bedrijf ( bedieningshandleiding van
het regeltoestel, de warmtepomp en het zonnesysteem).
Schakel de elektrische verwarming (accessoires) spanningsloos en
beveilig deze tegen onbedoeld herinschakelen.
7.2 Boiler bij vorstgevaar buiten werking stellen
Wanneer de boiler bij schade gedurende meerdere dagen buiten bedrijf
moet worden gesteld, tap deze dan bij vorstgevaar volledig af:
Stel de cv-installatie buiten bedrijf ( bedieningshandleiding van
het regeltoestel, de warmtepomp en het zonnesysteem).
6 720 618 697-09.2ITL
OPMERKING: Schade aan de boiler door vorst!
Wanneer tijdens uw afwezigheid vorstgevaar bestaat,
adviseren wij u, de boiler in bedrijf te laten.
Activeer de vakantiefunctie van het regeltoestel of
kies de laagste warmwatertemperatuur.
Onderhoud
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
13
Schakel de elektrische verwarming (accessoires) spanningsloos en
beveilig deze tegen onbedoeld herinschakelen.
Afsluitventiel voor koudwatertoevoer EK sluiten.
Open de aftapkraan.
Open voor de ventilatie het be- en ontluchtingsventiel of de hoogst
gelegen aftapkraan.
Boiler geheel aftappen en binnenruimte drogen.
8 Onderhoud
Laat de boiler met tussenpozen van maximaal twee jaar door een instal-
lateur controleren en reinigen. Maak de eigenaar van de installatie daar-
op attent.
Bij ongunstige wateromstandigheden (hard tot zeer hard water) in
combinatie met hoge temperatuurbelastingen of verhoogd waterde-
biet: kies kortere reinigingsintervallen.
8.1 Bereid de boiler voor de reiniging voor
Schakel de cv-installatie stroomloos.
Schakel de elektrische verwarming (accessoires) spanningsloos en
beveilig deze tegen onbedoeld herinschakelen.
De boiler aftappen. Sluit daarvoor de afsluiter voor de koudwaterin-
laat EK en open de aftapkraan EL. Open voor de ventilatie het be- en
ontluchtingsventiel of de hoogst gelegen aftapkraan.
Schroef de afdekking [6] af en verwijder de warmte-isolatie [5] van
de testopening [1].
Maak de zeskantschroeven [4] los, neem het deksel van de testope-
ning [3] samen met de dichting [2].
Afb. 16 Demonteer de deksel van de testopening
[1] Testopening
[2] Pakking
[3] Deksel van de testopening
[4] Zeskantschroeven
[5] Warmte-isolatie-element
[6] Afdekking van de testopening
8.2 Warmwaterboiler reinigen
Controleer of er zich aan de binnenkant van de boiler geen kalkaan-
slag (kalkafzetting) bevindt.
Spuit indien nodig de binnenruimte van de boiler uit met een krachti-
ge koudwaterstraal (4-5 bar overdruk).
Afb. 17 Warmwaterboiler uitspuiten
Resten met een natte/droge zuiger met kunststofbuis verwijderen.
GEVAAR: Verbrandingsgevaar door heet water!
Boiler na de buitenbedrijfstelling
voldoende laten afkoelen.
OPMERKING: Schade aan de boiler door corrosie!
Na aftappen kan de restvochtigheid corrosie tot gevolg
hebben.
Tap de boiler via het aftapventiel volledig af - ook het
onderste deel van de boiler.
Maak de binnenruimte goed droog en laat het deksel
van de openingen open.
OPMERKING: Schade aan de boiler door een gebrekki-
ge reiniging en onderhoud!
Voer de reiniging en het onderhoud ten minste om de
twee jaar uit.
Gebreken onmiddellijk herstellen.
GEVAAR: Verbrandingsgevaar door heet water!
Boiler na de buitenbedrijfstelling voldoende laten af-
koelen.
OPMERKING: Schade aan de boiler door een bescha-
digde oppervlakveredeling.
Maak voor de reiniging van de binnenkant van de boi-
ler geen gebruik van harde, scherpe voorwerpen.
U kunt de efficiëntie van deze reiniging nog verhogen,
wanneer u de lege boiler vóór het uitspuiten opwarmt.
De kalkafzetting komt beter los van de gladdebuiswarm-
tewisselaar door het thermoshockeffect.
Onderhoud
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
14
Ernstige afzetting verwijderen
Wanneer er in de boiler extreme korsten van kalkafzetting zijn ontstaan,
kan u deze met behulp van een chemische reiniging verwijderen met een
kalkoplossend product. Het heeft zich bewezen, de boiler daarvoor aan
de drinkwaterzijde van het net los te koppelen, om vervuiling van het
drinkwater uit te sluiten.
8.3 Magnesiumanode controleren
De magnesiumanode is een slijtanode, die door het gebruik van de boiler
wordt verbruikt.
Visuele inspectie van de anodestaaf
Indien nog niet uitgevoerd, neem de deksel van de ommanteling en
de bovenste warmte-isolatie weg ( afb. 1, pagina 4).
Verwijder het bovenste handgatdeksel met magnesiumanode.
Controleer of de magnesiumanode versleten is.
Vervang de magnesiumanode wanneer de diameter is afgenomen tot
ca. 15 – 20 mm ( hoofdstuk 8.4).
Monteer anders het bovenste handgatdeksel weer met een nieuwe
dichting en de magnesiumanode.
Monteer het ringoog van de aardingskabel [8] met een zeskant-
schroef en de tandring.
8.4 Magnesiumanode vervangen
Om het ringoog van de aardingskabel [8] los te maken moer M8 [10]
afschroeven.
Schroef de moer M8 [7] los.
Neem het handgatdeksel [3] van de magnesiumanode [1].
Magnesiumanode vervangen.
Monteer de magnesiumanode met de meegeleverde kleine onderde-
len.
Afb. 18 Magnesiumanode vervangen
[1] Magnesiumanode
[2] Pakking
[3] Handgatdeksel
[4] Isolatiehuls
[5] Ring
[6] Getande borgring
[7] Moer M8
[8] Ringoog van de aardingskabel
[9] Getande borgring
[10] Moer M8
8.5 Boiler na het onderhoud opnieuw in bedrijf stellen
Plaats het deksel van de testopening [3] met de nieuwe dichting [2]
weer.
Draai de zeskantschroeven [4] op het deksel van de testopening
handvast aan.
Trek aansluitend de zeskantschroeven m.b.v. een momentsleutel
met een kracht van 25 – 30 Nm na.
Vul de boiler en stel de cv-installatie weer in werking.
Controleer alle aansluitingen, de magnesiumanode en de testope-
ning [1] op lekkages.
Plaats het warmte-isolatie-element [5] en monteer de afdekking van
de testopening [6].
GEVAAR: Levensgevaar door elektrische stroom!
Let op wanneer de boiler is uitgevoerd met een elektri-
sche verwarming:
gebruik geen inertanode.
Voer een randaardetest uit conform IEC/EN 60335
tussen de magnesiumanode en de randaarde na de
inbouw.
De magnesiumanode moet met tussenpozen van maxi-
maal twee jaar worden onderworpen aan een visuele in-
spectie. De anodecontrole kan bovendien uitgevoerd
worden door een jaarlijkse veiligheidsstroommeting met
een anodetester. Daarvoor hoeft de boiler niet te wor-
den afgetapt en de anoden hoeven niet gedemon-
teerd te worden.
Wanneer de anodestaaf niet goed worden onderhouden,
komt de garantie van de boiler te vervallen.
Oppervlak van de magnesiumstaaf niet met olie of vet in
contact laten komen.
Let op eventuele vervuiling.
Gebruik, wanneer de ruimtehoogte niet voldoende is,
om een nieuwe magnesiumanode in te bouwen, een op-
offeringsanode.
OPMERKING: Schade aan de boiler door een defecte
dichting!
Plaats, om lekkages aan de boiler te voorkomen, na
de reiniging en het onderhoud een nieuwe dichting
op de testopening.
Let bij de installatie van de dichting op de markering
"dekselzijde"!
Milieubescherming/afvalverwerking
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
15
Plaats de bovenste warmte-isolatie en het deksel van de ommante-
ling ( afb. 1, pagina 4) weer op de boiler.
Afb. 19 Monteer de deksel van de testopening
[1] Testopening
[2] Pakking
[3] Deksel van de testopening
[4] Zeskantschroeven
[5] Warmte-isolatie-element
[6] Afdekking van de testopening
9 Milieubescherming/afvalverwerking
Milieubescherming is een ondernemingsprincipe van de Bosch-groep.
Kwaliteit van de producten, rendement en milieubescherming zijn voor
ons gelijkwaardige doelstellingen. Wetgeving en voorschriften voor mi-
lieubescherming worden strikt nageleefd. Ter bescherming van het mi-
lieu gebruiken wij, rekening houdend met bedrijfseconomische
gezichtspunten, de best mogelijke techniek en materialen.
Verpakking
Voor wat de verpakking betreft, nemen wij deel aan de nationale verwer-
kingssystemen, die een optimale recyclage waarborgen. Alle gebruikte
verpakkingsmaterialen zijn milieuvriendelijk en kunnen worden herge-
bruikt.
Oud apparaat
Oude apparaten bevatten materialen die hergebruikt kunnen worden.
De modules kunnen gemakkelijk worden gescheiden en de kunststoffen
zijn gemarkeerd. Daardoor kunnen de verschillende componenten wor-
den gesorteerd en voor recyclage of afvoeren worden aangeboden.
9


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for Nefit WST 500 SCEhp at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of Nefit WST 500 SCEhp in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 0,92 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info