63
Ovenfuncties
Boven- en onderwarmte
—————
e
(Conventioneel verwarmingssysteem)
Door middel van boven en onder in de
oven aangebrachte verwarmingselementen
wordt de warmte op het te bakken of
braden gerecht overgedragen.
Er kan slechts op één inschuifhoogte
worden gebakken of gebraden.
Voordelen:
– bakken van gebak met vochtig beslag,
pizza en quiche
– bakken van brood.
Hete lucht
————————————
v
Door het verwarmingssysteem in de
achterwand van de oven wordt de
verwarmde lucht in de oven gecirculeerd,
waardoor een bijzonder goede
warmteoverdracht op het te bakken of
braden gerecht wordt bereikt.
Voordelen:
– de oven wordt nauwelijks vuil
– er kan op verschillende hoogten
tegelijkertijd worden gebakken of
gebraden
– korte verwarmingstijden
–lage oventemperaturen
– geleidelijk ontdooien
Oppervlakte-grill
—————————
Z
Door het verwarmingselement aan het
plafond van de oven wordt de warmte
opgewekt en op de te grillen gerechten
overgedragen.
Voordelen:
– bijzonder geschikt voor platte en kleine
stukken vlees zoals steaks en worstjes,
maar ook voor vis, groente en toast.
Thermo-grill
———————————
I
Tijdens het thermo-grillen worden
afwisselend het grill-verwarmingselement
en de ventilator in- en uitgeschakeld.
De door het grill-verwarmingselement
opgewekte warmte wordt door de
ventilator gelijkmatig in de ovenruimte
verdeeld.
Voordelen:
– bijzonder geschikt voor gevogelte en
grote stukken vlees.
Onderwarmte
——————————
w
Uitsluitend het verwarmingselement aan de
onderzijde van de oven wordt ingeschakeld.
Voordelen:
– zeer geschikt voor gebak en gerechten
die aan de onderzijde extra bruin moeten
worden of een korst moeten krijgen.
ṇ Pas kort voor het einde van de bak-
of braadtijd gebruiken.