6
: HOMOGENISEREN / MENGEN / FIJN
MIXEN
6
6
.
.
1
1
G
G
E
E
B
B
R
R
U
U
I
I
K
K
T
T
E
E
A
A
C
C
C
C
E
E
S
S
S
S
O
O
I
I
R
R
E
E
S
S
:
:
-
Mixerkom eenheid (i) (afhankelijk van
het model).
MONTEREN VAN DE ACCESSOIRES:
- Doe de ingrediënten in de mixerkom
(i3) zonder het maximaal volume van
1 Lte overschrijden.
- Breng het deksel voorzien van de
doseerdop (i1), op zijn plaats (i2) en
vergrendel door het met de wijzers
van de klok mee te draaien.
- Zet de mixerkom geassembleerd (i) op
het motorblok (a), met de greep naar
de snelheidkeuzeknop gedraaid.
- Wacht tot de keukenmachine geheel
is gestopt voordat u de mixerkom van
het motorblok haalt.
AANZETTEN EN TIPS:
- Draai de snelheidkeuzeknop (a3) naar
stand «1» of «2» om het apparaat aan
te zetten.
U kunt de stand «Pulse» gebruiken om
het mixen beter te beheersen.
- Vul de mixerkom nooit met een
kokende vloeistof.
- Gebruik uw mixerkom altijd met het
bijbehorend deksel.
- Gebruik de mixerkom nooit met alleen
droge producten (hazelnoten,
amandelen, pinda’s…).
- Giet de vloeibare ingrediënten altijd
als eerste in de kom alvorens de
ingrediënten toe te voegen, zonder
het volgende maximaal niveau te
overschrijden:
- 1 Lvoor stroperige mengsels.
- 0,8 L voor vloeibare mengsels.
- Om tijdens het mixen ingrediënten toe
te voegen haalt u de doseerdop (i1)
uit het deksel en giet de ingrediënten
door de vulopening naar binnen.
Tips:
- Indien de ingrediënten tijdens het
mixen aan de komwand blijven
plakken stopt u het apparaat en trekt
de stekker uit het stopcontact. Neem
de mixerkom van het lichaam van het
apparaat. Doe het mengsel met
behulp van de spatel (n), op het mes
v
allen. Steek nooit handen of vingers
in de mengkom en blijf uit de
omgeving van het mes.
U
kunt:
- fijngemalen soepen, gebonden
soepen, room, moes, milkshakes,
cocktails maken.
- alle vloeibare deegsoorten mengen
(pannenkoeken, donuts, clafoutis, far).
6
6
.
.
2
2
V
V
o
o
o
o
r
r
h
h
e
e
t
t
b
b
e
e
r
r
e
e
i
i
d
d
e
e
n
n
v
v
a
a
n
n
s
s
o
o
j
j
a
a
m
m
e
e
l
l
k
k
,
,
v
v
r
r
u
u
c
c
h
h
t
t
e
e
n
n
s
s
a
a
p
p
p
p
e
e
n
n
,
,
c
c
o
o
c
c
k
k
t
t
a
a
i
i
l
l
s
s
z
z
o
o
n
n
d
d
e
e
r
r
p
p
i
i
t
t
o
o
f
f
v
v
e
e
l
l
,
,
k
k
u
u
n
n
t
t
u
u
u
u
w
w
s
s
a
a
p
p
f
f
i
i
l
l
t
t
e
e
r
r
(
(
i
i
5
5
)
)
g
g
e
e
b
b
r
r
u
u
i
i
k
k
e
e
n
n
.
.
Om dit te doen plaatst u de filter in de
mixerkom (i3), met de metalen roosters
onderop, waarbij u erop let de gleuven
in de filter op de binnenrichels van de
mengkom te plaatsen.
- Breng het deksel op zijn plaats (i2-1)
op de mixerkom om de filter vast te
zetten.
- Breng de voedingsmiddelen of
vloeistoffen in de filter door de
vulopening in de doseerdop (i1-1).
Breng de doseerdop weer op zijn
plaats en draai de keuzeknop (a3)
naar stand «1» of «2» of geef een
aantal stoten in de «Pulse» stand.
Tip:
Voor wortel- of appelsap snijdt u de
vruchten in dobbelsteentjes en voegt u
een dosis water toe.
- De stamper (i4) maakt het mogelijk uw
bereidingen in de mixerkom te
homogeniseren en aan te stampen
(en dan vooral de meest stroperige).
Steek om dit te doen de stamper door
het centrale gat in het deksel van de
mixerkom (i2). Duw de
voedingsmiddelen met behulp van de
stamper naar de messen toe.
LET OP: Gebruik de stamper (i4) nooit
zonder deksel (i2) anders loopt de
stamper gevaar met de messen in
contact te komen. Gebruik uw stam-
per niet met een ander accessoire.
U kunt uw vloeibare bereidingen direct,
zonder het deksel (i2-1) af te nemen,
door het in het deksel geïntegreerde fil-
ter gieten.
Draai hiervoor het deksel naar de filter
stand (fig 6-2).
41