70
WEERGAVESTAND
Geheugenkaarten formatteren (Format)
Bij het formatteren wordt alle informatie van de geheugenkaart gewist.
Met de formatteerfunctie wist u alle informatie die op een geheugenkaart staat. Speel zo nodig eerst
de informatie van de kaart over naar de computer of een opslagmedium voordat u gaat formatteren.
Beveiliging beschermt beelden niet tegen wissen wanneer de kaart wordt geformatteerd. Formatteer
de geheugenkaart altijd in de camera; gebruik nooit de computer om een kaart te formatteren.
Wordt de formatteerfunctie geselecteerd en doorgevoerd, dan verschijnt een bevestigingsscherm,
Kies “Yes” om de kaart te formatteren, “No” zal de procedure afbreken. Als de kaart is geformatteerd
dan verschijnt er een scherm dat dat meldt.
Verschijnt de melding dat de kaart niet kan worden gebruikt (“unable-to-use-card”), dan kan het
nodig zijn de kaart opnieuw te formatteren. Zo kan het voorkomen dat een kaart die in een camera
werd geformatteerd, voor gebruik in deze camera opnieuw moet worden geformatteerd.
Video-output
U kunt de met de camera opgenomen beelden op een TV weergeven (blz. 71). Voor de video-output
kunt u kiezen tussen twee systemen, NTSC en PAL. Noord-Amerika gebruikt de NTSC standaard,
Europa de PAL standaard.