105518
50
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/84
Next page
Gebruiksaanwijzing
voor afwasautomaten
Lees beslist de gebruiksaanwijzing en de
montage-instructies voordat u uw afwas-
automaat plaatst, installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt
onnodige schade aan uw apparaat.
M.-Nr. 07 503 330
nl-NL
Beschrijving van het apparaat .......................................5
Het apparaat in één oogopslag........................................5
Bedieningspaneel ..................................................6
Hoe werkt het display? ..............................................7
Miele{home ......................................................8
Display-apparaten ...............................................8
Na te bestellen accessoires ........................................8
Hoe ziet het er in de toekomst thuis uit?...............................8
Meer informatie ..................................................8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen.............................9
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu ......................14
Het wegdoen van het verpakkingsmateriaal .............................14
Het afdanken van het apparaat .......................................14
Economisch afwassen ..............................................15
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt .................16
Het openen van de deur ............................................16
Het sluiten van de deur .............................................16
Kinderbeveiliging..................................................16
Het instellen van de taal ..........................................17
Het instellen van de urenweergave .................................17
Het instellen van de dagtijd .......................................18
Dagtijdweergave................................................18
Voor het eerste gebruik hebt u nodig ..................................19
Externe waterontharder .............................................19
Het doseren van regenereerzout......................................19
Het bijvullen van zout...............................................21
Naspoelmiddel....................................................22
Het doseren van naspoelmiddel ......................................22
Het bijvullen van naspoelmiddel ......................................23
Het inruimen van serviesgoed en bestek .............................24
Serviesgoed en bestek die niet geschikt zijn voor de afwasautomaat .........25
Bovenrek ........................................................26
Uitneembaar spijlenrek...........................................26
Kopjesrek .....................................................27
Steunbeugel (afhankelijk van het model) .............................27
Glazenbeugel (afhankelijk van het model) ............................28
Het verstellen van het bovenrek ....................................29
Inhoud
2
Onderrek ........................................................30
Comfortinzetrekken..............................................30
Korte Comfortinzetrek ............................................31
Fleshouder ....................................................31
Bestek ..........................................................32
Besteklade (afhankelijk van het model) ..............................32
Bestekkorf (afhankelijk van het model)...............................33
Bediening .......................................................34
Reinigingsmiddelen ................................................34
Het doseren van reinigingsmiddel.....................................35
Het inschakelen van de afwasautomaat ................................37
Het kiezen van een programma ......................................37
Het kiezen van extra functies.........................................38
Het starten van het programma.......................................39
Tijdsaanduiding ...................................................39
Einde van het programma ...........................................40
Het uitschakelen van de afwasautomaat................................40
Het uitruimen van de afwasautomaat ..................................40
Het onderbreken van het programma ..................................40
Wisseling van programma ...........................................41
Bediening .......................................................42
Voorprogrammering................................................42
Reiniging en onderhoud ...........................................44
Het reinigen van de spoelruimte ......................................44
Het reinigen van de deurdichting en de deur ............................44
Het reinigen van het front van de afwasautomaat .........................44
Het controleren van de zeefcombinatie in de spoelruimte ..................45
Het reinigen van de zeefcombinatie ...................................45
Het reinigen van de sproeiarmen .....................................47
Nuttige tips ......................................................48
Technische storingen ..............................................48
Storingen in de watertoevoer/waterafvoer ...............................50
Algemene problemen met de afwasautomaat............................52
Vreemde geluiden .................................................54
Een tegenvallend afwasresultaat......................................55
Inhoud
3
Het verhelpen van storingen........................................58
Het reinigen van het zeefje in de schroefkoppeling van de watertoevoer ......58
Het reinigen van de afvoerpomp en de terugslagklep .....................59
Afdeling Klantcontacten ...........................................61
Voor testinstituten .................................................61
Programma-overzicht .............................................62
Na te bestellen accessoires ........................................68
Elektrische aansluiting ............................................69
Wateraansluiting .................................................70
Het waterbeveiligingssysteem van Miele ...............................70
Watertoevoer .....................................................70
Waterafvoer ......................................................71
Beluchting van de waterafvoer .....................................71
Technische gegevens .............................................72
Menu voor de instellingen
! ........................................73
Het openen van het menu "Instellingen
!"...............................73
Taal
! ...........................................................74
Dagtijd ..........................................................74
Tabsoort.........................................................75
Extra droging .....................................................76
Waterhardheid ....................................................76
Externe waterontharder .............................................77
Naspoelmiddel....................................................77
Controle zeefcombinatie ............................................77
Aanpassing Automatic - programma...................................77
Wijziging hoofdmenu ...............................................78
Opslag extra functies...............................................79
Bedieningsvergrendeling ...........................................80
Temperatuur .....................................................81
Geluidssterkte ....................................................81
Lichtsterkte ......................................................82
Contrast .........................................................82
Memory .........................................................82
Demonstratie voor de vakhandel......................................83
Fabrieksinstellingen ................................................83
Het sluiten van het menu "Instellingen
!". ...............................83
Inhoud
4
Het apparaat in één oogopslag
a Bovenste sproeiarm
(niet zichtbaar)
b Besteklade
(afhankelijk van het model)
c Bovenrek
d Middelste sproeiarm
e Luchttoevoer voor het drogen
(afhankelijk van het model)
f Onderste sproeiarm
g Zeefcombinatie
h Typeplaatje
i Kinderbeveiliging in de deurgreep
(niet zichtbaar)
j Reservoir voor naspoelmiddel
k Tweevaksdoseerbakje voor reini
-
gingsmiddel
l Reservoir voor regenereerzout
Beschrijving van het apparaat
5
Bedieningspaneel
a Keuze-sensortoetsen
Met deze toetsen kunt u:
de menu-onderdelen kiezen die er
-
naast met een punt worden aange
-
geven;
de aangegeven waarden (+/-) wij-
zigen en door de menu's lopen.
De keuze-sensortoetsen branden
wanneer ze actief zijn.
b Sensortoets K (Aan/Uit)
Met deze toets kunt u de afwasauto-
maat in- en uitschakelen.
c Display
Nadere bijzonderheden over het dis
-
play kunt u op de volgende bladzijde
vinden.
d Sensortoets U (Clear)
Met deze toets kunt u:
terugschakelen naar het vorige
menuniveau;
eerder ingestelde waarden onge
-
daan maken.
e Sensortoets : (Informatie)
Met deze toets kunt u informatie op
-
vragen over het op dat moment aan
-
gegeven menu.
f Stand-by-aanduiding
Het controlelampje gaat branden
wanneer het apparaat ingeschakeld
en het display uitgeschakeld is.
g Optische interface
Op deze plaats kunnen onze technici
de afwasprogramma's controleren,
updaten en in het geheugen van de
afwasautomaat opslaan.
h Miele{home
Aanduiding voor een apparaat dat
op het Miele|home-netwerk kan
worden aangesloten.
In deze gebruiksaanwijzing worden verschillende modellen afwasautomaat be
-
schreven.
Deze modellen worden in de gebruiksaanwijzing als volgt aangeduid:
G 1833 etc. = G 1XXX
G 2833 etc. = G 2XXX
De aanduidingen G 1XXX en G 2XXX hebben altijd betrekking op het type
-
plaatje. Dit bevindt zich aan de rechter zijkant van de deur.
Beschrijving van het apparaat
6
Hoe werkt het display?
Via het display kunt u kiezen:
de programma's;
de extra functies;
het tijdstip dat het door u gekozen
programma moet starten;
het menu "Instellingen J".
Bovendien kunt u via het display:
informatie opvragen.
Tijdens het programmaverloop wordt in
het display het volgende aangegeven:
de programmanaam;
de dagtijd;
de programmafase;
de vermoedelijke resttijd;
mogelijk optredende foutmeldingen
en instructies.
Het apparaat beschikt over een
stand-by. Dat betekent dat het dis
-
play donker wordt wanneer er een
paar minuten lang niet op een sen
-
sortoets is gedrukt. Dit bespaart
energie.
Wanneer er op een willekeurig sen
-
sortoets wordt gedrukt, gaat het dis
-
play weer branden.
ß
Een punt in het display naast een
keuze-sensortoets geeft aan dat met
deze sensortoets een functie kan wor
-
den gekozen.
De bijbehorende toets brandt.
n
De pijlen rechts in het display geven
aan dat er meer keuzemogelijkheden of
meer teksten volgen en met de daarbij-
behorende brandende keuze-sensor-
toets kunnen worden aangegeven.
------
Onder de laatste keuzemogelijkheid in
een keuzelijst staat een streepjeslijn.
OK
Met de functie OK kunt u keuzes of mel
-
dingen bevestigen en naar het volgen
-
de menu of submenu gaan.
L
Wat u gekozen heeft wordt met een
vinkje aangegeven.
In het menu "Instellingen J"kuntude
elektronica van de afwasautomaat
aanpassen aan uw specifieke wen
-
sen.
Meer informatie daarover vindt u in
het gelijknamige hoofdstuk.
Beschrijving van het apparaat
7
In het Miele|home - systeem zenden de huishoudelijke apparaten met een com
-
municatiemodule via het elektriciteitsnet c informatie en tips m.b.t. het program
-
maverloop naar een display-apparaat d / e.
Deze gebruiksaanwijzing gaat over een
afwasautomaat b, die met een na te
bestellen communicatiemodule a op
het Miele|home - systeem kan worden
aangesloten.
Display-apparaten
SuperVision-apparaat d
Deze afwasautomaat beschikt ook
over SuperVision en kan als stationair
display-apparaat worden ingesteld.
InfoControl XIC 2100 e
Via het na te bestellen mobiele
display-apparaat kan de informatie
over de huishoudelijke apparaten in
en om het huis akoestisch en optisch
worden aangegeven.
De display-apparaten kunnen tegelijk
worden gebruikt.
Na te bestellen accessoires
Vereist: communicatiemodule XKM
2000 SV a
Optioneel: mobiel displayapparaat
InfoControl XIC 2100 e
Deze accessoires worden geleverd met
een installatie- en een gebruiksaanwij
-
zing.
Hoe ziet het er in de toekomst thuis
uit?
Het Miele|home - systeem kan worden
uitgebreid. In de toekomst kunnen met
de communicatiemodule uitgeruste ap
-
paraten b bijv. via een PC of een mo
-
biele telefoon worden gecontroleerd en
bestuurd.
Meer informatie
Meer informatie over Miele|home,
SuperVision en toekomstige mogelijk
-
heden vindt u onder
www.miele-at-home.nl
Miele{home
8
Deze afwasautomaat voldoet aan de
voorgeschreven veiligheidsbepalin
-
gen.
Door ondeskundig gebruik kunnen
personen echter letsel oplopen en
kan er materiële schade ontstaan.
Lees deze gebruiksaanwijzing daar
-
om eerst aandachtig door voordat u
dit apparaat in gebruik neemt. Dat is
veiliger voor uzelf en u voorkomt
daarmee schade aan uw automaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing en
geef deze door aan een eventuele
volgende eigenaar van het appa-
raat.
Efficiënt gebruik
~
Deze afwasautomaat is uitsluitend
bestemd voor huishoudelijk gebruik.
~
Gebruik deze afwasautomaat uitslui-
tend voor het afwassen van huishoud-
servies.
Het gebruik voor andere doeleinden en
het aanbrengen van veranderingen aan
het apparaat is ontoelaatbaar en kan
gevaarlijk zijn.
De fabrikant kan niet aansprakelijk wor
-
den gesteld voor schade die is ont
-
staan door gebruik voor andere doel
-
einden dan hier aangegeven of door
een foutieve bediening.
~
Personen die op grond van hun
fysieke of psychische gesteldheid, hun
onervarenheid of gebrek aan kennis
van de afwasautomaat niet in staat zijn
om het apparaat veilig te bedienen,
mogen deze automaat alleen gebruiken
als ze onder toezicht staan van of wor
-
den geïnstrueerd door een verant
-
woordelijk persoon.
Wanneer er kinderen in huis
zijn
~
Wanneer er kinderen in de buurt van
de afwasautomaat zijn, houd ze dan
goed in de gaten. Zorg ervoor dat ze
niet met het apparaat gaan spelen.
Wanneer zij dit doen bestaat het gevaar
dat ze zich in de automaat opsluiten.
~
Kinderen mogen de afwasautomaat
alleen dan zonder toezicht gebruiken,
wanneer ze weten hoe het apparaat
werkt en wat voor gevaar zij lopen wan-
neer ze de automaat fout bedienen.
~
Zorg ervoor dat kinderen niet met
reinigingsmiddelen in aanraking kun
-
nen komen.
Reinigingsmiddelen kunnen brandwon
-
den in mond en keel veroorzaken of tot
verstikking leiden. Laat kinderen niet bij
de afwasautomaat komen als deze ge
-
opend is. Er zouden nog resten reini
-
gingsmiddelen in de automaat aanwe
-
zig kunnen zijn.
Ga direct naar de dokter wanneer uw
kind reinigingsmiddel binnengekregen
heeft.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
9
Technische veiligheid
~
Controleer vóórdat het apparaat
wordt geplaatst, of het zichtbaar be
-
schadigd is.
Is dat het geval, neem het dan in geen
geval in gebruik. Een afwasautomaat
die beschadigd is kan uw veiligheid in
gevaar brengen.
~
De afwasautomaat mag alleen via
een 3-polige stekker met randaarde op
het elektriciteitsnet worden aangeslo
-
ten.
De stekker mag niet worden afgeknipt
en niet vast aangesloten.
U moet na plaatsing van het apparaat
zonder problemen bij het stopcontact
kunnen komen, zodat u ieder moment
de stekker uit de automaat kunt trek-
ken.
~
Wanneer zich in de buurt van de af-
wasautomaat een elektrisch apparaat
bevindt, let er dan op dat de stekker
van dit apparaat niet schuilgaat achter
de afwasautomaat.
Daar de inbouwkast niet altijd diep ge
-
noeg is kan er druk op de stekker ont
-
staan, wat het risico op oververhitting
en daarmee op brand verhoogt.
~
De afwasautomaat mag niet onder
een kookplaat worden geïnstalleerd.
Een kookplaat straalt voor een deel
hoge temperaturen af waardoor de au
-
tomaat beschadigd zou kunnen raken.
Om dezelfde reden mag de afwasauto
-
maat niet direct naast warmteproduce
-
rende apparaten worden geplaatst die
niet standaard tot de keukenuitrusting
behoren.
~
Dit apparaat mag pas dan op het
elektriciteitsnet worden aangesloten,
nadat het is geplaatst en geïnstalleerd.
~
Controleer of de elektrische waar
-
den van uw huisinstallatie (spanning,
frequentie en zekering) overeenkomen
met de gegevens op het typeplaatje.
~
De elektrische veiligheid van dit ap
-
paraat is alleen dan gewaarborgd als
het wordt aangesloten op een aar
-
dingssysteem dat volgens de geldende
veiligheidsvoorschriften is geïnstal
-
leerd.
Laat de huisinstallatie bij twijfel door
een vakman / vakvrouw controleren.
De fabrikant kan niet aansprakelijk wor-
den gesteld voor schade die is ont-
staan door een ontbrekende of bescha-
digde aarddraad (bijv. een elektrische
schok).
~
Deze afwasautomaat mag niet op
het elektriciteitsnet worden aangesloten
via meervoudige stopcontacten of via
verlengsnoeren die daarvoor niet ge-
schikt zijn.
Gebeurt dat wel, dan bestaat er gevaar
voor oververhitting.
~
Wanneer dit apparaat op een niet-
stationaire locatie (bijv. op een boot of
in een camper) moet worden geplaatst,
mag het uitsluitend door een vakman /
vakvrouw worden ingebouwd en aan
-
gesloten. Hierbij moet aan alle voor
-
waarden voor een veilig gebruik wor
-
den voldaan.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
10
~
De kunststof behuizing van de Wa
-
terproofventielen bevat een elektrisch
onderdeel. Zorg ervoor dat de behui
-
zing niet nat wordt!
~
In de watertoevoerslang bevinden
zich spanningsvoerende delen.
De slang mag daarom niet worden
doorgeknipt.
~
Het Miele-Waterproofsysteem biedt
een betrouwbare bescherming tegen
waterschade, maar wel op de volgende
voorwaarden:
De afwasautomaat moet volgens de
voorschriften geïnstalleerd zijn.
Wanneer er duidelijk sprake is van
schade moet het apparaat worden
gerepareerd, resp. moeten onderde-
len worden vervangen.
De kraan moet bij langere afwezig-
heid (bijv. vakantie) worden dichtge-
draaid.
Het Waterproofsysteem functioneert
ook wanneer de afwasautomaat is uit
-
geschakeld. Het apparaat moet dan
wel op het elektriciteitsnet zijn aange
-
sloten.
~
Een afwasautomaat die beschadigd
is kan uw veiligheid in gevaar brengen.
Stel het apparaat meteen buiten wer
-
king wanneer het beschadigd is en
neem contact op met uw leverancier of
met de afdeling Klantcontacten van
Miele Nederland B.V.
~
Reparaties aan de afwasautomaat
mogen uitsluitend door vakmensen
worden uitgevoerd.
Ondeskundig uitgevoerde reparaties
kunnen onvoorziene risico's voor de ge
-
bruiker opleveren, waarvoor de fabri
-
kant niet aansprakelijk kan worden ge
-
steld.
~
Defecte onderdelen mogen alleen
door originele Miele-onderdelen wor
-
den vervangen.
Alleen van deze Miele-onderdelen kun
-
nen wij garanderen, dat zij volledig vol
-
doen aan de veiligheidseisen die wij
stellen aan onze apparaten en onder-
delen daarvan.
~
Bij onderhoudswerkzaamheden
dient u altijd de spanning van de af-
wasautomaat te halen.
Schakel daartoe het apparaat uit en
trek daarna de stekker uit het stopcon-
tact of schakel de hoofdschakelaar van
de elektrische huisinstallatie uit.
~
Een beschadigde aansluitkabel mag
alleen door een aansluitkabel van het
-
zelfde type worden vervangen. Deze is
verkrijgbaar bij de afdeling Onderdelen
van Miele Nederland B.V.
Om veiligheidsredenen mag de kabel
alleen door een erkend vakman / vak
-
vrouw of door de afdeling Klantcontac
-
ten van Miele Nederland B.V. worden
vervangen.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
11
Plaatsing
~
Neem bij plaatsing en aansluiting
van de afwasautomaat de instructies in
het montageschema in acht.
~
De afwasautomaat moet waterpas
worden geplaatst.
~
Onder of in te bouwen afwasauto
-
maten mogen omwille van de stabiliteit
uitsluitend worden geplaatst onder een
doorlopend werkblad dat is vastge
-
schroefd aan de kasten die ernaast
staan.
~
Wanneer u een vrijstaande afwas
-
automaat wilt onderbouwen, moet u
daartoe de vrijstaande sokkel verwijde-
ren en deze vervangen door een sok-
kelpaneel voor een onderbouwafwas-
automaat. Dit paneel zit in de daarvoor
bestemde onderbouwset.
Doet u dat niet, dan loopt u het gevaar
zich aan uitstekende metalen delen te
bezeren.
Juist gebruik
~
Gebruik geen oplosmiddelen in de
spoelruimte.
Dit in verband met explosiegevaar.
~
Adem geen poedervormige reini
-
gingsmiddelen in! Slik geen reinigings
-
middelen in! Reinigingsmiddelen kun
-
nen brandwonden in neus, mond en
keel veroorzaken.
Ga direct naar de dokter wanneer u rei
-
nigingsmiddelen hebt ingeademd of in
-
geslikt.
~
Laat de deur van de afwasautomaat
niet onnodig openstaan.
U zou zich daaraan kunnen stoten.
~
Wanneer de deur van de afwasauto-
maat open staat, ga daar dan niet op
zitten of staan.
Doet u dat wel, dan kan het apparaat
kantelen. Daarbij kunt u letsel oplopen
of kan het apparaat beschadigd raken.
~
Gebruik uitsluitend reinigingsmidde-
len en naspoelmiddelen voor huishoud-
afwasautomaten.
Gebruik geen reinigingsmiddelen voor
de handafwas!
~
Gebruik geen reinigingsmiddelen
die voor bedrijfsafwasautomaten of in
-
dustriereinigers bestemd zijn.
Doet u dat wel kan er materiële schade
ontstaan en kunnen er hevige chemi
-
sche reacties optreden (bijv. een knal
-
gasreactie).
~
Doseer geen poedervormig of vloei
-
baar reinigingsmiddel in het reservoir
voor naspoelmiddel, want dan gaat het
reservoir kapot.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
12
~
Doseer geen poedervormig of vloei
-
baar reinigingsmiddel in het reservoir
voor het regenereerzout, want dan gaat
de ontharder kapot.
~
Gebruik uitsluitend het speciale
grofkorrelige regenereerzout of andere
zuivere ingedampte zouten.
Gebruik in geen geval andere soorten
zout, bijv. keukenzout of strooizout.
Deze soorten zout bevatten soms niet
in water op te lossen deeltjes die een
nadelig effect kunnen hebben op de
werking van de ontharder.
~
Heeft u een afwasautomaat met een
bestekkorf, kunt u het bestek het beste
in de bestekkorf plaatsen met de gre-
pen beneden en met de scherpe kant
boven. Dan wordt het bestek makke-
lijker schoon en droog.
Wanneer u daardoor echter kans loopt
om zich aan de scherpe kant van de
messen en de punten van de vorken te
verwonden, dan kunt u het bestek het
beste met de grepen boven en met de
scherpe kant beneden plaatsen.
~
Reinig geen kunststof vaatwerk in
de afwasautomaat dat niet hittebesten
-
dig is zoals wegwerpbakjes of
wegwerpbestek.
Dit soort vaatwerk kan door de hoge
temperaturen vervormen.
~
Wanneer u de extra functie "Voor
-
programmering" gebruikt (afhankelijk
van het model), moet u ervoor zorgen
dat het doseerbakje voor het reinigings
-
middel droog is.
Reinigingsmiddel gaat in een vochtig
doseerbakje klonteren en wordt mis
-
schien niet volledig weggespoeld.
Gebruik van toebehoren
~
Alleen originele Miele-toebehoren
mogen worden aan- of ingebouwd.
Wanneer er andere toebehoren worden
aan- of ingebouwd, kan Miele niet voor
de gevolgen instaan en kan er geen
beroep meer worden gedaan op bepa
-
lingen met betrekking tot garantie en
productaansprakelijkheid.
Bij het afdanken van de afwas
-
automaat
~
Voorkom dat kinderen zich in het
apparaat opsluiten door de sluithaak
van het deurslot te verwijderen en zo
het deurslot onbruikbaar te maken.
Wanneer de veiligheidsinstructies
niet worden opgevolgd kan de fabri-
kant niet verantwoordelijk worden
gesteld voor schade die daar even-
tueel het gevolg van is.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
13
Het wegdoen van het verpak
-
kingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat
tegen transportschade.
Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen
omdat dit het milieu relatief weinig be
-
last en kan worden hergebruikt.
Het gaat om het volgende materiaal:
Buitenverpakking:
Golfkarton van 100 % recyclingmate
-
riaal,
alternatief: wikkelstretchfolie van po
-
lyethyleen (PE)
Kunststof transportriemen van poly-
propyleen (PP)
Binnenverpakking:
Expandeerbaar polystyrol (EPS) zon-
der chloor- of fluortoevoegingen
Bodem, dekselframe en steunlijsten
van onbehandeld natuurhout afkom-
stig uit beschermde bossen
Beschermfolie van polyethyleen (PE)
Hergebruik van het verpakkingsmateri
-
aal vermindert de afvalproductie en het
gebruik van grondstoffen. De vakhan
-
delaar neemt de verpakking terug of
wijst u de dichtst bijgelegen plaats
waar u de verpakking kwijt kunt.
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap
-
paraten bevatten meestal nog waarde
-
volle materialen.
Ze bevatten echter ook schadelijke
stoffen die nodig zijn geweest om de
apparaten goed en veilig te laten functi
-
oneren.
Wanneer u uw oude apparaat bij het
gewone afval doet of er op een andere
manier niet goed mee omgaat, kunnen
deze stoffen schadelijk zijn voor de ge
-
zondheid en het milieu.
Verwijder uw oude apparaat dan ook
nooit samen met het gewone afval,
maar lever het in bij het gemeentelijke
inzameldepot voor elektrische en elek
-
tronische apparatuur.
Vraag uw handelaar indien nodig om
inlichtingen.
Het afgedankte apparaat moet tot die
tijd buiten het bereik van kinderen wor
-
den opgeslagen.
Alle kunststof onderdelen van het appa
-
raat zijn met internationale tekens ge
-
markeerd.
Daardoor is het bij het afdanken van
het apparaat mogelijk om de verschil
-
lende soorten kunststof gescheiden te
verwerken en te recyclen.
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu
14
Economisch afwassen
Deze afwasautomaat werkt uiterst
water- en energiebesparend.
U kunt nog spaarzamer te werk gaan,
indien u de volgende adviezen opvolgt:
^
Benut de volledige beladingscapaci
-
teit van de rekken zonder de afwas
-
automaat te overladen.
^
Kies een afwasprogramma dat past
bij het soort vaatwerk en de mate van
vervuiling.
^
Gebruik het programma
Energie
Spaar
.
^ Kies bij een warmwateraansluiting
het programma
Zonder verwarming
voor het reinigen van licht tot normaal
vervuild vaatwerk.
Bij dit programma wordt het reini-
gingswater niet verder verwarmd.
Daardoor kan het vaatwerk na afloop
van het programma vochtiger zijn
dan bij andere programma's.
^
Houdt u aan de doseeradviezen op
de verpakking van het afwasmiddel.
^
Wanneer u poedervormig of vloei
-
baar reinigingsmiddel gebruikt en de
rekken maar half beladen zijn, kunt u
de hoeveelheid reinigingsmiddel met
1
/
3
reduceren.
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu
15
Het openen van de deur
De deur gaat aan het einde van de
droogprogramma's automatisch op een
kier open. Dit is ter bevordering van het
droogproces. Zie hoofdstuk: "Program-
ma-overzicht".
U kunt deze instelling ook deactiveren.
Zie hoofdstuk: "Menu voor de instel-
lingen", paragraaf: "Extra droging".
^ Pak de deur bij de deurgreep en
druk het deurslot altijd naar boven.
Wanneer de deur wordt geopend terwijl
de afwasautomaat in gebruik is, worden
alle functies automatisch onderbroken.
,
Houd het gedeelte waar de deur
opengaat vrij.
Het sluiten van de deur
^
Schuif de rekken naar binnen.
^
Druk de deur aan totdat het deurslot
vastklikt.
De deur gaat dan automatisch dicht.
,
Houd uw hand niet in het ge
-
deelte waar de deur sluit.
Kinderbeveiliging
Met de kinderbeveiliging kunt u voor
-
komen dat kinderen de deur van de af
-
wasautomaat opendoen.
^
Schuif het schuifje onder de deur
-
greep naar rechts om de deur te ver
-
grendelen.
^
Schuif het schuifje naar links om de
deur te ontgrendelen.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt
16
Startdisplay
^
Schakel de afwasautomaat met de sensortoets K in.
Wordt de afwasautomaat voor het eerst ingeschakeld, dan
verschijnt het startdisplay.
Het instellen van de taal
In het display verschijnt nu automatisch een scherm waarin u
de taal kunt instellen.
\
\
\
Taal F
[
[
[
$ èeština
# dansk
p
! deutsch (
OK !
^ Kies de gewenste taal en bevestig uw keuze met
OK.
De ingestelde taal is met een vinkje
( aangegeven.
Het instellen van de urenweergave
In het display verschijnt nu een scherm waarin u de gewenste
urenweergave kunt instellen.
\
\
Urenweergave
[
$ 12 h
# 24 h (
OK !
^
Kies de gewenste urenweergave en bevestig uw keuze met
OK.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt
17
Het instellen van de dagtijd
In het display verschijnt nu een scherm waarin u de dagtijd
kunt instellen.
Dagtijd
[
[
[
+ $
10 :21
- #
OK !
^
Stel met
+/- het uur in en bevestig dit met OK.
^
Stel daarna de minuten in en bevestig deze met
OK.
Dagtijdweergave
In het display verschijnt nu een scherm waarin u de dagtijd-
weergave kunt instellen.
\
\
\
Dagtijdweergave
[
$ Aan (
# 60 seconden aan
! Geen weergave
OK !
^ Kies de gewenste dagtijdweergave en bevestig uw keuze
met
OK.
Bovenstaande instellingen worden opgeslagen nadat er een
programma helemaal is uitgevoerd.
Na bovenstaande stappen verschijnen er twee meldingen in
het display.
^
Bevestig deze.
Daarna kunnen twee mededelingen verschijnen:
Het na
-
spoelmiddel is op.
en Het zout is op.
^
Bevestig deze mededelingen met
OK.
Daarna verschijnt het hoofdmenu in het display.
U kunt nu een programma kiezen en starten of het apparaat
uitschakelen.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt
18
Voor het eerste gebruik hebt u
nodig
ca. 1 kg regenereerzout,
reinigingsmiddel voor huishoudaf
-
wasautomaten,
naspoelmiddel voor huishoudafwas
-
automaten.
Iedere afwasautomaat wordt in de
fabriek op zijn werking getest.
Als gevolg van deze tests blijft er
water in het apparaat achter. Dit wa
-
ter betekent niet dat het apparaat
eerder door een andere consument
is gebruikt.
Deze afwasautomaat is uitgerust
met een onthardingssensor. Daar-
mee wordt de waterontharder auto-
matisch op de plaatselijke water-
hardheid afgesteld.
Externe waterontharder
Is de afwasautomaat op een externe
waterontharder aangesloten die met
zout wordt geregenereerd, moet u voor
een optimaal reinigingsresultaat toch
de waterhardheid instellen.
^
Stel de waterontharder van de afwas
-
automaat af op de waterhardheid die
uw externe waterontharder levert.
Weet u niet wat de waterhardheid van
uw externe waterontharder is, stel dan
een waterhardheid in van 8 °dH
(1,4 mmol/l).
Zie hoofdstuk: "Menu voor de Instel
-
lingen
!", paragraaf: "Externe wateront
-
harder".
Het doseren van regenereer
-
zout
Het doseren van regenereerzout is
noodzakelijk voor het ontharden van het
water.
Hard water veroorzaakt witte kalkaan
-
slag op het vaatwerk en op de wanden
van de spoelruimte en heeft een slecht
effect op de reinigingsresultaten. De af
-
wasautomaat heeft voor de reiniging
juist zacht (kalkarm) water nodig.
Water met een waterhardheid van
4 °dH (0,7 mmol/l) en hoger moet daar-
om worden onthard.
Dat gebeurt in de ingebouwde water-
ontharder automatisch.
Deze is geschikt voor een waterhard-
heid tot 70 °dH (12,6 mmol/l).
De waterontharder heeft daarvoor rege-
nereerzout nodig.
Doseer dit zout ook wanneer u
combi-tabs gebruikt. Zo krijgt u het
beste reinigingsresultaat en is de
werking van de ontharder blijvend
gewaarborgd.
Wanneer u de variant
Combi-Tab
kiest, is er 2/3 of 3/4 minder zout no
-
dig.
Zie hoofdstuk: "Menu voor de instel
-
lingen
!", paragraaf: "Tabsoort".
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt
19
In het display kunt u de hardheids
-
graad opvragen die de onthardings
-
sensor van uw water gemeten heeft.
Zie hoofdstuk: "Menu voor de instel
-
lingen
!, paragraaf: "Waterhardheid".
Ligt de hardheid van uw water
steeds onder de 4 °dH
(= 0,7 mmol/l), hoeft u geen zout te
doseren. De melding voor het bijvul
-
len van zout wordt automatisch uit
-
geschakeld.
,
Doseer geen poedervormig of
vloeibaar reinigingsmiddel in het re-
servoir voor het regenereerzout,
want dan gaat de ontharder kapot.
,
Gebruik uitsluitend het speciale
grofkorrelige regenereerzout of an-
dere zuivere ingedampte zouten.
Gebruik in geen geval andere soor-
ten zout, bijv. keukenzout of strooi-
zout. Deze soorten zout bevatten
soms niet in water op te lossen deel
-
tjes die een nadelig effect kunnen
hebben op de werking van de ont
-
harder.
^
Doe de deur voordat u gaat doseren
maar voor de helft open, zodat al
het zout in het zoutreservoir terecht
-
komt.
^ Open het klepje van het zoutreservoir
door op het knopje te drukken in de
richting van de pijl.
^
Klap de trechter open.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt
20
Giet geen water in het zoutreservoir!
^ Doseer maximaal zoveel zout in het
zoutreservoir totdat het vol is of er
water uit de opening loopt.
In het zoutreservoir kan afhankelijk van
het soort zout max. 1 kg.
Doseer niet meer dan 1 kg zout.
Iedere keer wanneer u zout doseert,
loopt er water uit het zoutreservoir.
^
Verwijder de zoutresten die zich rond
het zoutreservoir bevinden en sluit
daarna het klepje van het zoutreser
-
voir.
^
Start direct daarna het programma
Snel zonder vaatwerk en zonder Tur
-
bo
- functie, zodat eventueel ge
-
morste zoutresten kunnen worden
verdund en daarna weggepompt.
Het bijvullen van zout
^
Vul na afloop van een programma
zout bij, zodra in het display de mel
-
ding verschijnt:
Het zout is op..
^
Bevestig de melding met
OK.
De melding verdwijnt uit het display.
Het is echter mogelijk dat bovenstaan
-
de melding opnieuw in het display ver
-
schijnt, nadat u zout heeft bijgevuld.
Dat is het geval wanneer de zoutcon
-
centratie die zich heeft gevormd, nog
niet hoog genoeg is.
Bevestig de melding dan nogmaals met
OK.
Bovengenoemde melding verschijnt
niet in het display, wanneer er een wa-
terhardheid onder de 4 °d
(= 0,7 mmol/l) is geprogrammeerd.
,
Start direct na het doseren van
regenereerzout het programma
Snel
zonder vaatwerk en zonder Turbo -
functie, zodat eventueel gemorste
zoutresten kunnen worden verdund
en daarna weggepompt.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt
21
Naspoelmiddel
Naspoelmiddel is nodig om ervoor te
zorgen dat het water tijdens het drogen
als een film van het vaatwerk afloopt en
het vaatwerk na het spoelen droogt
zonder dat het vlekken gaat vertonen.
Het naspoelmiddel wordt in het reser
-
voir voor naspoelmiddel gedoseerd en
bij het naspoelen in de ingestelde hoe
-
veelheid automatisch toegevoegd.
,
Doseer alleen naspoelmiddel
voor huishoudafwasautomaten in het
naspoelmiddelreservoir.
Doseer in geen geval
reinigingsmid-
delen voor afwasautomaten of reini-
gingsmiddelen voor de handafwas
in het naspoelmiddelreservoir, want
dan gaat het reservoir kapot.
Gebruikt u uitsluitend combi-tabs,
dan hoeft u geen naspoelmiddel te
doseren.
Het doseren van naspoelmid
-
del
^ Open het klepje van het naspoelmid-
delreservoir door op het knopje te
drukken in de richting van de pijl.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt
22
^
Doseer zoveel naspoelmiddel totdat
het in de vulopening zichtbaar is.
In het naspoelmiddelreservoir kan
ca. 110 ml.
^ Sluit het klepje en wel zo dat het dui-
delijk vastklikt.
Is het klepje niet goed gesloten dan
kan er tijdens het spoelen water in het
naspoelmiddelreservoir lopen.
^
Veeg eventueel gemorst naspoelmid
-
del goed weg om bij de volgende af
-
wasbeurt sterke schuimvorming te
voorkomen.
Voor een optimaal reinigingsresultaat
kunt u nu de instelling "Naspoelmid
-
del" kiezen. Daarmee kunt u de hoe
-
veelheid te doseren naspoelmiddel
aanpassen.
Zie hoofdstuk: "Menu voor de instel
-
lingen
!", paragraaf: "Naspoelmid
-
del".
Het bijvullen van naspoelmid
-
del
Wanneer in het display de melding ver
-
schijnt:
Het naspoelmiddel is op., dan
zit er nog naspoelmiddel in voor2-3
afwasbeurten.
^
Vul op tijd naspoelmiddel bij.
Wanneer u de variant "2in1- tab" of
"
Combi-Tab" heeft gekozen, dan ver
-
schijnt bovenstaande melding niet.
Zie hoofdstuk: "Menu voor de instel
-
lingen
!, paragraaf: "Tabsoort".
^ Bevestig de melding met
OK.
De melding verdwijnt uit het display.
Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt
23
Waar u bij het inruimen van
serviesgoed en bestek op
moet letten
^
Verwijder de ergste etensresten van
het vaatwerk.
Het is niet nodig om het vaatwerk van
te voren onder stromend water af te
spoelen!
,
Was vaatwerk met as, zand,
was, smeervet of verf niet in de af
-
wasautomaat.
Deze stoffen beschadigen de afwas
-
automaat.
U kunt ieder stuk servies in principe
overal in de rekken inruimen.
Neem daar echter de volgende tips bij
in acht.
^ Plaats serviesgoed en bestek zo dat
het niet tegen of op elkaar ligt.
^ Plaats het serviesgoed om het goed
schoon te krijgen zo in de rekken, dat
het water er aan alle kanten bij kan.
^
Plaats al het serviesgoed zo, dat het
stevig staat.
^
Plaats hol serviesgoed zoals kopjes,
glazen en kommen met de openin
-
gen naar beneden in de rekken.
^
Plaats hoog, smal, hol serviesgoed
niet in de hoeken van de rekken,
maar zoveel mogelijk in het midden
ervan. Het water kan er dan beter bij.
^
Plaats servies met een diepe bodem
zoveel mogelijk schuin in het rek, zo
-
dat het water eraf kan lopen.
^
Let erop dat de sproeiarmen niet
door te hoog of door de rekken
heenstekend vaatwerk worden ge
-
blokkeerd. U kunt dit controleren
door de sproeiarmen een keer met
de hand rond te draaien.
^
Let erop dat kleine stukken servies
-
goed niet door de spijlen van de rek
-
ken vallen.
Leg dit soort servies zoals deksel-
tjes daarom in de besteklade of de
bestekkorf.
Levensmiddelen zoals wortels, to
-
maten of ketchup kunnen natuurlijke
kleurstoffen bevatten.
Door deze stoffen kunnen kunststof
vaatwerk en kunststof onderdelen
ervan verkleuren, wanneer zij in rui-
me mate met het vaatwerk in de au-
tomaat terechtkomen.
Deze verkleuring heeft echter geen
invloed op de stabiliteit van kunst-
stof vaatwerk.
Het inruimen van serviesgoed en bestek
24
Serviesgoed en bestek die niet
geschikt zijn voor de afwas
-
automaat
Serviesgoed en bestek die óf hele
-
maal óf voor een deel uit hout be
-
staan drogen uit en worden lelijk.
Bovendien houdt de lijm niet in de af
-
wasautomaat. Het gevolg daarvan is
dat houten grepen los kunnen raken.
Kunstvoorwerpen, antieke vazen of
glazen met decoraties zijn niet be
-
stand tegen de afwasautomaat.
Voorwerpen van niet hittebestendig
kunststof kunnen vervormen.
Voorwerpen van koper, messing, tin
en aluminium kunnen verkleuren of
dof worden.
Kleurdecoraties op het glazuur kun-
nen na vele afwasbeurten verbleken.
Teer glaswerk en kristallen voor-
werpen kunnen na een tijd dof wor-
den.
Wij raden u aan:
Koop serviesgoed van materiaal dat
geschikt is om in een afwasautomaat
te worden afgewassen en bestek met
de aanduiding: "Geschikt voor de
afwasmachine".
Gebruik voor teer glaswerk program
-
ma's met lage temperaturen of, af
-
hankelijk van het model, program
-
ma's met # Care.
Zie hoofdstuk: "Programma-over
-
zicht".
De kans dat het glaswerk dof wordt
is dan kleiner.
Let verder op het volgende:
Zilver dat met zilverpoets is behandeld
kan na afloop van het afwasprogramma
nog vochtig zijn doordat het water er
niet als een film afloopt. Het zilver moet
dan met een doek worden afgedroogd.
Daarentegen is zilver dat in zilverpoets
is ondergedompeld in de regel wel
droog. Het zilver kan echter beslaan.
Zilver kan verkleuren wanneer het in
aanraking komt met levensmiddelen die
zwavel bevatten, bijv. eigeel, uien,
mayonaise, mosterd, peulvruchten, vis,
pekelsaus van vis en marinades.
,
Aluminium serviesgoed zoals
vetfilters mag niet worden afgewas-
sen met bijtende alkalische reini-
gingsmiddelen die in bedrijfsafwas-
automaten of industriereinigers wor-
den gebruikt.
Gebeurt dat wel dan kan er materië-
le schade ontstaan. In het ergste ge-
val bestaat het gevaar dat er hevige
chemische reacties optreden die tot
een explosie kunnen leiden (bijv.
een knalgasreactie).
Het inruimen van serviesgoed en bestek
25
Bovenrek
,
Gebruik de afwasautomaat om
veiligheidsredenen niet zonder
boven- en onderrek, behalve in het
programma
Zonder bovenrek 65°C.
^
Plaats in het bovenrek klein, licht en
teer serviesgoed zoals glazen, kop-
jes, schoteltjes en dessertschaaltjes.
U kunt er ook een plat pannetje in
plaatsen.
^
Leg erg lang bestek zoals soeple
-
pels, pollepels en lange messen
dwars aan de voorkant van het bo
-
venrek.
Uitneembaar spijlenrek
Het spijlenrek kunt u uit het apparaat
halen om meer ruimte te krijgen voor
grotere stukken serviesgoed, bijv. een
platte pan.
Het verwijderen van het spijlenrek a:
^ Trek het rek aan de handgreep naar
boven.
Het plaatsen van het spijlenrek b:
^
Schuif de haakjes die aan de onder
-
kant van het spijlenrek zitten onder
de dwarsspijl van het bovenrek.
^
Druk het spijlenrek aan de hand
-
greep naar beneden totdat u weer
-
stand voelt.
Het inruimen van serviesgoed en bestek
26
Kopjesrek
^
Klap het kopjesrek omhoog om hoog
servies goed te kunnen inruimen.
Model G 2XXX:
U kunt het kopjesrek in twee standen
zetten.
^ Trek het kopjesrek naar boven en laat
het op de gewenste hoogte weer
vastklikken.
Steunbeugel (afhankelijk van het
model)
Glazen staan steviger wanneer u ze te
-
gen de steunbeugel aanzet.
^ Klap de steunbeugel omhoog en zet
de glazen ertegenaan.
De beugel kunt u omklappen naar het
midden van het rek. Dat maakt het in-
ruimen en uitruimen van serviesgoed
makkelijker.
Het inruimen van serviesgoed en bestek
27
Glazenbeugel (afhankelijk van het
model)
Hoge glazen en glazen met een lange
steel staan steviger wanneer u de
glazenbeugel gebruikt.
^ Klap de glazenbeugel omlaag en zet
er de hoge glazen en glazen met
lange steel tegenaan.
^ Haal wanneer u te weinig ruimte hebt
een gedeelte van de besteklade uit
het apparaat.
Het inruimen van serviesgoed en bestek
28
Het verstellen van het bovenrek
Om in het boven- of onderrek meer
plaats te krijgen voor hoger servies
-
goed kunt u het bovenrek in hoogte
verstellen. U kunt kiezen tussen 3 stan
-
den met een verschil van telkens ca.
2 cm.
Wanneer water in holle gedeelten blijft
liggen, kunt u het bovenrek beter
schuin plaatsen, nl. met één kant hoog
en met één kant laag. Het water stroomt
dan gemakkelijker weg.
Let er echter op dat u het rek zonder pro
-
blemen in de spoelruimte kan schuiven.
^ Trek het bovenrek naar buiten.
Om het bovenrek naar boven te verstel
-
len, moet u:
^
het rek naar boven trekken, totdat het
vastklikt.
Om het bovenrek naar beneden te ver
-
stellen, moet u:
^
de hendels aan de zijkanten van het
bovenrek naar boven trekken,
^
het bovenrek in de gewenste positie
zetten
^
en de hendels weer vast laten klikken.
Afhankelijk van de stand van het bo
-
venrek kunt u bijv. borden met de vol
-
gende doorsneden in de rekken plaat
-
sen.
Afwasautomaat met besteklade
(Model zie typeplaatje)
Stand
van het
bovenrek
Bord-Ø in cm
Bovenrek Onderrek
G1XXX G2XXX
Boven 15 19 31
Midden 17 21 29
Onder 19 23 27
Afwasautomaat met bestekkorf
(Model zie typeplaatje)
Stand
van het
bovenrek
Bord-Ø in cm
Bovenrek Onderrek
G1XXX G2XXX
Boven 20 24 31
Midden 22 26 29
Onder 24 28 27
Het inruimen van serviesgoed en bestek
29
Onderrek
^ Plaats in het onderrek groot en zwaar
serviesgoed zoals borden, platte
schotels, pannen en schalen.
U kunt ook schoteltjes, ontbijt- en
dessertbordjes in het onderrek zet-
ten.
Comfortinzetrekken
In de Comfortinzetrekken kunt u glazen,
kopjes, borden, schalen en pannen
plaatsen.
^ Om hoog serviesgoed te kunnen in-
ruimen kunt u het kopjesrek omhoog-
klappen.
^ Glazen met een lange steel kunt u in
de uitsparingen van het kopjesrek
hangen.
Het inruimen van serviesgoed en bestek
30
Korte Comfortinzetrek
U kunt het korte Comfortinzetrek rechts
achter uit het apparaat halen om meer
ruimte te krijgen voor groter servies
-
goed, bijv. een platte pan of om een
ander inzetrek te plaatsen.
Het verwijderen van het korte
Comfortinzetrek
^ Druk het inzetrek naar beneden a en
tegelijk de vergrendeling naar binnen
b.
Het plaatsen van het inzetrek b
^
Plaats het korte Comfortinzetrek
rechts achter in het onderrek.
^
Schuif de haakjes die aan de onder
-
kant van het inzetrek zitten onder de
dwarsspijl van het onderrek.
^
Druk het inzetrek aan de handgreep
naar beneden totdat u weerstand
voelt.
Fleshouder
Op de fleshouder kunt u smal servies
-
goed plaatsen zoals een melk- of baby
-
fles.
^ Zet de fleshouder niet in de hoeken.
Doet u dat wel, dan kan het water niet
in de binnenkant van de fles komen en
de fles wordt zo niet goed schoon.
Het inruimen van serviesgoed en bestek
31
Bestek
Besteklade (afhankelijk van het model)
^ Plaats het bestek in de besteklade
zoals op het plaatje.
Wanneer u messen, vorken en lepels
als aparte groepen in de besteklade
legt, kunt u ze er na het afwasprogram-
ma makkelijker uithalen en opbergen.
Leg de lepels met de grepen tussen de
opstaande kammen en de lepelbladen
tussen de getande kammen, zodat ook
de laatste waterdruppel er zonder pro
-
blemen af kan lopen.
De bovenste sproeiarm mag niet
door te hoog vaatwerk (bijv. een
taartschep) worden geblokkeerd.
De inzetstukken van de besteklade zijn
uitneembaar.
Dat is makkelijk wanneer u hoger ser
-
viesgoed in het bovenrek wilt plaatsen.
U kunt in dat geval ook volstaan met
slechts één van de inzetstukken uit de
besteklade te halen.
Wanneer de lepels niet met de grepen
tussen de opstaande kammen passen,
leg ze dan met de grepen op de getan-
de kammen.
Het inruimen van serviesgoed en bestek
32
Bestekkorf (afhankelijk van het model)
^ Wilt u het bestek snel schoon en
droog hebben, plaats het dan zo in
de bestekkorf dat de grepen bene-
den en de snijkanten van de messen
en de tanden van de vorken boven
zitten.
Wanneer u daardoor echter kans
loopt om zich daaraan te verwonden,
dan kunt u het bestek beter zo plaat-
sen dat de grepen boven en de
scherpe kanten beneden zitten.
^
Plaats kleine lepels in de speciale le
-
pelsegmenten aan weerszijden van
de bestekkorf.
Speciale bestekhouder voor de
bestekkorf
In de bijgevoegde bestekhouder kunt u
sterk vervuilde lepels plaatsen.
De lepels liggen niet op elkaar maar
worden in deze houder naast elkaar op
-
gehangen. Daardoor kan het water er
beter bij.
^
Plaats de bestekhouder als dat nodig
is op de bestekkorf.
^
Plaats de lepels in de bestekhouder
met de grepen beneden.
Verdeel het bestek gelijkmatig over
de houder.
Het inruimen van serviesgoed en bestek
33
Reinigingsmiddelen
,
Gebruik uitsluitend reinigings
-
middelen voor huishoudafwasauto
-
maten.
Verschillende werkstoffen
Moderne reinigingsmiddelen bevatten
vele werkstoffen. De belangrijkste zijn:
Fosfaat onthardt het water en voor
-
komt daarmee kalkaanslag.
Alkalische stoffen zijn nodig voor het
weken van aangekoekt vuil.
Enzymen verminderen zetmeel en
lossen eiwit op.
Bleekmiddel op zuurstofbasis verwij-
dert kleurige vlekken zoals thee-,
koffie- en ketchupvlekken.
Het zijn voornamelijk fosfaathoudende,
mild alkalische reinigingsmiddelen met
enzymen en zuurstofbleekmiddel die
worden aangeboden, zelden fosfaat-
vrije producten.
Verschillende vormen reinigingsmid
-
delen
Poeder en gelvormige reinigingsmid
-
delen
Deze kunnen gevarieerd worden ge
-
doseerd, afhankelijk van de belading
en de vuilgraad van het vaatwerk.
Tabs
Deze bevatten een hoeveelheid reini
-
gingsmiddel die voor de meeste toe
-
passingen voldoende is.
Gewone reinigingsmiddelen en
combi-tabs
Naast de gewone reinigingsmiddelen
zijn er ook producten met verschillende
extra functies, te weten de combi-tabs.
Zie hoofdstuk: "Menu voor de instel
-
lingen
!, paragraaf: "Combi-tabs".
Er zijn combi-tabs die behalve een
reinigingsfunctie ook een naspoel- en
waterontharderfunctie hebben. Deze
vindt u in de handel onder de naam
"3 in 1".
Verder zijn er combi-tabs die daarnaast
ook nog componenten hebben zoals
een glasbeschermend middel, een
middel voor roestvrij staal of een reini-
gingsversterkend middel. Deze vindt u
in de handel onder de naam "4 in 1",
"5 in 1" enz.
Gebruik deze middelen alleen bij de
door de fabrikant op de verpakking ge-
adviseerde waterhardheid.
De reinigings- en droogresultaten van
deze producten met extra functies zijn
zeer verschillend.
Optimale reinigings- en droogresulta
-
ten krijgt u wanneer u een gewoon
reinigingsmiddel, regenereerzout en
een naspoelmiddel apart, maar wel in
combinatie met elkaar doseert.
Bediening
34
Het doseren van reinigings
-
middel
^
Neem bij het doseren de aanwij
-
zingen op de verpakking in acht.
^
Wanneer er niet iets anders op de
verpakking staat, doseer dan één tab
of - afhankelijk van de vuilgraad - 20
tot 30 ml in vakje II.
Is het vaatwerk sterk vervuild, doseer
dan ook nog eens een geringe hoe
-
veelheid reinigingsmiddel in vakje I.
Zie hoofdstuk "Programma-overzicht".
^
Gebruik bij het programma
Snel geen
tabletten.
De tabletten lossen bij dit programma
niet helemaal op.
Wanneer u minder reinigingsmiddel
gebruikt dan is geadviseerd, is het
mogelijk dat het vaatwerk niet goed
schoon wordt.
,
Adem geen poedervormig reini
-
gingsmiddel in! Slik geen reinigings
-
middel in!
Reinigingsmiddelen kunnen brand
-
wonden in neus, mond en keel ver
-
oorzaken. Ga direct naar de dokter
wanneer u een reinigingsmiddel
hebt ingeademd of ingeslikt.
Zorg ervoor dat kinderen niet met
reinigingsmiddelen in aanraking
kunnen komen.
Laat kinderen daarom niet bij de af
-
wasautomaat komen als deze geo
-
pend is. Er zouden nog resten reini
-
gingsmiddel in de afwasautomaat
aanwezig kunnen zijn.
Bovendien kunt u het reinigingsmid-
del beter pas dán toevoegen vlak
voordat u het programma start.
Vergrendel de deur bovendien met
de kinderbeveiliging, wanneer uw
automaat daarover beschikt.
Bediening
35
^
Open het reinigingsmiddeldoseer
-
bakje door op de toets te drukken.
Na afloop van een afwasprogramma is
het reinigingsmiddelbakje altijd geo-
pend.
^
Doseer het reinigingsmiddel in de
vakjes en sluit het klepje van het do
-
seerbakje.
^
Sluit ook het pak reinigingsmiddel om
te voorkomen dat het middel aan rei
-
nigingskracht verliest.
Doseerhulp
In vakje I kan maximaal 10 ml en
in vakje II kan maximaal 50 ml reini
-
gingsmiddel.
In vakje II zijn markeringen aange
-
bracht om het doseren makkelijker te
maken: 20, 30. Wanneer de deur 90°
geopend is geven deze streepjes in ml
aan hoeveel reinigingsmiddel er onge
-
veer in zit.
Bediening
36
Het inschakelen van de afwasautomaat
^
Controleer of de sproeiarmen vrij kunnen draaien en niet
worden geblokkeerd.
^
Sluit de deur van de afwasautomaat.
^
Draai de waterkraan open indien deze nog gesloten is.
^
Druk op de sensortoets K.
In het display verschijnt het hoofdmenu.
Wanneer de instelling "Memory" is geactiveerd, verschijnt in
plaats daarvan het menu van het laatst gekozen programma.
Zie hoofdstuk: "Menu voor de instellingen
!", paragraaf "Me
-
mory".
\
\
\
Hoofdmenu
12:00
[
[
$ Automatic
# Snel d 40°C
! Speciaal e
m
Het kiezen van een programma
Laat de keuze voor een programma steeds afhangen van het
soort vaatwerk en de mate waarin dat is vervuild.
In het hoofdstuk: "Programma-overzicht" zijn de program-
ma's beschreven en de toepassingen ervan.
^
Kies het gewenste programma.
In het display verschijnt het menu van het gekozen program
-
ma.
\
\
Automatic 1:32 h
12:00
[
$ Extra functies
# Starttijd:
Eindtijd: 13:32
Start !
Met een druk op de sensortoets : kunt u beknopte informa
-
tie over het gekozen programma opvragen.
Bediening
37
Wilt u een ander programma kiezen,
kunt u met de sensortoets U (Clear)
terug naar het hoofdmenu.
Het kiezen van extra functies
U kunt het gekozen programma aanvul
-
len met extra functies.
^
Kies daarvoor het submenu
Extra
functies
.
In het display verschijnen de extra
functies aan die bij het gekozen pro
-
gramma mogelijk zijn.
In totaal zijn er de volgende extra func-
ties:
Turbo:
Voor het verkorten van de programma-
duur
Voor een optimaal reinigingsresultaat
worden de verbruikswaarden ver-
hoogd.
Een combinatie van deze functie met
het programma
Snel levert een pro
-
gramma zonder verwarming op, dat ge
-
schikt is voor het afspoelen van vaat
-
werk dat pas op een later tijdstip wordt
afgewassen, bijv. als de afwasautomaat
nog niet vol is.
Voorspoelen:
Voor het verwijderen van makkelijk op
te lossen vuil
Inweken:
Voor het losweken van aangekoekt vuil
Wanneer u poedervormig reinigings
-
middel gebruikt, doseer dan ca.5grei
-
nigingsmiddel in vakje I.
Betere droging:
Voor een betere droging van vaatwerk
dat moeilijk te drogen is, nl. vaatwerk
dat ongelijke vlakken heeft of van
kunststof is.
^
Kies de gewenste extra functie.
Welke extra functie gekozen is, wordt
met een vinkje
( aangegeven.
^
Wilt u een gekozen extra functie weer
uitschakelen, doe dat dan met de bij
-
behorende sensortoets.
^ Hebt u alle instellingen gekozen, be-
vestig deze dan met
OK.
In het display verschijnt weer het menu
van het gekozen programma.
In dit menu staat de melding:
Extra
functie(s) gekozen
.
U kunt nu de instelling "Tabsoort" kie-
zen. Daarmee kunt u het soort reini-
gingsmiddel instellen dat u wilt ge-
bruiken.
Daarbij kunt u kiezen tussen een nor
-
maal reinigingsmiddel, een 2 in 1 -
tab en een combi-tab.
Zie hoofdstuk: "Menu voor de instel
-
lingen
!, Tabsoort".
Bediening
38
Het starten van het programma
^
Kies het menu-onderdeel
Start.
Het programma start.
In het display verschijnt de medede
-
ling:
Bijvullen automaat mogelijk.
Zolang deze mededeling in het display
staat, kunt u vaatwerk in de afwasauto
-
maat plaatsen, zonder dat dat een ne
-
gatief effect heeft op het reinigingsre
-
sultaat.
Wanneer u beslist een programma
moet afbreken, doe dat dan alleen in
de eerste minuten.
Doet u dat later, dan is het mogelijk
dat belangrijke programmafases
(bijv. het regenereren) worden over-
geslagen.
Tijdsaanduiding
Voordat er een programma start geeft
het display in uren en minuten de tijd
aan die het gekozen programma gaat
duren, de zgn. resttijd.
Deze tijd wordt tijdens het afwaspro
-
gramma in het display afgeteld.
Het is mogelijk dat het display voor één
en hetzelfde programma de ene keer
een andere tijd aangeeft dan de andere
keer. Dat is o.a. afhankelijk van de tem
-
peratuur van het instromende water, de
regenereercyclus, de hoeveelheid vaat
-
werk en de mate waarin dit is vervuild.
Wanneer u een programma voor het
eerst kiest, wordt er een tijd aangege-
ven die overeenkomt met een gemid-
delde programmaduur met koud water.
De tijden in het programma-overzicht
zijn de tijden die de programma's du-
ren wanneer de belading en de tempe-
ratuur voldoen aan de norm.
Iedere keer dat er een programma
loopt wordt de programmaduur door de
elektronica berekend op grond van de
temperatuur van het instromende water
en de hoeveelheid vaatwerk.
In het kader van de energiebespa
-
ring wordt de tijdsaanduiding na een
paar minuten uitgeschakeld, wanneer
u in die tijd niet op een toets drukt.
U kunt de tijdsaanduiding weer in
-
schakelen door op een willekeurige
toets te drukken, met uitzondering
van de K - toets.
Bediening
39
Einde van het programma
^
Wanneer in het display de melding:
Programma beëindigd of Extra
droging
verschijnt en de deur even
-
tueel op een kier staat, is het pro
-
gramma beëindigd.
U kunt de afwasautomaat nu openen en
het vaatwerk eruit halen.
,
Wanneer u de instelling: "Extra
droging" hebt uitgeschakeld (zie
hoofdstuk: "Instellingen", "Extra dro
-
ging"), maar de deur na afloop van
het programma toch wilt opendoen,
doe de deur dan helemaal open.
Doet u dat niet, dan kunnen gevoe-
lige randen van het werkblad door
waterdamp beschadigd raken, daar
de ventilator niet meer werkt.
Het uitschakelen van de afwas-
automaat
^ Druk na afloop van het programma
op de sensortoets K.
De afwasautomaat verbruikt stroom
zolang u hem niet met behulp van
de sensortoets K hebt uitgescha
-
keld.
Draai veiligheidshalve de kraan dicht,
wanneer de afwasautomaat langere tijd
niet wordt gebruikt, bij voorbeeld in de
vakantietijd.
Het uitruimen van de afwasau
-
tomaat
^
Heet serviesgoed breekt snel!
Laat het serviesgoed daarom na het
uitschakelen van de automaat zo
lang in de afwasautomaat afkoelen,
totdat u het goed kunt vastpakken.
^
Wanneer u de deur na het uitschake
-
len van de automaat helemaal opent,
koelt het vaatwerk sneller af.
^
Ruim eerst het onderrek, dan het bo
-
venrek en tenslotte de besteklade uit,
wanneer deze aanwezig is.
Zo voorkomt u dat er druppels van
het bovenrek of van de besteklade
op het vaatwerk in het onderrek val-
len.
Het onderbreken van het pro-
gramma
Het programma wordt onderbroken, zo-
dra u de deur opendoet.
Wanneer u de deur weer dichtdoet,
gaat het programma na een paar se
-
conden daar verder, waar het is onder
-
broken.
,
Wanneer het water in de afwas
-
automaat heet is, loopt u het risico
om zich te verbranden.
Wanneer u de deur beslist moet
openen, doe dat dan zeer voorzich
-
tig.
Laat de deur voordat u die weer sluit
ca. 20 seconden op een kier staan,
zodat de temperatuur zich in de
spoelruimte kan verdelen.
Druk de deur daarna aan totdat het
deurslot vastklikt.
Bediening
40
Wisseling van programma
Is het klepje van het reinigingsmiddeldoseerbakje al geo
-
pend, wissel dan niet meer van programma.
Is een programma al gestart, kunt u als volgt wisselen.
Automatic
12:21
[
8
Bijvullen automaat mogelijk
Resttijd 1:10 h
Afbreken !
^
Kies nu het menu-onderdeel
Afbreken.
^
Bevestig de melding
Programma afbreken? met OK.
Het programma wordt afgebroken.
Automatic
12:22
[
O
Programma beëindigd
Hoofdmenu !
^ Kies het menu-onderdeel
Hoofdmenu.
In het display verschijnt weer het hoofdmenu.
^
Kies het gewenste programma en start het.
Bediening
41
Voorprogrammering
U kunt het tijdstip dat het door u gekozen afwasprogramma
moet starten van tevoren instellen. Dit kunt u bijvoorbeeld
doen om gebruik te maken van het nachttarief.
U kunt de start minimaal 15 minuten en maximaal 24 uur van
tevoren instellen.
De voor te programmeren tijd wordt ingesteld in stappen van
15 minuten.
Zorg er bij het inschakelen van de voorprogrammering
voor dat het doseerbakje voor het reinigingsmiddel droog
is.
Is dat niet het geval, dan kan het reinigingsmiddel gaan
klonteren en wordt daarna niet volledig weggespoeld.
Gebruik bij de voorprogrammering geen vloeibaar reini-
gingsmiddel. Dit zou te vroeg kunnen wegstromen.
^ Schakel de afwasautomaat met de sensortoets K in.
^ Kies in het hoofdmenu het gewenste programma.
^ Kies in het programmamenu het menu-onderdeel
Start-
tijd:
.
Het display geeft de starttijd aan die de vorige keer is inge
-
steld.
\
\
Automatic 1:32 h
12:00
[
[
[
$ Extra functies
+ !
# Starttijd: 20:00
- !
Eindtijd: 21:32
OK !
^
Stel met
+/- de gewenste starttijd in.
Wanneer u op de sensortoets blijft drukken, verspringt de tijd
automatisch naar beneden of naar boven.
De eindtijd wordt automatisch aangepast.
Bediening
42
^
Bevestig de starttijd met
OK.
^
Kies het menu-onderdeel
Start.
Automatic
12:00
[
R
Starttijd: 20:00
Afbreken !
Het display geeft de naam van het programma en de starttijd
aan.
Na afloop van de voorgeprogrammeerde tijd start het geko
-
zen programma automatisch.
,
Om te voorkomen dat kinderen met het reinigingsmid
-
del in aanraking kunnen komen, kunt u het reinigingsmid-
del beter pas dán toevoegen vlak voordat u met
Start
het programma start.
Vergrendel de deur bovendien met de kinderbeveiliging.
Het starten van het programma voor afloop van de voorgeprogrammeerde
tijd
U kunt het programma ook starten voordat de voorgepro-
grammeerde tijd is afgelopen.
Ga daarvoor als volgt te werk.
^
Kies het menu-onderdeel
Afbreken en bevestig met OK.
^
Kies het menu-onderdeel
Hoofdmenu.
In het display verschijnt weer het hoofdmenu.
^
Kies het gewenste programma en start het.
Bediening
43
Controleer regelmatig - ongeveer 2
tot 3 keer per jaar - de algehele toe
-
stand van uw afwasautomaat.
De kans op storingen is daardoor
geringer.
,
Alle oppervlakken zijn gevoelig
voor krassen.
Ze kunnen allemaal verkleuren of
veranderen, wanneer ze met onge
-
schikte reinigingsmiddelen in aanra
-
king komen.
Het reinigen van de spoelruim-
te
Wanneer u altijd de juiste hoeveelheid
reinigingsmiddel gebruikt houdt u daar-
mee automatisch de spoelruimte
schoon.
Wanneer er echter toch sprake is van
kalk- of vetaanslag, kunt u deze met
een speciaal reinigingsmiddel verwijde-
ren.
Dit reinigingsmiddel is te verkrijgen via
de afdeling Onderdelen van Miele Ne
-
derland B.V.
Het reinigen van de deurdich
-
ting en de deur
^
Neem de deurdichtingen regelmatig
met een vochtige doek af en verwij
-
der de etensresten.
^
Veeg gemorste etens- en drankres
-
ten van de zijkanten van de deur van
de afwasautomaat af.
Deze gedeelten horen niet bij de
spoelruimte en de waterstralen kun
-
nen daar niet bijkomen.
Het reinigen van het front van
de afwasautomaat
,
Verwijder vuil direct.
Hoe langer u wacht, des te moei
-
lijker vuil te verwijderen is en des te
groter de kans is dat de oppervlak
-
ken verkleuren of anderszins veran
-
deren.
^
Reinig het front met een schoon
sponsdoekje, een reinigingsmiddel
voor de hand en warm water. U kunt
ook een schoon, vochtig microvezel
-
doekje zonder reinigingsmiddel ge
-
bruiken.
^ Droog het front daarna met een
zachte doek.
Gebruik om beschadigingen aan de
oppervlakken te vermijden geen:
soda-, ammoniak-, zuur- of chloride-
houdende reinigingsmiddelen,
kalkoplossende reinigingsmiddelen,
schurende reinigingsmiddelen zoals
schuurpoeder,
oplosmiddelhoudende reinigingsmid
-
delen,
reinigingsmiddelen voor roestvrij
staal,
reinigingsmiddelen voor vaatwerk,
ovensprays,
glasreinigingsmiddelen,
schurende artikelen zoals schuur
-
sponsjes of borsteltjes,
scherpe, metalen schrapers.
Reiniging en onderhoud
44
Het controleren van de zeef
-
combinatie in de spoelruimte
Op de bodem van de spoelruimte be
-
vindt zich een zeefcombinatie.
Deze houdt het ergste vuil tegen dat in
het afwaswater zit.
Op deze manier wordt voorkomen dat
het vuil in het circulatiesysteem en via
de sproeiarmen weer in de spoelruimte
terechtkomt.
,
Zonder zeefcombinatie mag niet
worden afgewassen!
De combinatie kan in de loop van de
tijd door het vuil verstopt raken.
Hoelang dat duurt hangt natuurlijk af
van uw eigen huishoudelijke situatie.
In het display verschijnt iedere keer na
40 programmabeurten de melding
Controle zeefcombinatie. Dit is vanuit
de fabriek ingesteld.
U kunt de instelling "Controle zeefcom-
binatie" kiezen. Daarmee kunt u het
aantal programmabeurten veranderen,
na afloop waarvan u bovenstaande
melding aangegeven wilt zien.
Behalve de 40 vanuit de fabriek zijn
ook mogelijk 30, 50 of 60 program
-
mabeurten.
Zie hoofdstuk: "Menu voor de instel
-
lingen
!", paragraaf: "Controle zeef
-
combinatie".
^
Controleer de zeefcombinatie.
^
Reinig de combinatie indien nodig.
^
Bevestig de melding daarna met
OK.
In het display verschijnt weer het hoofd
-
menu.
Het reinigen van de zeefcombi
-
natie
^
Schakel eerst de afwasautomaat uit.
^ Ontgrendel de zeefcombinatie door
de grendel naar achteren te draaien
a.
^ Neem de combinatie uit het apparaat
b.
^ Ontdoe de zeefcombinatie van grove
resten.
^
Spoel de combinatie onder stromend
water goed af.
Gebruik daarbij eventueel een
borstel.
Reiniging en onderhoud
45
Om de binnenkant van het tuitvormige
gedeelte van de zeefcombinatie te kun-
nen reinigen moet u het eerst openen.
^ Doe dat door de greepjes van het
klepje naar elkaar toe te drukken a
(zie pijlen) en het klepje open te klap-
pen b.
^ Reinig alle delen onder stromend wa-
ter.
^ Klap het klepje weer dicht en laat het
vastklikken.
^
Plaats de zeefcombinatie zo terug,
dat ze plat tegen de bodem van de
spoelruimte aanligt.
^ Vergrendel de combinatie door de
greep zo ver van achter naar voren te
draaien, totdat het pijltje van de
greep en dat van het metalen ge-
deelte naar elkaar wijzen.
,
De zeefcombinatie moet goed
zijn geplaatst en vergrendeld.
Is dat niet het geval, dan is het mo
-
gelijk dat de grove resten in het cir
-
culatiesysteem terechtkomen en dat
het systeem verstopt raakt.
Reiniging en onderhoud
46
Het reinigen van de sproei
-
armen
Het is mogelijk dat er etensresten vast
gaat zitten in de sproeikoppen en de la
-
gering van de sproeiarmen.
Controleer de sproeiarmen derhalve re
-
gelmatig - ongeveer 2 tot 3 keer per
jaar.
^
Schakel de afwasautomaat eerst uit.
Verwijder de sproeiarmen als volgt:
^
Trek (indien aanwezig) de besteklade
naar buiten.
^ Druk de bovenste sproeiarm om-
hoog, zodat de tanden in elkaar grij-
pen en schroef de sproeiarm er af.
^
Druk de middelste sproeiarm iets op
(a), zodat de tanden in elkaar grij
-
pen en schroef de sproeiarm er af
(b).
^
Trek het onderrek naar buiten.
^ Trek de onderste sproeiarm omhoog
en haal hem er af.
^
Druk de etensresten in de sproeikop
-
pen met een scherp voorwerp naar
binnen.
^
Spoel de sproeiarmen onder stro
-
mend water goed af.
^
Zet de sproeiarmen weer terug en
controleer of ze makkelijk ronddraai
-
en.
Reiniging en onderhoud
47
De meeste problemen die zich bij het dagelijkse gebruik voordoen kunt u zelf op
-
lossen.
Doordat u dan geen beroep hoeft te doen op onze technici, bespaart u tijd en
kosten!
Het nu volgende overzicht kan u helpen om de oorzaken van een probleem te vin
-
den en uit de wereld te helpen. Vergeet echter niet:
,
Reparaties mogen uitsluitend door vakmensen worden uitgevoerd.
Door ondeskundige reparaties kan de gebruiker grote risico's lopen.
Technische storingen
Probleem Oorzaak Oplossing
Nadat de afwasautomaat
met de sensortoets K is
ingeschakeld, blijft het
display donker en gaat
het controlelampje voor
de stand-by niet knippe-
ren.
De stekker zit niet in het
stopcontact.
Steek de stekker in het
stopcontact.
De zekering is niet geacti-
veerd.
Activeer de zekering.
(min. zekering zie type-
plaatje).
De afwasautomaat stopt
met afwassen.
De zekering is niet geacti-
veerd.
Activeer de zekering.
(min. zekering zie type-
plaatje).
Nuttige tips
48
Probleem Oorzaak Oplossing
De zoemer gaat.
In het display ver
-
schijnt één van de vol
-
gende foutmeldingen:
Schakel de afwasautomaat
eerst met de sensortoets K
uit.
Technische storing FXX
Bel de afdeling Klantcon
-
tacten.
Er kan sprake zijn van
een technische storing.
Wacht een paar seconden.
Schakel de afwasautomaat
weer in.
Kies het gewenste pro
-
gramma.
Kies het menu-onderdeel
Start.
Verschijnt de foutmelding op
-
nieuw in het display, is er
sprake van een technische
storing.
Bel de afdeling Klantcon-
tacten van Miele.
Storing Waterproof F70
Het Waterproof-sys-
teem heeft gereageerd.
Draai de kraan dicht.
Neem contact op met de af-
deling Klantcontacten van
Miele.
Storing automat. sluiten
deur
De deur is misschien
geblokkeerd.
Verwijder de blokkade.
Schakel de automaat weer
in.
Verschijnt de foutmelding
opnieuw in het display,
neem dan contact op met
de afdeling Klantcontacten
van Miele.
Storing automat. openen
deur
Er kan sprake zijn van
een technische storing.
Open de deur met de hand.
Schakel de automaat weer
in.
Verschijnt de foutmelding
opnieuw in het display,
neem dan contact op met
de afdeling Klantcontacten
van Miele.
Nuttige tips
49
Storingen in de watertoevoer/waterafvoer
Probleem Oorzaak Oplossing
De zoemer gaat.
In het display ver
-
schijnt één van de
volgende foutmel
-
dingen:
Storing in de watertoe
-
voer
Draai de kraan open.
De kraan is nog dicht. Draai de kraan helemaal open.
Storing in de watertoe
-
voer FXX
Schakel eerst de afwasauto
-
maat met de sensortoets K uit.
Storing F12/F13:
Storing in de watertoe-
voer
Draai de kraan helemaal
open.
Start het programma op-
nieuw.
Reinig het zeefje in de wa-
tertoevoer.
Zie hoofdstuk: "Het ver-
helpen van storingen".
De druk bij de wateraanslui-
ting is lager dan 30 kPa
(0,3 bar).
Vraag de installateur om een
oplossing.
Nuttige tips
50
Probleem Oorzaak Oplossing
In het programma
"Zonder verwarming"
verschijnt de volgen
-
de foutmelding in het
display:
Temp. instromend wa
-
ter te laag
Het toegevoerde water
heeft de vereiste tempera
-
tuur van 45 °C niet be
-
reikt.
Zie paragraaf: "Watertoe
-
voer".
Start het programma op
-
nieuw.
Verschijnt de foutmelding
opnieuw in het display,
kies dan een ander pro
-
gramma.
De zoemer gaat.
In het display ver
-
schijnt de volgende
foutmelding:
Storing in de wateraf
-
voer F11
Schakel eerst de afwasauto
-
maat met de sensortoets K
uit.
Storing in de waterafvoer.
Het is mogelijk dat zich in
de spoelruimte water be
-
vindt.
Reinig de zeefcombinatie.
Zie hoofdstuk: "Reiniging
en onderhoud".
Reinig de afvoerpomp.
Zie hoofdstuk: "Het ver-
helpen van storingen".
Reinig de terugslagklep.
Zie hoofdstuk: "Het ver-
helpen van storingen".
Verwijder eventuele knik-
ken of lussen in de water-
afvoerslang.
Nuttige tips
51
Algemene problemen met de afwasautomaat
Probleem Oorzaak Oplossing
Het display is donker. Het display staat in
stand-by, d.w.z. gaat
automatisch uit in het
kader van de energie
-
besparing.
Druk op een willekeurige
sensortoets.
Het apparaat staat niet meer
in stand-by.
De zoemer gaat terwijl
er een programma
loopt.
In het display verschijnt
de volgende melding:
Klepje van het zoutreser
-
voir
Sluit het klepje van het
zoutreservoir.
Het klepje van het zout
-
reservoir gaat niet goed
dicht.
Sluit het klepje van het zout
-
reservoir.
Wanneer het klepje van het
zoutreservoir tijdens een pro
-
grammabeurt is openge
-
gaan, moet u ook nog:
de afwasautomaat met de
sensortoets K uit- en weer
inschakelen en
het programma opnieuw
starten.
In het display verschijnt
de volgende foutmel-
ding:
Middelste sproeiarm ge
-
blokk.
oder
Onderste sproeiarm ge
-
blokkeerd
De middelste of onder-
ste sproeiarm is door
servies geblokkeerd.
Open de deur van de afwas-
automaat en verplaats het
servies dat de sproeiarm
blokkeert.
De sproeikoppen van
de middelste of onder
-
ste sproeiarm zijn ver
-
stopt.
Schakel de afwasautomaat
met de sensortoets K uit.
Reinig daarna de sproei
-
arm.
Zie hoofdstuk: "Reiniging
en onderhoud".
Nuttige tips
52
Probleem Oorzaak Oplossing
In het reinigingsmiddel
-
doseerbakje zijn na het
afwasprogramma resten
reinigingsmiddel achter
-
gebleven.
Het reinigingsmiddeldo
-
seerbakje was nog voch
-
tig toen het middel werd
gedoseerd.
Zorg er bij het doseren
van het reinigingsmiddel
voor dat het bakje droog
is.
Het klepje van het reini
-
gingsmiddeldoseerbakje
gaat niet goed dicht.
Er zijn resten reinigings
-
middel achtergebleven
die de sluiting blokkeren.
Verwijder de resten.
Na afloop van het pro
-
gramma zit er een
vochtlaag op de binnen
-
kant van de deur en mo
-
gelijk ook op de binnen
-
wanden.
Dit is geen storing, maar
hoort bij het droog
-
systeem.
U hoeft niets te doen.
Het vocht verdampt na
een tijdje.
Na afloop van het afwas-
programma zit er water
in de spoelruimte.
Schakel, voordat u het
probleem gaat oplossen,
eerst de afwasautomaat
met de sensortoets K uit.
De zeefcombinatie in de
spoelruimte is verstopt.
Reinig de zeefcombinatie.
Zie hoofdstuk: "Reiniging
en onderhoud".
De afvoerpomp of de te-
rugslagklep is geblok
-
keerd.
Reinig de afvoerpomp of
de terugslagklep.
Zie hoofdstuk: "Het ver
-
helpen van storingen".
Er zit een knik in de af
-
voerslang.
Haal de knik eruit.
Nuttige tips
53
Vreemde geluiden
Probleem Oorzaak Oplossing
Er is in de spoelruimte
een kleppend geluid te
horen.
Een sproeiarm slaat tegen
een stuk servies aan.
Onderbreek het program
-
ma en verplaats het stuk
servies dat de sproeiarm
in de weg zit.
Er is in de spoelruimte
een klepperend geluid te
horen
Stukken servies zijn aan
het klepperen.
Onderbreek het program
-
ma en plaats de stukken
servies zo stevig dat ze
niet meer klepperen.
Er is in de waterleiding
een kleppend geluid te
horen.
Dit wordt waarschijnlijk
veroorzaakt door de be
-
vestiging of door een ge-
ringe diameter van de wa-
terleiding.
Dit heeft geen negatief ef
-
fect op de werking van de
automaat.
Vraag de installateur om
raad wanneer het geluid u
hindert.
Nuttige tips
54
Een tegenvallend afwasresultaat
Probleem Oorzaak Oplossing
Het vaatwerk is niet
schoon.
Het vaatwerk is niet goed
geplaatst. De waterstralen
konden er niet bij.
Neem de aanwijzingen in
het hoofdstuk: "Het inrui
-
men van serviesgoed en
bestek" in acht.
Uw vaatwerk is niet zo
vuil, maar het vuil dat erop
zit is erg moeilijk te verwij
-
deren, zoals thee-aanslag.
Gebruik de instelling "Aan
-
passing Automatic - pro
-
gramma".
Zie hoofdstuk: "Menu voor
de instellingen J".
Het programma is niet
krachtig genoeg.
Kies een krachtiger pro
-
gramma.
Zie hoofdstuk: "Program-
ma-overzicht".
Er is te weinig reinigings-
middel gedoseerd.
Gebruik meer reinigings-
middel of ga over op een
ander reinigingsmiddel.
De sproeiarmen zijn door
servies geblokkeerd ge-
weest.
Verplaats het servies en
draai de sproeiarmen een
keer met de hand.
De zeefcombinatie is niet
schoon of niet goed ge
-
plaatst.
Als gevolg daarvan kun
-
nen ook de sproeikoppen
verstopt zijn.
Reinig de zeefcombinatie
of plaats deze goed.
Reinig indien nodig ook
de sproeikoppen.
Zie hoofdstuk: "Reiniging
en onderhoud".
De terugslapklep is in ge
-
opende toestand geblok
-
keerd geweest. Er is vuil
water in de spoelruimte te
-
ruggestroomd.
Reinig de afvoerpomp en
de terugslagklep.
Zie hoofdstuk: "Het ver
-
helpen van storingen".
Op glazen en bestek
blijven strepen achter.
Glazen zijn blauw uitge
-
slagen.
Deze aanslag kan er
vanaf worden geveegd.
Er is teveel naspoelmiddel
gedoseerd.
Verminder de hoeveelheid
te doseren naspoelmiddel.
Zie hoofdstuk: "Menu voor
de instellingen J, para
-
graaf: "Naspoelmiddel".
Nuttige tips
55
Probleem Oorzaak Oplossing
Het vaatwerk wordt
niet droog of er zit
-
ten vlekken op gla
-
zen en bestek.
Er zit geen naspoelmiddel
meer in het daarvoor be
-
stemde reservoir of er is te
weinig naspoelmiddel ge
-
doseerd.
Vul het reservoir, doseer
meer naspoelmiddel of neem
een ander naspoelmiddel.
Zie hoofdstuk: "Wanneer u het
apparaat voor het eerst in ge
-
bruik neemt".
Het vaatwerk is er te vroeg
uitgehaald.
Haal het vaatwerk er later uit.
Zie hoofdstuk: "Bediening".
U hebt combi-tabs ge
-
bruikt die niet goed dro
-
gen.
Stel met behulp van de instel
-
ling "Tabsoort" een normaal
reinigingsmiddel in en doseer
naspoelmiddel.
Zie hoofdstuk: "Menu voor de
instellingen J".
De variant "2 in 1 - tab" of
"Combi-Tab" is gekozen,
hoewel niet het daarbij be-
horende reinigingsproduct
is gebruikt.
Stel het gebruikte reinigings-
middelsoort in.
Zie hoofstuk: "Menu voor de
instellingen J, paragraaf:
"Tabsoort".
Glazen en ander ser-
viesgoed, evenals
bestek zijn wit uitge-
slagen.
Deze aanslag kan er
vanaf worden ge
-
veegd.
Er is te weinig naspoel-
middel gedoseerd.
Stel een grotere hoeveelheid
te doseren naspoelmiddel in.
Zie hoofstuk: "Menu voor de
instellingen J, paragraaf: "Na-
spoelmiddel".
Er zit geen zout in het
daarvoor bestemde reser
-
voir.
Doseer regenereerzout.
Zie hoofdstuk: "Wanneer u het
apparaat voor het eerst in ge
-
bruik neemt".
U hebt combi-tabs ge
-
bruikt die niet geschikt wa
-
ren.
Neem een ander reinigings
-
middel. Gebruik eventueel
normale reinigingstabletten of
normale poedervormige reini
-
gingsmiddelen.
Er is een storing opgetre
-
den in de automatische
waterontharder (onthar
-
dingssensor).
Neem contact op met de af
-
deling Klantcontacten van
Miele Nederland B.V.
Nuttige tips
56
Probleem Oorzaak Oplossing
Glazen zijn bruin of
blauw uitgeslagen.
De aanslag kan er niet
vanaf worden geveegd.
Het reinigingsmiddel be
-
vat stoffen die zich op de
glazen hebben afgezet.
Ga direct over op een an
-
der reinigingsmiddel.
Glazen worden dof en
verkleuren.
De aanslag is niet te ver
-
wijderen.
De glazen kunnen niet in
de afwasautomaat wor
-
den afgewassen.
De schade aan de glazen
is onherroepelijk.
Koop glazen die wel ge
-
schikt zijn voor de afwas
-
automaat.
Er zit nog thee of lippen
-
stift op het servies.
De temperatuur van het
gekozen programma is te
laag geweest.
Kies een programma met
een hogere temperatuur.
De bleekwerking van het
reinigingsmiddel is te ge-
ring.
Ga over op een ander rei-
nigingsmiddel.
Kunststof stukken vaat-
werk zijn verkleurd.
Mogelijke oorzaak daar-
van zijn natuurlijke kleur-
stoffen in bijv. wortels, to-
maten en ketchup. De
hoeveelheid reinigings-
middel of de bleekwer-
king ervan zijn voor deze
stoffen te gering geweest.
Gebruik meer reinigings-
middel.
Zie hoofdstuk: "Bedie-
ning".
Vaatwerk dat al verkleurd
is krijgt zijn oorspronke-
lijke kleur niet terug.
Er zitten roestvlekken
op stukken bestek.
Deze stukken bestek zijn
niet voldoende bestand
tegen roest.
Het enige wat u kunt doen
is bestek kopen dat wel
geschikt is.
Na het doseren van rege
-
nereerzout is er geen pro
-
gramma gestart. Er zijn
zoutresten in het gewone
afwasproces terechtgeko
-
men.
Start na het doseren van
regenereerzout het pro
-
gramma "Snel" zonder
vaatwerk en zonder "Tur
-
bo" - functie.
Nuttige tips
57
Het reinigen van het zeefje in
de schroefkoppeling van de
watertoevoer
Om de watertoevoerslang tegen veront
-
reinigingen in het water te beschermen
is in de schroefkoppeling een zeefje in
-
gebouwd.
Wanneer het zeefje vuil is dan loopt er
te weinig water in de spoelruimte.
,
De kunststof behuizing van de
Waterproofventielen bevat een elek
-
trisch onderdeel.
Dompel dit niet in vloeistof.
Tip
Is uw ervaring dat uw water veel be-
zinksel bevat raden wij u aan een grote
zeef in de schroefkoppeling van de wa-
tertoevoer aan te brengen.
Zo’n zeefje is leverbaar onder
M.- Nr.: 2665352.
^ Haal de stroom van de afwasauto-
maat door eerst het apparaat uit te
schakelen en daarna de stekker uit
het stopcontact te halen of de hoofd
-
schakelaar van de huisinstallatie uit
de schakelen.
^
Draai de waterkaan dicht
^
en schroef de toevoerslang van de
kraan af.
^
Pak het rubberen dichtingsringetje uit
de schroefkoppeling.
^ Trek het zeefje met een combinatie-
of punttang eruit en reinig het.
^ Zet het zeefje en het rubberen dich-
tingsringetje er weer in. Let er daarbij
op of ze allebei goed zitten!
^ Schroef de wartel van de watertoe-
voerslang weer aan de waterkraan.
Let er daarbij op dat wartel en kraan
precies op elkaar passen.
^
Draai de waterkraan open.
Komt er water vrij dan hebt u de wartel
en de kraan niet stevig genoeg aan el
-
kaar vastgeschroefd of de wartel
scheef aan de kraan geschroefd.
^
Zet de watertoevoerslang recht,
schroef de wartel recht op de kraan
en schroef wartel en kraan stevig
vast.
Het verhelpen van storingen
58
Het reinigen van de afvoer
-
pomp en de terugslagklep
Is het water na afloop van een program
-
ma niet uit de spoelruimte gepompt, dan
kan dat verschillende oorzaken hebben.
Het is mogelijk dat de afvoer door vet
-
aanslag verstopt is geraakt.
Om vetaanslag te voorkomen kunt u de
afvoer het beste 1 x per 2 maanden
met een machinereiniger behandelen.
Hoe u dat moet doen kunt u op de ver
-
pakking lezen.
Een andere mogelijkheid is dat be
-
paalde voorwerpen de afvoerpomp of
de terugslagklep blokkeren.
Deze kunt u makkelijk verwijderen.
^ Haal de spanning van het apparaat
door het eerst uit te schakelen en
daarna de stekker uit het stopcontact
te trekken of de hoofdschakelaar van
de huisinstallatie uit te schakelen.
^ Haal de zeefcombinatie uit de spoel-
ruimte. Zie hoofdstuk: "Reiniging en
onderhoud", paragraaf: "Het reinigen
van de zeven in de spoelruimte".
^
Schep het water met een bekertje uit
de spoelruimte.
^
Druk de vergrendeling van de terug
-
slagklep naar binnen a.
^ Til de terugslagklep omhoog b, ver-
wijder de klep en spoel hem onder
stromend water goed af.
^ Verwijder alle voorwerpen die de te-
rugslagklep blokkeren.
Het verhelpen van storingen
59
Onder de terugslagklep bevindt zich de
afvoerpomp (zie pijl).
^ Verwijder alle voorwerpen die de af-
voerpomp blokkeren. Let erop dat
glassplinters bijzonder moeilijk zijn te
zien.
Draai ter controle het loopwiel van de
afvoerpomp met de hand. Het loop-
wiel draait niet soepel, maar schoks-
gewijs.
^
Zet de terugslagklep weer zorgvuldig
op zijn plaats en laat de klep vastklik
-
ken.
Het verhelpen van storingen
60
Reparaties
^
Mocht u een opgetreden storing on
-
danks bovenstaande tips niet zelf
kunnen verhelpen, neem dan contact
op met:
de Miele-vakhandel of
de afdeling Klantcontacten van Miele
Nederland B.V.
Adres en telefoonnummer vindt u op de
achterzijde van deze gebruiksaanwij
-
zing.
^
Wanneer u de afdeling Klantcontac
-
ten inschakelt, geef dan het model en
het nummer van de afwasautomaat
op.
Beide gegevens vindt u op het type-
plaatje aan de rechter zijkant van de
deur.
Programma-actualisering (Up-
date / Programm Correction)
Reinigingsmiddelen, afwasgewoonten
en afwasvoorschriften zullen in de toe
-
komst veranderingen ondergaan.
De spoel- en afwasprogramma's zullen
daaraan moeten worden aangepast.
Onze technici zullen in de toekomst in
staat zijn het afwasprogramma te up
-
daten en in het geheugen van uw af
-
wasautomaat op te slaan.
Miele zal zelf aangeven wanneer de
programma's kunnen worden geactuali
-
seerd.
Voor testinstituten
In de brochure "Instructies voor ver
-
gelijkende tests" kunt u informatie vin
-
den over vergelijkende tests en ge
-
luidsmetingen.
Wanneer u deze brochure wilt hebben,
vraag dan de meest actuele versie per
E-mail aan bij:
testinfo|miele.de
^
Geef daarbij het model en het num
-
mer van de afwasautomaat op.
Zie typeplaatje.
Afdeling Klantcontacten
61
Vaatwerk Etensresten Eigenschappen van het
programma
Gemengd vaatwerk
dat tegen een stootje kan
Alle soorten etensresten
die in een huishouden
voorkomen
Variabel, sensorgestuurd
programmaverloop
Verkort programmaverloop
Temperatuurgevoelig
glas en kunststof
Verse etensresten
die nog niet zijn aangekoekt
Korte programmaduur
Gemengd
vaatwerk
Variabel,
sensorgestuurd
programmaverloop
met # Care
Gebruikelijke,
licht opgedroogde
etensresten
Gemiddelde
programmawaarden
Verkort programmaverloop
Water- en
energiebesparend
programmaverloop
Gebruikelijke,
licht opgedroogde
etensresten
Met voorspoelen
Verkort programmaverloop
Potten,
pannen,
sterk porselein
en bestek
Ingebrande,
aangekoekte,
sterk opgedroogde
zetmeel- of
eiwithoudende
1)
etensresten
Zeer grote
reinigingscapaciteit
Verkort programmaverloop
Maximale
reinigingscapaciteit
Verkort programmaverloop
1)
Zetmeelhoudende etensresten krijg je bijv. door aardappels, pasta's, rijst of stamppot.
Eiwithoudende etensresten krijg je bijv. door gebraden vlees, vis, eieren of ovenschotels.
Programma-overzicht
62
Programma Reinigingsmiddelen
Vakje I
2)
Vakje II
2)
Automatic
-
25 ml
of
1 tab
+ Turbo
Snel 40°C
-
20 ml
of
1 tab
3)
Speciaal
-
20 ml
of
1 tab
Licht vervuild 50°C
-
25 ml
of
1 tab
+ Turbo
Energie Spaar
-
25 ml
of
1 tab
Normaal 55°C
-
25 ml
of
1 tab
+ Turbo
Sterk vervuild 65°C
-
25 ml
of
1 tab
+ Turbo
Intensief 75°C
25 ml
of
1 tab
10 ml
+ Turbo
2)
Zie hoofdstuk: "Reinigingsmiddelen".
3)
Het is mogelijk dat er wel eens een tab niet helemaal goed oplost.
Programma-overzicht
63
Programma Programmaverloop
Voorspoelen Reinigen
°C
Tussenspoelen Naspoelen
°C
Drogen
12
Automatic Variabel programmaverloop;
sensorgestuurde aanpassing aan hoeveelheid vaatwerk en etensresten
Indien nodig 45-65 Indien nodig 65 X
Snel 40 °C 40 X 45 X
Speciaal # Variabel programmaverloop met # Care;
sensorgestuurde aanpassing aan hoeveelheid vaatwerk en etensresten
Indien nodig 40-48 Indien nodig 55 X
Energie Spaar 45 X 60 X
Licht vervuild 50 °C 50 X 65 X
Normaal 55 °C X 55 X 65 X
Sterk vervuild 65 °C X 65 X 65 X
Intensief 75 °C X 75 X 65 X
Hygiëne 70 X 70 X
Voorspoelen X
Programma-overzicht
64
Verbruik
1)
Duur
1)
Energie Water
Water koud
15 °C
kWh
Water warm
55 °C
kWh
Liter Water koud
15 °C
h:min
Water warm
55 °C
h:min
0,95-1,35 0,70-1,00 8-17 1:30-2:38 1:18-2:21
0,55 0,20 10 0:38 0:27
0,70-0,95 0,40-0,50 10-17 1:26-2:02 1:17-1:43
1,05 0,70 10 2:49 2:40
1,05 0,75 10 1:36 1:23
1,15 0,80 13 2:09 1:58
1,25 0,95 13 2:19 2:06
1,50 1,10 14 2:38 2:27
1,35 1,05 13 2:14 2:05
0,01 0,01 4 0:13 0:13
1) De genoemde waarden zijn volgens EN 50242 berekend. De waarden kunnen in de praktijk door
wisselende omstandigheden of door de invloed van sensoren duidelijk variëren.
Bij de aangegeven duur zijn wij uitgegaan van een normaal huishouden.
Wanneer u de functie "Combi-Tab" kiest kan het energieverbruik met max. 0,2 kWh stijgen en kan het
programma max. 15 min. langer duren.
Wanneer u de functie "Turbo" kiest (indien aanwezig) kan het programma max. 50 min. korter duren en
kan het energieverbruik met max. 0,2 kWh stijgen.
Bij de apparaten van het type G 2XXX (voor het model zie typeplaatje) liggen het energie- en water
-
verbruik hoger en wel max. 0,1 kWh, resp. max. 1 l.
Programma-overzicht
65
Programma Programmaverloop
Voorspoelen Reinigen
°C
Tussenspoelen Naspoelen
°C
Drogen
12
Zonder verwarming ! 2X X X X X
Pasta/Paella/Raclette X 75 X 65 X
Kunststof ! X 45 X 65 X
Zonder bovenrek 65 °C X 65 X 65 X
Bierglazen warm ! 35 X 55 X
Bierglazen koud ! 25 X X
Programma-overzicht
66
Verbruik
1)
Duur
1)
Energie Water
Water koud
15 °C
kWh
Water warm
55 °C
kWh
Liter Water koud
15 °C
h:min
Water warm
55 °C
h:min
0,05 26 1:26
1,40 1,15 13 2:29 2:16
0,85 0,60 13 2:07 1:55
1,00 0,65 13 1:52 1:39
0,50 0,30 10 0:49 0:41
0,20 10 0:17
1) De genoemde waarden zijn volgens EN 50242 berekend. De waarden kunnen in de praktijk door
wisselende omstandigheden of door de invloed van sensoren duidelijk variëren.
Bij de aangegeven duur zijn wij uitgegaan van een normaal huishouden.
Wanneer u de functie "Combi-Tab" kiest kan het energieverbruik met max. 0,2 kWh stijgen en kan het
programma max. 15 min. langer duren.
Wanneer u de functie "Turbo" kiest (indien aanwezig) kan het programma max. 50 min. korter duren en
kan het energieverbruik met max. 0,2 kWh stijgen.
Bij de apparaten van het type G 2XXX (voor het model zie typeplaatje) liggen het energie- en water-
verbruik hoger en wel max. 0,1 kWh, resp. max. 1 l.
Programma-overzicht
67
Voor een nog efficiënter gebruik van de afwasautomaat
Om uw apparaat nog beter op uw individuele wensen af te stemmen en om het
apparaat nog beter aan speciale inbouwsituaties aan te passen kunt u bij uw
Miele-vakhandelaar of bij de afdeling Onderdelen van Miele Nederland B.V. extra
accessoires krijgen. Het is mogelijk dat sommige accessoires al tot de
standaarduitrusting behoren; dit hangt van het model af.
U wilt... dan hebt u nodig...
...glazen met een lange steel afwassen ...een glazenrek
dat in het bovenrek wordt geplaatst
...afzonderlijke onderdelen van de
Miele Cappuccinatore afwassen
...een Cappuccinatore-rek
dat in het bovenrek wordt geplaatst
...kleinere borden, babyflesjes en an-
der klein servies in het bovenrek af-
wassen
...een multifunctioneel rek
dat in het bovenrek wordt geplaatst
...verschillende borden, kopjes en
glazen in het bovenrek afwassen
...een vario-rek
dat in het bovenrek wordt geplaatst
...flessen afwassen,
bijv. melk- of babyflessen
...een fleshouder
...extra bestek afwassen, bijv. kleine
lepeltjes, gebakvorkjes, een juslepel
...een bestekkorfje
dat in het onderrek wordt geplaatst
...vele glazen afwassen ...een glazenrek
dat in het onderrek wordt geplaatst
...grote borden afwassen ...een rek voor borden met een
doorsnede tot: - 33 cm
-35cm
...wanneer het apparaat in gebruik is
steeds op de hoogte zijn van de stand
van zaken
...de Miele|home communicatie
-
module en de Miele|home Info
-
Control
Na te bestellen accessoires
68
De afwasautomaat mag alleen door een
erkend installateur op het elektriciteits
-
net worden aangesloten.
De afwasautomaat is standaard voor
-
zien van een aansluitkabel met stekker
met beschermingscontact (randaarde),
geschikt voor aansluiting op een stop
-
contact met beschermingscontact
(randaarde).
,
De afwasautomaat moet zo wor
-
den geplaatst dat men altijd zonder
problemen bij het stopcontact kan
komen.
Gebruik om veiligheidsredenen
geen verlengsnoer. Gebruik van een
verlengsnoer verhoogt het risico op
oververhitting en daarmee op brand.
Wanneer de aansluitkabel is bescha-
digd, moet hij door een speciaal voor
deze afwasautomaten vervaardigde ka-
bel worden vervangen.
Neem contact op met de Miele-vakhan-
delaar of met de afdeling Klantcontac-
ten van Miele-Nederland B.V.
Om veiligheidsredenen mag de kabel
alleen door een erkend vakman/vak
-
vrouw worden vervangen.
,
Controleer voordat u de auto
-
maat in gebruik neemt of de elek
-
trische waarden van uw huisinstalla
-
tie (spanning, frequentie en ze
-
kering) overeenkomen met de gege
-
vens op het typeplaatje en dat het
geïnstalleerde stopcontactsysteem
overeenkomt met het stekkersys
-
teem van de afwasautomaat.
Technische gegevens zie typeplaatje
aan de rechter zijkant van de deur.
,
De afwasautomaat mag uitslui
-
tend worden aangesloten op een
huisinstallatie die volgens NEN 1010
is geïnstalleerd.
Elektrische aansluiting
69
Het waterbeveiligingssysteem
van Miele
Miele garandeert, dat het Miele-water
-
beveiligingssysteem gedurende de
hele levensduur van de afwasautomaat
een algehele bescherming tegen water
-
schade biedt.
Watertoevoer
,
Het water in de afwasautomaat
is geen drinkwater.
De afwasautomaat mag worden aan
-
gesloten op koud of warm water tot
max. 60°C.
Wanneer u beschikt over een ener-
getisch gunstige warmwaterberei-
ding, raden wij u aan om de afwas-
automaat op warm water aan te slui-
ten omdat u dan energie en tijd be-
spaart.
Er wordt in alle programma's met
warm water gespoeld.
Voor het gebruik van het programma
"Zonder verwarming" (afhankelijk van
het model) is een aansluiting op
warm water van minstens 45 °C en
hoogstens 60 °C noodzakelijk. Be
-
doeld wordt de temperatuur van het
instromende water.
Hoe hoger de temperatuur van het
instromende water is, des te beter de
reinigings- en droogresultaten zijn.
De toevoerslang is ca. 1,5 m lang;
een 1,5 m lange, flexibele metalen
slang (proefdruk 14000 kPa/140 bar)
is leverbaar.
Voor de aansluiting is een kraan met
3/4"-schroefkoppeling noodzakelijk.
Een terugslagklep is niet noodzake
-
lijk, daar het apparaat voldoet aan de
waterveiligheidsnormen.
De waterdruk (druk bij de wateraan
-
sluiting) moet tussen de 30 en
1000 kPa (0,3 en 10 bar) liggen.
Is de waterdruk lager, verschijnt in
het display de foutmelding:
Storing
in de watertoevoer
.
Zie hoofdstuk: "Nuttige tips".
Is de druk hoger, dan moet een druk
-
reduceerventiel worden ingebouwd.
,
Sluit om schade aan het appa
-
raat te voorkomen de afwasauto-
maat alleen op een volledig ontlucht
buisleidingnet aan.
! De watertoevoerslang mag niet
korter worden gemaakt of bescha
-
digd (zie afb.).
Wateraansluiting
70
Waterafvoer
In de afvoer van de afwasautomaat
bevindt zich een terugslagklep, zo
-
dat er geen vuil water via de afvoer
-
slang in de automaat terug kan stro
-
men.
De afwasautomaat is voorzien van
een flexibele afvoerslang van ca.
1,5 m met een diameter van 22 mm
binnenwerks.
De afvoerslang kan met nog een
slang en met een verbindingsstuk
worden verlengd.
De afvoerslang mag maximaal 4 me-
ter lang, de opvoerhoogte maximaal
1 meter zijn!
Voor de aansluiting van de slang op
het afvoersysteem ter plaatse is bo-
vendien een slangklem bij de auto-
maat verpakt.
Zie montageschema.
De slang kan naar rechts of links
worden verlegd.
De aansluittuit voor de afvoerslang is
geschikt voor slangen van verschil
-
lende doorsneden. Steekt de aan
-
sluittuit te ver in de afvoerslang dan
moet de aansluittuit korter worden
gemaakt. Gebeurt dat niet, dan kan
de afvoerslang verstopt raken.
De afvoerslang mag niet korter wor
-
den gemaakt.
Zorg ervoor dat er geen knikken in
de afvoerslang komen.
Beluchting van de waterafvoer
Ligt de waterafvoeraansluiting op de
plaats van opstelling dieper dan de ge
-
leiding voor de wieltjes van het onder
-
rek in de deur, moet de waterafvoer
worden belucht.
Gebeurt dat niet, dan kan het water tij
-
dens een programma door de werking
van de zuighevel uit de spoelruimte
stromen.
^
Doe de deur van de afwasautomaat
helemaal open.
^
Trek de onderste sproeiarm omhoog
en haal hem eraf.
^
Snijd de dop van de beluchtingsklep
in de spoelruimte af.
Wateraansluiting
71
Model afwasautomaat G 1XXX G 2XXX
Hoogte vrijstaand apparaat 84,5 cm
(verstelbaar + 3,5 cm)
-
Hoogte inbouwapparaat 80,5 cm
(verstelbaar + 6,5 cm)
84,5 cm
(verstelbaar + 6,5 cm)
Hoogte van de inbouwkast vanaf 80,5 cm (+ 6,5 cm) vanaf 84,5 cm ( + 6,5 cm)
Breedte 59,8 cm 59,8 cm
Breedte van de inbouwkast 60 cm 60 cm
Diepte:
Vrijstaand apparaat
Inbouwapparaat
60 cm
57 cm
-
57 cm
Gewicht max. 66 kg max. 58 kg
Spanning 230 V 230 V
Aansluitwaarde 2200 W 2200 W
Zekering 10 A 10 A
Keurmerk KEMA KEMA
Waterdruk 30 - 1000 kPa
(0,3 - 10 bar)
30 - 1000 kPa
(0,3 - 10 bar)
Warmwateraansluiting bis max. 60 °C tot max. 60 °C
Opvoerhoogte max. 1 m max. 1 m
Afpomplengte max. 4 m max. 4 m
Aansluitkabel ca. 1,7 m ca. 1,7 m
Beladingscapaciteit 12/14 couverts* 12/14 couverts*
* Afhankelijk van het model
Technische gegevens
72
Menu "Instellingen !" voor het wijzigen van instellingen
Het openen van het menu "Instellingen
!"
^
Schakel de afwasautomaat met de sensortoets K in, voor
het geval dat nog niet is gebeurd.
In het display verschijnt het hoofdmenu, wanneer tenminste
niet de instelling "Memory" is geactiveerd.
Is dat wel het geval, dan verschijnt niet het hoofdmenu, maar
het menu van het laatst gekozen programma.
Zie paragraaf: "Memory".
In dit geval gaat u met de sensortoets U (Clear) naar het
hoofdmenu.
\
\
\
Hoofdmenu
12:00
[
[
$ Instellingen F
# Automatic
! Snel d 40°C
o
^ Kies het submenu Instellingen !.
Dit verschijnt nu in het display.
Het bestaat uit een aantal verschillende instellingen, die zelf
ook weer uit een submenu bestaan.
\
\
\
Instellingen
12:00
[
[
$ Taal !
# Dagtijd
! Tabsoort
m
^
Kies de instelling die u wilt veranderen.
In het submenu kunt u verschillende mogelijkheden kiezen.
Wat u gekozen heeft wordt met een vinkje
( aangegeven.
Door op de : - toets te drukken kunt u informatie opvragen.
Menu voor de instellingen !
73
Taal !
Er zijn verschillende talen waarin de
meldingen in het display kunnen wor
-
den weergegeven.
Met de instelling
Taal ! kunt u de aan
-
gegeven taal wijzigen.
^
Kies de gewenste taal en bevestig
deze met
OK.
Het vlaggetje achter het woord Taal
dient als leidraad. Is er een taal inge
-
steld die u niet begrijpt, zoek dan
een menu-onderdeel waarachter een
vlaggetje staat.
Via dat vlaggetje komt u bij de instel-
ling
Taal ! terecht. Daar staat het
vlaggetje in de linker kolom van het
display.
Dagtijd
Het display kan de dagtijd aangeven.
Met de instelling
Dagtijd kunt u de
dagtijdweergave en de urenweergave
kiezen en daarna de dagtijd instellen.
Het instellen van de dagtijdweergave
^
Kies
Dagtijdweergave.
^
Kies de gewenste dagtijdweergave
en bevestig deze met
OK.
Het instellen van de urenweergave
^ Kies
Urenweergave.
^ Kies de gewenste urenweergave en
bevestig deze met
OK.
Het instellen van de dagtijd
^ Kies
Met de hand instellen.
^ Stel met
+/- het uur in en bevestig dit
met
OK.
^ Stel daarna met
+/- de minuten in en
bevestig deze met
OK.
Daarna verschijnt in het display weer
de instelling
Dagtijd.
^
Met de sensortoets komt u weer in
het menu "Instellingen
!".
Menu voor de instellingen !
74
Tabsoort
Voor een optimaal reinigingsresultaat
kunt u met de instelling
Tabsoort het
soort reinigingsmiddel instellen dat u
gaat gebruiken.
Daarbij kunt u kiezen tussen een nor
-
maal reinigingsmiddel, een 2 in1-tab
en een combi-tab.
Het programmaverloop wordt aan de
gekozen tabsoort aangepast.
Afhankelijk van het programma kan het
verloop duidelijk langer duren.
Vanuit de fabriek is een normaal reini
-
gingsmiddel ingesteld.
^ Kies de gewenste tabsoort en beves-
tig deze met
OK.
Normaal:
Gebruikt u een "normaal" reinigingsmid-
del moet u zout en naspoelmiddel do-
seren.
Zie de paragrafen: "Het doseren van re-
genereerzout" en "Het doseren van na-
spoelmiddel".
Wanneer u naspoelmiddel moet bijvul
-
len, verschijnt er een melding in het
display.
2 in 1 - tab:
Wanneer u
2in1heeft ingesteld, wordt
het programmaverloop aan het gebruik
van 2 in 1 - tabs aangepast.
Dit zijn reinigingsmiddelen met na
-
spoelmiddel.
U hoeft geen naspoelmiddel te doseren
en er verschijnt geen melding in het
display dat u naspoelmiddel moet bij
-
vullen.
Combi-Tab:
Wanneer u
Combi-Tab heeft ingesteld,
wordt het programmaverloop aan het
gebruik van combi-tabs aangepast.
Dit zijn reinigingsmiddelen met na
-
spoelmiddel, zout en eventueel nog an
-
dere componenten.
U hoeft geen naspoelmiddel te doseren
en er verschijnt geen melding in het
display dat u naspoelmiddel moet bij
-
vullen.
Er is 2/3 of 3/4 minder zout nodig.
Kies deze variant niet:
bij gebruik van 2 in 1 - tabs (reini-
gingsmiddelen met naspoelmiddel);
bij een waterhardheid boven de
21 °dH.
Neem de aanwijzingen van de
reinigingsmiddelfabrikant in acht.
De reinigings- en droogresultaten
van deze reinigingsmiddelen kun-
nen heel verschillend zijn.
Menu voor de instellingen !
75
Extra droging
Wanneer de instelling Extra droging is
geactiveerd, gaat de deur na afloop
van een programma automatisch op
een kier open.
Dit is ter bevordering van het droogpro
-
ces.
Zie hoofdstuk: "Programma-overzicht".
U kunt deze instelling ook deactiveren.
^
Kies de gewenste optie en bevestig
deze met
OK.
Waterhardheid
Het display kan de hardheid van uw
water aangeven.
Deze afwasautomaat is uitgerust met
een onthardingssensor die automatisch
de hardheidsgraad van uw water meet.
Dit gebeurt meteen nadat uw apparaat
op uw waterleiding is aangesloten en
minstens één programma heeft doorlo-
pen.
Met de instelling
Waterhardheid kunt u
in het display de gemeten hardheids
-
graad opvragen.
^
Met
OK komt u weer in het menu "In
-
stellingen
!".
°d mmol/l °f
In te stellen
waarde in de
tijdsaanduiding
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37-45
46-60
61-70
0,2
0,4
0,5
0,7
0,9
1,1
1,3
1,4
1,6
1,8
2,0
2,2
2,3
2,5
2,7
2,9
3,1
3,2
3,4
3,6
3,8
4,0
4,1
4,3
4,5
4,7
4,9
5,0
5,2
5,4
5,6
5,8
5,9
6,1
6,3
6,5
6,7-8,1
8,3-10,8
11,0-12,6
2
4
5
7
9
11
13
14
16
18
20
22
23
25
27
29
31
32
34
36
38
40
41
43
45
47
49
50
52
54
56
58
59
61
63
65
67-81
83-108
110-126
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
45
60
70
Menu voor de instellingen !
76
Externe waterontharder
Is de afwasautomaat op een externe
waterontharder aangesloten die met
zout wordt geregenereerd, moet u voor
een optimaal reinigingsresultaat de wa
-
terhardheid instellen die uw externe wa
-
terontharder levert.
Weet u niet wat de waterhardheid van
uw externe waterontharder is, stel dan
een waterhardheid in van 8 °dH
(1,4 mmol/l) in.
^
Kies de juiste waterhardheid en be
-
vestig deze met
OK.
Is de afwasautomaat niet meer op
een externe waterontharder aange-
sloten, kies dan weer de optie
Auto.
Naspoelmiddel
De dosering van het naspoelmiddel is
instelbaar in hoeveelheden van ca.
0-6 ml.
Vanuit de fabriek is een hoeveelheid
van ca. 3 ml naspoelmiddel ingesteld.
Deze hoeveelheid wordt geadviseerd.
Voor een optimaal reinigingsresultaat
kunt u de dosering aanpassen.
De gedoseerde hoeveelheid naspoel
-
middel kan door de automatische aan
-
passing in het programma "Automatic"
groter uitvallen dan de ingestelde dose
-
ring.
^
Kies met
+/- de gewenste hoeveel
-
heid en bevestig deze met
OK.
Vertoont het vaatwerk vlekken, kies dan
een grotere hoeveelheid.
Vertoont het vaatwerk strepen of slui
-
ers, kies dan een kleinere hoeveelheid.
Controle zeefcombinatie
In het display verschijnt na een be
-
paald aantal programmabeurten de
melding
Controle zeefcombinatie.
Met de instelling
Controle zeefcombi
-
natie
kunt u het aantal programma
-
beurten instellen, na afloop waarvan u
de bovenstaande melding aangegeven
wilt zien.
Daarbij kunt u kiezen tussen 30, 40, 50
of 60 programmabeurten.
Vanuit de fabriek is een aantal van 40
programmabeurten ingesteld.
^ Kies het gewenste aantal program-
mabeurten en bevestig dit met
OK.
Aanpassing Automatic -
programma
Soms is uw vaatwerk niet zo vuil, maar
is het vuil dat erop zit erg moeilijk te
verwijderen.
Met bovengenoemde instelling kunt u
het Automatic - programma daaraan
aanpassen.
^
Kies de optie
Aan en bevestig deze
met
OK.
Menu voor de instellingen !
77
Wijziging hoofdmenu
Met de instelling Wijziging hoofdmenu kunt u de volgorde
van de programma's in het menu voor de programmakeuze
veranderen en uw 3 favoriete programma's onder de eerste 3
posities opslaan.
\
\
\
Sla progr. onder positie 1 op.
12:00
[
[
[
$ Automatic (
# Snel d 40°C
m
! Afbreken?
Volgende: !
^
Kies het programma dat u onder de eerste positie wilt op
-
slaan.
^ Bevestig dit met
Volgende:.
^ Kies het programma dat u onder de tweede positie wilt op-
slaan.
^ Bevestig dit met
Volgende:.
^ Kies het programma dat u onder de derde positie wilt op-
slaan.
^ Bevestig dit met
Volgende:.
De door u gekozen programma's worden in het display kort
weergegeven.
Wilt u nog een programma op een andere positie zetten, kies
dan
Terug.
\
In het kort
12:00
[
[
[
Automatic
Snel d 40°C
m
! Terug
Klaar !
^
Bent u klaar met de wijzigingen, bevestig deze dan met
Klaar.
Menu voor de instellingen !
78
Opslag extra functies
Met de instelling Opslag extra func
-
ties
kunt u de extra functies die u bij
bepaalde programma's hebt gekozen,
bijv. "Voorspoelen", opslaan.
Deze worden bij de volgende program
-
mabeurt automatisch gekozen.
Zie voor de extra functies hoofdstuk:
"Bediening", paragraaf: "Het kiezen van
extra functies".
Vanuit de fabriek is de opslag van extra
functies uitgeschakeld.
^
Kies de gewenste optie en bevestig
deze met
OK.
Menu voor de instellingen !
79
Bedieningsvergrendeling
Met bovengenoemde instelling kan worden voorkomen dat
uw afwasautomaat door vreemden wordt gebruikt.
Wordt de afwasautomaat ingeschakeld, verschijnt in het dis
-
play de melding:
Het apparaat is vergrendeld.
Zolang de vergrendeling is ingeschakeld, kan het apparaat
wel worden ingeschakeld, maar niet gebruikt.
Vanuit de fabriek is de bedieningsvergrendeling uitgescha
-
keld.
Met de instelling
Bedieningsvergrendeling kunt u kiezen of
de bedieningsvergrendeling aan of uit moet.
^
Kies de gewenste optie en bevestig deze met
OK.
Het opheffen van de bedieningsvergrendeling
Wanneer u de afwasautomaat wilt gebruiken, moet u de ver-
grendeling eerst opheffen.
^ Schakel de afwasautomaat met de sensortoets K in.
In het display verschijnt de melding
Het apparaat is ver-
grendeld.
.
^ Bevestig deze met
OK.
\
[
Bedieningsvergrendeling opheffen?
! Ja
Nee !
^
Kies de optie
Ja.
Bedieningsvergrendeling
Het apparaat is ontgrendeld.
W
Het apparaat is ontgrendeld en klaar voor gebruik.
Menu voor de instellingen !
80
Temperatuur
Het display kan de temperatuur in
°C/Celsius of in °F/Fahrenheit aange
-
ven.
Vanuit de fabriek worden de temperatu
-
ren in °C/Celsius aangegeven.
Met de instelling
Temperatuur kunt u
de temperatuurweergave kiezen.
^
Kies de gewenste temperatuurweer
-
gave en bevestig deze met
OK.
Geluidssterkte
Geluidssignaal aan het einde van een
programma
Wanneer met de instelling
Geluids-
sterkte
een geluidsstand is ingesteld,
klinkt er aan het eind van een program-
ma een geluidssignaal.
Het signaal gaat in dat geval 5 x achter
elkaar met een korte pauze. Het gaat
maximaal 1 uur, als u het apparaat niet
eerder uitschakelt.
Vanuit de fabriek is het geluidssig
-
naal aan het eind van een program
-
ma uitgeschakeld.
Het signaal kan 7 geluidssterkten heb
-
ben.
Is er geen geluidssterkte ingesteld, is
het signaal uitgeschakeld.
Geluidssignaal bij een storing
Het geluidssignaal gaat altijd wanneer
er een storing optreedt.
Het signaal gaat bij een storing zonder
pauze. Het gaat max. 2 minuten, als u
het apparaat niet eerder uitschakelt of
de storing verhelpt.
Het geluidssignaal bij een storing
kunt u niet uitschakelen.
Het signaal kan 7 geluidssterkten heb
-
ben.
Verschillende geluidssterkten
Met de instelling
Geluidssterkte kunt u
de geluidssterkte van het signaal in 7
standen instellen.
Is er geen geluidssterkte ingesteld, is
het signaal uitgeschakeld.
Het signaal bij een storing kunt u niet
uitschakelen.
^
Kies met
+/- de gewenste geluids
-
sterkte of deactiveer het geluidssig
-
naal.
^
Bevestig uw keuze met
OK.
Geluidssterkte 's nachts
Voor de nacht kunt u een afwijkende
geluidssterkte instellen.
^
Kies met
+/- de gewenste geluids
-
sterkte voor de nacht of deactiveer
het geluidssignaal.
^
Bevestig uw keuze met
OK.
Menu voor de instellingen !
81
Nachttijd
Het instellen van de nachttijd gaat als
volgt.
^
Kies
Starttijd:.
^
Stel met
+/- het begin van de nacht
-
tijd in en bevestig deze tijd met
OK.
^
Stel met
+/- het einde van de nacht
-
tijd in en bevestig deze tijd met
OK.
^
Bevestig de ingestelde nachttijd met
OK.
Geluidssignalen toetsen
Wanneer met de instelling
Geluids
-
sterkte
een geluidsstand is ingesteld,
klinkt er een geluidssignaal iedere keer
wanneer er op een sensortoets wordt
gedrukt.
Het signaal kan 7 geluidssterkten heb-
ben.
Is er geen geluidssterkte ingesteld, is
het signaal uitgeschakeld.
^
Kies met
+/- de gewenste geluids
-
sterkte of deactiveer het geluidssig
-
naal.
^
Bevestig uw keuze met
OK.
Lichtsterkte
De lichtsterkte van de weergave in het
display kan verschillen.
Met de instelling
Lichtsterkte kunt u
de lichtsterkte in 7 standen instellen.
^
Kies de gewenste lichtsterkte en be
-
vestig deze met
OK.
Contrast
Het contrast van de weergave in het
display kan verschillen.
Met de instelling
Contrast kunt u het
contrast in 7 standen instellen.
^ Kies het gewenste contrast en beves-
tig dit met
OK.
Memory
Met de instelling Memory kunt u het
laatst gekozen programma opslaan.
Dan verschijnt niet het menu voor de
programmakeuze in het display, maar
in plaats daarvan het laatst gekozen
programma, wanneer u na afloop van
heen programma de afwasautomaat
uit- en weer inschakelt of de deur opent
en weer sluit.
Vanuit de fabriek is de memory inge
-
schakeld.
^
Kies de gewenste optie en bevestig
deze met
OK.
Menu voor de instellingen !
82
Demonstratie voor de vakhan
-
del
Dit hoofdstuk geldt alleen voor vak
-
handelaren!
De afwasautomaat beschikt over ver
-
schillende demonstratieprogramma's
voor de vakhandel.
Met de instelling
Demonstratie voor
de vakhandel
kunt u één van deze pro
-
gramma's kiezen.
^
De programma's
Demomodus en
Demomodus continu laten zien hoe
de afwasautomaat wordt bediend en
wat voor mogelijkheden het apparaat
heeft.
Demomodus:
Het programma loopt maar 1x nadat
het is gestart.
Demomodus continu:
Het programma loopt continu nadat
het is gestart en houdt pas weer op
nadat het is uitgeschakeld.
Demospoelgeluiden:
Het pompen wordt geactiveerd zodat
de spoelgeluiden te horen zijn.
Toonzaalstand:
De meldingen die in het display ver
-
schijnen wanneer u het apparaat
voor het eerst in gebruik neemt, ver
-
schijnen in deze demonstratie niet.
Demo Extra droging:
De deur gaat automatisch open.
Het inschakelen van de demomodus
^
Kies het gewenste programma en
bevestig dit met
OK.
^
Bevestig de vragen die volgen met
OK.
^
Druk op een willekeurige sensortoets
om het gekozen demoprogramma te
starten.
Het afbreken van de demomodus
^
Druk opnieuw op een willekeurige
sensortoets en bevestig met
OK.
Het uitschakelen van de demomodus
^ Kies de optie
Uit en bevestig deze
met
OK.
^ Bevestig de vraag
Demomodus uit-
schakelen?
met OK.
Fabrieksinstellingen
Met de instelling Fabrieksinstellingen
kunt u alle instellingen terugkrijgen
waarin het apparaat is geleverd.
^
Bevestig de vraag:
Terug naar fa
-
brieksinstellingen?
met OK.
^
Bevestig de melding
Alle instellingen
gereset
met OK.
Het sluiten van het menu
"Instellingen
!".
^
Druk op de sensortoets U.
In het display verschijnt weer het hoofd
-
menu.
Menu voor de instellingen !
83
Wijzigingen voorbehouden /
G1833/G2833 / 0509
M.-Nr. 07 503 330 / 00
50


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for Miele G 1833 SC at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of Miele G 1833 SC in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 2,53 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

Others manual(s) of Miele G 1833 SC

Miele G 1833 SC User Manual - English - 84 pages

Miele G 1833 SC User Manual - German - 84 pages


The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info