444516
12
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/40
Next page
Gebruiksaanwijzing
voor de afzuigkappen
DA 216-2, DA 216-2 EXT
DA 217-2
DA 219-2, DA 219-2 EXT
Lees beslist de gebruiksaanwijzing
voordat u uw afzuigkap plaatst,
T
installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt
onnodige schade aan uw apparaat. M.-Nr. 05 622 850
Inhoudsopgave
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Beschrijving van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Bediening
Hoofdschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Het inschakelen van de afzuiging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Het kiezen van het afzuigvermogen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Het activeren van de uitlooptijd . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Het uitschakelen van de afzuiging. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Het inschakelen van de kookplaatverlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Het uitschakelen van de kookplaatverlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Urentellers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Controleren hoeveel procent van het aantal ingestelde uren is verstreken . . . 13
Het wijzigen of instellen van het aantal uren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Reiniging en onderhoud
Ommanteling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Vetfilters . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Anti-geurfilters . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Het vervangen van de TL-buis. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Afmetingen van de afzuigkappen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Montage
Montagemateriaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Montageplaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Wasemscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Motoreenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Besturingseenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Luchtafvoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Luchtcirculatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Opvulstuk . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Bevestigingskolom. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Luchtafvoer. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Anti-condensvoorziening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Technische Dienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
Inhoudsopgave
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat
tegen transportschade.
Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen
omdat dit het milieu relatief weinig be-
last en kan worden hergebruikt.
Door hergebruik van verpakkingsmate-
riaal wordt er op grondstoffen
bespaard en wordt er minder afval ge-
produceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
in het algemeen terug.
Het afdanken van het apparaat
Apparaten die u afdankt bevatten nog
waardevolle stoffen/materialen.
Zet uw apparaat daarom niet zomaar
bij het grofvuil, maar informeer ook hier-
voor bij de gemeente naar mogelijkhe-
den voor hergebruik van het materiaal
(bijv. schrootverwerking).
Zorg er voor dat kinderen niet bij het
afgedankte apparaat kunnen komen.
Zie hiervoor hoofdstuk: "Veiligheidsin-
structies en waarschuwingen".
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu
3
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Deze afzuigkap voldoet aan de
voorgeschreven veiligheidsbepalin-
gen. Door ondeskundig gebruik kun-
nen personen echter letsel oplopen
en kan er materiële schade ont-
staan.
Lees deze gebruiksaanwijzing eerst
aandachtig door voordat u uw af-
zuigkap voor het eerst gebruikt. U
vindt hierin belangrijke instructies
met betrekking tot de veiligheid, de
montage, het gebruik en het onder-
houd van het apparaat. Dat is veili-
ger voor uzelf en u voorkomt onno-
dige schade aan uw apparaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing en
geef deze door aan een volgende
eigenaar van de afzuigkap.
Efficiënt gebruik
Deze afzuigkap is uitsluitend be-
stemd voor huishoudelijk gebruik.
De fabrikant is niet verantwoordelijk
voor schade die wordt veroorzaakt
door een ander gebruik dan hier aange-
geven of door een foutieve bediening.
Technische veiligheid
Voordat u de afzuigkap aansluit
dient u altijd de aansluitgegevens
(zekering, spanning en frequentie) op
het typeplaatje met die van het elektrici-
teitsnet te vergelijken. Deze moeten be-
slist overeenkomen.
Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
De elektrische veiligheid van de af-
zuigkap is uitsluitend gegaran-
deerd als deze wordt aangesloten op
een aardingssysteem dat volgens de
geldende veiligheidsbepalingen is geïn-
stalleerd. Wanneer u twijfelt of dat het
geval is, laat de huisinstallatie dan door
een vakman / vakvrouw inspecteren.
De fabrikant kan niet aansprakelijk wor-
den gesteld voor schade die wordt ver-
oorzaakt door een ontbrekende of
beschadigde aarddraad (bijv. een elek-
trische schok).
Ondeskundig uitgevoerde installa-
tie- en onderhoudswerkzaamhe-
den leveren, evenals ondeskundig uit-
gevoerde reparaties, grote risico’s op
voor de gebruiker.
Laat installatiewerkzaamheden, onder-
houdswerkzaamheden en reparaties
aan elektrische apparaten uitsluitend
uitvoeren door erkende vakmensen.
Dit apparaat mag uitsluitend door
een vakman/vakvrouw op een niet-
stationaire locatie (bijvoorbeeld een
boot of camper) worden ingebouwd en
aangesloten. Hierbij moet aan alle voor-
waarden voor een veilig gebruik wor-
den voldaan.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
4
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Er staat alleen dan geen elektri-
sche spanning op de afzuigkap,
als aan één van de volgende voorwaar-
den is voldaan:
als de hoofdschakelaar van de huis-
installatie is uitgeschakeld;
of als de stekker uit het stopcontact
is getrokken.
Trek niet aan de aansluitkabel, maar
aan de stekker wanneer u de stroom
van het apparaat wilt halen.
Deze afzuigkap mag niet via een
verlengsnoer op het elektriciteits-
net worden aangesloten.
Met verlengsnoeren kan een veilig ge-
bruik van de afzuigkap niet worden
gewaarborgd (gevaar voor oververhit-
ting).
Gebruik
Werk nooit met open vuur onder
de afzuigkap: zo is flamberen en
grilleren met open vuur verboden.
Een afzuigkap die in gebruik is trekt de
vlammen in de filters aan, waardoor het
daarin verzamelde vet vlam kan vatten.
Bij gebruik van de afzuigkap bo-
ven een gaskookplaat of gasfor-
nuis moet u er beslist op letten dat er al-
tijd een pan staat op de gaspit die in
gebruik is.
De afzuigkap kan door de hitte van de
vlammen beschadigen.
Schakel de afzuigkap altijd in zo-
dra u één van de kookzones in ge-
bruik neemt.
Doet u dat niet, dan kan zich condens-
water ophopen, wat corrosie aan het
apparaat kan veroorzaken.
Blijf er altijd bij wanneer u boven
kookplaat, fornuis of elektrische
grill aan het bakken, braden, frituren of
grilleren bent.
Oververhitte olie en oververhit vet kan
vlam vatten en de afzuigkap in brand
steken.
Gebruik de afzuigkap nooit zonder
vetfilter(s).
Wanneer u dat wel doet zetten zich vuil
en vet in de afzuigkap af, waardoor
deze op den duur niet meer goed zal
functioneren.
Reinig of vervang de filters regel-
matig.
Oververzadigde filters leveren gevaar
op voor brand!
Gebruik voor het reinigen van de
afzuigkap nooit een stoomreiniger.
Stoom kan in aanraking komen met de-
len van het apparaat die onder span-
ning staan en zo kortsluiting veroor-
zaken.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
5
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Montage
De afstand tussen de afzuigkap en
de plek waar gekookt, gebakken,
gebraden, gefrituurd of gegrilleerd
wordt moet om veiligheidsredenen bij:
elektrische kookplaten of elektrische
fornuizen minimaal 45 cm bedragen;
gaskookplaten of gasfornuizen mini-
maal 65 cm bedragen;
een elektrische grill uit ons assorti-
ment minimaal 65 cm bedragen.
De afstand tussen wokbrander en af-
zuigkap moet 75 cm bedragen.
Voor andere kookapparatuur moet die
afstand worden aangehouden die in de
daarbijbehorende montage-instructies
en gebruiksaanwijzing is aangegeven.
Worden er onder de afzuigkap verschil-
lende soorten kookapparatuur gebruikt
waarvoor verschillende afstanden gel-
den, dan moet de grootste afstand wor-
den aangehouden.
Het is niet toegestaan de afzuig-
kap boven stookplaatsen voor vas-
te brandstoffen te monteren.
Voor het aanleggen van de luchtaf-
voer mogen alleen buizen of slan-
gen van niet-brandbaar materiaal wor-
den gebruikt. Deze zijn verkrijgbaar bij
de vakhandel of bij de afdeling Onder-
delen.
De lucht mag niet worden afge-
voerd via een schoorsteen die
wordt gebruikt voor de afvoer van rook
of gas, noch via een schacht die wordt
gebruikt voor de ontluchting van ruim-
ten waarin wordt gestookt.
Wanneer de lucht moet worden af-
gevoerd via een schoorsteen die
niet meer in gebruik is voor de afvoer
van rook of gas, dan dient u eerst uw
schoorsteenveger te raadplegen.
Wees voorzichtig bij gelijktijdig ge-
bruik van de afzuigkap en een
stookplaats die gebruik maakt van de
lucht die zich in die ruimte bevindt (zo-
als gas-, olie- of kolenkachels, geisers,
boilers, warmwaterketels, gaskookpla-
ten, gasovens).
De afzuigkap onttrekt aan de ruimte
waarin ze zich bevindt en aan de aan-
grenzende ruimten zuurstof en daar-
mee lucht die de stookplaats nodig
heeft voor de verbranding.
Bovendien kan er door de zuigkracht
van de afzuigkap lucht worden terugge-
zogen uit de schoorsteen of de
schacht en kunnen stookplaatsen die
met de schoorsteen zijn verbonden be-
schadigd raken.
Het gelijktijdig gebruik van de afzuig-
kap en één van de bovengenoemde
apparaten is ongevaarlijk als de onder-
druk maximaal 4 Pa (0,04 mbar) is,
waardoor er geen gevaar bestaat dat
de afvoergassen van de stookplaats
worden teruggezogen.
Dit kunt u bereiken door niet afsluitbare
openingen, bijv. in deuren, ramen,
luchttoevoer-/luchtafvoer-muurkasten
of door andere technische voorzienin-
gen die voor een constante toevoer
van lucht zorgen die nodig is voor het
stoken.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Opmerking: bij de beoordeling van de
situatie moet er altijd naar het gehele
luchtgeleidingssysteem in de woning
worden gekeken. In geval van twijfel
kunt u uw schoorsteenveger raadple-
gen.
Het gebruik van afzuigkappen met
luchtcirculatie is zonder beperkingen
mogelijk.
Alleen voor apparaten met een exter-
ne afzuiginstallatie
Bij afzuigkappen met een externe af-
zuiginstallatie (type: ... EXT) moeten bei-
de eenheden via de verbindingskabel
met stekkerkoppelingen met elkaar wor-
den verbonden. Let er hierbij op dat u
de juiste apparaten met elkaar combi-
neert.
Het afdanken van het apparaat
Wanneer u uw oude of defecte af-
zuigkap afdankt, dient deze in ver-
band met de veiligheid onbruikbaar te
worden gemaakt.
Trek de stekker uit het stopcontact en
maak zowel de stekker als de aansluit-
kabel onbruikbaar.
Daarmee voorkomt u dat het apparaat
voor andere doeleinden wordt gebruikt
dan waarvoor het bestemd is.
Wanneer de veiligheidsinstructies
niet worden opgevolgd kan de fabri-
kant niet verantwoordelijk worden
gesteld voor schade die daar even-
tueel het gevolg van is.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
7
Beschrijving van het apparaat
Beschrijving van het apparaat
8
b
Opvulstuk
c Bevestigingskolom
d Wasemscherm
e Bedieningselementen
f Hoofdschakelaar
g Luchtcirculatieroosters
h Kookplaatverlichting
i Vetfilters
j
Aan-/Uit - toets voor de
kookplaatverlichting
k Aan-/Uit - toets voor de
afzuiging
l Toetsen voor het afzuig-
vermogen
m Toets voor de uitlooptijd
Met deze toets kunt u de uitlooptijd acti-
veren.
Hiermee blijft de afzuiging nog 5 tot 15
minuten in werking en wordt daarna au-
tomatisch uitgeschakeld.
n
Vetfiltertoets
De afzuigkap registreert de uren dat ze
in werking is.
U kunt zelf het aantal uren instellen na
afloop waarvan de vetfilters moeten
worden gereinigd.
Het controlelampje van de vetfiltertoets
gaat branden, wanneer de vetfilters
moeten worden gereinigd.
Met de vetfiltertoets kunt u
de urenteller na het reinigen van de
vetfilters terugzetten.
Zie hoofdstuk: "Reiniging en onder-
houd".
controleren hoeveel procent van het
aantal ingestelde uren is verstreken.
Zie hoofdstuk: "Bediening".
het aantal ingestelde uren wijzigen.
Zie hoofdstuk: "Bediening".
o
Anti-geurfiltertoets
De afzuigkap registreert de uren dat ze
in werking is.
U kunt zelf het aantal uren instellen na
afloop waarvan de anti-geurfilters moe-
ten worden vervangen, die bij luchtcir-
culatie worden gebruikt.
Het controlelampje van de anti-geurfil-
tertoets gaat branden, wanneer de anti-
geurfilters moeten worden vervangen.
Met de anti-geurfiltertoets kunt u
de urenteller na het vervangen van
de anti-geurfilters terugzetten.
Zie hoofdstuk: "Reiniging en onder-
houd".
controleren hoeveel procent van het
aantal ingestelde uren is verstreken.
Zie hoofdstuk: "Bediening".
het aantal ingestelde uren wijzigen.
Zie hoofdstuk: "Bediening".
Beschrijving van het apparaat
9
Algemeen
De afzuigkap kan op 3 manieren wor-
den gebruikt en wel met luchtafvoer,
met luchtcirculatie of met een externe
afzuiginstallatie.
. . . met luchtafvoer:
De aangezogen lucht wordt door de
vetfilters gereinigd en naar buiten afge-
voerd.
Deze afzuigkap is voorzien van een terug-
slagklep.
Wanneer het apparaat is uitgescha-
keld, is de terugslagklep gesloten. Er
kan geen lucht stromen tussen het ver-
trek waar de afzuigkap zich bevindt en
daarbuiten.
Nadat het apparaat is ingeschakeld
gaat de terugslagklep open, zodat de
kookluchtjes ongehinderd naar buiten
kunnen worden afgevoerd.
. . . met luchtcirculatie:
De aangezogen lucht wordt door de
vetfilters en bovendien door de anti-
geurfilters gereinigd en komt via de
openingen in het opvulstuk van de be-
vestigingskolom weer in de keuken te-
recht.
Controleer voordat u de afzuigkap
voor het eerst gebruikt of er anti-
geurfilters in het apparaat aanwezig
zijn. Zie hoofdstuk: "Reiniging en on-
derhoud".
. . . met een externe afzuigin-
stallatie:
(bij apparaten van het type ... EXT)
De aangezogen lucht wordt via een ex-
terne afzuiginstallatie afgevoerd.
De afzuiginstallatie wordt buiten het ver-
trek gemonteerd op de plek waar u
deze wilt hebben.
De externe afzuiginstallatie wordt door
een hulpkabel met de afzuigkap ver-
bonden en via de bedieningselemen-
ten van de afzuigkap gestuurd.
Algemeen
10
Bediening
Hoofdschakelaar
De afzuiging en de kookplaatverlichting
zijn klaar voor gebruik wanneer u de
hoofdschakelaar op "I" zet.
Schakel de afzuigkap met de hoofd-
schakelaar uit, wanneer het apparaat
langere tijd buiten gebruik is, bijv. s
nachts of in de vakantie.
Wanneer u het apparaat de keer daar-
op inschakelt, start het met de instellin-
gen van de keer daarvóór.
Het inschakelen van de afzui-
ging
Druk op de Aan-/Uit - toets.
De afzuiging start op stand II.
Het daarbijbehorende controlelampje
gaat branden.
Het kiezen van het afzuigver-
mogen
Kies met de /+ toetsen het gewen-
ste afzuigvermogen.
Met de + toets krijgt u een hoger en
met de toets een lager vermogen.
Afhankelijk van de sterkte van de
dampvorming kunt u stand I - de eerste
van links - of de standen II en III - twee
middelste standen - gebruiken.
De groene controlelampjes van deze
standen geven aan welk afzuigvermo-
gen u heeft gekozen.
Intensiefstand
Wanneer u aanbraadt en levensmidde-
len kookt waarbij veel luchtjes vrijko-
men, kunt u meteen overschakelen op
de hoogste vermogensstand, de zgn.
intensiefstand. Deze stand heeft een
geel controlelampje.
Het activeren van de uitlooptijd
Wanneer er na het koken nog kook-
luchtjes in de keuken hangen, kunt u
het beste de uitlooptijdfunctie activeren.
Hiermee blijft de afzuiging nog 5 tot 15
minuten in werking en wordt daarna au-
tomatisch uitgeschakeld.
Druk op de toets voor de uitlooptijd.
De afzuiging moet nog ingeschakeld
zijn.
5 minuten uitlooptijd stelt u in door 1 x
op de toets te drukken.
Hierbij gaat het linker lampje branden.
15 minuten uitlooptijd stelt u in door 2 x
op de toets te drukken.
Hierbij gaat het rechter lampje branden.
De uitlooptijd kunt u uitschakelen door
opnieuw op de toets voor de uitlooptijd
te drukken.
Bediening
11
Het dimZum Wiedereinschalten des Gebläses die Ein/Aus-Taste drücken.
Het uitschakelen van de afzui-
ging
Druk op de Aan-/Uit - toets.
Het controlelampje gaat uit.
Het inschakelen van de kook-
plaatverlichting
De kookplaatverlichting kunt u inscha-
kelen, onverschillig of de afzuiging is in-
geschakeld of niet.
Druk daartoe kort op de toets voor
de kookplaatverlichting.
Het controlelampje gaat branden.
Het uitschakelen van de kook-
plaatverlichting
De kookplaatverlichting kunt u uitscha-
kelen, onverschillig of de afzuiging is in-
geschakeld of niet.
Druk kort op de toets voor de kook-
plaatverlichting.
Het controlelampje gaat uit.
Automatische uitschakeling
Wanneer de afzuigkap wel is ingescha-
keld, maar 10 uur lang niet wordt ge-
bruikt, wordt de afzuiging automatisch
uitgeschakeld.
De verlichting blijft ingeschakeld.
Door op de Aan-/Uit - toets te druk-
ken kunt u de afzuiging weer inscha-
kelen.
Bediening
12
Urentellers
De afzuigkap registreert de uren dat ze
in werking is.
Nadat het apparaat 30 uur in werking is
geweest, gaat het controlelampje van
de vetfiltertoets branden.
De vetfilters moeten dan worden gerei-
nigd.
De teller moet daarna weer worden te-
ruggezet.
Druk daartoe ca. 3 seconden op de
vetfiltertoets.
Het controlelampje van de vetfiltertoets
gaat uit.
Voor apparaten met luchtcirculatie:
De tijd voor de anti-geurfilters moet u
zelf instellen.
Nadat het apparaat zolang in werking
is geweest als u zelf heeft ingesteld,
gaat het controlelampje van de anti-
geurfiltertoets branden.
De anti-geurfilters moeten dan wor-
den vervangen.
De teller moet daarna weer worden te-
ruggezet.
Druk daartoe ca. 3 seconden op de
anti-geurfiltertoets.
Het controlelampje van de anti-geurfil-
tertoets gaat uit.
Controleren hoeveel procent van het
aantal ingestelde uren is verstreken
Vóór afloop van de ingestelde tijd kunt
u controleren hoeveel procent van de
ingestelde tijd al is verstreken.
Schakel de afzuiging met de
Aan-/Uit - toets in.
Druk op de vetfiltertoets, resp. de
anti-geurfiltertoets.
Van de /+ toetsen knipperen één of
meer controlelampjes.
Het aantal knipperende controlelamp-
jes geeft aan hoeveel procent van de
ingestelde tijd inmiddels is verstreken.
1 controlelampje = 25 %
2 controlelampjes = 50 %
3 controlelampjes = 75 %
4 controlelampjes = 100 %
Wanneer de afzuigkap wordt uitgescha-
keld of de stroom uitvalt blijven de gere-
gistreerde uren opgeslagen.
Bediening
13
Het wijzigen of instellen van het aan-
tal uren
U kunt het aantal uren, na afloop waar-
van de filters moeten worden gereinigd
of vervangen, wijzigen en aan uw kook-
gewoonten aanpassen.
Kies een korte tijd wanneer u veel
braadt en frituurt.
Kies een lange tijd wanneer u erg
vetarm kookt.
Kies een korte tijd wanneer u weinig
kookt. Vet dat zich over een langere
periode ophoopt wordt hard en dan
wordt het moeilijk om de filters goed
schoon te krijgen.
Vetfilters
Voor de vetfilters is een tijd van 30 uur
ingesteld.
U kunt kiezen tussen 20, 30, 40 of 50
uur.
Schakel de afzuiging met de Aan-/
Uit - toets uit.
Druk tegelijk op de toets voor de uit-
looptijd en de vetfiltertoets.
Het controlelampje van de vetfiltertoets
en dat van één van de /+ toetsen
knipperen.
Kies met de /+ toetsen de gewen-
ste tijd.
De controlelampjes van de /+ toetsen
geven aan welke tijd is ingesteld:
1e lampje van links = 20 uur
2e lampje van links = 30 uur
3e lampje van links = 40 uur
4e lampje van links = 50 uur
Bevestig de gewijzigde instelling
met de vetfiltertoets.
Doet u dit niet binnen 4 minuten,
dan neemt de afzuigkap automa-
tisch de "oude" gegevens over.
Bediening
14
Anti-geurfilters
voor apparaten met luchtcirculatie:
Anti-geurfilters zijn nodig bij luchtcircu-
latie.
Er is vanuit de fabriek geen tijd voor
de anti-geurfilters ingesteld.
Deze tijd stelt u zelf in.
Schakel de afzuiging met de Aan-/
Uit - toets uit.
Druk tegelijk op de toets voor de uit-
looptijd en de anti-geurfiltertoets.
Het controlelampje van de anti-geurfil-
tertoets en dat van één van de
/+ toetsen knipperen.
Kies met de /+ toetsen de gewen-
ste tijd.
De controlelampjes van de /+ toet-
sen geven aan welke tijd is ingesteld:
1e lampje van links = 120 uur
2e lampje van links = 180 uur
3e lampje van links = 240 uur
4e lampje van links = oneindig
Bevestig de gewijzigde instelling
met de anti-geurfiltertoets.
Doet u dit niet binnen 4 minuten,
dan neemt de afzuigkap automa-
tisch de "oude" gegevens over.
Bediening
15
Reiniging en onderhoud
Haal vóór alle reinigings- en onder-
houdswerkzaamheden aan de af-
zuigkap de spanning van het appa-
raat door
- de hoofdschakelaar van de
huisinstallatie uit te schakelen of
- de stekker van het apparaat
uit het stopcontact te trekken.
Ommanteling
Het oppervlak en de bedieningsele-
menten zijn gevoelig voor krassen.
Neem daarom de volgende reini-
gingstips in acht.
Reinig oppervlak en bedieningsele-
menten alleen met een doek, wat rei-
nigingsmiddel en wat warm water.
Droog het oppervlak daarna met een
zachte doek.
Reinig de bedieningselementen en
het gebied daaromheen niet te
vochtig. Dit om te voorkomen dat er
vocht in de elektronica terechtkomt.
Gebruik geen
soda-, zuur- of chloridehoudende rei-
nigingsmiddelen,
schurende reinigingsmiddelen zoals
schuurpoeder,
schurende artikelen zoals schuur-
sponsjes of sponsjes waar nog res-
ten van schuurmiddelen in zitten.
Roestvrijstalen oppervlakken
Voor het reinigen van roestvrijstalen op-
pervlakken gelden de algemene regels.
Daarnaast is een niet-schurend reini-
gingsmiddel voor roestvrij staal
geschikt.
Wilt u voorkomen dat het oppervlak
weer snel vuil wordt, gebruik dan een
middel voor het onderhoud van roest-
vrij staal. Dit middel is verkrijgbaar bij
de afdeling Onderdelen van Miele Ne-
derland B.V.
Breng dit middel met een zachte doek
gelijkmatig en in kleine dosering aan.
Bedieningselementen in roestvrijsta-
len optiek
Deze bedieningselementen kunnen
verkleuren of veranderen, wanneer
er vuil op blijft zitten.
Verwijder vuil daarom direct.
Gebruik voor het reinigen van deze
bedieningselementen geen reini-
gingsmiddel voor de reiniging van
roestvrij staal.
Reiniging en onderhoud
16
Vetfilters
De recyclebare metalen vetfilters in de
afzuigkap nemen de vaste deeltjes uit
de keukendampen op (vet, stof, etc.)
en zorgen er zo voor dat de afzuigkap
niet vuil wordt.
Reinig de vetfilters altijd zodra het con-
trolelampje van de vetfiltertoets brandt.
U kunt de vetfilters het beste om de 3 à
4 weken reinigen om te voorkomen dat
het vet zich vastzet.
Bij een overmatig vervuild filter be-
staat er gevaar voor brand!
Druk de vergrendeling van de vetfil-
ters naar het midden.
Verwijder de vetfilters.
Reinig de vetfilters.
Dit kan met de hand of in de afwas-
automaat.
In het eerste geval gebruikt u een af-
wasborstel en wat warm water met een
mild afwasmiddel.
In het tweede geval plaatst u de filters
verticaal in het onderrek of horizontaal
met de vette kant naar beneden.
Bij reiniging van de vetfilters in de
afwasautomaat moet u er rekening
mee houden dat gebruik van sommi-
ge reinigingsmiddelen tot verkleurin-
gen van de metalen vetfilters kan lei-
den.
Deze verkleuringen hebben echter
geen nadelig effect op het gebruik
en de werking van de vetfilters.
Leg de vetfilters na het reinigen nog
een tijdje op een vochtopnemende
onderlaag te drogen.
Wanneer u de vetfilters heeft verwij-
derd, kunt u het beste die delen van
de ommanteling waar u bij kunt ko-
men ontdoen van het vet dat zich
daar heeft vastgezet.
Daarmee voorkomt u brand.
Let er bij het plaatsen van de vetfilters
op dat de vergrendelingen naar bene-
den wijzen.
Mocht er een keer een vetfilter ver-
keerd geplaatst zijn, ontgrendel het
filter dan door de uitsparingen met een
kleine schroevendraaier.
Druk na het terugplaatsen van de
vetfilters ca. 3 seconden op de vetfil-
tertoets om de urenteller terug te zet-
ten.
Het controlelampje van de toets gaat
uit.
Reiniging en onderhoud
17
Reinigt u de vetfilters vóórdat het
lampje van de vetfiltertoets gaat
branden, zet de urenteller dan terug
door 6 seconden op de vetfiltertoets
te drukken.
Anti-geurfilters
Wanneer de afzuigkap op luchtcircula-
tie is aangesloten moeten er naast de
vetfilters ook nog 2 anti-geurfilters wor-
den geplaatst. Deze filters nemen alle
kookluchtjes op.
Ze worden in het wasemscherm boven
de vetfilters geplaatst.
De anti-geurstoffilters zijn bij de vak-
handel of bij de afdeling Onderdelen
van Miele Nederland verkrijgbaar.
Voor type en aanduiding zie hoofd-
stuk: "Technische gegevens".
Voor het plaatsen of vervangen van
de anti-geurfilters moet u eerst de
vetfilters verwijderen.
Zie paragraaf: "Vetfilters" in het
hoofdstuk: "Reiniging en onderhoud".
Wanneer u de filters voor het eerst
plaatst, neem dan ook het boekje met
montage-instructies in acht dat bij de
anti-geurfilters wordt gevoegd.
Plaatst u deze filters voor het eerst,
stel dan de tijd voor de anti-geurfil-
ters in.
Zie hoofdstuk: "Bediening".
Vervang de anti-geurfilters altijd zodra
het controlelampje van de anti-geurfil-
tertoets brandt of zodra de kooklucht-
jes niet meer voldoende worden opge-
nomen, in ieder geval echter 2 keer per
jaar.
Houd de anti-geurfiltertoets na het
vervangen van de anti-geurfilters ca.
3 seconden ingedrukt om de urentel-
ler terug te zetten.
Het controlelampje van de toets gaat
uit.
Vervangt u de anti-geurfilters vóór-
dat het lampje van de anti-geurfilter-
toets gaat branden, zet de urenteller
dan terug door 6 seconden op de
anti-geurfiltertoets te drukken.
Reiniging en onderhoud
18
Reiniging en onderhoud
Het vervangen van de TL-lamp
Haal de spanning van de afzuigkap
door
de hoofdschakelaar van de
huisinstallatie uit te schakelen of
de stekker van het apparaat
uit de contactdoos te trekken.
Draai de schroef van de glasplaat-
houder er uit (rechts of links).
Zorg ervoor dat de glasplaat niet op
de kookplek valt.
Verwijder de glasplaathouder.
Haal de glasplaat er schuin naar be-
neden uit.
Haal de TL-lamp er schuin naar be-
neden uit.
Vervang de lamp (11 W).
Haal de lamp weer omhoog.
Zet de lamp vast in de glasplaathou-
der.
Plaats de glasplaathouder weer op
de glasplaat.
Maak de glasplaat weer vast.
Reiniging en onderhoud
19
Afmetingen van de afzuigkappen
Afmetingen van de afzuigkappen
20
Het is niet toegestaan om de afzuig-
kap boven stookplaatsen voor vaste
brandstoffen te monteren.
De afstand tussen de afzuigkap en
de plek waar wordt gekookt moet
om veiligheidsredenen bij:
elektrische kookplaten of elektri-
sche fornuizen minimaal 450 mm
bedragen;
gaskookplaten of gasfornuizen
minimaal 650 mm bedragen;
een elektrische grill uit ons assor-
timent minimaal 650 mm bedragen.
Meer montage-aanwijzingen staan
in het hoofdstuk: "Veiligheidsinstruc-
ties en waarschuwingen".
Wij raden u aan, ook boven elektrische
kookplaten of elektrische fornuizen een
afstand van 650 mm aan te houden om-
dat dat prettiger werkt.
Neem bij het kiezen van afstand S tus-
sen kookplek en afzuigkap in ieder ge-
val de minimumafstand in acht.
Wanneer u de afzuigkap tegen het pla-
fond aan monteert, let er dan op dat de
overblijvende ruimte - dus de afstand
tussen de onderkant van de afzuigkap
en het plafond - niet groter of kleiner is
dan de hoogte van het apparaat H.
Totale hoogte H:
DA 216-2
Luchtafvoer en EXT . . . . 700* - 940 mm
Luchtcirculatie . . . . . . . . 790 - 1025 mm
DA 217-2
Luchtafvoer . . . . . . . . . . 710* - 950 mm
Luchtcirculatie . . . . . . . . 800 - 1035 mm
DA 219-2
Luchtafvoer en EXT . . . . 730* - 970 mm
Luchtcirculatie . . . . . . . . 820 - 1055 mm
*Met luchtafvoer naar achteren door de
muur bedraagt de totale hoogte min-
stens 790 mm.
Om de bevestigingskolom te monteren
moet u tussen de bovenkant van de ko-
lom en het plafond een afstand aanhou-
den van minstens 20 mm (maat A).
Gedeelte van muur of plafond
voor het luchtafvoergat, voor het
gat van de verbindingskabel naar
de externe afzuiginstallatie en voor de
montage van het stopcontact (Met
luchtcirculatie is montage van het stop-
contact alleen in de muur mogelijk).
Luchtafvoeraansluiting ø 150 mm,
met reduceertuit ø 125 mm
Afmetingen van de afzuigkappen
21
Montage
Montagemateriaal
Montage
22
b
2 luchtcirculatieroosters
(alleen voor luchtcirculatie)
c
2 stuks montagebescherming
voor het opvulstuk bij de montage van
de bevestigingskolom
d
1 stuk montagebescherming
voor de montage van de bevestigings-
kolom
e
1 luchtombuiger
(alleen voor luchtcirculatie)
f
1 aluminium buis
voor de aansluiting van de luchtombui-
ger op de uitblaastuit van de motoreen-
heid
(niet bij apparaten van het type ...EXT)
g
2 slangklemmen
voor de bevestiging van de luchtafvoer-
buis
h
1 reduceerstuk
voor een luchtafvoerbuis ø 125 mm
(niet bij apparaten van het type ...EXT)
i
1 terugslagklep
die in de uitblaastuit van de motoreen-
heid wordt ingebouwd
(alléén voor luchtafvoer; niet bij
apparaten van het type ...EXT)
j
1 uitblaastuit
voor plaatsing in het wasemscherm
(alléén bij apparaten van het type..EXT).
k
Bovenste montageplaat B
voor de bevestiging van het opvulstuk
l
Middelste montageplaat C
om het opvulstuk extra vast te zetten
m
Onderste montageplaat A
voor de bevestiging van het wasem-
scherm en de motoreenheid/besturings-
eenheid
12 schroeven 5 x 40 mm
met grote kop en
12 pluggen S 8
voor de bevestiging van de montage-
platen en het wasemscherm
2 getande moeren M 6
voor de bevestiging van de motoreen-
heid/besturingseenheid
4 schroeven 3,9 x 7,5 mm
voor de bevestiging van het opvulstuk
en de bevestigingskolom
4 schroeven 4,2 x 13 mm
voor de bevestiging van de uitblaastuit
in het wasemscherm
(alléén bij apparaten van het type
...EXT)
Montage
23
Montageplaten
De afzuigkap wordt met behulp van de
montageplaten A, B en C aan de muur
bevestigd.
Boor eerst de gaten voor het bevesti-
gen van het wasemscherm en monta-
geplaat A.
Teken voordat u de montageplaten
monteert een verticale loodlijn op de
muur boven de kookplaat.
Meet de afstand S vanaf de kook-
plaat en markeer deze op de muur.
Deze afstand geeft de hoogte vanaf
de onderkant van de afzuigkap tot
de kookplaat aan. Zie hoofdstuk: "Af-
metingen van de afzuigkappen".
DA 216-2/EXT, 217-2: Boor een gat
Ø 8 mm op de loodlijn, 18 mm boven
afstand S en druk plug S6 in dit gat.
DA 219-2/EXT: Boor twee gaten Ø 8
mm, 18 mm boven afstand S:
één 250 mm rechts van het midden
en één 250 mm links van het midden
en druk pluggen S8 in deze gaten.
Montageplaat A
Boor twee gaten Ø 8 mm op de lood-
lijn:
één op de hoogte S + 100 mm en
één op de hoogte S + 425 mm.
Druk pluggen S8 in deze gaten.
Montage
24
Maak montageplaat A met 2 schroe-
ven 5 x 40 mm half vast en stel de
plaat op de loodlijn met behulp van
de twee inkepingen aan de boven-
en onderkant van de plaat.
Boor nog 4 gaten Ø 8 mm door de
gemonteerde plaat en druk pluggen
S8 in deze gaten.
Draai 2 schroeven 5 x 40 mm in de 2
bovenste gaten.
Montageplaat B
Houd de montageplaat B tegen de
muur en schuif de plaat tot onder het
plafond.
Stel de plaat op de loodlijn met be-
hulp van de twee inkepingen aan de
boven- en onderkant van de plaat.
Markeer 2 boorgaten op de muur.
Boor 2 gaten Ø 8 mm in de muur en
druk pluggen S8 in deze gaten.
Maak de montageplaat met 2 schroe-
ven 5 x 40 mm vast.
Montageplaat C
Montageplaat C moet alleen dan wor-
den gemonteerd wanneer de afstand
van de bovenkant van montageplaat A
tot het plafond (afstand y) groter is dan
365 mm. Met deze plaat kunt u het op-
vulstuk extra vastzetten.
Montage
25
Houd de montageplaat C tegen de
muur en wel zo dat de afstand tus-
sen het plafond en de onderkant van
de montageplaat 365 mm is.
Stel de plaat op de loodlijn met be-
hulp van de twee inkepingen aan de
boven- en onderkant van de plaat.
Markeer 2 boorgaten op de muur.
Boor 2 gaten Ø 8 mm in de muur en
druk pluggen S8 in deze gaten.
Maak de montageplaat C met 2
schroeven 5 x 40 mm vast.
Wasemscherm
Voordat u het wasemscherm plaatst
moet u eerst de glazen lampafdek-
king verwijderen.
Zie hoofdstuk: "Reiniging en onder-
houd".
Hang het wasemscherm in de op-
staande haken van montageplaat A.
Maak het wasemscherm vast door 2
schroeven 5 x 40 mm in de boorga-
ten te draaien.
DA 216-2/EXT, 217-2:
Maak het wasemscherm met een
schroef 5 x 40 mm vast.
DA 219-2/EXT:
Maak het wasemscherm met 2
schroeven 5 x 40 mm vast.
Plaats de glazen lampafdekking
weer terug.
Montage
26
Motoreenheid
(niet bij apparaten met een externe af-
zuiginstallatie)
Wanneer de afzuigkap met luchtaf-
voer wordt gebruikt, geldt het volgen-
de:
Beschikt uw luchtafvoersysteem niet
over een terugslagklep, plaats dan
de bijgevoegde terugslagklep in de
uitblaastuit van de motoreenheid en
wel zo dat de klepjes naar boven toe
open kunnen.
De afzuigkap is geconstrueerd voor
een luchtafvoerbuis van
ø 150 mm.
Voor een luchtafvoerbuis van
ø 125 mm moet het bijgevoegde re-
duceerstuk op de uitblaastuit van de
motoreenheid worden gemonteerd.
Zie daarvoor ook het hoofdstuk "Aan-
sluiting voor de luchtafvoer".
Wanneer de afzuigkap met luchtcir-
culatie wordt gebruikt, geldt het vol-
gende:
Monteer het reduceerstuk op de
uitblaastuit.
De terugslagklep wordt niet ge-
plaatst.
Schroef eerst de twee zelfborgende
moeren losjes op de schroefdraad-
einden van montageplaat A. Laat
een beetje ruimte over zodat u later
de motoreenheid op kunt hangen.
Hang de motoreenheid in de haken
van montageplaat A. Laat de motor-
eenheid achter de moeren zakken.
Draai de moeren vast.
Montage
27
Besturingseenheid
(alleen bij apparaten met een externe
afzuiginstallatie)
Monteer allereerst de bijgevoegde uit-
blaastuit in het wasemscherm.
De terugslagklep is daar al ingebouwd.
Hebt u een luchtafvoerbuis van
ø 150 mm, snijd dan de uitblaastuit
een de verjonging met een scherp
mes af. Doe dat niet bij een luchtaf-
voerbuis van
ø 125 mm.
Bevestig de uitblaastuit met vier
schroeven 4,2 x 13 mm in het wa-
semscherm.
Bij apparaten met een externe afzuig-
installatie wordt in plaats van een mo-
toreenheid een besturingseenheid
gemonteerd en met getande moeren
vastgeschroefd.
Elektrische aansluiting
Neem wanneer u het apparaat elek-
trisch aansluit de aanwijzingen in
de hoofdstukken: "Veiligheidsin-
structies en waarschuwingen" en
"Elektrische aansluiting" in acht.
Verbind de aansluitkabel van het wa-
semscherm met de juiste koppelin-
gen die links en rechts aan de motor-
eenheid / besturingseenheid zitten.
Steek daartoe de vierpolige stekker in
de aansluiting van de koppeling
links aan de motoreenheid / bestu-
ringseenheid.
Steek de zespolige stekker in de kop-
peling rechts aan de motoreenheid /
besturingseenheid.
Maak de kabel vast met de kabelhou-
ders zoals op het plaatje. Dit geldt
niet voor de apparaten met een ex-
terne afzuiginstallatie.
Montage
28
Bij apparaten met een externe afzuigin-
stallatie:
Verbind de besturingseenheid en de
externe afzuiginstallatie met de ver-
bindingskabel en de zespolige stek-
ker.
Sluit het apparaat aan op het elektri-
citeitnet.
Luchtafvoer
Bevestig bij het aanleggen van de
luchtafvoeraansluiting een flexibele
buis of een luchtafvoerbuis met een
slangklem aan de uitblaastuit van de
motor.
Haal de buis door de opening in de
muur of het plafond naar buiten of
naar de externe afzuiginstallatie.
Maak de luchtafvoeraansluiting ver-
der af.
Zie hoofdstuk: "Aansluiting voor de
luchtafvoer".
Montage
29
Luchtcirculatie
Wanneer de bouwkundige voorzienin-
gen zodanig zijn dat het niet mogelijk is
om de afzuigkap op luchtafvoer aan te
sluiten, dan moet u de afzuigkap aan-
sluiten op luchtcirculatie.
Schuif de luchtombuiger op de bo-
venste montageplaat.
Maak de bijgevoegde flexibele buis
met de slangklemmen aan de lucht-
ombuiger en aan het reduceerstuk
van de motoreenheid vast.
Plaats de anti-geurfilters.
Zie hoofdstuk: "Reiniging en onder-
houd".
De anti-geurfilters, die voor de lucht-
circulatie nodig zijn, zijn verkrijgbaar
bij de vakhandel of bij de afdeling
Onderdelen van Miele Nederland
B.V.
Opvulstuk
Met het opvulstuk is een variabele af-
stand tussen afzuigkap en plafond mo-
gelijk. Zie hoofdstuk: "Afmetingen van
de afzuigkappen".
Er zitten twee openingen in de zijkant
van het opvulstuk. Bij luchtcirculatie
wordt de lucht hier doorheen gevoerd.
luchtcirculatie luchtafvoer
Bij luchtcirculatie moet het opvulstuk zo
worden gemonteerd dat de openingen
aan de bovenkant zitten.
Bij luchtafvoer worden deze openingen
niet gebruikt. Monteer in dat geval het
opvulstuk zodanig dat de openingen
aan de onderkant zitten. Deze openin-
gen komen later achter de bevesti-
gingskolom.
Montage
30
Trek vóór de montage van het opvul-
stuk de beschermfolie eraf.
Buig de bovenste stroken ca. 45°
naar binnen. Dit maakt het monteren
makkelijker.
Luchtcirculatie Luchtafvoer
Buig de zijkanten van het opvulstuk
iets uit elkaar en schuif het opvulstuk
over de bovenste montageplaat
heen.
Let er bij luchtcirculatie op dat de ope-
ningen in het opvulstuk precies op de-
zelfde hoogte zitten als de uitblaasope-
ningen in de luchtombuiger.
Schroef het opvulstuk aan beide
kanten met schroeven 3,9 x 7,5 mm
aan de bovenste montageplaat vast.
Alleen voor luchtcirculatie:
Plaats de luchtcirculatieroosters in
het opvulstuk en in de luchtombuiger
die daarachter zit.
Doe dat zo dat de lamellen naar be-
neden wijzen.
Montage
31
Met behulp van een papieren montage-
bescherming wordt voorkomen dat er
per ongeluk krassen op het opvulstuk
ontstaan wanneer de bevestigingsko-
lom wordt geplaatst. Nadat deze is ge-
plaatst moet de montagebescherming
worden verwijderd.
Vouw de montagebescherming aan
de bovenkant.
Verwijder de beschermfolie bij de
kleefpunten.
Plak de montagebescherming aan
de zijkanten en aan de onderkant
naadloos tegen het opvulstuk aan.
Bevestigingskolom
Trek vóór de montage van de beves-
tigingskolom de beschermfolie eraf.
Met behulp van een kartonnen monta-
gebescherming wordt voorkomen dat
er per ongeluk krassen op de bevesti-
gingskolom ontstaan wanneer deze
wordt geplaatst.
Verwijder de beschermfolie bij de
kleefpunten.
Plak de montagebescherming bene-
den aan de voorkant van de bevesti-
gingskolom en wel zo dat de monta-
gebescherming iets over de
onderrand van de kolom heensteekt.
Montage
32
Buig de zijkanten van de bevesti-
gingskolom voorzichtig uit elkaar en
schuif de kolom over het opvulstuk.
Schuif vervolgens de bevestigingsko-
lom ca. 2 cm naar beneden in het
wasemscherm.
Stel de bevestigingskolom.
Verwijder de montagebescherming.
Schroef de bevestigingskolom aan
beide kanten met schroeven
3,9 x 7,5 mm vast.
Trek de beschermfolie van het wa-
semscherm af.
Haal voordat u de afzuigkap voor het
eerst gebruikt de vetfilters uit het
apparaat en verwijder de bescherm-
folie van het filterframe. Zet de vet-
filters daarna weer terug in het appa-
raat.
Montage
33
Aansluiting voor de luchtafvoer
Pas op voor gevaar voor vergifti-
ging!
Neem beslist het hoofdstuk: "Veilig-
heidsinstructies en waarschuwin-
gen" in acht.
Laat in ieder geval door de plaatse-
lijke schoorsteenveger controleren
of een veilig gebruik van de luchtaf-
voer gewaarborgd is.
De luchtafvoerbuis moet zo kort en
recht mogelijk zijn.
Het is aan te bevelen om een luchtaf-
voerbuis te gebruiken met een door-
snede van 150 mm.
Wanneer u luchtafvoerbuizen ge-
bruikt met een doorsnede van min-
der dan 150 mm of wanneer u plat-
te luchtafvoerkanalen gebruikt moet
u er rekening mee houden dat de af-
zuigkap meer geluid maakt wan-
neer hij aanstaat en beduidend min-
der afzuigcapaciteit heeft.
Maak de doorsnede van de luchtaf-
voerbuis alleen in het uiterste geval
kleiner, bijv. wanneer er al een lucht-
afvoer aanwezig is.
Gebruik alleen bochten met een grote
straal. Een kleine straal vermindert het
afzuigvermogen van de afzuigkap.
Gebruik voor de luchtafvoeraanslui-
ting alleen gladde buizen of flexibele
luchtafvoerslangen van niet brand-
baar materiaal.
Wanneer de luchtafvoerbuis horizon-
taal wordt aangelegd, moet worden
gezorgd voor een verval van min-
stens 1 cm per meter.
Daarmee wordt voorkomen dat er
condenswater in de afzuigkap loopt.
Wordt de lucht gewoon naar buiten
afgevoerd, dan kunt u het beste een
telescopische muurdoorvoering in-
stalleren.
Moet de lucht door een schoorsteen
worden afgevoerd, dan moet de in-
voerbuis verticaal worden gebogen.
Aansluiting voor de luchtafvoer
34
Belangrijk!
Wanneer de luchtafvoer door koele
ruimten, zolders e.d. wordt aangelegd,
kan er binnen de afzonderlijke ruimten
een groot temperatuursverschil ont-
staan.
U moet dan rekening houden met
condensvorming.
De luchtafvoerbuis moet dan dien-
overeenkomstig worden geïsoleerd.
Anti-condensvoorziening
Daarnaast is het beter om een anti-con-
densvoorziening te installeren die het
condenswater dat ondanks de isolering
van de luchtafvoerbuis vrijkomt, op-
neemt en verdampt.
Deze voorziening is verkrijgbaar als ex-
tra accessoire.
Let er bij de installatie van de anti-
condensvoorziening op dat deze
loodrecht en zo dicht mogelijk bo-
ven de uitblaastuit van de afzuigkap
wordt geplaatst.
Aansluiting voor de luchtafvoer
35
Elektrische aansluiting
Deze afzuigkap mag uitsluitend op
het elektriciteitsnet worden aange-
sloten door een erkend elektricien
die de landelijke voorschriften en
de plaatselijke voorschriften van het
gemeentelijke energiebedrijf exact
kent en naleeft.
Ondeskundig uitgevoerde installatie-
en onderhoudswerkzaamheden le-
veren, evenals ondeskundig uitge-
voerde reparaties, grote risicos op
voor de gebruiker, waarvoor de fa-
brikant niet aansprakelijk kan wor-
den gesteld.
Deze afzuigkap is voorzien van een
aansluitkabel en een stekker met
beschermingscontact (randaarde),
geschikt voor aansluiting op
~ 230 V 50 Hz.
Deze afzuigkap mag uitsluitend wor-
den aangesloten op een contactdoos
met beschermingscontact (randaarde).
Deze afzuigkap mag uitsluitend op een
huisinstallatie worden aangesloten die
volgens NEN 1010 is geïnstalleerd.
Om extra veiligheid te kunnen garande-
ren wordt er in de EU-voorschriften en
richtlijnen voor Nederland geadviseerd
om de huisinstallatie van een aardlek-
schakelaar te voorzien.
Een aansluiting door middel van een
contactdoos wordt aanbevolen, omdat
dit de eventuele werkzaamheden voor
de Technische Dienst makkelijker
maakt. Let erop dat u bij de contact-
doos kunt komen wanneer het appa-
raat is ingebouwd.
Wanneer u na inbouw van het apparaat
niet meer bij de contactdoos kunt ko-
men of wanneer er sprake is van een
vaste aansluiting, dient ter plaatse een
4-polige schakelaar te worden geïnstal-
leerd waarvan de contactopening bij
uitgeschakelde toestand tenminste 3
mm moet bedragen. Hiertoe behoren
zelf-uitschakelaars, zekeringen en re-
lais (EN 60 335).
De benodigde aansluitgegevens vindt
u op het typeplaatje. Dit is zichtbaar
nadat u (afhankelijk van het model) de
vetfilters / het vetfilter heeft verwijderd.
Controleer of deze gegevens overeen-
komen met de spanning en de frequen-
tie van het elektriciteitsnet.
Deze afzuigkap werkt storingsvrij vol-
gens DIN EN 60555 / VDE 0838.
Elektrische aansluiting
36
Technische Dienst
Storingen
Voor storingen die u niet zelf kunt ver-
helpen dient u:
- uw Miele-vakhandelaar of
- de Technische Dienst van Miele
Nederland B.V.
te waarschuwen.
Het adres en de telefoonnummers van
Miele Nederland B.V. en de diverse af-
delingen vindt u op de achterzijde van
deze gebruiksaanwijzing.
Voor een goede en vlotte afhandeling
is het noodzakelijk dat de Technische
Dienst weet welk model apparaat u
heeft en welk nummer dit heeft. Beide
gegevens vindt u op het typeplaatje.
Dit is zichtbaar nadat u (afhankelijk van
het model) het vetfilter / de vetfilters
heeft verwijderd.
Miele Service Verzekering
Certificaat
Voor informatie over het Miele Service
Verzekering Certificaat kunt u zich wen-
den tot uw Miele-vakhandelaar of de bij-
gaande folder raadplegen.
Technische Dienst
37
Technische gegevens
Aansluitwaarde
DA 216-2, DA 217-2, DA 219-2 . 222 W
Verlichting . . . . . . . . . . . . . . . 2 x 11 W
Netspanning. . . . . . . . . . . . . AC 230 V
Frequentie . . . . . . . . . . . . . . . . ~ 50 Hz
Zekering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 A
Afzuigvermogen
Luchtafvoervermogen volgens
EN 61591
Luchtafvoersysteem ø 150 mm:
Stand I . . . . . . . . . . . . . . . . . . 220 m
3
/h
Stand II. . . . . . . . . . . . . . . . . . 335 m
3
/h
Stand III . . . . . . . . . . . . . . . . . 440 m
3
/h
Intensiefstand. . . . . . . . . . . . . 640 m
3
/h
Luchtafvoersysteem ø 125 mm:
Stand I . . . . . . . . . . . . . . . . . . 210 m
3
/h
Stand II. . . . . . . . . . . . . . . . . . 305 m
3
/h
Stand III . . . . . . . . . . . . . . . . . 405 m
3
/h
Intensiefstand. . . . . . . . . . . . . 590 m
3
/h
Vrijblazend . . . . . . . . . . . . . . . 690 m
3
/h
Luchtcirculatiesysteem met anti-geurfil-
ters:
Stand I . . . . . . . . . . . . . . . . . . 180 m
3
/h
Stand II. . . . . . . . . . . . . . . . . . 290 m
3
/h
Stand III . . . . . . . . . . . . . . . . . 390 m
3
/h
Intensiefstand. . . . . . . . . . . . . 485 m
3
/h
Anti-geurfilter:
Miele anti-geurfilter DKF 6
De aansluitwaarde en het luchtafvoer-
vermogen van de apparaten van het
type ...EXT is afhankelijk van het soort
afzuiginstallatie waarop het apparaat is
aangesloten.
Technische gegevens
38
Wijzigingen voorbehouden / 44 / 002 NL - 2301
Dit papier bestaat uit 100 % chloorvrij gebleekte cellulose en is dus minder belastend voor het milieu.
12


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for Miele DA 216-2 EXT at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of Miele DA 216-2 EXT in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 0,83 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info