Nederlands / Blz. 26
Controle:
• De lichtweg in het rubber bodemprofiel onderbreken; dit kan door het profiel
te vervormen of door het verwijderen van de optosensorzender resp. ontvanger.
• Het sluiten van de deur mag nu alleen geschieden met "dodemansbediening"!
• De lichtweg in het rubber bodemprofiel weer vrijgeven.
• De deur kan nu weer met 'zelfhoudend contact' functioneren.
7. Aansluiting van de veiligheidscontactlijst
Indicaties op de optosensorprintplaat:
Led groen: Bedrijfsspanning
Led geel: Ruststroomcircuit gesloten
(moet bij het aanspreken van de slappekabel- resp.
loopdeurbeveiliging uitgaan)
Led rood: Functie-indicatie optosensor
(moet bij onderbreking van de lichtstraal uitgaan)
Functiecontrole veiligheidscontactlijst:
• De netspanning inschakelen.
• Laat de deur naar eindpositie 'deur open' lopen.
• Druk op de toets 'deur dicht' (12)
- De deur moet met zelfhoudend contact sluiten.
-> Zo niet, dan de optosensor controleren (zie storingshandleiding)
• Knijp tijdens het sluiten in het rubber bodemprofiel.
- De deur moet stoppen en aansluitend weer kort tiijd opengaan.
-> Zo niet, dan de optosensor controleren (zie storingshandleiding)
• Schakel de netspanning uit.
Testcontrole van de optosensoren:
Opgelet!
Ten minste een keer per jaar moet de functie van de
optosensoren getest worden, om de bedrijfsveiligheid van de
deurinstallatie te verzekeren.