Bediening (Fig. 7 en 8)
Het juiste aantrekkoppel voor de bout hangt af van de
soort of grootte van de bout. De verhouding tussen
het aantrekkoppel en de aantrektijd is op de grafieken
aangegeven.
Houd het gereedschap stevig vast en plaats de sok
over de bout of moer. Schakel het gereedschap in en
draai de bout of moer in de juiste aantrektijd vast.
OPMERKING:
•
Plaats het gereedschap recht op de bout of moer en
zorg ervoor dat u niet te veel druk op het gereed-
schap uitoefent.
•
Een te groot aantrekkoppel kan de bout of moer
beschadigen. Alvorens het eigenlijke werk te doen,
moet u daarom altijd een proefje doen met een
gelijke bout of moer voor het vaststellen van de
juiste aantreksnelheid en aantrektijd.
Het aantrekkoppel wordt beïnvloed door een aantal
verschillende factoren, waaronder de volgende. Con-
troleer na het vastdraaien altijd het aantrekkoppel met
een momentsleutel.
1. Wanneer de accu bijna leeg is, neemt het voltage
af en vermindert het aantrekkoppel.
2. Sok
•
Het gebruik van een sok van de onjuiste maat
zal resulteren in een te laag aantrekkoppel.
•
Een versleten sok (slijtage op het zeskante of
vierkante uiteinde) zal resulteren in een te laag
aantrekkoppel.
3. Bout
•
Zelfs wanneer de koppelverhouding en de
klasse van de bout overeenkomen, kan door
verschillen in de diameter van de bouten het
juiste aantrekkoppel per bout toch afwijken.
•
Ook al zijn de diameters van twee bouten gelijk,
dan kunnen er nog verschillen in het juiste
aantrekkoppel van de twee bouten optreden ten
gevolge van verschillen in de koppelverhouding
en de klasse en lengte van de bouten.
4. Het aantrekkoppel is iets lager wanneer een
kogelgewrichtverbinding of verlengstaaf wordt
gebruikt. U kunt dit verlies aan aantrekkoppel
compenseren door de aantrektijd te verlengen.
5. Het materiaal van de vast te draaien bout of moer,
de manier van vasthouden van het gereedschap
en het toerental hebben invloed op het aantrek-
koppel.
LET OP:
Indien u het gereedschap zonder onderbreking
gebruikt totdat de accu is uitgeput, dient u het gereed-
schap
15 minuten te laten rusten alvorens met een verse
accu verder te werken.
ONDERHOUD
LET OP:
Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de accu is losgekoppeld vooraleer onderhoud uit
te voeren aan het gereedschap.
Vervangen van koolborstels (Fig. 9 en 10)
Vervang de borstels wanneer ze tot aan de aange-
geven limiet zijn afgesleten. Beide koolborstels
dienen tegelijkertijd te worden vervangen.
Opdat het gereedschap veilig en betrouwbaar blijft,
dienen alle reparaties, onderhoud of afstellingen te
worden uitgevoerd bij een erkend Makita service
centrum.
BTW120 (Nl) (’100. 11. 28)
27