29
2. Cirkels en bogen zagen (Fig. 24 en 25)
Wanneer u cirkels of bogen met een straal van
170 mm of minder wilt zagen, dient u de breed-
tegeleider als volgt te installeren.
Steek de breedtegeleider met zijn geleider naar
boven gericht door de rechthoekige opening op de
zijkant van de gereedschapsvoet. Steek de pin van
de cirkelgeleider door een van de twee gaatjes in de
geleider. Zet de pin vast door de schroefknop erop
te schroeven. Schuif nu de breedtegeleider naar de
positie van de gewenste straal, en zet deze vast
door de bout vast te draaien. Schuif daarna de voet
van het gereedschap helemaal naar voren.
OPMERKING:
• Gebruik altijd zaagbladen Nr. B-17, B-18, B-26 of
B-27 wanneer u cirkels of bogen wilt zagen.
Geleiderailadapter-set (accessoire) (Fig. 26)
Wanneer u evenwijdige stukken van gelijke breedte wilt
zagen of recht wilt zagen, kunt u snel en schoon zagen
door de geleiderail en de geleiderailadapter te gebruiken.
Om de geleiderailadapter te installeren, steekt u de line-
aalstaaf zo ver mogelijk in de vierkante opening in de
gereedschapsvoet. Draai de bout goed vast met de
inbussleutel. (Fig. 27)
Monteer de geleiderailadapter op de rail van de geleide-
rail. Steek de lineaalstaaf in de vierkante opening in de
geleiderailadapter. Plaats de gereedschapsvoet tegen de
zijkant van de geleiderail en draai de bout stevig vast.
(Fig. 28)
LET OP:
• Gebruik altijd de zaagbladen Nr. B-8, B-13, B-16, B-17
of 58 wanneer u de geleiderail en de geleiderailadapter
wilt gebruiken.
ONDERHOUD
LET OP:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en de
accu ervan is verwijderd alvorens te beginnen met
onderhoud of inspectie.
Vervangen van de koolborstels (Fig. 29 en 30)
Verwijder en controleer regelmatig de koolborstels. Ver-
vang de koolborstels wanneer ze tot aan de limietmarke-
ring versleten zijn. Houd de koolborstels schoon zodat ze
goed in de houders glijden. Beide koolborstels dienen
tegelijkertijd te worden vervangen. Gebruik uitsluitend
identieke koolborstels.
Gebruik een schroevendraaier om de doppen van de
koolborstelhouders te verwijderen. Haal de versleten bor-
stels eruit, steek de nieuwe erin, en zet de doppen weer
goed vast.
Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het
product te handhaven, dienen alle reparaties en alle
andere onderhoudswerkzaamheden of afstellingen te
worden uitgevoerd door een erkend Makita Servicecen-
trum, en dat uitsluitend met gebruik van Makita vervan-
gingsonderdelen.
ACCESSOIRES
LET OP:
• Deze accessoires of hulpstukken worden aanbevolen
voor gebruik met het Makita gereedschap dat in deze
gebruiksaanwijzing is beschreven. Bij gebruik van
andere accessoires of hulpstukken bestaat er gevaar
voor persoonlijke verwonding. Gebruik de accessoires
of hulpstukken uitsluitend voor hun bestemde doel.
Raadpleeg het dichtstbijzijnde Makita Servicecentrum
voor verder advies of bijzonderheden omtrent deze
accessoires.
• Figuurzaagblad
• Inbussleutel 4
• Breedtegeleider-set (Geleidelineaal-set)
• Geleiderailadapter-set
• Geleiderail-set
• Antisplinterinrichting
• Dekplaat
• Stofzuigmondstuk
• Diverse types originele Makita accu’s en acculaders