13
Werken en gevarenzone
De gebruiker is verantwoordelijk voor derden welke zich in de werkruimte
(danger zone) bevinden.
Het verblijf in de gevarenzone (minimum 1 meter) van het aggregaat
Is verboden voor andere mensen, vooral kinderen, huisdieren en
Landbouwhuisdieren verboden. Controleer altijd vooraf de omgeving.
Het aggregaat niet in een explosieve omgeving gebruiken.
Het aggregaat beschermen tegen vochtigheid en neerslag (regen of sneeuw).
Het aggregaat altijd tegen deze invloeden beschermen.
Het aggregaat niet in de buurt van een vuurbron laten draaien. Ook niet in de
buurt van ontstekingen (vonk vormende) apparaten.
In de gevarenzone van het aggregaat is het absoluut verboden te roken.
Het aggregaat nooit afdekken tijdens gebruik. Oververhitting en brandgevaar.
Het aggregaat tegen vuil en vreemde voorwerpen beschermen.
Start de motor nooit in een afgesloten of slecht geventileerde ruimte (en laat hem
daar ook nooit draaien). De uitlaatgassen bevatten koolmonoxide. Het verblijven
in koolmonoxide bevattende omgeving kan leiden tot bewusteloosheid en de
dood tot gevolg hebben. Werk met dit apparaat altijd buitenshuis.
Houd uw werkomgeving schoon. Rommel kan leiden tot ongelukken. Gebruik de
machine nooit bij slecht zicht of weinig licht.