2. Instellen van het correcte
radiokanaal
Door een speciale, digitale transmis-
siemethode wordt de foutloze her-
kenning van de zendersignalen
gewaarborgd. Bij deze methode is
het mogelijk 10 verschillende radio-
kanalen in te stellen. Fabrieksmatig
is de draagbare tril-ontvanger inge-
steld op kanaal 0. Alleen wanneer er
in een huis systemen van verschil-
lende gebruikers werkzaam zijn,
moeten de apparaten van de afzon-
derlijke gebruikers op verschillende
kanalen ingesteld worden. Het
gewenste kanaal stelt u in door de
kanaalkeuzeschakelaar aan de rech-
terkant van het apparaat met een
kleine schroevendraaier op het
gewenste kanaalnummer te draaien.
Alle zenders en ontvangers moeten
ingesteld zijn op hetzelfde kanaal.
22 Nederlands
➡
Telefoon: De telefoon-lichtdiode (LED) brandt gedurende 40 seconden, de
trilling (28 seconden) wordt aangestuurd in volgend patroon:
Trilling
Deur I: De deur-LED brandt gedurende 40 seconden, de trilling (28 seconden)
wordt aangestuurd in volgend patroon:
Trilling
Deur II: De deur-LED brandt gedurende 40 seconden, de trilling (28 seconden)
wordt aangestuurd in volgend patroon:
Trilling
Werking –
1. Inschakelen van het apparaat
Zet de aan/uit-schakelaar op »Aan«.
Nu is de draagbare radio-ontvanger
operationeel. Na het inschakelen
worden alle controlelampjes één
voor één kort aangestuurd en boven-
dien trilt de draagbare tril-ontvanger
drie maal. Aan de hand van deze
zelftest kunt u zien dat het apparaat
correct functioneert.
2. Zendersignaal-herkenning
De verschillende zendersignalen
worden door de draagbare radio-
ontvanger omgezet in verschillende
trillingsreeksen en lichtsignalen.