804816
3
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/26
Next page
Gebruikshandleiding
Quality, Design and Innovation
home.liebherr.com/fridge-manuals
Inhoudsopgave
1 Het apparaat in vogelvlucht.................................. 3
1.1 Leveringsomvang......................................................... 3
1.2 Apparaten- en uitrustingsoverzicht.......................... 3
1.3 SmartDevice.................................................................. 3
1.4 Toepassingsgebied van het apparaat....................... 4
1.5 Conformiteit.................................................................. 4
1.6 SVHC-stoffen volgens de REACH-verordening....... 4
1.7 EPREL-database........................................................... 4
2 Algemene veiligheidsvoorschriften...................... 4
3 In gebruik nemen................................................... 6
3.1 Apparaat inschakelen.................................................. 6
3.2 Uitrusting aanbrengen................................................ 6
4 Levensmiddelenbeheer......................................... 6
4.1 Levensmiddelen opslaan............................................ 6
4.2 Opslagtijden.................................................................. 7
5 Energie sparen....................................................... 7
6 Bediening............................................................... 8
6.1 Bedienings- en weergave-elementen....................... 8
6.1.1 Status-weergave........................................................ 8
6.1.2 Navigatie...................................................................... 8
6.1.3 Bedieningsstructuur.................................................. 8
6.1.4 Symbolen..................................................................... 8
6.2 Bedieningslogica.......................................................... 9
6.2.1 Functie activeren / deactiveren...............................9
6.2.2 Functiewaarde selecteren.........................................9
6.2.3 Instelling activeren / deactiveren........................... 9
6.2.4 Instellingswaarde selecteren................................... 9
6.2.5 Klantenmenu oproepen............................................10
6.3 Functies......................................................................... 10
Apparaat uitschakelen.............................................10
WLAN......................................................................... 10
Temperatuur............................................................... 11
Temperatuureenheid................................................. 11
D-Value*...................................................................... 11
SuperCool................................................................... 11
PowerCool...................................................................11
SuperFrost.................................................................12
PartyMode.................................................................. 12
HolidayMode.............................................................. 12
SabbathMode............................................................12
E-Saver........................................................................13
CleaningMode............................................................ 13
Helderheid display.................................................... 13
Deuralarm...................................................................13
Invoerblokkering........................................................13
Info...............................................................................14
herinnering.................................................................14
Resetten..................................................................... 14
6.4 Foutmeldingen.............................................................. 14
6.4.1 Waarschuwingen...................................................... 14
6.4.2 DemoMode................................................................. 15
7 Uitrusting.............................................................. 15
7.1 Deurafsteller................................................................. 15
7.2 Draagplateaus.............................................................. 15
7.3 Deelbaar draagplateau*.............................................. 16
7.4 VarioSafe*..................................................................... 16
7.5 Laden.............................................................................. 16
7.6 Deksel EasyFresh-Safe............................................... 17
7.7 Vochtregeling................................................................ 17
7.8 Glasplaten..................................................................... 18
7.9 EasyTwist-Ice*.............................................................. 18
7.10 VarioSpace.................................................................... 19
7.11 Accessoires................................................................... 19
8 Onderhoud............................................................. 19
8.1 FreshAir-actiefkoolfilter.............................................. 19
8.2 Uitschuifsystemen demonteren/monteren............. 19
8.3 Apparaat ontdooien..................................................... 19
8.4 Apparaat reinigen......................................................... 20
9 Klantenhulp........................................................... 22
9.1 Technische gegevens.................................................. 22
9.2 Bedrijfsgeluiden........................................................... 22
9.3 Technische storing....................................................... 22
9.4 Klantenservice.............................................................. 24
9.5 Typeplaatje.................................................................... 24
10 Buiten bedrijf stellen............................................ 24
11 Afvalverwijdering.................................................. 24
11.1 Apparaat op afvoer voorbereiden.............................. 24
11.2 Apparaat volgens milieuvoorschriften afvoeren.... 24
De fabrikant werkt voortdurend aan de verdere ontwikkeling
van alle typen en modellen. Daarom vragen wij uw begrip
dat wij ons het recht voorbehouden veranderingen in vorm,
inrichting en technologie aan te brengen.
Symbool Uitleg
Gebruiksaanwijzing lezen
Om alle voordelen van uw nieuwe apparaat te
leren kennen, moet u de instructies in deze
gebruiksaanwijzing aandachtig doorlezen.
Volledige gebruiksaanwijzing op internet
U vindt de uitvoerige gebruiksaanwijzing op
internet via de QR-code aan de voorkant van
de gebruiksaanwijzing, op door het service‐
nummer in te voeren op home.liebherr.com/
fridge-manuals.
Het servicenummer vindt u op het typeplaatje:
Fig. Voorbeeld
2 * afhankelijk van model en uitvoering
Symbool Uitleg
Apparaat controleren
Controleer alle onderdelen op transportschade.
Neem bij op- of aanmerkingen contact op met
de distributeur of de klantenservice.
Afwijkingen
De gebruiksaanwijzing geldt voor verschillende
modellen, afwijkingen zijn mogelijk. Secties die
alleen van toepassing zijn op bepaalde appa‐
raten worden met een sterretje (*) aangeduid.
Instructies voor actie en resultaten van de
actie
Instructies voor actie worden aangeduid met
een .
De resultaten van de actie worden aangeduid
met een .
Videos
Videos over de apparaten vindt u op het
YouTube-kanaal van Liebherr-Hausgeräte.
Deze gebruiksaanwijzing geldt voor:
CN .... 50.. / 52.. / 57.. / 76.. / 77..
KGN... 52Z03 / 57Z03
Aanwijzing
Als uw apparaat een N in de apparaataanduiding bevat, is
het een NoFrost-apparaat.
1 Het apparaat in vogelvlucht
1.1 Leveringsomvang
Controleer alle onderdelen op transportschade. Neem bij op-
of aanmerkingen contact op met de handelaar of de klan‐
tenservice (zie 9.4 Klantenservice) .
De levering bestaat uit de volgende onderdelen:
-Rechtopstaand apparaat
-Uitrusting (afhankelijk van het model)
-Montagemateriaal (afhankelijk van het model)
-„Quick Start Guide”
-„Installation Guide
-Servicebrochure
1.2 Apparaten- en uitrustingsoverzicht
Fig. 1 Voorbeeldweergave
Temperatuurbereik
(A) Koelgedeelte (C) Vriesgedeelte
(B) EasyFresh (D) Koudste zone
Uitrusting
(1) Bedieningselementen (9) EasyFresh-Safe
(2) Ventilator met Fres‐
hAir-actievekoolfilters
(10) Vrieslade
(3) Deelbaar draagpla‐
teau*
(11) VarioSpace
(4) Draagplateaus (12) Typeplaatje
(5) VarioSafe* (13) Flessenhouder
(6) Flessenplank* (14) Flessenrek
(7) Deksel EasyFresh-Safe (15) Conservenrek
(8) Afvoeropening (16) EasyTwist-Ice*
Aanwijzing
uDraagplateaus, laden of manden zijn in de leveringstoe‐
stand geplaatst voor een optimale energie-efficiëntie.
Veranderingen in de opstelling binnen de gegeven
inschuifmogelijkheden van bijv. draagplateaus in het
koelgedeelte, hebben echter geen effect op het energie‐
verbruik.
1.3 SmartDevice
SmartDevice is de netwerkoplossing voor uw koel-vriescom‐
binatie.
Als uw apparaat compatibel is met SmartDevice is of hier
voor is voorbereid, kunt u uw apparaat snel en eenvoudig
in uw WLAN integreren. Met de SmartDevice-app kunt u
uw apparaat vanaf een mobiel eindapparaat bedienen. In
de SmartDevice-app zijn aanvullende functies en instelmo‐
gelijkheden beschikbaar.
Het apparaat in vogelvlucht
* afhankelijk van model en uitvoering 3
Op een voor
SmartDevice voor
bereid apparaat:
Uw apparaat is op gebruik met de
SmartDeviceBox voorbereid. U moet
eerst de SmartDeviceBox kopen en
deze dan installeren. Om uw apparaat
met WLAN te kunnen verbinden, moet
u de SmartDevice-app downloaden.
Meer informatie
over SmartDevice:
smartdevice.liebherr.com
SmartDeviceBox
in de Liebherr-
Hausgeräte-shop
kopen:
home.liebherr.com/shop/de/deu/
smartdevicebox.html
SmartDevice-app
downloaden:
Na installatie en configuratie van de
SmartDevice-app kunt u uw apparaat
met de SmartDevice-app en de appa‐
raatfunctie WLAN (zie WLAN) in uw
WLAN integreren.
Aanwijzing
In de volgende landen kunt u de SmartDeviceBox niet
gebruiken: Rusland, Belarus, Kazachstan. De SmartDevice-
functie is niet beschikbaar.
1.4 Toepassingsgebied van het apparaat
Gebruik volgens de voorschriften
Het apparaat is uitsluitend geschikt voor het
koelen van levensmiddelen voor huishoude‐
lijke of soortgelijke doeleinden. Hieronder valt
bijv. het gebruik
-in privékeukens, ontbijtgelegenheden,
-door gasten in landhuizen, hotels, motels
en andere accommodaties,
-bij catering en vergelijkbare service in de
groothandel.
Het apparaat is niet bestemd voor gebruik als
inbouwapparaat.
Alle andere toepassingen zijn niet toege‐
staan.
Voorzienbaar verkeerd gebruik
De volgende toepassingen zijn uitdrukkelijk
verboden:
-Opslag en koeling van medicijnen, bloed‐
plasma, laboratoriumpreparaten of verge‐
lijkbare, overeenkomstig de Europese
richtlijn 2007/47/EG medische hulpmid‐
delen, ten grondslag liggende stoffen en
producten
-Gebruik in explosiegevaarlijke gebieden
Verkeerd gebruik van het apparaat kan tot
beschadigingen van de opgeslagen goederen
of het bederf hiervan leiden.
Klimaatklassen
Het apparaat kan afhankelijk van de klimaat‐
klasse, bij begrensde omgevingstempera‐
turen, worden gebruikt. De voor uw apparaat
betreffende klimaatklasse staat op het type‐
plaatje vermeld.
Aanwijzing
uOm een probleemloze werking te waar
borgen, moet de aangegeven omgevings‐
temperatuur worden aangehouden.
Klimaatklasse voor omgevingstemperaturen van
SN 10 °C tot 32 °C
N 16 °C tot 32 °C
ST 16 °C tot 38 °C
T 16 °C tot 43 °C
SN-ST 10 °C tot 38 °C
SN-T 10 °C tot 43 °C
1.5 Conformiteit
De koelmiddelkringloop is gecontroleerd op lekkage. Het
apparaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften
en de desbetreffende richtlijnen.
De volledige tekst van de EU-verklaring van overeen‐
stemming is beschikbaar op het volgende internetadres:
www.Liebherr.com
1.6 SVHC-stoffen volgens de REACH-
verordening
Onder de volgende link kunt u controleren
of uw apparaat SVHC-stoffen volgens de REACH-
verordening bevat: home.liebherr.com/de/deu/de/liebherr-
erleben/nachhaltigkeit/umwelt/scip/scip.html
1.7 EPREL-database
Vanaf 1 maart 2021 zijn informatie over etikettering inzake
energieverbruik en vereisten inzake ecologisch ontwerp
te vinden in de Europese productdatabase (EPREL). U
krijgt toegang tot de productdatabase via de link https://
eprel.ec.europa.eu/. Hier wordt u gevraagd de modelidenti‐
ficatie in te voeren. De modelidentificatie vindt u op het
typeplaatje.
2 Algemene veiligheidsvoor
schriften
Bewaar deze handleiding zorgvuldig, zodat u
hem te allen tijde kunt raadplegen.
Als u het apparaat doorgeeft, geef dan ook de
handleiding door aan de volgende eigenaar.
Om het apparaat goed en veilig te kunnen
gebruiken, moet u deze handleiding vóór
Algemene veiligheidsvoorschriften
4 * afhankelijk van model en uitvoering
gebruik aandachtig doorlezen. Volg altijd
de instructies, veiligheidsvoorschriften en
waarschuwingen die hierin zijn opgenomen.
Deze zijn belangrijk om het apparaat veilig
en probleemloos te kunnen installeren en
gebruiken.
Gevaren voor de gebruiker:
-Dit apparaat kan door kinderen alsmede
door personen met verminderde psychi‐
sche, sensorische of mentale bekwaam‐
heden of een gebrek aan ervaring en
kennis worden gebruikt onder toezicht
van een derde of met betrekking tot het
veilige gebruik van het apparaat zijn onder
wezen en de gevaren kennen en begrijpen.
Kinderen mogen niet met het apparaat
spelen. De reiniging en het onderhoud mag
niet door kinderen zonder toezicht worden
uitgevoerd. Kinderen van 3-8 jaar mogen
het apparaat inladen en uitladen. Kinderen
jonger dan 3 jaar dienen uit de buurt van
het apparaat te worden gehouden, als het
apparaat niet continu onder toezicht staat.
-De contactdoos moet eenvoudig toeganke‐
lijk zijn, zodat het apparaat in noodgevallen
snel van de stroomvoorziening kan worden
losgekoppeld. Deze moet zich buiten de
achterkant van het apparaat bevinden.
-Als u het stroomsnoer van het apparaat uit
het stopcontact trekt, altijd bij de stekker
nemen. Niet aan het snoer trekken.
-Trek, in geval van een storing, de stekker uit
het stopcontact of schakel de beveiliging
uit.
-Beschadig het netsnoer niet. Gebruik het
apparaat niet wanneer het netsnoer defect
is.
-Reparaties en ingrepen aan het apparaat
alleen door de klantenservice of ander hier
voor opgeleid vakpersoneel laten uitvoeren.
-Het apparaat alleen conform de beschrij‐
ving in de handleiding monteren, aansluiten
en afvoeren.
Brandgevaar:
-Het gebruikte koelmiddel (gegevens op
het typeplaatje) is milieuvriendelijk maar
brandbaar. Koelmiddel dat ontsnapt kan
ontbranden.
Pijpleidingen van het koelcircuit niet
beschadigen.
Vermijd het hanteren van ontstekings‐
bronnen in de binnenkant van het appa‐
raat.
Binnen het apparaat geen elektrische
toestellen gebruiken (bijv. stoomreini‐
gers, verwarmingen, ijsmakers, enz.).
Als koudemiddel weglekt: Open vuur
of ontstekingsbronnen vlakbij het lek
verwijderen. Vertrek goed ventileren.
Informeer de klantendienst.
-Geen explosieve stoffen of spuitbussen
met brandbare drijfgassen, zoals b.v.
butaan, propaan, pentaan enz. in het
apparaat bewaren. Zulke spuitbussen zijn
herkenbaar aan de op de verpakking
vermelde inhoudsstoffen of een vlammen‐
symbool. Eventueel ontsnappende gassen
kunnen door elektrische componenten vlam
vatten.
-Brandende kaarsen, lampen en andere
voorwerpen met open vuur uit de buurt van
het apparaat houden, zodat ze het apparaat
niet in brand kunnen steken.
-Alkoholische dranken of andere verpak
kingen die alcohol bevatten, mogen uitslui‐
tend goed afgesloten worden bewaard.
Eventueel uittredende alcohol kan door
elektrische componenten vlam vatten.
Gevaar voor vallen en omkiepen:
-Plint, laden, deuren enz. niet als voeten‐
steun of om te leunen misbruiken. Dit geldt
in het bijzonder voor kinderen.
Gevaar voor voedselvergiftiging:
-Te lang opgeslagen levensmiddelen niet
meer nuttigen.
Gevaar voor bevriezingen, gevoelloosheid en
pijn:
-Vermijd permanent contact van de huid met
koude oppervlakken of gekoelde/bevroren
producten of tref beschermende maatre‐
gelen, gebruik bijvoorbeeld handschoenen.
Gevaar voor verwonding en beschadiging:
-Hete stoom kan letsel tot gevolg hebben.
Voor het ontdooien geen elektrische
kacheltjes of stoomreinigers, open vuur of
ontdooispray gebruiken.
-IJs niet met scherpe voorwerpen verwij‐
deren.
Knelgevaar:
-Bij het openen en sluiten van de deur niet
in het scharnier grijpen. De vingers kunnen
ingeklemd raken.
Symbolen op het apparaat:
Algemene veiligheidsvoorschriften
* afhankelijk van model en uitvoering 5
Het symbool kan zich op de compressor
bevinden. Het heeft betrekking op de olie
in de compressor en wijst op het volgende
gevaar: Kan bij het inslikken en indringen
in de luchtwegen dodelijk zijn. Deze aanwij‐
zing is alleen voor het recyclingproces van
belang. In de normale modus bestaat er
geen gevaar.
Het symbool bevindt zich op de compressor
en wijst op het gevaar van ontvlambare
stoffen. De sticker niet verwijderen.
Deze of een vergelijkbare sticker kan op
de achterkant van het apparaat zijn aange‐
bracht. Deze wijst erop dat er zich vacuüm-
isolatiepanelen (VIP) of perlietpanelen in
de deur en/of de behuizing bevinden.
Deze aanwijzing is alleen van belang voor
het recyclingproces. De sticker niet verwij‐
deren.
Neem de specifieke waarschuwingen en de
andere specifieke instructies in de andere
hoofdstukken in acht:
GEVAAR duidt een direct gevaar aan, die de
dood of ernstig lichamelijk letsel
tot gevolg kan hebben wanneer dit
gevaar niet vermeden wordt.
WAAR‐
SCHUWING
duidt een gevaarlijke situatie aan,
die de dood of ernstig lichame‐
lijk letsel tot gevolg kan hebben
wanneer dit gevaar niet vermeden
wordt.
VOORZICHTI
G
duidt een gevaarlijke situatie aan,
die licht of middelzwaar lichame‐
lijk letsel tot gevolg kan hebben
wanneer dit gevaar niet vermeden
wordt.
LET OP duidt een gevaarlijke situatie aan,
die materiële schade tot gevolg
kan hebben wanneer dit gevaar
niet vermeden wordt.
Aanwijzing duidt op nuttige informatie en tips.
3 In gebruik nemen
3.1 Apparaat inschakelen
Zorg ervoor dat aan de volgende eisen zijn voldaan:
qHet apparaat is overeenkomstig de montagehandleiding
geplaatst en aangesloten.
qAlle bevestigingsstrips, plak- en beschermfolie en de
transportbeveiligingen in en op het apparaat zijn verwij‐
derd.
qAlle reclame-inserts zijn uit de laden verwijderd.
Fig. 2
uApparaat via de gebruikersinterface naast het display
inschakelen.
wStatusweergave verschijnt.
Apparaat start in DemoMode:
Als het apparaat in DemoMode start, kunt u de DemoMode
binnen de volgende 5 minuten deactiveren.
Fig. 3
uBevestiging naast het display 3 seconden lang indrukken.
wDemoMode is gedeactiveerd.
Aanwijzing
De fabrikant adviseert:
uLevensmiddelen plaatsen: ca. 6 uur wachten tot de inge‐
stelde temperatuur is bereikt.
uDiepvriesproducten bij -18 °C of kouder in de diepvriezer
leggen.
3.2 Uitrusting aanbrengen
Aanwijzing
Toebehoren zijn verkrijgbaar in de Liebherr-Hausgeräte-shop
op home.liebherr.com/shop/de/deu/zubehor.html.
uBijgevoegde uitrusting aanbrengen om het apparaat opti‐
maal te gebruiken.
4 Levensmiddelenbeheer
4.1 Levensmiddelen opslaan
WAARSCHUWING
Brandgevaar
uGeen elektrische apparaten in het levensmiddelenge‐
deelte van het apparaat gebruiken, wanneer deze daar
voor niet door de fabrikant zijn aanbevolen.
Aanwijzing
Het energieverbruik stijgt en het koelvermogen neemt af als
de ontluchting niet toereikende is.
uHoud de luchtopening altijd vrij.
Bij de opslag van levensmiddelen ervoor zorgen dat:
qVentilatieopeningen aan de achterkant vrij zijn.
qLevensmiddelen goed zijn verpakt.
qLevensmiddelen, die gemakkelijk een geur of smaak
aannemen of afgeven, zitten in gesloten reservoirs of zijn
afgedekt.
qRauw vlees of vis bevindt zich in schonen, afgesloten
bakjes, zodat deze geen contact met andere levensmid‐
delen kunnen maken of op ander voedsel kunnen druipen.
In gebruik nemen
6 * afhankelijk van model en uitvoering
qVloeistoffen bevinden zich in gesloten bakjes.
qLevensmiddelen zijn op afstand opgeslagen, zodat de
lucht goed kan circuleren.
Aanwijzing
Het niet opvolgen van deze gegevens kan tot bederf van
levensmiddelen leiden.
4.1.1 Koelgedeelte
Door de natuurlijke luchtcirculatie zijn er verschillende
temperatuurzones.
Levensmiddelen ordenen:
uIn het bovenste bereik en in de deur: Boter en kas,
conserven en tubes.
uIn de koudste zone Fig. 1 (D): Licht bederfelijke levens‐
middelen zoals klaargemaakte maaltijden, vleeswaren en
worsten
uOp het onderste plateau: Rauw vlees of vis
4.1.2 EasyFresh-Safe
Het vak is geschikt voor onverpakte levensmiddelen zoals
groente en fruit.
De luchtvochtigheid is afhankelijk van het in de lade
geplaatste koelgoed alsmede van de frequentie van het
openen en sluiten van de lade. U kunt de luchtvochtigheid
regelen.
Levensmiddelen ordenen:
uNiet-ingepakt fruit en groente plaatsen.
uTe hoge vochtigheid: Luchtvochtigheid regelen
(zie 7.7 Vochtregeling) .
4.1.3 Vriesgedeelte
Hier kan bij -18 °C een droog, koud opslagklimaat worden
ingesteld. Een koud klimaat is geschikt voor de opslag van
diepvriesproducten voor meerdere maanden, voor de berei‐
ding van ijsblokjes of voor het invriezen van verse levens‐
middelen.
Levensmiddelen invriezen
U kunt maximaal zoveel kilogram aan verse levensmiddelen
invriezen binnen 24 uur, zoals aangegeven op het type‐
plaatje (zie 9.5 Typeplaatje) onder "vriescapaciteit ... kg/
24u".
Om ervoor te zorgen dat de levensmiddelen door en door
ingevroren worden, dient u de volgende hoeveelheden per
verpakking in acht te nemen:
-Groente, fruit tot 1 kg
-Vlees tot 2,5 kg
Vóór het invriezen ervoor zorgen dat:
qSuperFrost is geactiveerd (zie 6.3 Functies) als de invries‐
hoeveelheid groter is dan ca. 2 kg.
qBij kleine invrieshoeveelheid: moet SuperFrost ca. 6 uur
vooraf worden geactiveerd.
qBij maximale invrieshoeveelheid: moet SuperFrost ca. 24
uur vooraf worden geactiveerd.
Levensmiddelen ordenen:
VOORZICHTIG
Verwondingsgevaar door glasscherven!
Flessen en blikken met drank kunnen bij bevriezen openbar
sten. Dit geldt met name voor koolzuurhoudende dranken.
uFlessen en blikken met drank alleen invriezen met de
BottleTimer-functie.
Bij kleine invrieshoeveelheid:
uVerpakte levensmiddelen in de bovenste lade leggen.
uIndien mogelijk, levensmiddelen achter in de lade tegen
de achterzijde leggen.
Bij maximale invrieshoeveelheid:
uVerpakte levensmiddelen over alle lades verdelen, maar
geen levensmiddelen in de onderste lade leggen.
uIndien mogelijk, levensmiddelen achter in de lade tegen
de achterzijde leggen.
Bij maximale invrieshoeveelheid:
uNadat SuperFrost automatisch is gedeactiveerd, levens‐
middelen in de lade leggen.
Levensmiddelen ontdooien
- in de koelruimte
- in de magnetron
- In de oven/heteluchtoven
- Bij kamertemperatuur
WAARSCHUWING
Gevaar voor voedselvergiftiging!
uOntdooide levensmiddelen nooit weer terug invriezen.
uSlechts zoveel levensmiddelen eruit halen als nodig is.
uOntdooide levensmiddelen zo snel mogelijk verwerken.
4.2 Opslagtijden
De aangegeven opslagtijden zijn richtwaarden.
Bij levensmiddelen met gegevens over de minimale houd‐
baarheid geldt altijd de op de verpakking aangegeven
datum.
4.2.1 Koelgedeelte
De minimale houdbaarheidsdatum op de verpakking is van
toepassing.
4.2.2 Vriesgedeelte
Richtwaarden voor de opslagduur van verschillende
levensmiddelen
IJs bij -18 °C 2 tot 6 maanden
Worst, ham bij -18 °C 2 tot 3 maanden
Brood, bakkerijpro‐
ducten
bij -18 °C 2 tot 6 maanden
Wild, varken bij -18 °C 6 tot 9 maanden
Vis, vet bij -18 °C 2 tot 6 maanden
Vis, mager bij -18 °C 6 tot 8 maanden
Kaas bij -18 °C 2 tot 6 maanden
Gevogelte, rundvlees bij -18 °C 6 tot 12 maanden
Groente, fruit bij -18 °C 6 tot 12 maanden
5 Energie sparen
-Let altijd op de be- en ontluchting. Dek de ventilatieope‐
ningen resp. -roosters niet af.
-Houd de ventilatieluchtopeningen altijd vrij.
-Plaats het apparaat niet naast een fornuis, verwarming
of dergelijke en stel het apparaat niet bloot aan direct
zonlicht.
-Het energieverbruik is afhankelijk van de plaatsings‐
omstandigheden zoals bijv. de omgevingstemperatuur
(zie 1.4 Toepassingsgebied van het apparaat) . Bij een
warmere omgevingstemperatuur kan het energieverbruik
toenemen.
-Open het apparaat, indien mogelijk zo kort mogelijk.
Energie sparen
* afhankelijk van model en uitvoering 7
-Hoe lager de temperatuur wordt ingesteld, hoe hoger het
energieverbruik.
-Levensmiddelen gesorteerd rangschikken:
home.liebherr.com/food.
-Alle levensmiddelen goed verpakt en afgedekt bewaren.
Condensvorming wordt voorkomen.
-Levensmiddelen zolang als nodig eruit halen, zodat ze
niet te warm worden.
-Warme gerechten plaatsen: eerst tot op kamertempera‐
tuur laten afkoelen.
-Diepvriesproducten in de koelruimte ontdooien.
-Bij langere vakantieperioden de HolidayMode gebruiken
(zie HolidayMode) gebruiken.
6 Bediening
6.1 Bedienings- en weergave-elementen
Het display maakt via de temperatuurinstelling en de
toestand van functies en instellingen een snel overzicht
mogelijk. De bediening van de functies en instellingen vindt
plaats door activering / deactivering of door het kiezen van
een waarde.
6.1.1 Status-weergave
Fig. 4
(1) Temperatuurweergave
van het koelgedeelte
(2) Temperatuurweergave
van het vriesgedeelte
De Status-weergave toont de ingestelde temperatuur en
staat in de beginweergave. Van hieruit vindt de navigatie
naar de functies en instellingen plaats.
6.1.2 Navigatie
Toegang tot de afzonderlijke functies heeft u door de
navigatie in het menu. Na bevestiging van een functie of
instelling klinkt een signaaltoon. Als na 10 seconden geen
selectie wordt uitgevoerd, wisselt de weergave naar de
Status-weergave.
De bediening van het apparaat wordt uitgevoerd via de
toetsen naast de weergave:
Fig. 5
(1) Navigatiepijl links /
rechts
(2) Bevestigen
Navigatiepijl links / rechts Fig. 5 (1):
-In het menu navigeren. Na de laatste menupagina wordt
weer de eerste weergegeven.
Bevestigen Fig. 5 (2):
-Een functie activeren / deactiveren.
-Een submenu openen.
-Een selectie bevestigen. Na de bevestiging wisselt de
weergave terug naar het menu.
Terug naar de Status-weergave: op de snelste manier:
-Deur sluiten en openen.
-of 10 seconden wachten. De weergave wisselt naar de
Status-weergave.
6.1.3 Bedieningsstructuur
De bedieningsstructuur wordt aan de hand van een patroon
uitgelegd. Afhankelijk van de functie of instelling wijzigt de
weergave.
Menu zonder submenu
Fig. 6
(1) Status gedeactiveerd /
Status geactiveerd
witte balk in het
bovenste bereik
(3) Menu: Functienaam of
menu: Instelnaam
(2) Symbool of geacti‐
veerde waarde
Menu met submenu
Fig. 7
(1) Menu: Functienaam of
menu: Instelnaam
(3) Symbool of geactiveerde
waarde
(2) Status (4) Submenu: Functienaam
of Submenu: Instelnaam
(2) gedeactiveerd / geac‐
tiveerd
De volgende navigatie is mogelijk:
-Met de navigatiepijl links / rechts Fig. 5 (1) navigeren.
-Met bevestigen Fig. 5 (2) het submenu Fig. 7 (4) oproepen.
Met de navigatiepijl links / rechts Fig. 5 (1) navigeren.
Nieuwe waarde instellen: Met bevestigen Fig. 5 (2) een
gedeactiveerde waarde Fig. 6 (1) selecteren.
Terug naar het menu: Met bevestigen Fig. 5 (2) de al
geactiveerde waarde Fig. 6 (2) selecteren.
6.1.4 Symbolen
De symbolen geven informatie over de actuele staat van het
apparaat.
Bediening
8 * afhankelijk van model en uitvoering
Symbool Toestand van het apparaat
Stand-by
Apparaat of temperatuurzone is
uitgeschakeld.
Knipperend cijfer
Apparaat werkt. Temperatuur
pulseert tot de ingestelde waarde
is bereikt.
Knipperend symbool
Apparaat werkt. Instelling wordt
uitgevoerd.
Balk wordt opgebouwd
Functie wordt geactiveerd.
6.2 Bedieningslogica
6.2.1 Functie activeren / deactiveren
De volgende functies kunnen geactiveerd / gedeactiveerd
worden:
Symbool Functie
SuperCoolx
PowerCoolx
SuperFrostx
PartyModex
HolidayMode
E-Saver
x Als functie actief is, werkt het apparaat met een hoger
vermogen. Hierdoor kunnen werkgeluiden van het apparaat
tijdelijk luider en het energieverbruik hoger zijn.
uNavigatiepijl Fig. 5 (1) indrukken tot de gewenste wordt
weergegeven.
uBevestigen Fig. 5 (2) indrukken.
wEr klinkt een bevestigingstoon.
wStatus wordt in het menu weergegeven.
wFunctie is geactiveerd / gedeactiveerd.
6.2.2 Functiewaarde selecteren
Bij de volgende functies kan een waarde in het submenu
worden ingesteld:
Symbool Functie
Koelen:
De temperatuur instellen
Temperatuurzone uit- / inschakelen
Invriezen:
De temperatuur instellen
Apparaat in-/uitschakelen
uNavigatiepijl Fig. 5 (1) indrukken tot de gewenste functie
wordt weergegeven.
uBevestigen Fig. 5 (2) indrukken.
uMet navigatiepijlen Fig. 5 (1) instellingswaarde selecteren.
De temperatuur instellen
uBevestigen Fig. 5 (2) indrukken.
wEr klinkt een bevestigingstoon.
wStatus: geactiveerd Fig. 6 (1) wordt kort op het submenu
Fig. 7 (4) weergegeven.
wDisplay keert terug naar het menu.
Temperatuurzone in-/uitschakelen
uBevestigen 3 seconden lang indrukken.
wEr klinkt een bevestigingstoon.
wHet display keert terug naar de statusweergave.
6.2.3 Instelling activeren / deactiveren
De volgende instellingen kunnen geactiveerd / gedeacti‐
veerd worden:
Symbool Instelling
WiFi1
Invoerblokkering2
SabbathMode2
Cleaning Mode2
Herinneringen1
Resetten2
Uitschakelen 2
uNavigatiepijl Fig. 5 (1) indrukken tot Instellingen wordt
weergegeven.
uBevestigen Fig. 5 (2) indrukken.
uNavigatiepijl Fig. 5 (1) indrukken tot de gewenste instel‐
ling wordt weergegeven.
1 Instelling activeren (shortpress)
uBevestigen Fig. 5 (2) indrukken.
wEr klinkt een bevestigingstoon.
wStatus wordt in het menu weergegeven.
wInstelling is geactiveerd/gedeactiveerd.
2 Instelling activeren (longpress)
uBevestigen Fig. 5 (2) 3 seconden lang indrukken.
wEr klinkt een bevestigingstoon.
wStatus wordt in het menu weergegeven.
wDisplay wordt gewijzigd.
6.2.4 Instellingswaarde selecteren
Bij de volgende instellingen kan een waarde in het submenu
worden ingesteld:
Symbool Instellingen
Helderheid
Deuralarm
Bediening
* afhankelijk van model en uitvoering 9
Symbool Instellingen
Temp.eenheid
uNavigatiepijl Fig. 5 (1) indrukken tot Instellingen wordt
weergegeven.
uBevestigen Fig. 5 (2) indrukken.
uNavigatiepijl Fig. 5 (1) indrukken tot de gewenste instel‐
ling wordt weergegeven.
uBevestigen Fig. 5 (2) indrukken.
uMet navigatiepijlen Fig. 5 (1) instellingswaarde selecteren.
uBevestigen Fig. 5 (2) indrukken.
wEr klinkt een bevestigingstoon.
wStatus wordt kort op het submenu weergegeven.
wDisplay keert terug naar het menu.
6.2.5 Klantenmenu oproepen
De volgende instellingen kunnen in het klantenmenu worden
opgeroepen:
Symbool Functie
*
D-Value 1*
Software
uNavigatiepijlen Fig. 5 (1) indrukken tot Instellingen
verschijnt.
uBevestigen Fig. 5 (2) indrukken.
uHerhaaldelijk op de navigatiepijlen Fig. 5 (1) drukken
tot de informatie over het apparaat op het display
verschijnt.
uBevestigen Fig. 5 (2) indrukken.
uCijfercode 151 invoeren.
wHet klantmenu verschijnt.
uIn het klantenmenu drukt u herhaaldelijk op de navigatie‐
pijlen Fig. 5 (1) totdat de gewenste instelling verschijnt.
1 waarde kiezen
uBevestigen Fig. 5 (2) indrukken.
wEr klinkt een bevestigingstoon.
wStatus wordt kort op het display weergegeven.
wDisplay keert terug naar het menu.
2 Instelling activeren
uBevestigen Fig. 5 (2) 3 seconden lang indrukken.
wEr klinkt een bevestigingstoon.
wStatus wordt op het display weergegeven.
wSymbool knippert zolang het apparaat werkt.
6.3 Functies
Apparaat uitschakelen
Deze instelling maakt het mogelijk om het complete appa‐
raat uit te schakelen.
Complete apparaat uitschakelen
Fig. 8
uActiveren / deactiveren (zie 6.2 Bedieningslogica) .
wGedeactiveerd: Display wordt zwart.
WLAN
Via deze functie verbindt u uw apparaat met WLAN. U kunt
het dan via de SmartDevice-app op een mobiel eindapparaat
bedienen. Met deze functie kunt u de WLAN-verbinding ook
weer verbreken of resetten. Om uw apparaat met WLAN
te verbinden, hebt u de SmartDeviceBox nodig. Meer infor
matie over de SmartDeviceBox en het gebruik van de Smart
Device-app: (zie 1.3 SmartDevice)
Aanwijzing
In de volgende landen kunt u de SmartDeviceBox niet
gebruiken: Rusland, Belarus, Kazachstan. De SmartDevice-
functie is niet beschikbaar.
WLAN-verbinding maken
Ervoor zorgen dat aan de volgende voorwaarden is voldaan:
qSmartDeviceBox is gekocht en aangebracht.
(zie 1.3 SmartDevice)
qSmartDevice-app is geïnstalleerd (zie
apps.home.liebherr.com).
qRegistratie in de SmartDevice-app is afgesloten.
Fig. 9
uInstelling activeren. (zie 6.2 Bedieningslogica)
wVerbinding wordt gemaakt: Status: geactiveerd Fig. 6 (1)
en WiFi connecting verschijnt. Het pictogram knippert.
wVerbinding is gemaakt: Status: geactiveerd Fig. 6 (1)
verschijnt.
wVerbinding is mislukt: Status en Connect verschijnt. Het
pictogram is continu zichtbaar.
WLAN-verbinding verbreken
uInstelling deactiveren. (zie 6.2 Bedieningslogica)
Bediening
10 * afhankelijk van model en uitvoering
Fig. 10
w
Verbinding is verbroken: pictogram is continu zicht‐
baar.
WLAN-verbinding resetten
uInstellingen resetten. (zie 6.2 Bedieningslogica)
Fig. 11
wVerbinding en andere instellingen worden ook op de
toestand van levering gereset.
Temperatuur
De temperatuur is afhankelijk van de volgende factoren:
-de frequentie van het openen van de deur
-de duur van het openen van de deur
-de kamertemperatuur van de plaats van opstelling
-het type, temperatuur en hoeveelheid van het levens‐
middel
Temperatuurzone Aanbevolen instelling
Koelgedeelte 5 °C
Vriesgedeelte -18 °C
Temperatuur instellen in het koelgedeelte
Fig. 12
uStappen uitvoeren.
wTemperatuur is ingesteld.
Temperatuurzone uitschakelen
U kunt het koelgedeelte gescheiden uitschakelen.
Als u het vriesgedeelte uitschakelt, worden alle tempera‐
tuurzones uitgeschakeld.
uWaarde instellen. (zie 6.2 Bedieningslogica)
w
wordt weergegeven.
Temperatuureenheid
Met deze instelling kan tussen de temperatuureenheden
Celsius - Fahrenheit worden gewisseld.
Instelling selecteren
uWaarde instellen (zie 6.2 Bedieningslogica) .
D-Value*
Aanwijzing
Het aangegeven energieverbruik werd zonder droge achter
wand vastgesteld. Het apparaat is met droge achterwand
volledig functioneel, maar heeft een iets hoger energiever
bruik.*
Liebherr adviseert:
uApparaat met droge achterwand gebruiken ,om zichtbaar
condensaat en vastvriezen van de waren te vermijden.
De D-Value geeft aan of u uw koelgedeelte met of zonder
droge achterwand te gebruiken. De achterwand is bij leve‐
ring in het apparaat gemonteerd. De D-Value is op D1 voorin‐
gesteld.*
U kunt de achterwand voor reiniging verwijderen.
(zie 8.4.4 Droog achterpaneel reinigen*) Om het apparaat
zonder achterwand te gebruiken moet u de D-Value op D2 in
te stellen.*
Instelling kiezen*
uWaarde in het klantenmenu instellen. (zie 6.2 Bedienings‐
logica)
SuperCool
Met deze functie schakelt u naar het hoogste afkoelver
mogen. Daardoor kunt u lagere koeltemperaturen bereiken.
De functie heeft betrekking op het koelgedeelte Fig. 1 (A)
Toepassing:
-Grotere hoeveelheden levensmiddelen snel afkoelen.
Functie activeren / deactiveren
uProducten in het koelgedeelte leggen: Functie bij het
plaatsen van de producten activeren.
uActiveren / deactiveren (zie 6.2 Bedieningslogica) .
De functie wordt automatisch gedeactiveerd. Daarna draait
het apparaat in de normale modus verder. De temperatuur
stelt zich op de ingestelde waarde in.
PowerCool
Met deze functie wordt een optimale temperatuurlaag voor
de koeling van uw levensmiddel gerealiseerd.
De functie heeft betrekking op het koelgedeelte Fig. 1 (A).
Bediening
* afhankelijk van model en uitvoering 11
Toepassing:
-Bij een hoge kamertemperatuur (vanaf ca. 35 °C )
-Bij een hoge luchtvochtigheid, bijv. op zomerdagen
-Bij het opslaan van vochtige producten ter voorkoming
van condensvorming in de binnenruimte
Functie activeren / deactiveren
uActiveren / deactiveren (zie 6.2 Bedieningslogica) .
Aanwijzing
De ventilator kan ook draaien, als de functie is uitgescha‐
keld. Deze zorgt daardoor voor een optimale temperatuur
verdeling in het apparaat.
wFunctie geactiveerd: Energieverbruik van het apparaat is
een beetje verhoogd.
SuperFrost
Met deze functie schakelt u naar de hoogste invriescapaci‐
teit. Daardoor kunt u lagere vriestemperaturen bereiken.
De functie heeft betrekking op het vriesgedeelte Fig. 1 (C).
Toepassing:
-Meer dan 2 kg verse levensmiddelen dagelijks invriezen.
-Verse levensmiddelen snel tot de kern invriezen.
-Koudereserve in opgeslagen diepvriesproducten
verhogen, voordat het apparaat wordt ontdooid.
Functie activeren / deactiveren
Bij een kleinere invriescapaciteit:
u6 uur voor gebruik activeren.
Bij de maximale invriescapaciteit:
u24 uur voor gebruik activeren.
uActiveren / deactiveren (zie 6.2 Bedieningslogica) .
De functie wordt automatisch gedeactiveerd. Daarna draait
het apparaat in de normale modus verder. De temperatuur
stelt zich op de ingestelde waarde in.
PartyMode
Deze functie biedt een verzameling van speciale functies en
instellingen die tijdens een feest handig zijn.
De volgende functies worden geactiveerd:
-SuperCool
-SuperFrost
Alle functies kunnen flexibel en individueel worden inge‐
steld. Wijzigingen worden verworpen wanneer de functie
wordt gedeactiveerd.
Functie activeren / deactiveren
uActiveren / deactiveren (zie 6.2 Bedieningslogica) .
wGeactiveerd: Alle functies zijn gelijktijdig geactiveerd.
wGedeactiveerd: Vooraf ingestelde temperaturen zijn
hersteld.
Na 24 uur wordt de functie automatisch gedeactiveerd.
HolidayMode
Deze functie zorgt voor een minimaal energieverbruik
tijdens langdurige afwezigheid. De temperatuur van het
koeldeel wordt op 15 °C ingesteld en bij het bereiken op
het statusbeeldscherm weergegeven.
De ingestelde vriestemperatuur blijft behouden.
De functie heeft betrekking op het koelgedeelte Fig. 1 (A).
Toepassing:
-Energie sparen tijdens een langere afwezigheid.
-Voorkomen van slechte geuren en schimmelvorming
tijdens een langere afwezigheid.
Functie activeren / deactiveren
uKoelgedeelte volledig leegmaken.
uActiveren / deactiveren. (zie 6.2 Bedieningslogica)
wGeactiveerd: Koeltemperatuur wordt verhoogd.
wGedeactiveerd: eerder ingestelde temperatuur wordt
hersteld.
SabbathMode
Met deze functie activeert of deactiveert u de
SabbathMode. Als u deze functie activeert, worden sommige
elektronische functies uitgeschakeld. Hierdoor voldoet het
apparaat aan de religieuze eisen op Joodse feestdagen
zoals sabbat en aan de Star-K Kosher Certification.
Apparaatstatus bij actieve SabbathMode
De statusweergave toont continu SabbathMode.
Alle functies op het display behalve de functie
SabbathMode deactiveren zijn geblokkeerd.
Actieve functies blijven actief.
Het display blijft verlicht, als de deur wordt gesloten.
De binnenverlichting is gedeactiveerd.
Herinneringen worden niet uitgevoerd. Het ingestelde
tijdsinterval wordt gestopt.
Herinneringen en waarschuwingen worden niet weerge‐
geven.
Er is geen deuralarm.
Er is geen temperatuuralarm.
De ontdooicyclus werkt alleen tot de ingestelde tijd,
zonder rekening te houden met het gebruik van de koel
kast.
Na een stroomuitval keert het apparaat terug naar de
SabbathMode.
Apparaatstatus
Aanwijzing
Dit apparaat is gecertificeerd door het „Institute for Science
and Halacha”. (www.machonhalacha.co.il)
Een lijst met STAR-K-gecertificeerde apparaten vindt u op
www.star-k.org/appliances.
SabbathMode activeren
WAARSCHUWING
Vergiftigingsgevaar door verdorven levensmiddelen!
Als u de SabbathMode geactiveerd hebt en de stroom
uitvalt, verschijnt er geen melding in de statusweergave
over de stroomuitval. Als de stroomuitval voorbij is, werkt
het apparaat verder in SabbathMode. Stroomuitval kan ertoe
leiden dat levensmiddelen bederven. De consumptie ervan
kan voedselvergiftiging veroorzaken.
Na een stroomuitval:
uLevensmiddelen die bevroren waren en ontdooid zijn niet
meer consumeren.
uInstellingenmenu oproepen. (zie 6.2 Bedieningslogica)
uNavigatiepijl indrukken tot de gewenste functie wordt
weergegeven.
Bediening
12 * afhankelijk van model en uitvoering
3s
Fig. 13
uStappen (zie Fig. 778) uitvoeren.
wSabbathMode is geactiveerd.
wStatusweergave toont continu SabbathMode.
SabbathMode deactiveren
uInstellingenmenu oproepen. (zie 6.2 Bedieningslogica)
uNavigatiepijl indrukken tot de gewenste functie wordt
weergegeven.
3s
Fig. 14
uStappen (zie Fig. 779) uitvoeren.
wSabbathMode is gedeactiveerd.
E-Saver
Deze functie activeert of deactiveert de energiebesparings‐
modus. Als u deze functie activeert, daalt het energiever
bruik en stijgt de temperatuur in het apparaat met 2 °C. De
levensmiddelen blijven vers, maar de houdbaarheid wordt
korter.
Temperatuurzone Aanbevolen
instelling
(zie Temperatuur)
Temperatuur bij
actieve E-Saver
Koelgedeelte
5 °C 7 °C
Vriesgedeelte
-18 °C -16 °C
Temperaturen
E-Saver activeren
uNavigatiepijl indrukken tot de gewenste functie wordt
weergegeven.
E-Saver
E-Saver
Fig. 15
uStappen (zie Fig. 780) uitvoeren.
wEnergiebesparingsmodus is geactiveerd.
E-Saver deactiveren
uNavigatiepijl indrukken tot de gewenste functie wordt
weergegeven.
E-Saver
E-Saver
Fig. 16
uStappen (zie Fig. 781) uitvoeren.
wDe energiebesparingsmodus is gedeactiveerd.
CleaningMode
Deze instelling maakt een comfortabele reiniging van het
apparaat mogelijk.
Deze instelling heeft betrekking op het koelgedeelte
Fig. 1 (A).
Toepassing:
-Koelgedeelte handmatig reinigen.
Gedrag van het apparaat wanneer de instelling is geacti‐
veerd:
-Het koelgedeelte is uitgeschakeld.
-De binnenverlichting is actief.
-De herinneringen en waarschuwingen worden niet weer
gegeven. Er klinkt geen geluidssignaal.
Instelling activeren / deactiveren
uInstelling activeren / deactiveren (zie 6.2 Bedieningslo‐
gica) .
wGeactiveerd: Het koelgedeelte is uitgeschakeld. Licht
blijft aan.
wGedeactiveerd: de vooraf ingestelde temperatuur is weer
hersteld.
Na 60 minuten wordt de instelling automatisch gedeacti‐
veerd. Daarna blijft het apparaat in normaal bedrijf werken.
Helderheid display
Deze instelling maakt de trapsgewijze instelling van de
helderheid van het display mogelijk.
De volgende helderheidsniveaus kunnen worden ingesteld:
-40%
-60%
-80%
-100%
Instelling kiezen
uWaarde instellen (zie 6.2 Bedieningslogica) .
Deuralarm
Deze instelling maakt het instellen van de tijd tot het deur‐
alarm (zie Deur sluiten) klinkt mogelijk.
De volgende waarden kunnen ingesteld worden:
-1 min.
-2 min.
-3 min.
-Uit
Instelling kiezen
uWaarde instellen (zie 6.4 Foutmeldingen) .
Invoerblokkering
Deze instelling voorkomt de abusievelijk bediening van het
apparaat, bijv. door kinderen.
Toepassing:
-Onbedoelde wijzigingen van instellingen en functies
voorkomen.
Bediening
* afhankelijk van model en uitvoering 13
-Onbedoeld uitschakelen van het apparaat voorkomen.
-Onbedoelde temperatuurinstelling voorkomen.
Instelling activeren / deactiveren
uActiveren / deactiveren. (zie 6.2 Bedienings‐
logica)
Info
Deze instelling maakt het aflezen van apparaatinformatie en
de toegang tot het klantenmenu mogelijk.
De volgende gegevens kunnen afgelezen worden:
-Modelnaam
-Index
-Serienummer
-Servicenummer
Apparaatgegevens oproepen
uNavigatiepijl Fig. 5 (1) indrukken tot Instellingen wordt
weergegeven.
uBevestigen Fig. 5 (2) indrukken.
uNavigatiepijlen Fig. 5 (1) indrukken tot de weergave met
de informatie wordt weergegeven.
uApparaatgegevens aflezen.
herinnering
Herinneringen worden akoestisch door een geluidssignaal
en optisch door een symbool op het display weergegeven.
Het geluidssignaal versterkt zich en wordt luider, totdat de
melding wordt beëindigd.
FreshAir-actiefkoolfilter vervangen
Deze melding wordt weergegeven als het luchtfilter
vervangen moet worden.
uIedere zes maanden het luchtfilter vervangen.
uMelding bevestigen.
wOnderhoudsinterval begint opnieuw.
wHet luchtfilter garandeert een optimale luchtkwaliteit in
het koelapparaat.
Instelling activeren
uActiveren / deactiveren (zie 6.2 Bedieningslogica) .
Resetten
Met deze functie kunnen alle instellingen op de fabrieksin‐
stellingen worden teruggezet. Alle instellingen die u tot nu
toe heeft uitgevoerd worden teruggezet op hun oorspronke‐
lijke instelling.
Instelling activeren
uActiveren (zie 6.2 Bedieningslogica) .
6.4 Foutmeldingen
Foutmeldingen worden op het display weergegeven. Er zijn
twee categorieën van foutmeldingen:
Categorie Betekenis
Melding Herinnert aan algemene procedures. U kunt
deze procedures uitvoeren en zo de melding
opheffen.
Waarschu‐
wing
Verschijnt bij functiestoringen. Naast de
weergave op het display klinkt een signaal.
De signaaltoon wordt luider tot de weergave
door aantikken wordt bevestigd. Eenvoudige
storingen kunt u zelf verhelpen. Voor ernstige
storingen moet u contact met de klantenser
vice opnemen.
6.4.1 Waarschuwingen
Deur sluiten
De melding wordt weergegeven als de deur te lang open‐
staat.
De tijd totdat de melding wordt weergegeven kan worden
ingesteld .
uAlarm beëindigen: Melding bevestigen.
-of-
uDeur sluiten.
Stroomuitval
De melding wordt weergegeven als de vriestemperatuur
door een stroomonderbreking gestegen is. Als de stroomon‐
derbreking is beëindigd, werkt het apparaat met de laatst
ingestelde temperatuur verder.
uAlarm beëindigen: Melding bevestigen.
wTemperatuuralarm wordt weergegeven (zie Temperatuur
alarm) .
Temperatuuralarm
De melding wordt weergegeven als de vriestemperatuur niet
met de ingestelde temperatuur overeenkomt.
Oorzaken voor temperatuurverschillen kunnen zijn:
-Het plaatsen van warme frisse levensmiddelen in het
apparaat.
-Dat bij het hersorteren en het eruit halen van levensmid‐
delen teveel warme lucht in het apparaat is gestroomd.
-De stroom is te lang uitgevallen.
-Het apparaat is defect.
Als de storing is verholpen, werkt het apparaat met de inge‐
stelde temperatuur verder.
uWeergave bevestigen.
wWarmste temperatuur wordt weergegeven.
uWeergave opnieuw bevestigen.
wStatusweergave wordt weergegeven.
wActuele temperatuur wordt weergegeven.
Storing
Deze melding wordt weergegeven als er een storing van het
apparaat optreedt. In een onderdeel van het apparaat is een
storing opgetreden.
uDeur openen.
uFoutcode noteren.
uMelding bevestigen.
wSignaaltoon dempt.
wStatusweergave verschijnt.
uDeur sluiten.
uContact met de klantenservice opnemen. (zie 9.4 Klan‐
tenservice)
Bediening
14 * afhankelijk van model en uitvoering
6.4.2 DemoMode
Wanneer op het display „D” wordt weergegeven, is de
previewmodus actief. Deze functie is voor dealers ontwik
keld, omdat alle koudetechnische functies gedeactiveerd
zijn.
DemoMode deactiveren
Wanneer een tijd op het display afloopt:
uWeergave binnen de aflopende tijd bevestigen.
wDemoMode is gedeactiveerd.
Wanneer geen tijd afloopt:
uNetstekker uit het stopcontact halen.
uNetstekker weer aansluiten.
wDemoMode is gedeactiveerd.
7 Uitrusting
7.1 Deurafsteller
7.1.1 Deurafsteller verplaatsen / verwijderen
Fig. 17
uAfsteller naar boven schuiven.
uNaar voren trekken.
uIn omgekeerde volgorde weer aanbrengen.
7.1.2 Deurafsteller demonteren
De deurafstellers kunnen voor het reinigen worden gede‐
monteerd.
Fig. 18
uDeurafsteller demonteren.
7.2 Draagplateaus
7.2.1 Draagplateaus verplaatsen / verwijderen
De draagplateaus moeten worden beveiligd tegen het per
ongelijk omlaag vallen door uittrekaanslagen.
Fig. 19
uDraagplateau omhoog tillen en naar voren trekken.
wZijdelingse uitsparing op positie van de steun.
uDraagplateau verplaatsen: Tot willekeurige hoogte
optillen of neerlaten en er inschuiven.
-of-
Fig. 20
uDraagplateau volledig uitnemen: Naar voren uittrekken.
uGemakkelijk verwijderbaar: Draagplateaus schuin zetten.
uDraagplateau weer inzetten: Er helemaal inschuiven.
wUittrekaanslagen zijn naar onder gericht.
wUittrekaanslagen bevinden zich achter het voorste draag‐
plateau.
De draagplateaus boven de EasyFresh-laden kunnen even‐
eens eruit worden gehaald.
Fig. 21
Draagplateaus eruit halen:
uDraagplateaus aan de voor- en achterkant omhoog tillen.
uAan de voorkant eruit halen.
Op de eronder liggende deksel van het vak geen producten
neerzetten!
Draagplateau erin schuiven:
uDraagplateaus schuin, naar achter geneigd, aanbrengen.
wUittrekaanslagen zijn naar onder gericht.
uDraagplateaus erin schuiven en afleggen.
7.2.2 Draagplateaus demonteren
De draagplateaus kunnen voor het reinigen gedemonteerd
worden.
Fig. 22
uDraagplateaus demonteren.
Uitrusting
* afhankelijk van model en uitvoering 15
7.3 Deelbaar draagplateau*
7.3.1 Deelbaar draagplateau gebruiken
De draagplateaus moeten worden beveiligd tegen het per
ongelijk omlaag vallen door uittrekaanslagen.
Fig. 23
uDeelbare draagplateaus overeenkomstig de afbeelding
eronder schuiven.
Fig. 24
In de hoogte verstellen:
uGlasplaten afzonderlijk vanaf de voorkant eruit trekken
Fig. 24 (1).
uSteunrails uit de vergrendeling trekken en op de
gewenste hoogte vastklikken.
uGlasplaten afzonderlijk achtereenvolgens erin schuiven.
wVlakke uittrekaanslagen aan de voorkant, direct achter de
steunrail.
wHoge uittrekaanslagen achter.
Beide oppervlakken gebruiken:
uMet een hand de onderste glasplaat vasthouden en naar
voren trekken.
wGlasplaat Fig. 24 (1) met sierlijst ligt voor.
wStops Fig. 24 (3) zijn naar onder gericht.
7.4 VarioSafe*
De VarioSafe biedt plaats voor kleine levensmiddelen,
verpakkingen, tubes en glazen.
7.4.1 VarioSafe gebruiken
De schuiflade kan eruit gehaald worden en op twee
verschillende hoogten erin geschoven worden. Daardoor
kunnen ook hogere kleine delen in de schuiflade worden
bewaard.
Fig. 25
uHaal de schuiflade eruit.
uOp een willekeurige hoogte Fig. 25 (1) of Fig. 25 (2) erin
schuiven.
7.4.2 VarioSafe verplaatsen
De VarioSafe kan als geheel in de hoogte worden verplaatst.
Fig. 26
uNaar voren trekken.
wZijdelingse uitsparing op positie van de steun.
uTot een willekeurige hoogte heffen of laten zakken.
uNaar achter erin schuiven.
7.4.3 VarioSafe volledig eruit halen
De VarioSafe kan compleet eruit worden gehaald.
uNaar voren trekken.
wZijdelingse uitsparing op positie van de steun.
Fig. 27
uSchuin plaatsen en naar voren trekken.
7.4.4 VarioSafe uit elkaar halen
De VarioSafe kan voor het reinigen uit elkaar worden
gehaald.
Fig. 28
uVarioSafe uit elkaar halen.
7.5 Laden
U kunt de laden voor reiniging verwijderen.
U kunt de laden verwijderen om VarioSpace te gebruiken.
De wijze van verwijderen en aanbrengen van de laden
is afhankelijk van het uitschuifsysteem. Uw apparaat kan
verschillende uitschuifsystemen bevatten.
Uitrusting
16 * afhankelijk van model en uitvoering
Aanwijzing
Het energieverbruik stijgt en het koelvermogen neemt af als
de ontluchting niet toereikende is.
uOnderste schuiflade in het apparaat laten!
uLaat de ventilatieopeningen aan de binnenkant van de
achterwand altijd vrij!
7.5.1 Lade op apparaatbodem of glasplaat
De lade loopt direct op de apparaatbodem of op een glas‐
plaat. Er zijn geen rails.
Als u de lades verwijdert, kunt u de glasplaten eronder als
stelvlakken gebruiken.
Lade verwijderen
Fig. 29
uLade overeenkomstig de afbeelding verwijderen.
Lade plaatsen
Fig. 30
uLade overeenkomstig de afbeelding plaatsen.
7.5.2 Lade op glijrails
Lade verwijderen
Fig. 31
uLade overeenkomstig de afbeelding verwijderen.
Lade plaatsen
Fig. 32
uLade overeenkomstig de afbeelding plaatsen.
7.6 Deksel EasyFresh-Safe
De deksel van het vak kan voor het reinigen worden verwij‐
derd.
7.6.1 Deksel van het vak verwijderen
Fig. 33
Wanneer de schuifladen zijn verwijderd:
uDeksel tot de opening in de vasthouddelen naar voren
trekken Fig. 33 (1).
uAan de achterkant vanaf de onderkant omhoog tillen en
vanaf de bovenkant verwijderen Fig. 33 (2).
7.6.2 De deksel van het vak aanbrengen
Fig. 34
Als de tekst THIS SIDE UP boven is:
uDekselranden via de opening van de achterste houder
Fig. 34 (1) aanbrengen en van voren in de houder
Fig. 34 (2) klikken.
uDeksel in de gewenste positie brengen (zie 7.7 Vochtrege‐
ling) .
7.7 Vochtregeling
U kunt het vochtgehalte in de schuiflade via de afstelling
van de deksel van het vak zelf instellen.
De deksel van het vak bevindt zich direct op de schuiflade
en kan door draagplateaus of extra schuifladen afgedekt
zijn.
Fig. 35
Geringe luchtvochtigheid
uSchuiflade openen.
uDe deksel van het vak naar voren trekken.
Uitrusting
* afhankelijk van model en uitvoering 17
wBij een gesloten schuiflade: Spleet tussen de deksel en
het vak.
wLuchtvochtigheid in Safe wordt verlaagd.
Hoge luchtvochtigheid
uSchuiflade openen.
uDeksel van het vak naar achter schuiven.
wBij een gesloten schuiflade: Deksel sluit het vak niet af.
wLuchtvochtigheid in Safe wordt verhoogd.
Als er te veel vocht in het vak zit:
uInstelling „te lage luchtvochtigheid” kiezen.
-of-
uVocht met een doek verwijderen.
7.8 Glasplaten
U kunt de glasplaat onder de lades eruit nemen om ze te
reinigen.
U kunt de glasplaat onder de lades verwijderen om Vario‐
Space te gebruiken.
7.8.1 Glasplaat verwijderen / plaatsen
Zorg ervoor dat aan de volgende vereisten is voldaan:
qGlasplaat onder lade: Lade is verwijderd. (zie 7.5 Laden)
Glasplaat verwijderen
Fig. 36 Voorbeeldweergave van glasplaat
uGlasplaat aan de voorkant optillen. Fig. 36 (1)
uGlasplaat naar voren toe verwijderen. Fig. 36 (2)
Glasplaat plaatsen
Fig. 37 Voorbeeldweergave van glasplaat
uGlasplaat schuin achter de stoppers op containerrib
plaatsen. (zie Fig. 802)
uGlasplaat neerlaten.
uGlasplaat er naar achteren inschuiven.
7.9 EasyTwist-Ice*
EasyTwist-Ice produceert ijsblokjes met de geplaatste
watertank.
EasyTwist-Ice dient uitsluitend voor het maken van
ijsblokjes in huishoudelijke hoeveelheden.
Aanwijzing
Positie van EasyTwist-Ice niet wijzigen.
Zorg ervoor dat aan de volgende vereisten is voldaan:
-EasyTwist-Ice is gereinigd (zie 8.4.6 EasyTwist-Ice
reinigen*)
-Waterreservoir is gereinigd.
-EasyTwist-Ice-schuiflade is volledig ingeschoven.
7.9.1 Waterreservoir vullen
WAARSCHUWING
Verontreinigd water!
Vergiftigingen.
uAlleen met drinkwater vullen.
LET OP
Suikerhoudende vloeistoffen!
Beschadiging van de EasyTwist-Ice.
uUitsluitend met koud drinkwater vullen.
Aanwijzing
Door het gebruik van water dat gefilterd en gedecarboni‐
seerd is, wordt drinkwater in uiterst smaakvolle kwaliteit
voor de storingsvrije productie van ijsblokjes gerealiseerd.
Deze waterkwaliteit kan met een in de handel verkrijgbaar
drinkwaterfilter worden bereikt.
uWaterreservoir alleen met drinkwater vullen dat gefilterd
en gedecarboniseerd is.
De watertoevoer voor EasyTwist-Ice vindt via een waterre‐
servoir plaats.
Fig. 38
uWaterreservoir van achter optillen Fig. 38 (1) en omhoog
verwijderen Fig. 38 (2).
uDrinkwater tot de markering vullen.
uWaterreservoir in omgekeerde volgorde aanbrengen.
7.9.2 IJsblokjes produceren
De productiecapaciteit is afhankelijk van de vriestempera‐
tuur. Hoe lager de temperatuur, hoe meer ijsblokjes er in een
bepaalde periode gemaakt kunnen worden.
Maximale capaciteit van de ijsblokjeslade – 40 stuks (2 keer
ijsblokjes bereiden).
Vereiste tijd voor ijsblokjes bereiden – minstens 5 uur.
IJsblokjes eruit halen
uDraaiknop helemaal naar rechts draaien.
uIndien nodig meerdere keren herhalen en de knop iets
meer draaien.
Uitrusting
18 * afhankelijk van model en uitvoering
7.10 VarioSpace
Fig. 39
U kunt laden en glazen apparaten uit het apparaat nemen.
Zo hebt u plaats voor grote levensmiddelen zoals gevogelte,
vlees, delen van groot wild en hoog gebak. Deze kunnen
daardoor volledig worden ingevroren en verder worden
verwerkt.
uBelastingsgrenzen van de lades en glazen platen in acht
nemen (zie 9.1 Technische gegevens) .
7.11 Accessoires
7.11.1 Flessenhouder
Flessenhouder gebruiken
Fig. 40
uFlessenhouder op de flessen schuiven.
wFlessen vallen niet om.
Flessenhouder verwijderen
Fig. 41
uFlessenhouder volledig naar rechts tot de rand schuiven.
uVanaf de achterkant eruit halen.
8 Onderhoud
8.1 FreshAir-actiefkoolfilter
Het FreshAir-actiefkoolfilter bevindt zich in de lade boven de
ventilator.
De waarborgt een optimale luchtkwaliteit.
qActiefkoolfilter iedere 6 maanden vervangen.
Wanneer de herinnering is geactiveerd, vraagt een
bericht op het display u om het filter te vervangen.
qHet actiefkoolfilter kan bij het normale huisafval worden
gegooid.
Aanwijzing
Het FreshAir-actievekoolfilter is verkrijgbaar in de Liebherr-
Hausgeräte-shop op home.liebherr.com/shop/de/deu/
zubehor.html.
8.1.1 FreshAir-actiefkoolfilter verwijderen
Fig. 42
uLade vanaf de voorkant eruit trekken Fig. 42 (1).
uActiefkoolfilter verwijderen Fig. 42 (2).
8.1.2 FreshAir-actiefkoolfilter aanbrengen
Fig. 43
uActiefkoolfilter overeenkomstig afbeelding aanbrengen
Fig. 43 (1).
wActiefkoolfilter klikt niet vast.
Als het actiefkoolfilter naar onder wijst:
uLade erin schuiven Fig. 43 (2).
wHet actiefkoolfilter is nu gereed voor gebruik.
8.2 Uitschuifsystemen demonteren/
monteren
8.2.1 Opmerkingen over demontage
U kunt enkele uitschuifsystemen voor de reiniging demon‐
teren. Uw apparaat kan verschillende uitschuifsystemen
bevatten.
De volgende uitschuifsystemen kunnen worden gedemon‐
teerd of niet worden gedemonteerd:
Uitschuifsysteem demonteerbaar /
niet demonteerbaar
Lade op apparaatbodem of glasplaat niet demonteerbaar
Lade op glijrails niet demonteerbaar
8.3 Apparaat ontdooien
8.3.1 Koelgedeelte ontdooien
Het ontdooien gebeurt automatisch. Het dooiwater wordt
via de afvoeropening afgevoerd en verdampt.
Waterdruppels of een dun laagje vorst of ijs aan het achter
paneel zijn functioneel en volkomen normaal. Deze hoeven
niet verwijderd te worden.*
Onderhoud
* afhankelijk van model en uitvoering 19
Door de energie-geoptimaliseerde regeling van het apparaat
kan zich tussentijds ook een laagje vorst of ijs vormen.*
uAfvoeropening regelmatig reinigen (zie 8.4 Apparaat
reinigen) .
8.3.2 Vriesgedeelte met NoFrost ontdooien
Met NoFrost-systeem gebeurt het ontdooien automatisch.
Het vocht condenseert op de verdamper, wordt regelmatig
ontdooid en verdampt.
Het apparaat hoeft niet ontdooid te worden.
8.4 Apparaat reinigen
8.4.1 Voorbereiden
WAARSCHUWING
Gevaar voor elektrische schok!
uTrek de stekker van de koelkast uit het stopcontact of
onderbreek de stroomtoevoer.
WAARSCHUWING
Brandgevaar
uDe buisleidingen van het koelmiddelcircuit niet bescha‐
digen.
uApparaat leegmaken.
uNetstekker eruit halen.
-of-
uCleaningMode activeren. (zie CleaningMode)
8.4.2 Behuizing reinigen
LET OP
Ondeskundige reiniging!
Beschadigingen aan het apparaat.
uUitsluitend zachte poetsdoekjes en een ph-neutrale
allesreiniger gebruiker.
uGebruik geen schurende of krassende sponzen of
staalwol.
uGebruik geen scherpe, schurende, zand-, chloor- of zuur
houdende schoonmaakmiddelen.
WAARSCHUWING
Gevaar voor verwonding en beschadiging door hete stoom!
Hete stoom kan brandwonden veroorzaken en de opper
vlakken beschadigen.
uGebruik geen stoomreinigers!
uBehuizing met een zachte, schone doek schoonvegen.
Bij sterke vervuiling lauwwarm water met neutraal reini‐
gingsmiddel gebruiken. Glazen oppervlakken kunnen ook
met een glasreinigingsmiddel worden gereinigd.
8.4.3 Binnenruimte reinigen
LET OP
Ondeskundige reiniging!
Beschadigingen aan het apparaat.
uUitsluitend zachte poetsdoekjes en een ph-neutrale
allesreiniger gebruiker.
uGebruik geen schurende of krassende sponzen of
staalwol.
uGebruik geen scherpe, schurende, zand-, chloor- of zuur
houdende schoonmaakmiddelen.
uKunststof vlakken: met een zachte, schone doek, lauw‐
warm water en een beetje spoelmiddel met de hand
reinigen.
uMetalen vlakken: met een zachte, schone doek, lauw‐
warm water en een beetje spoelmiddel met de hand
reinigen.
uAfvoeropening: afzettingen verwijderen met een dun
hulpmiddel, bijv. wattenstaafje.
8.4.4 Droog achterpaneel reinigen*
U kunt het droge achterpaneel voor de reiniging verwijderen.
Achterpaneel verwijderen
uAlle uitrustingsstukken verwijderen.
Fig. 44
uMet beide handen het achterpaneel onderaan vastpakken
en tegelijkertijd krachtig naar beneden trekken.
uAchterpaneel aan de onderzijde naar voren lostrekken.
wAchterpaneel is verwijderd.
Als u het apparaat met uitgebouwd achterpaneel verder
gebruikt:
uD-Value op D2 instellen. (zie D-Value*)
Achterpaneel plaatsen
Fig. 45
uErvoor zorgen dat het apparaat volledig leeg is.
uAchterpaneel er van onder naar boven inschuiven.
uAchterpaneel aan de linkerzijde stevig naar achteren
duwen.
wAchterpaneel klikt hoorbaar vast.
uUitrustingsstukken aanbrengen.
uD-Value op D1 instellen. (zie D-Value*)
8.4.5 Uitrusting reinigen
LET OP
Ondeskundige reiniging!
Beschadigingen aan het apparaat.
uUitsluitend zachte poetsdoekjes en een ph-neutrale
allesreiniger gebruiker.
uGebruik geen schurende of krassende sponzen of
staalwol.
uGebruik geen scherpe, schurende, zand-, chloor- of zuur
houdende schoonmaakmiddelen.
Reinigen met een zachte, schone doek, lauwwarm water en
een beetje spoelmiddel:
- Deurafsteller
- Draagplateaus
- Deelbaar draagplateau*
Onderhoud
20 * afhankelijk van model en uitvoering
- VarioSafe*
- Deksel EasyFresh-Safe
- Schuiflade
Reinigen in de vaatwasser tot 60 °C:
- Flessenhouder
- Vasthouddeel deelbaar draagplateau*
- IJsblokjeshouder*
uUitrusting demonteren: zie betreffende hoofdstuk.
uUitrusting reinigen.
8.4.6 EasyTwist-Ice reinigen*
De reiniging moet worden uitgevoerd bij:
qEerste inbedrijfname
qNiet-gebruik langer dan 48 uur
qVereiste reiniging.
Bij eerste inbedrijfname, langdurig niet-gebruik of als
reiniging vereist is
Fig. 46
uWatertank Fig. 46 (1) en ijsblokjeslade Fig. 46 (2) verwij‐
deren.
uVrieslade met EasyTwist-Ice verwijderen.
Fig. 47
uLip Fig. 47 (1) indrukken, EasyTwist-Ice van achter optillen
en uit de vrieslade nemen.
Fig. 48
uLippen Fig. 48 (1) aan beide zijden van EasyTwist-Ice
gelijktijdig indrukken en de afdekking Fig. 48 (2) omhoog
verwijderen.
Fig. 49
uAlle lippen Fig. 49 (1) achtereenvolgens indrukken en de
afdekking Fig. 49 (2) verwijderen.
uIJsblokjeslade, watertank en EasyTwist-Ice met warm
water en een beetje afwasmiddel reinigen.
uEasyTwist-Ice monteren.
Fig. 50
Onderhoud
* afhankelijk van model en uitvoering 21
uDe assen Fig. 50 (1) van EasyTwist-Ice in de geleidingen
schuiven en de achterste zijde Fig. 50 (2) erin drukken tot
de lip vergrendelt.
uEasyTwist-Ice-lade erin schuiven.
WAARSCHUWING
Verontreinigd water!
Vergiftigingen.
uAlleen met drinkwater vullen.
uWatertank met water vullen en aanbrengen.
(zie 7.9.1 Waterreservoir vullen)
Met niet-gefilterd water:
uIJsblokjes die 24 uur na de eerste ijsblokjesproductie
worden gemaakt verwijderen.
Met gefilterd water:
uIJsblokjes die 48 uur na de eerste ijsblokjesproductie
worden gemaakt verwijderen.
8.4.7 Na het reinigen
uApparaat en uitrustingsdelen droogwrijven.
uApparaat aansluiten en inschakelen.
uSuperFrost inschakelen (zie 6.3 Functies) .
Wanneer de temperatuur voldoende koud is:
uLevensmiddelen plaatsen.
uReiniging regelmatig herhalen.
9 Klantenhulp
9.1 Technische gegevens
Temperatuurbereik
Koelen 2 °C tot 9 °C
Invriezen  -26 °C tot -15 °C
Maximale invrieshoeveelheid/24 h
Vriesgedeelte zie typeplaatje onder „invriescapaci‐
teit …/24 h
Maximaal laadgewicht van de uitrusting
Uitrusting Apparaat
breedte
550 mm
(zie monta‐
gehandlei‐
ding, appa‐
raatafme‐
tingen)
Apparaat
breedte
600 mm
(zie
montage‐
handlei‐
ding,
apparaa‐
tafme‐
tingen)
Apparaat
breedte
700 mm
(zie monta‐
gehandlei‐
ding, appa‐
raatafme‐
tingen)
Lade op glasplaat
(zie 7.5.1 Lade op
apparaatbodem of
glasplaat)
 12 kg  15 kg --
Product van ijsblokjes met EasyTwist-Ice*
Duur bij -18 °C ca. 5,5 uur
Duur als SuperFrost ingeschakeld is ca. 3 uur
Verlichting
Energie-efficiëntieklasse1Lichtbron
Dit product bevat een of meerdere lichtbronnen
van energie-efficiëntieklasse G.
LED
1 Het apparaat kan lichtbronnen met verschillende energie-
efficiëntieklassen bevatten. De laagste energie-efficiëntie‐
klasse is aangegeven.
9.2 Bedrijfsgeluiden
Het apparaat veroorzaakt tijdens de werking verschillende
loopgeluiden.
-Bij een lage koelcapaciteit werkt het apparaat zuiniger,
maar langer. De geluidssterkte is lager.
-Bij een krachtige koelcapaciteit worden levensmiddelen
sneller gekoeld. De geluidssterkte is hoger.
Voorbeelden:
Geactiveerde functies (zie 6.3 Functies)
Draaiende ventilator
Vers erin gelegde levensmiddelen
Hoge omgevingstemperatuur
Lang geopende deur
Geluiden Mogelijke oorzaak Type geluid
Borrelen en ruisen Koelmiddel
stroomt in het
koelcircuit.
Normaal
werkingsgeluid
Blazen en sissen Koelmiddel spuit in
het koelcircuit.
Normaal
werkingsgeluid
Brommen Het apparaat koelt.
De geluidssterkte
is afhankelijk van
de koelcapaciteit.
Normaal
werkingsgeluid
Zoemen en ruisen De ventilator
draait.
Normaal bedrijfs‐
geluid
Klikken Componenten
worden in- en
uitgeschakeld.
Normaal schakel
geluid
Ratelen of
zoemen
Ventielen of
klappen zijn actief.
Normaal schakel
geluid
Geluiden Mogelijke
oorzaak
Type geluid Oplossen
Trilling Ongeschikte
opbouw
Foutgeluid Apparaat met
stelvoeten
horizontaal
uitlijnen.
Klapperen Uitrusting,
Voorwerpen
aan de
binnenkant
van het
apparaat
Foutgeluid Uitrustings‐
delen beves‐
tigen.
Afstand
tussen de
voorwerpen
laten.
9.3 Technische storing
Uw apparaat is zo geconstrueerd en gemaakt dat de func‐
tionele veiligheid en een lange levensduur gegarandeerd
zijn. Mocht er tijdens het bedrijf toch een storing optreden,
controleer dan a.u.b. of de storing te wijten is aan een
bedieningsfout. In dat geval moet u tijdens de garantiepe‐
riode de ontstane kosten zelf betalen.
Klantenhulp
22 * afhankelijk van model en uitvoering
De volgende storingen kunt u zelf oplossen. 9.3.1 Apparaatfunctie
Probleem Oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt
niet.
Het apparaat is niet ingeschakeld. uApparaat inschakelen.
De netstekker zit niet correct in het
stopcontact.
uDe netstekker controleren.
De zekering van de netstekker is
niet in orde.
uZekering controleren.
Stroomuitval uApparaat gesloten houden.
uLevensmiddelen beschermen: Koelaccu's boven op de
levensmiddelen leggen of een decentrale vrieskast
gebruiken als de stroomuitval langer duurt.
uOntdooide levensmiddelen niet meer invriezen.
De apparaatstekker is niet correct
in het apparaat gestoken.
uApparaatstekker controleren.
Temperatuur is
niet voldoende
koud.
De apparaatdeur is niet correct
gesloten.
uApparaat sluiten.
De be- en ontluchting is niet toerei‐
kend.
uVentilatieroosters vrijmaken en reinigen.
De omgevingstemperatuur is te
hoog.
uProbleemoplossing: (zie 1.4 Toepassingsgebied van het
apparaat) .
Het apparaat werd te vaak of te
lang geopend.
uAfwachten of de gewenste temperatuur zichzelf weer
instelt. Indien dit niet het geval is, contact met de klan‐
tenservice opnemen (zie 9.4 Klantenservice) .
Er werden grote hoeveelheden
verse levensmiddelen zonder
SuperFrost erin gelegd.
uProbleemoplossing: (zie SuperFrost)
De temperatuur is verkeerd inge‐
steld.
uStel de temperatuur lager in en controleer deze na 24
uur.
Het apparaat staat te dicht bij een
warmtebron (fornuis, verwarming
enz.).
uVerander de standplaats van het apparaat of van de
warmtebron.
Het deurrubber is
defect of moet om
een andere reden
worden vervangen.
Het deurrubber kan worden
vervangen. Er kan zonder gereed‐
schap een nieuw deurrubber
worden geplaatst.
uNeem contact op met de Technische Dienst (zie 9.4 Klan‐
tenservice) .
Het apparaat
is bevroren
of er heeft
zich condenswater
gevormd.
Het deurrubber kan uit de groef
geschoven zijn.
uHet deurrubber op een correcte passing in de groef
controleren.
Het apparaat is
aan de buitenkant
warm*.
De warmte van het koelcircuit
wordt ter voorkoming van condens‐
water gebruikt.
uDit is normaal.
9.3.2 Uitrusting
Probleem Oorzaak Oplossing
De binnenverlich‐
ting brandt niet.
Het apparaat is niet ingeschakeld. uApparaat inschakelen.
De deur was langer dan 15 min.
open.
uDe binnenverlichting schakelt zich bij een geopende
deur na ca. 15 min. automatisch uit.
De LED-verlichting is defect of de
afdekking is beschadigd.
uContact opnemen met de klantenservice (zie 9.4 Klan‐
tenservice) .
Klantenhulp
* afhankelijk van model en uitvoering 23
9.4 Klantenservice
Controleer eerst of u de fout zelf kunt oplossen (zie 9 Klan‐
tenhulp) . Als dit niet het geval is, dient u contact op te
nemen met de klantenservice.
Het adres staat in de bijgevoegde brochure „Liebherr-
Service”.
WAARSCHUWING
Ondeskundige reparatie!
Verwondingen.
uReparaties en ingrepen aan het apparaat en de stroom‐
aansluiting die niet uitdrukkelijk genoemd worden
(zie 8 Onderhoud) , uitsluitend door de Technische Dienst
laten uitvoeren.
uBeschadigde netaansluiting alleen door de fabrikant, de
klantenservice of een dergelijk gekwalificeerde persoon
laten vervangen.
uBij apparaten met stekker voor koelapparaten mag ook de
klant zelf de vervanging uitvoeren.
9.4.1 Contact met de klantenservice opnemen
Zorg ervoor dat u de volgende informatie van het apparaat
ter beschikking heeft:
qApparaataanduiding (model en index)
qServicenr. (Service)
qSerienr. (S-Nr.)
uApparaatgegevens via het display oproepen (zie Info) .
-of-
uApparaatgegevens van het typeplaatje lezen
(zie 9.5 Typeplaatje) .
uApparaatinformatie noteren.
uContact met de klantenservice opnemen: Fout en appa‐
raatinformatie mededelen.
wDit maakt een snelle en doelgerichte service mogelijk.
uOverige aanwijzingen van de klantenservice opvolgen.
9.5 Typeplaatje
Het typeplaatje bevindt zich aan de achterkant van de
schuifladen, aan de binnenkant van het apparaat.
Fig. 51
(1) Apparaatbeschrijving (3) Serienr.
(2) Servicenr.
uInformatie van het typeplaatje lezen.
10 Buiten bedrijf stellen
uApparaat leegmaken.
uApparaat uitschakelen .
uNetstekker eruit halen.
uIndien nodig de apparaatstekker eruit halen: Eruit halen
en gelijktijdig van links naar rechts bewegen.
uApparaat reinigen (zie 8.4 Apparaat reinigen) .
uDeur open laten, zodat geen slechte geur kan ontstaan.
11 Afvalverwijdering
11.1 Apparaat op afvoer voorbereiden
Liebherr maakt bij sommige apparaten gebruik
van batterijen. In de EU is het nu voor de
consument wettelijk verplicht deze batterijen
voor de afvoer van apparaten te verwijderen.
Als uw apparaat batterijen bevat, wordt dit op
het apparaat aangegeven.
Lampen Als u lampen zelfstandig en zonder kapot te
maken kunt verwijderen, verwijder deze dan
eveneens voor het voeren.
uApparaat buiten bedrijf stellen.
uApparaat met batterijen: verwijder batterijen. Beschrij‐
ving zie hoofdstuk Onderhoud.
uIndien mogelijk: verwijder lampen zonder deze kapot te
maken.
11.2 Apparaat volgens milieuvoor
schriften afvoeren
Het apparaat bevat waardevolle
materialen en moet gescheiden
van het ongesorteerde, huishou‐
delijke afval worden afgevoerd.
Voer batterijen gescheiden van
het apparaat af. Batterijen
kunnen gratis worden ingeleverd
bij de winkel en bij andere inle‐
verpunten zoals het gemeente‐
lijk depot en de chemokar.
Lampen Lever gedemonteerde lampen in
bij een daarvoor bestemd inle‐
verpunt.
Voor Duitsland: U kunt het apparaat gratis inle‐
veren bij de milieustraat. Bij de
aankoop van een nieuwe koel‐
kast of vriezer en een verkoop‐
oppervlak > 400 m2 neemt de
dealer het oude apparaat ook
gratis terug.
WAARSCHUWING
Vrijkomend koudemiddel en olie!
Brand. Het gebruikte koelmiddel is milieuvriendelijk maar
wel brandbaar. De gebruikte olie is ook brandbaar. Vrij‐
komend koelmiddel en vrijkomende olie kunnen bij hoge
concentratie en in contact met een externe warmtebron
ontvlammen.
uBuisleidingen van de koelmiddelkringloop en compressor
niet beschadigen.
uVoer het apparaten af zonder het te beschadigen.
uVoer batterijen, lampen en het apparaat af zoals hier
boven beschreven.
Buiten bedrijf stellen
24 * afhankelijk van model en uitvoering
Afvalverwijdering
* afhankelijk van model en uitvoering 25
home.liebherr.com/fridge-manuals
Koel-vriescombinatie
Datum van uitgave: 20230512 Artikelnr.-index: 7080434-01
Liebherr-Hausgeräte Marica EOOD
Bezirk Plovdiv
4202 Radinovo
Bulgarien
3


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for Liebherr CNpcd 5723 at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of Liebherr CNpcd 5723 in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 4.24 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

Others manual(s) of Liebherr CNpcd 5723

Liebherr CNpcd 5723 User Manual - English - 26 pages

Liebherr CNpcd 5723 User Manual - German - 26 pages

Liebherr CNpcd 5723 User Manual - French - 26 pages


The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info