Gegevens sorteren
Sorteren in Calc schikt de cellen in een blad met de opgegeven sorteringscriteria. Er kunnen
meerdere criteria worden gebruikt, waarbij de criteria na elkaar worden toegepast. Sorteren is
handig als u naar een bepaald item zoekt en wordt nog krachtiger nadat u de gegevens hebt
gefilterd.
Sorteren is ook handig als u nieuwe informatie in uw werkblad toevoegt. Bij een lang werkblad is
het vaak eenvoudiger om nieuwe informatie onderaan het werkblad toe te voegen, in plaats van
rijen op de juiste plaats in te voegen. Nadat u de informatie hebt toegevoegd, kunt u sorteren om
de volgorde op het blad bij te werken.
Voor meer informatie over het sorteren van gegevens en de beschikbare sorteringsopties, zie
Hoofdstuk 2, Gegevens invoeren, bewerken en opmaken, in de Handleiding voor Calc.
Om cellen in het werkblad te sorteren:
1) Selecteer de te sorteren cellen.
2) Ga naar Gegevens > Sorteren op de Menubalk om het dialoogvenster Sorteren te
openen (Afbeelding 39).
3) Kies de sorteringscriteria in de keuzelijst. De lijsten worden gemaakt vanuit de
geselecteerde cellen.
4) Kies oplopende volgorde (A-Z, 1-9) of aflopende volgorde (Z-A, 9-1).
5) Klik op OK en het sorteren wordt in uw werkblad uitgevoerd.
Formules en functies gebruiken
U zult meer in uw werkblad nodig hebben dan cijfers en tekst. Vaak hangt de inhoud van een cel af
van de inhoud van andere cellen. Formules zijn vergelijkingen die getallen en variabelen gebruiken
om een uitkomst te verkrijgen. Variabelen worden in cellen geplaatst om vergelijkingen die
gegevens nodig hebben te ondersteunen.
Een functie is een voorgedefinieerde berekening die in een cel wordt geplaatst om u te helpen met
het analyseren of manipuleren van gegevens. Het enige wat u moet doen is de argumenten
invoeren en de berekening wordt automatisch voor u uitgevoerd. Functies helpen u formules te
maken die nodig zijn om de resultaten die u zoekt te verkrijgen.
Zie Hoofdstuk 7, Formules en functies, van de Handleiding voor Calc voor meer informatie.
48 | Kennismaken met Calc