De telefoon inschakelen en uitschakelen
1. Houd de toets [EINDE] ingedrukt totdat de telefoon wordt ingeschakeld.
2. Als u de telefoon wilt uitschakelen, houdt u de toets [EINDE] ingedrukt
totdat de Uit-afbeelding wordt weergegeven.
Een oproep plaatsen
1. Voer een telefoonnummer in, inclusief het netnummer.
2. Druk op de toets [VERZENDEN] om het nummer te bellen.
3. Als u klaar bent, drukt u op de toets [EINDE].
Een oproep beantwoorden
1. Als de telefoon overgaat en het telefoonpictogram knippert op het scherm, drukt
u op de toets
[Verzenden] of op de linker softkey om de oproep te beantwoorden.
2. Als de menuoptie Een toets (menu 6.4.2.2) is ingesteld, kunt u met elke toets een
oproep beantwoorden behalve met de toets [Einde] of de rechter softkey.
3. Druk op de toets [Einde] om het gesprek te beëindigen.
Opmerking:
Nadat het gesprek is geëindigd, keert de telefoon terug naar de stand-
bymodus.
Een internationale oproep plaatsen
1. Houd de toets
ingedrukt om de internationale toegangscode in te voeren.
Het teken '+' wordt gebruikt als voorvoegsel voor een internationaal nummer.
2. Voer vervolgens het landnummer, het netnummer en het telefoonnummer in.
3. Druk op de toets [Verzenden] om het nummer te bellen.
Menu en opties
Uw telefoon biedt een aantal functies waarmee u de telefoon kunt aanpassen.
Deze functies zijn gerangschikt in menu's en submenu's die u kunt bereiken via de
linker en rechter softkeys.
De tekst onder aan het scherm, direct boven de softkeys, geeft aan welke functie
de toetsen op dat moment vervullen.