• Lexmark premiumfotopapier: zwaarder fotopapier dat speciaal is ontworpen voor een goede hechting met
Lexmark inkten voor oogverblindende resultaten. Het papier droogt snel en levert zelfs bij verzadigde
afbeeldingen geen uitloop op.
• Transparant: doorzichtig, plastic afdrukmateriaal dat vooral wordt gebruikt voor overheadprojectors.
• Wenskaarten: erg dik papier dat wordt gebruikt voor het afdrukken van stugge items, zoals wenskaarten.
• Opstrijktransfer: afdrukmateriaal waarop een omgekeerde afbeelding kan worden afgedrukt, die vervolgens
op stof kan worden gestreken.
Enveloppen afdrukken
1 Plaats de enveloppen in de printer.
2 Open het gewenste bestand en klik op Bestand Druk af.
3 Klik op Eigenschappen, Voorkeuren, Opties of Instellen.
4 Kies Afdrukken op een envelop in het menu Taken.
5 Selecteer in de lijst met envelopformaten het formaat van de enveloppen die in de printer zijn geplaatst.
6 Selecteer de afdrukstand Staand of Liggend.
Opmerkingen:
• Voor de meeste enveloppen wordt de afdrukstand Liggend gebruikt.
• Zorg dat u in de toepassing dezelfde afdrukstand hebt geselecteerd.
7 Klik op OK om alle geopende dialoogvensters van de printersoftware te sluiten.
8 Klik op OK of Afdrukken.
Wenskaarten, indexkaarten, fotokaarten en briefkaarten afdrukken
1 Wenskaarten, indexkaarten, fotokaarten of briefkaarten in de printer plaatsen
2 Open het gewenste bestand en klik op Bestand Druk af.
3 Klik op Eigenschappen, Voorkeuren, Opties of Instellen.
4 Een instelling voor Kwaliteit/snelheid selecteren.
Selecteer Foto voor foto's en wenskaarten en Normaal voor andere kaartsoorten.
5 Selecteer het tabblad Papierinstellingen.
6 Selecteer Papier.
7 Selecteer een kaartformaat in de lijst Papierformaat.
8 Klik op OK.
9 Klik op OK of Afdrukken.
Opmerkingen:
• Duw de kaarten niet te ver in de printer om te voorkomen dat het papier vastloopt.
• Verwijder de afzonderlijke kaarten zodra ze uit de printer komen en laat de kaarten drogen voordat u ze op
elkaar legt. Hiermee voorkomt u vlekken op de kaarten.
70