20
AANBRENGEN VAN DE DRAAGRIEM
EN DE OCULAIR-BESCHERMDOP
(Zie ook foto’s 1a/1b op de achterste omslag)
Let erop dat de draagriem twee lussen heeft:
– een korte voor bevestiging aan het oog van de mono-
cular
– een lange voor bevestiging aan de oculair-bescherm-
dop
INSTELLEN VAN DE OOGSCHELP/
GEBRUIK MET EN ZONDER BRIL
De oculair-oogschelp (1) is verschuifbaar� Voor waarne-
ming zonder bril moet deze uitgetrokken (1a) –, voor
waarneming met bril ingeschoven worden (1b)�
INSTELLEN VAN DE SCHERPTE
De instelling van de scherpte op objecten met ver -
schillende afstanden vindt plaats met de focusseringsring
(3)�
GEBRUIK VAN DE LENS VOOR DICHTBIJ
De LEICA MONOVID 8x20 kan ook voor de waarneming
van voorwerpen in de buurt worden gebruikt� De lens voor
dichtbij (5) in de leveringsomvang wordt daarvoor in de
binnendraad (5a) van het monocular-objectief
geschroefd (rechtsom)� Er ontstaat afhankelijk van de
stand van de focusseringsring dan een observatie afstand
van ca� 25–30cm bij dezelfde vergroting�