Onderhoud / 183
Voor geheugenkaarten
• Zolang een opname wordt opgeslagen of de geheu-
genkaart wordt uitgelezen, mag deze niet worden
verwijderd, de camera mag niet worden uitgescha-
keld en niet aan trillingen worden blootgesteld.
• Geheugenkaarten moeten voor de veiligheid in
principe uitsluitend in het meegeleverde gele, anti-
statische foedraal worden bewaard.
•Bewaar geheugenkaarten niet waar ze aan hoge
temperaturen, direct zonlicht, magneetvelden of
statische ontlading zijin blootgesteld.
• Laat de geheugenkaart niet vallen en buig deze
niet, omdat deze anders beschadigd kan worden en
de opgeslagen gegevens verloren kunnen gaan.
•Verwijder de geheugenkaart in principe als u de
camera langere tijd niet gebruikt.
•Raak de aansluitingen aan de achterzijde van de
geheugenkaart niet aan en houd ze vrij van vuil,
stof en vocht.
•Het is raadzaam geregeld de geheugenkaart te for-
matteren, omdat bepaalde restbestanden (begelei-
dende informatie voor vooral geluidsopnamen)
enige geheugencapaciteit kunnen opeisen.
Bewaren
•Verwijder voor het bewaren van de camera in
principe de batterij en geheugenkaart.
•Bewaar de camera bij voorkeur in een gesloten en
gestoffeerd foedraal, zodat niets er tegenaan kan
schuren en stof op afstand wordt gehouden.
•Bewaar de camera op een plaats die beschermd is
tegen hoge temperaturen en vocht. De camera
moet bij gebruik in een vochtige omgeving voor de
opslag beslist vrij zijn van ieder vocht.
•Bewaar de camera ter vermijding van schimmel-
vorming niet langere tijd in de leren tas.
Datastructuur op de geheugenkaart
Wanneer gegevens die op een kaart zijn opgeslagen
naar een computer moeten worden gekopieerd,
gebeurt dit met de volgende mapstructuur:
In de 100LEICA-, 101LEICA-mappen (enz.) kunnen
maximaal 999 opnamen worden opgeslagen.
• In de MISC-map kunnen opnamen met printtaak-
instellingen (DPOF) worden opgeslagen.
• In de PRIVATE1-map worden de animatiefilm-
bestanden opgeslagen