20
}
Of via spraakbediening:
Stel dat u de naam “Mark” wilt
bellen die in uw telefoonboek is
opgeslagen.
Druk op
‘
en zeg “Bel Mark” of
“Bel Mark mobiel” (in het
spraakcommando geeft het woord
“Mobiel” het soort nummer aan
dat u wilt bellen. U kunt ook de
woorden “Thuis”, “Werk” of
“Overig” gebruiken).
Als de naam wordt herkend, wordt
op het display de informatie weer-
gegeven die bij de naam (Mark in
het voorbeeld) hoort.
Als de persoon die u wilt bellen
slechts één telefoonnummer heeft,
vraagt het handsfreesysteem of u
die persoon wilt bellen. Om te bel-
len, zegt u “Ja” en anders “Nee”.
Als de persoon die u wilt bellen
meerdere telefoonnummers heeft,
vraagt het systeem welk telefoon-
nummer u wilt bellen (bijvoor-
beeld: “Bel Mark werk of thuis?”).
Antwoord in dat geval door het ge-
wenste telefoonnummer aan te ge-
ven (bijvoorbeeld: “Thuis”).
Als de persoon die u wilt bellen (bij-
voorbeeld Mark) meerdere telefoon-
nummers heeft en het soort nummer
is niet aangegeven, dan toont het
systeem de naam en een lijst met de
betreffende telefoonnummers.
Om het weergegeven nummer te
bellen, zegt u “Bel”.
Als de door het systeem herkende
naam juist is, maar het nummer
niet het gewenste nummer is, kunt
u de andere in de lijst beschikba-
re telefoonnummers zien door op
N
of
O
te drukken. Als u het ge-
wenste nummer hebt gevonden,
drukt u op
ß
/MAIN of SOUR-
CE/OK om de oproep te verzenden.
Om het telefoongesprek te beëin-
digen, drukt u langer dan 1 se-
conde op
ß
/MAIN.
Tip
Als u een naam belt waar meerdere te-
lefoonnummers bij horen, geef dan in
het spraakcommando ook het soort
nummer aan (“Thuis”, “Werk”, “Mo-
biel”) dat u wilt bellen; op deze manier
kunt u het aantal stappen verminderen
dat nodig is om te bellen.
Een nummer bellen via
spraakbediening
}
Ga als volgt te werk om een tele-
foonnummer te bellen via spraak-
bediening:
Druk op
‘
en zeg “Kies
”.
Het systeem antwoordt met
“Het nummer, alstublieft”.
Spreek het telefoonnummer uit als
een reeks van afzonderlijke cijfers
(bijvoorbeeld: “0”, “1”, “2”, “3”,
“4”, “5”, “6”, “7”, “8”, “9”, “+”
(plus), “#” (hekje) of “*” (sterre-
tje).
Bijvoorbeeld: 0113290103 moet
worden uitgesproken als: “nul, een,
een, drie, twee, negen, nul, een, nul,
drie”.
Het systeem toont het herkende
nummer en spreekt het uit.
Als het nummer compleet is, zegt
u “Bel”. Als het nummer niet
compleet is, spreekt u de ontbre-
kende cijfers uit en zegt u “Bel”.