25
8) ELEKTRISCHE AANSLUITING
De elektrische aansluiting dient te worden
uitgevoerd conform de normen en de
bepalingen van de geldende wetgeving.
Alvorens u overgaat tot aansluiting moet u het
volgende controleren:
- De capaciteit van de elektrische installatie en van
de stopcontacten geschikt is voor het maximum
vermogen van het toestel (zie het etiket op het
onderste deel van de behuizing).
- Het stopcontact of de installatie is uitgerust met
een afdoende aarding volgens de normen en de
bepalingen van de actueel geldende wetgeving.
Wij wijzen elke verantwoordelijkheid af voor het
niet naleven van deze bepalingen.
Wanneer de aansluiting op het elektriciteitsnet
wordt uitgevoerd door middel van een
stopcontact:
- Monteer op de voedingskabel “C”, indien niet
voorzien, (zie afb. 11) een genormaliseerde
stekker die geschikt is voor de belasting die
vermeld staat op het etiket. Sluit de draden aan
volgens het schema van afb. 11 en let op de
hieronder gegeven overeenkomsten:
Letter L (fase) = bruine draad;
Letter N (neutraal) = blauwe draad;
Symbool aarde = groen-gele draad.
- De voedingskabel moet zodanig geplaatst worden
dat hij op geen enkel punt een overtemperatuur
van 70 K bereikt.
- Gebruik voor de aansluiting geen reducties,
verloopstukken of aftakstekkers, aangezien zij
slechte contacten kunnen veroorzaken met als
gevolg gevaarlijke oververhitting.
Wanneer de aansluiting rechtstreeks op het net
wordt uitgevoerd:
- Plaats tussen het toestel en het net een
meerpolige schakelaar, afgestemd op de
belasting van het toestel, met een opening
tussen de contacten van minstens 3 mm.
- Denk eraan dat de aardkabel niet onderbroken
mag worden door de schakelaar.
- Als alternatief kan de elektrische aansluiting ook
worden beschermd met een
differentiaalschakelaar met hoge gevoeligheid.
Wij raden u sterk aan de groen-geel gekleurde
aarddraad vast te maken aan een efficiënte
aardinstallatie.
AANWIJZINGEN:
Wij wijzen de installateur erop dat het toestel
van het type Y is. Bovendien moeten de
wanden en de oppervlakken die aan de
kookplaat grenzen of er rond staan kunnen
weerstaan aan een overtemperatuur van 70 K.
Al onze toestellen zijn ontworpen en
gebouwd volgens de Europese normen
EN 60 335-1 en EN 60 335-2-6 en betreffende
amendementen.
Het toestel is conform de voorschriften van de
Europese Richtlijnen:
- EEG 89/336 + 92/31 + 93/68 betreffende de
elektromagnetische compatibiliteit.
- EEG 73/23 + 93/68 betreffende de elektrische
veiligheid.
INSTALLATIE
AFB. 11