Met de instelwielen kunt u de cursor door de menu’s ver-
plaatsen. Met het voorste instelwiel verplaatst u de cursor
omhoog en omlaag. Met het achterste instelwiel verplaatstt
u de cursor naar links en rechts.
Camera-info
Flash mode Fill-flash
Flitsregeling ADI flash
Power ratio 1/1
Setup
0.3Ev/3frames
0.3Ev/3frames
Setup
Bracket order
Inst.Playback 2 sec.
Setup Image & info.
Noise reductn On
–Interval
Image size L: 3008x2000
Quality Fine
Color mode Natural: sRGB
Digital FX –
–
Reset
Gebruik de links/rechts-toetsen van de stuureenheid om de
gewenste menu-tab te doen oplichten; als een andere tab wordt
geselecteerd verandert het menu.
64
Opnamemenu
In de opnamestand drukt u op de menu-toets om het menu te openen en te sluiten. Gebruik de vier-
wegtoetsen van de stuureenheid en de instelwielen om de cursor in het menu te verplaatsen. Druk op
de centrale toets van de stuureenheid om een instelling te openen.
Wordt het gewenste menudeel weergegeven, gebruik dan de op/neer-toetsen om door de
menu-opties te scrollen. Laat de optie oplichten waarin u iets wilt veranderen.
Druk nu op de rechts-toets van de stuureenheid om de instellingen te zien; de huidige
instelling wordt met een pijl aangegeven. Om terug te keren naar de menu-opties moet u
op de links-toets te drukken.
Gebruik de op/neer-toetsen om het onderdeel te markeren. Verschijnt ‘Enter’, druk dan op
de centrale toets om het volgende scherm te openen.
Druk op de centrale toets van de stuureenheid om de oplichtende instelling te selecteren.
Is een instelling eenmaal geselecteerd, dan keert de cursor terug naar de menu-opties en de nieuwe
instelling wordt getoond. Veranderingen blijven mogelijk. Druk op de menu-toets om terug te keren
naar de opnamestand.
NAVIGEREN DOOR HET OPNAMEMENU
Activeer het opnamemenu met de menu-toets. Tab 1 bovenin het
menu wordt gemarkeerd.
OPNAMEMENU
65
Instellen resolutie (blz. 66).
Bestandstype en compressie instellen (blz. 66).
Flitsstand ingebouwde flitser regelen (blz. 71).
Automatische of handmatige flitssturing (blz. 75).
Functies opnamestand instellen (blz. 70).
Instellen en starten intervalopname (blz. 78).
Instelling voor belichtingsbracketing (blz. 70).
Foto’s na de opname weergeven (blz. 77).
Kleurinstelling en kleurruimte instellen (blz. 68).
Ruisonderdrukking op lange tijdopnamen toepassen (blz. 77).
Instelling voor flitsbracketing (blz. 70).
Bracketingvolgorde instellen (blz. 70).
Instelling contrast, verscherping, verzadiging en kleurtoon (blz. 69).
Handmatige instelling flitsvermogen (blz. 76).
Instelling voor directe weergave (blz. 77).