BEDIENINGSPANEEL
A: START/STOP voor het opstarten of stopzetten van de geselecteerde cyclus
B1: selecteer de cyclus snel afkoelen met “ingestelde tijd” met een door de fabrikant ingestelde duur van
1:30 (uren:minuten). Stel de tijd door een aantal keer op de toets te drukken op 0:30 (uren:minuten)
of op 1:00 (uren:minuten) in.
B2: selecteer de cyclus snel afkoelen die door het meten van de temperatuur aan de binnenkant
van het voedsel met behulp van de temperatuurmeter wordt geregeld.
C1: selecteer de cyclus invriezen met “ingestelde tijd” met een door de fabrikant ingestelde duur van
4:00 (uren:minuten). Stel de tijd in op 1, 2 of 3 uur door een aantal keer te drukken op de toets te
drukken.
C2: electeer de cyclus snel invriezen die door het meten van de temperatuur aan de binnenkant
van het voedsel met behulp van de temperatuurmeter wordt geregeld
D: selecteer de cyclus “DRANKEN AFKOELEN”. Stel de tijd voor het afkoelen in op 5, 10 of 15
minuten door een aantal keer op de toets te drukken. De ingestelde tijd is zichtbaar op het display H.
E: Symbool dat de functionering met “ingestelde tijd” met de door de gebruiker ingestelde duur
aangeeft
F: Display voor het aangeven van de ingestelde waarde tijdens de functionering met “ingestelde tijd” of
van de temperatuur die de temperatuurmeter aan de binnenkant van het levensmiddel meet
H: Display voor het aangeven van de luchttemperatuur aan de binnenkant van de cel.
G: Symbool voor de functionering met de “temperatuurmeter”.
L: Symbool voor de functionering van de luchttemperatuurmeter