10 – Mastertig aC/DC 2000, 2500, 2500W, 3500W/0701 © keMppi oy
Lasstroombereik Elektrode Gasmondstuk Gasdebiet
DC¯ WC20 Argon
A ø mm Nummer ø mm l / min
5...80 1,0 4/5 6,5/8,0 5...6
70...140 1,6 4/5/6 6,5/8,0/9,5 6...7
140...230 2,4 6/7 9,5/11,0 7...8
225...350 3,2 7/8 11,0/12,5 8...10
330...350 4 10 16 10...12
Keuzetabel voor DC¯-lassen (illustrtief)
Lasstroomberiek AC Elektrode Gasmondstuk Gasdebiet
min. min. maks.
WC20 Argon
A A A ø mm Nummer ø mm l / min
15 25 90 1,6 4/5/6 6,5/8,0/9,5 6...7
20 30 150 2,4 6/7 9,5/11,0 7...8
30 45 200 3,2 7/8/10 11,0/12,5/16 8...10
40 60 350 4,0 10/11 16/17,5 10...12
2.9. TIG AC¯ -LASSEN
Wisselstroomlassen wordt gebruikt voor het lassen van aluminium. Bij AC-lassen is het gebruik
van elektrode WC20 (grijs) of een zuivere wolfraamelektrode (groen) aanbevolen.
2.9.1. Balansregeling
Bij lassen met wisselstroom wordt de verhouding tussen de positieve en negatieve halve cycus
de “balans” gemnoemd. Met de balansregeling kan de warmteverdeling tussen elektrode en
werkstuk beïnvloed worden. Als de balans positief is (dit wil zeggen dat het positieve deel van
de cyclus langer duurt dan de negatieve) wordt er meer warmte naar de elektrode gevoerd dan
naar het werkstuk. Het omgekeerde betekent dus dat het negatieve deel van de cyclus langer
duurt dan de positieve en dat het werkstuk warmer wordt dan de elektrode. Mastertigs AC/DC
hebben een ingebouwde balansregeling, die automatisch zorgt voor de ideale balansinstelling.
Al wat de gebruiker moet doen is de balans instellen in functie van de elektrodediameter; de
machine zorgt dan voor de balansregeling bij stroomvariaties.
Automatische balansregeling zorgt voor 2 voordelen ivm een cnstante balans:
- Bij AC¯-lassen kan zowel met een ronde als scherpe punt gealst worden. Tijdens het lassen
zorgt de machine voor een ronde elektrodepunt.
- Het stroombereik van de elektrode wordt uitgebreid: de minimaal te gebruiken lasstroom
wordt verlaagd en de maximaal te gebruike lasstroom wordt verhoogd.
Met de automatische balansregeling kan U kiezen voor een
scherpe punt als er gelast moet worden in een nauwe hoek of als
er een smalle naad gelegd dient te worden. Met een scherpe ele-
ktrode verkrijgt men een diepere inbranding . Een vaak voorko-
mende toepassing hiervan is de hoeknaad.
Bij gebruikmaking van een afgeronde elektrodepunt is de boog
breed en de oppervlakte die “gereinigd”wordt is dus breder. Een
vaak voorkomende toepassing zijn stompe naden.
De tabel en de schaalverdeling op het paneel zijn gebaseerd op het gebruik van een WC20-ele-
ktrode (girjs). Bij het gebruik van zuiver Wolfram (groen) zal de punt afronden.