5.4.4 Toepassing 4
Toepassing voor ruimtekoeling en -verwarming met een standaard bediening (of optionele wandbediening) die is aangesloten op het toestel.
De verwarming wordt geleverd via de vloerverwarmingsspiralen. De koeling wordt alleen via de ventilatortoestellen geleverd. Een 3-
richtingsklep wordt gebruikt om de richting van de waterstroom te veranderen wanneer de bedrijfsmodus wordt gewijzigd.
Gemotoriseerde 3-richtingsklep
(veldstroomtoevoer, veldbediening)
9 Balansketel (veldstroomtoevoer)
9.1 ontluchtingsklep
9.2 afvoerklep
OPMERKING:
Als het volume van de balansketel (9) groter is dan 30 L, is het buffervat (8) niet nodig. Zo niet, dan dient een
buffervat te worden geïnstalleerd en dient het totale volume van de balansketel en het buffervat groter te zijn dan
30 L. De afvoerklep (6) dient te worden geïnstalleerd op de laagste plek van het systeem Een onafhankelijke
backupverwarming kan worden geselecteerd en geïnstalleerd, waardoor er een extra verwarmingsbron is en het
systeem beter functioneert bij een lage omgevingstemperatuur.
De 3-richtingsklepbesturing heeft veldbediening nodig, het toestel beschikt niet over een besturingsfunctie.
Onder normale omstandigheden is poort A geopend, wanneer er een signaal wordt gestuurd naar de 3-richtingsklep (16), is poort A
gesloten en poort B geopend. In de koelingsmodus wordt er een AAN-signaal gestuurd naar de 3-richtingsklep (16), stroomt het koude
water door de poortinlaat naar poort B, en poort B dient aangesloten te zijn op de ventilatorconvectoren. In de verwarmingsmodus
stroomt het warme water door de poortinlaat naar poort A, en poort A dient verbonden te zijn met de vloerverwarmingsspiralen. Op deze
manier stroomt al het warme water van het toestel door de vloerverwarmingsspiralen en verzekert dus van een betere prestatie van de
vloerverwarming.
17