De projector positioneren12
Wanneer u de positie van het scherm en de projector bepaalt, dient u rekening te
houden met de grootte van het geprojecteerde beeld én met de verticale hoek.
Deze zijn beide afhankelijk van de afstand tot het scherm.
Bepaal aan de hand van de tabel met schermgrootten (4:3) de ideale positie van de
projector. U dient rekening te houden met de loodrechte horizontale afstand tot het
midden van het scherm (projectieafstand) en met de verticale hoek van de
projector ten opzichte van de horizontale rand van het scherm.
De positie van de projector bij een bepaalde
schermgrootte bepalen
1. Selecteer de schermgrootte.
2. Zie de tabel en zoek de de schermgrootte die het dichtst de grootte van uw
scherm benadert in de linkerkolommen met de naam "4:3 schermdiagonaal".
In de tweede kolom vindt u in dezelfde rij de overeenkomstige gemiddelde
afstand tot het scherm onder "Aanbevolen projectieafstand tot scherm in mm".
Dit is de projectieafstand.
3. In de rechterkolom vindt u in dezelfde rij de verticale hoek. Zo bepaalt u de
uiteindelijke verticale hoek van de projector ten opzichte van de rand van het
scherm.
4. De aanbevolen positie voor de projector is loodrecht op het horizontale
midden van het scherm, op de afstand van het scherm die u in stap 2 hebt
bepaald, en in de hoek die u in stap 3 hebt bepaald.
Als u bijvoorbeeld een scherm van 274,32 cm gebruikt, is de aanbevolen
projectieafstand 1,459 mm bij een verticale hoogte van 165 mm.
Als u de projector in een andere dan de aanbevolen positie plaatst, dient u deze
omhoog of omlaag te kantelen om het beeld te centreren op het scherm. In deze
gevallen kan het beeld enigszins vervormd raken. U kunt de vervorming corrigeren
met de Keystone-functie. Zie "Keystone corrigeren" op pagina 33 voor details.