31
Huidige lamp: (alleen IN5532/IN5534) bepaalt welke lamp(en) in gebruik is/
zijn.
Auto lampschak.: (alleen IN5532/IN5534) bepaalt wanneer de projector van
lamp wisselt. Mogelijkheden zijn: bij een problem, bij het starten, of na een
vooraf ingesteld aantal uren.
Stroom Geluiden: bepaalt of de projector een geluid maakt bij in- en
uitschakelen.
Ingebouwde luidsprekers: laat de gebruiker de interne luidsprekers in- of
uitschakelen.
Audio-ingangen: wijs een audio-ingang toe aan een specifiek video/computer
bron-ingang. (De standaardinstellingen zijn als volgt: Audio 1 wordt
gebruikt met VGA 1; Audio 2 wordt gebruikt met VGA 2 en RGBHV/
YPbPr; Audio 3 wordt gebruikt met Component; Audio 4 wordt gebruikt
met S-video; Audio 5 wordt gebruikt met composiet.)
Druk op omhoog of omlaag om de bron te markeren die u wilt wijzigen en
vervolgens op selecteren of op de pijltjestoetsen naar links of rechts om de
audio-ingang van die bron te wijzigen. Druk op menu als u klaar bent.
Automatische Bron: Als deze functie is ingeschakeld, zoekt de projector
automatisch de geactiveerde ingang, waarbij eerst wordt gezocht op de Ing.
aanzetten. Als deze functie uit staat, kiest de projector standaard de ingang
die is gekozen bij Ing. aanzetten. U kunt een andere ingang kiezen door
handmatig eentje te kiezen door op de Source-toets op projector of
afstandsbediening te kiezen.
Stroombron: geef op welke ingang eerst bij het opstarten door de projector
gecontroleerd wordt op actieve video.
Snel kleuren vernieuwen: bestuurt de snelheid van het kleurenwiel.
Gesloten Titels: bestuurt de weergave van de ondertiteling terwijl het geluid
niet is gedempt. Als de instelling niet is uitgeschakeld en het geluid is niet
gedempt en de bron is NTSC en bevat ondertiteling in het geselecteerde
kanaal, geeft de projector de ondertiteling weer over het beeld heen.
Plafondmontage: keert het beeld ondersteboven voor projectie vanaf het
plafond.
Achterkant Project: draait het beeld om zodat u een doorzichtig scherm van
achteren kunt projecteren.
Auto Hoeksteen: past de verticale trapeziumvorming automatisch aan.
Voork. PC Screensaver: schakelt de schermbeveiliging van de computer uit.
De projector moet op de pc zijn aangesloten via een usb-kabel, anders werkt
deze functie niet.
Scherm zoeken: hiermee kunt u tijdens opstarten en als geen signaal wordt
gedetecteerd, een van de volgende opties weergeven in plaats van het
standaardscherm. De opties omvatten het fabriekslogo, een aangepast
beeld, of een blauw, zwart of wit scherm.
Neem momentopname…: Maakt een foto van het actuele beeld, die als
opstartscherm kan worden gebruikt.
Foto's uitschakelen: hiermee kan de gebruiker de mogelijkheid voor het
maken van foto's uitschakelen.
Toon Berichten: geeft statusberichten (zoals “Zoeken…”) linksonder de hoek
van het scherm weer.
Menu Offset: hiermee kunt u de positie veranderen van de schermmenu’s.
Menu Transparantie: hiermee kunt u aanpassen hoeveel van het beeld achter
het menu zichtbaar is. Als de waarde hoger is, is meer zichtbaar van het
beeld achter het menu.
Zoomelementen: hiermee kunt u de functie van de pijltjesknoppen
veranderen als het menu niet getoond wordt. Standaard gebuikt u de
pijltjestoetsen om naar een volgend dia te gaan in de modus Diavoorstelling
van PowerPoint. Om de pijltjestoetsen ook voor zoomen te gebruiken,
selecteert u Zoomelementen om de besturing van de vergroting in te
schakelen. Als nu het menu niet wordt getoond, kunt u op de knop Select
drukken om te schakelen tussen de vergrotingsniveaus (Magnify Level,
Magnify Horizontal Position en Magnify Vertical Position), en vervolgens
nogmaals op Select drukken om de zoomelementen uit te schakelen en de
pijltjesknoppen gebruiken om door de dia's te bladeren.