15
Introductie
Emissie
Om bij te dragen aan minder luchtvervuiling
beveelt HYUNDAI aan dat u brandstof geb-
ruikt met toegevoegde reinigingsmiddelen,
waardoor vorming van verbrandingsresten
in de motor wordt voorkomen. Deze brand-
stoffen zullen de motor helpen, schoner te
draaien en de prestaties verbeteren van het
Emissie Beheer Systeem.
Werking in het buitenland
Indien u uw voertuig in een ander land gaat
rijden, wees er zeker van dat:
• Alle voorschriften geraadpleegd worden
betreffende registratie en verzekering.
• Vastgesteld wordt dat de juiste brandstof-
fen beschikbaar zijn.
Brandstofadditieven
HYUNDAI adviseert het gebruik van goede
kwaliteit benzine die voldoet aan de
Europese brandstofnormen (EN228) of
hieraan gelijkwaardig. Voor klanten die niet
regelmatig benzine van een goede kwaliteit
met benzineadditieven gebruiken en prob-
lemen ondervinden met het starten van de
motor of dat deze niet soepel draait, advis-
eren wij een fles ad-ditieven toe te voegen
aan de brandstoftank elke 15.000 km (voor
Europa)/5.000 km (buiten Europa). Additie-
ven zijn leverbaar via uw geautoriseerde
HYUNDAI dealer samen met informatie
hoe deze te gebruiken.
Er is geen speciale inwerkperiode nodig.
Door gewoon een paar eenvoudige voor-
zorgsmaatregelen gedurende de eerste
1.000 km (600 mijl) op te volgendn, kunt
u ervoor zorgen dat uw voertuig beter
presteert, zuinger rijdt en langer mee
gaat.
• Ga niet racen in het voertuig.
• Houd tijdens het rijden de motorsnel-
heid (toerental, of omwentelingen per
minuut) tussen de 2000 en 4000.
• Rijd niet gedurende langere tijd de-
zelfde snelheid, of dit nu snel of lang-
zaam is. Het vari'ëren van de motor-
snelheid is noodzakelijk om de motor
goed in te werken.
• Vermijd abrupte stops, behalve in
noodgevallen, zodat de remmen goed
in kunnen werken.
• Laat de motor niet langer stationair
lopen dan 3 minuten in een keer.
• Laat de motor niet langer stationair lo-
pen dan 3 minuten in een keer.
INRIJDEN VAN HET VOERTUIG