22
• Een grondige reiniging van de inbouwmodule.
• Controle van het deurbeslag en evt. smering met kopervet (tekening B, 1).
• Vervanging van de veren in de automatiek en eventueel vervanging.
• Controle van de pakkingen. De pakkingen moeten worden vervangen als ze niet meer gaaf en soepel zijn.
• Controle van de veer voor de kettingtractie. Controleer of de tractie van de kettingen aan beide kanten
gelijk is en of de deur rondom goed aansluit.
• Controle en zo nodig vervanging van warmte-isolerend materiaal.
De inspectie moet door een erkende monteur worden verricht.
Gebruik alleen originele reserveonderdelen.
Reiniging
Voordat er geveegd wordt moet de regelstang helemaal naar links worden gezet om te voorkomen dat
er roet en as in de automaat terechtkomen.
Tekening C:
Verwijder de rookplaat (1). Schuif de plaat naar voren en til deze omhoog en iets opzij. Kantel een van
de zijkanten naar beneden. De plaat is nu los en kan uit de verbrandingskamer worden gehaald. Til de
stalen rookgeleidingsplaat (2) los van de haken en verwijder vervolgens de plaat.
Isolatie
Het effectieve maar poreuze isolatiemateriaal van de brandkamer kan mettertijd slijten of beschadigd raken.
Het barsten van het isolatiemateriaal heeft geen gevolgen voor de werking van de kachel. Het materiaal
dient echter vervangen te worden zodra de slijtage de helft van de oorspronkelijke dikte overschrijdt.
Mechanisme
Controleer de uitgangspositie van de voelarm. Het uitgangspunt bij een koude kachel is ca. 30° boven
waterpas. De voelarm moet gemakkelijk meegeven als u er tegen duwt, zowel bij een koude als warme
kachel. Bij een stijgende of dalende temperatuur, mag de voelarm niet haperen. De platen met luchtklep-
pen moeten droog en schoon zijn en zonder moeite in elkaar schuiven. De regelstangen en schuifplaat
moeten eventueel met WD40 (nooit met olie) worden gesmeerd.
Deurlift (Tekening B)
Het mechanisme van de deurlift bestaat uit een trekketting, die aan weerszijden van de kachel is
aangebracht,en een veer. Als de deur traagt beweegt, kan dit worden verholpen door de bussen van de
kettingwielen en de scharnieren van de deur (1) te smeren met kopervet (we raden aan dat deze 1100°
C aan moet kunnen). Dit moet één keer per jaar worden gedaan. Als de deur te langzaam blijft openen
kunt u de veer van het deurbeslag wat losser maken.
De veer kan op de volgende wijze losser worden gemaakt of worden gespannen:
Neem de inbouwmodule uit de inbouwcassette. Zorg ervoor dat de deur (3) naar de verbrandingskamer
dicht is. Zet het bij de houtkachel geleverde spangereedschap (4) op het tandwiel (5). Als de veer strak-
ker moet, zodat de deur langzamer sluit (of volledig open kan blijven staan), draait u het tandwiel (5) een
beetje met de klok mee. Dit doet u door het spangereedschap (4) tegen de klok in te draaien. Als de veer
losser moet, zodat de deur sneller sluit (of niet volledig open blijft staan), licht u de regelstang (6) op en
draait u het tandwiel (5) een beetje tegen de klok in. Dit doet u door het spangereedschap (4) met de
klok mee te draaien. BELANGRIJK! Houd het handvat van het spangereedschap (4) goed vast terwijl u
de vergrendelpen optilt. Bij het optillen van de vergrendelpen wordt veel gewicht en kracht overgebracht.