• Als het werkgebied een doorgang (B) heeft,
zorgt u ervoor dat de afstand tot de
begrenzingsdraad minimaal
2 m/6.5 ft is. Als
de doorgang kleiner is dan 2 m/6.5 ft, plaatst
u een geleidingsdraad door de doorgang.
De minimale doorgang tussen de
begrenzingsdraad is 60 cm/24 inch.
• Als het werkgebied gebieden heeft die met
kleine doorgangen (C) zijn verbonden,
wijzigt u de instellingen in
Tuindekking
. Zie
Tuindekking op pagina 26
.
• Gebruik de GPS-ondersteunde navigatie.
Zie
Tuindekking op pagina 26
.
• Indien het werkgebied een bijgebied (D)
omvat, raadpleegt u
Een bijgebied maken
op pagina 19
. Zet het product in het
bijgebied en selecteer
de modus Bijgebied
.
Zie
Bijgebied op pagina 33
.
3.4 Montage van het product
3.4.1 Laadstation monteren
WAARSCHUWING: Volg de nationale
voorschriften voor elektrische
veiligheid.
1. Lees en begrijp de instructies over het
laadstation. Zie
Onderzoeken waar het
laadstation moet worden geplaatst op
pagina 16
.
2. Plaats het laadstation in het geselecteerde
gebied.
3. Sluit de laagspanningskabel aan op het
laadstation.
4. Zet de voeding op een minimale hoogte van
30 cm/12 inch.
WAARSCHUWING: Zet de
voeding niet op een hoogte waar
er een risico bestaat dat deze in
het water komt te staan. Zet de
voeding niet op de grond.
WAARSCHUWING: Kapsel de
voeding niet in. Condenswater
kan de voeding beschadigen en
het risico op elektrische schokken
vergroten.
5. Sluit de voedingskabel aan op een
buitenstopcontact van 100-240 V.
WAARSCHUWING: Van
toepassing voor USA/Canada. Als
de voedingseenheid buiten is
opgesteld: Risico van elektrische
schok. Alleen aansluiten op een
afgedekt GFCI-stopcontact
(RCD), klasse A, dat voorzien is
van een behuizing die waterdicht
is, ongeacht of de kap van de
aansluitstekker is geplaatst.
6. Plaats de laagspanningskabel met staken in
de grond of graaf de kabel in. Zie
De draad
in positie zetten met staken op pagina 21
of
De begrenzingsdraad of geleidingsdraad
ingraven op pagina 22
.
7. Sluit de kabels aan op het laadstation. Zie
De begrenzingsdraad installeren op pagina
20
en
De begrenzingsdraad installeren op
pagina 20
.
8. Bevestig het laadstation aan de grond met
behulp van de bijgeleverde schroeven.
OPGELET: Het is niet toegestaan
om nieuwe gaten in de plaat van
het laadstation te maken.
OPGELET: Plaats uw voeten niet
in het laadstation.
3.4.2 De begrenzingsdraad installeren
1.
Plaats de begrenzingsdraad rond het
volledige werkgebied. Start en voltooi de
installatie achter het laadstation.
20 - Installatie 1033 - 001 - 20.02.2019