KOELLUCHTINLAAT
• Raak de cilinder, geluiddemper en bougies direct na het
afzetten van de motor nooit aan met de blote handen. De
motor kan tijdens bedrijf zeer heet worden en aanraken kan
resulteren in ernstige brandwonden.
• Reinig de cilinderlamellen met perslucht of een borstel.
Als zich vuil afzet rond de koelluchtinlaat of tussen de
cilinderlamellen en daar een verstopping veroorzaakt, kan
de motor oververhit raken, waardoor mechanische defecten
kunnen ontstaan in de heggenschaar.
ZAAGBLADEN
Verwijder hars en plantenresten van de zaagbladen met
schoonmaakmiddel 531 00 75-13 (UL22) voor en na het gebruik
van de machine.
• Controleer of de zaagbladbouten goed zijn aangehaald.
• De zaagbladconstructie is zo ontworpen dat automatisch
wordt gecompenseerd voor eventuele speling tussen de
zaagbladen.
Controleer de snijranden en werk ze bij met een platte vijl.
Punt:
1. Houd de uitstekende hoek scherp.
2. Rond de voet van de snijrand af.
3. Gebruik bij een slijpmachine geen water.
SLIJPEN
Houd de vijl of slijpsteen altijd in een hoek van 45° ten
opzichte van het blad en:
• Slijp altijd in de richting van de snijrand.
• NB: een vijl slijpt slechts in één richting; licht de vijl op
van het blad als u terugkeert om aan een nieuwe slag te
beginnen.
• Verwijder alle bramen van de rand van het blad met een
afgeronde handslijpsteen.
• Verwijder zo min mogelijk materiaal.
• Voordat u de geslepen zaagbladen weer aanbrengt,
verwijdert u het vijlsel en smeert u het blad met vet.
Probeer een beschadigd blad niet te slijpen; vervang het of
breng het naar een servicedealer.
Onderhoud
