296417
178
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/181
Next page
Smar
t
Phone
Handleiding
2
Gefeliciteerd met de aanschaf van de nieuwe Windows Mobile® Smartphone.
Lees voordat u verdergaat deze aanwijzingen.
DE TELEFOON IS NIET OPGELADEN WANNEER U DEZE UIT DE VERPAKKING
HAALT.
VERWIJDER DE BATTERIJ NIET WANNEER DE TELEFOON WORDT OPGELADEN.
UW GARANTIE VERVALT ALS U DE BUITENSTE BEHUIZING VAN DE TELEFOON
OPENT OF DEMONTEERT.
BEPERKINGEN VANWEGE PRIVACY
In sommige landen moeten opnamen van telefoongesprekken openbaar worden
gemaakt. Ook moet u degene met wie u belt in dat geval laten weten dat het
gesprek wordt opgenomen. Neem altijd de plaatselijke wetten en regelgeving in
acht wanneer u de opnamefunctie van uw telefoon gebruikt.
COPYRIGHT-INFORMATIE
Copyright © 2006 High Tech Computer Corp. Alle rechten voorbehouden.
, , , ExtUSB zijn handelsmerken en/of dienstmerken van
High Tech Computer Corp.
Microsoft, MS-DOS, Windows, Windows NT, Windows Server, Windows Mobile,
ActiveSync, Excel, Internet Explorer, MSN, Hotmail, Outlook, PowerPoint, Word
en Windows Media zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van
Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Bluetooth en het Bluetooth-logo zijn handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc.
Wi-Fi is een gedeponeerd handelsmerk van de Wireless Fidelity Alliance, Inc.
microSD is een handelsmerk van SD Card Association.
Java, J2ME en alle andere op Java gebaseerde merken zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van Sun Microsystems, Inc. in de Verenigde Staten
en andere landen.
Copyright © 2006, Adobe Systems Incorporated.
Copyright © 2006, Macromedia Netherlands, B.V.
3
Macromedia, Flash, Macromedia Flash, Macromedia Flash Lite en Reader zijn
handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Macromedia Netherlands,
B.V. of van Adobe Systems Incorporated.
Copyright © 2006, JATAAYU SOFTWARE (P) LTD. Alle rechten voorbehouden.
Copyright © 2006, Dilithium Networks, Inc. Alle rechten voorbehouden.
ArcSoft MMS Composer™ Copyright © 2003-2006, ArcSoft, Inc. en licentiegevers.
Alle rechten voorbehouden. ArcSoft en het ArcSoft-logo zijn gedeponeerde
handelsmerken van ArcSoft, Inc. in de Verenigde Staten en/of andere landen.
In licentie gegeven door QUALCOMM Incorporated onder een of meer van de
volgende patenten:
4,901,307 ; 5,490,165 ; 5,056,109 ; 5,504,773 ; 5,101,501 ; 5,778,338 ; 5,506,865
5,109,390 ; 5,511,073 ; 5,228,054 ; 5,535,239 ; 5,710,784 ; 5,267,261 ; 5,544,196
5,267,262 ; 5,568,483 ; 5,337,338 ; 5,659,569 5,600,754 ; 5,414,796 ; 5,657,420
5,416,797
Alle andere genoemde bedrijfs-, product en dienstnamen zijn handelsmerken,
gedeponeerde handelsmerken of dienstmerken van hun respectieve eigenaars.
HTC kan niet aansprakelijk worden gesteld voor enige technische of redactionele
fouten of omissies hierin noch voor enige incidentele schade of vervolgschade die
kan optreden door ingebruikname van dit materiaal. De informatie wordt zonder
enige garantie geleverd “in de staat waarin deze op het moment van aankoop
verkeert (op as is”-basis) en kan zonder voorafgaande kennisgeving worden
gewijzigd. Bovendien houdt HTC zich het recht voor om, zonder voorafgaande
kennisgeving, de inhoud van dit document op elk gewenst moment te wijzigen.
Geen enkel deel van dit document mag worden gereproduceerd of verzonden
in welke vorm of op welke wijze dan ook (in mechanische of elektronische vorm,
zoals het maken van fotokopieën, het opnemen of opslaan in een zoeksysteem
of worden vertaald in welke taal dan ook) zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming van HTC.
4
Belangrijke informatie over veiligheid
Bij het gebruik van dit product moet u de onderstaande veiligheids-
maatregelen in acht nemen om aanklachten en schade te voorkomen.
Volg alle instructies over productveiligheid en werking op. Neem alle
waarschuwingen in de handleiding van het product in acht.
Houd u aan de volgende voorzorgsmaatregelen om het risico van
lichamelijk letsel, elektrische schok, brand en schade aan de apparatuur te
verkleinen.
VEILIGHEID BIJ HET GEBRUIK VAN ELEKTRISCHE PRODUCTEN
Dit product is bedoeld om te worden gebruikt in combinatie met de
meegeleverde batterij of voedingseenheid.
Gebruik in combinatie met een
andere stroomvoorziening kan gevaarlijk zijn. Hiervoor is geen goedkeuring
verleend.
VEILIGHEIDSMAATREGELEN VOOR CORRECTE AARDING VAN DE
INSTALLATIE
LET OP: Het aansluiten op onjuist geaarde apparatuur kan leiden tot een
elektrische schok op uw apparaat.
Dit product is voorzien van een USB-kabel waarmee een desktopcomputer
of notebook kan worden aangesloten. Controleer eerst of uw computer
correct geaard is voordat u dit product op de computer aansluit. De
voedingskabel van een desktopcomputer of notebook is voorzien van een
aardingsdraad en een aardingsstekker. De stekker moet op een geschikt
stopcontact worden aangesloten dat geïnstalleerd en geaard is volgens alle
lokale regels en verordeningen.
VEILIGHEIDSMAATREGELEN VOOR VOEDINGSEENHEID
Gebruik de juiste externe stroombron
Een product mag alleen werken op het type stroombron dat op het
label met de elektrische nominale waarde is aangegeven. Neem
contact op met uw geautoriseerde onderhoudsleverancier of het
lokale elektriciteitsbedrijf. Lees de bijgeleverde gebruiksaanwijzing
voor een product dat op batterijen of andere bronnen werkt.
5
Gebruik dit product uitsluitend in combinatie met de volgende
voedingseenheden:
1. Delta, model ADP-5FH X
2. Phihong, model PSAA05X-050 en PSC05R-050
Autoadapter
1. Phihong, model CLM10D-050
Wees voorzichtig met batterijen
Dit product bevat een lithium-ionbatterij. Er bestaat gevaar voor
brand en brandwonden als een batterij verkeerd wordt behandeld.
Probeer de batterij niet te openen of te repareren. Demonteer, plet of
doorboor de batterij niet, sluit externe contacten of circuits niet kort,
werp de batterij niet weg in vuur of water en stel de batterij niet bloot
aan temperaturen boven 60 °C.
WAARSCHUWING : ALS DE BATTERIJ VERKEERD WORDT
TERUGGEPLAATST, BESTAAT EXPLOSIEGEVAAR. OM HET RISICO VAN
BRAND EN BRANDWONDEN TE VERKLEINEN, MAG U DE BATTERIJ NIET
DEMONTEREN, PLETTEN, DOORBOREN, KORTSLUITEN, BLOOTSTELLEN
AAN TEMPERATUREN BOVEN 60˚C OF WEGGOOIEN IN VUUR OF
WATER. VERVANG DE BATTERIJ ALLEEN DOOR EEN BATTERIJ DIE
GESCHIKT IS VOOR HET PRODUCT. U DIENT GEBRUIKTE BATTERIJEN TE
RECYCLEN OF WEG TE WERPEN VOLGENS DE LOKALE VOORSCHRIFTEN
OF VOLGENS DE VOORSCHRIFTEN DIE ZIJN OPGENOMEN IN HET
REFERENTIEMATERIAAL BIJ UW PRODUCT.
Opmerking Gebruik dit product uitsluitend in combinatie met de volgende
batterijen:
• HTC, model LIBR160
• Simplo, model LIBR160
6
VEILIGHEIDSMAATREGELEN IN VERBAND MET DIRECT ZONLICHT
Stel dit product niet bloot aan overmatig vocht en extreme temperaturen.
Laat dit product of de batterij nooit achter in een voertuig of op plaatsen
waar de temperatuur hoger wordt dan 60 °C, zoals het dashboard van een
auto, een vensterbank of achter een ruit die langdurig is blootgesteld aan
direct zonlicht of sterke ultraviolette straling. Dit kan leiden tot schade aan het
product, oververhitting van de batterij of een risico vormen voor het voertuig.
BESCHADIGING VAN HET GEHOOR VOORKOMEN
LET OP: Langdurig gebruik van een oortelefoon of
koptelefoon bij een hoog geluidsvolume kan leiden tot
permanente beschadiging van het gehoor.
Note For France, mobile headphones, earphones, and wired remote controllers
(listed below) for this device have been tested to comply with the Sound
Pressure Level requirement laid down in NF EN 50332-1:2000 and/or NF EN
50332-2:2003 standards as required by French Article L. 5232-1.
1. Earphone, manufactured by HTC or Cotron, Models CHM-60STV07004,
CH-60ST006 and CH-60ST007.
2. Wired Remote Controller, manufactured by HTC, Model RC W100.
VEILIGHEID IN HET VLIEGTUIG
Omdat dit product het navigatiesysteem en communicatienetwerk van
vliegtuigen kan storen, is het gebruik van de telefoonfunctie van dit toestel
aan boord van een vliegtuig in de meeste landen verboden. Als u dit toestel
in een vliegtuig wilt gebruiken, vergeet dan niet de telefoon uit te zetten
door de vliegtuigmodus in te schakelen.
OMGEVINGSVEILIGHEID
Gebruik dit product niet in of bij benzinestations, brandstofopslagplaatsen,
chemische fabrieken en locaties waar met explosieven wordt gewerkt of in
gebieden met explosiegevaar zoals tankstations, brandstofopslagplaatsen,
onderdekken op boten, faciliteiten voor de overdracht of opslag van
brandstof of chemische stoffen en gebieden waar de omgevingslucht
chemische stoffen of deeltjes van bijvoorbeeld graan, stof of metaalpoeder
bevat. Vonken kunnen in een dergelijke omgeving een explosie of brand
veroorzaken,die lichamelijk letsel of zelfs de dood tot gevolg kan hebben.
7
OMGEVINGEN MET EXPLOSIEGEVAAR
Als u zich in een gebied bevindt met een mogelijk explosiegevaar of waarin
ontvlambare materialen zijn opgeslagen, moet het toestel zijn uitgeschakeld
en moet u zich aan alle geboden en instructies houden. Vonken kunnen in
een dergelijke omgeving een explosie of brand veroorzaken, die lichamelijk
letsel of zelfs de dood tot gevolg kan hebben. Gebruikers wordt geadviseerd
het toestel niet te gebruiken bij tankstations. Gebruikers wordt ten strengste
aangeraden zich te houden aan de restricties met betrekking tot het
gebruik van radioapparatuur in brandstofdepots, chemische fabrieken of in
omgevingen waar explosies plaatsvinden. Gebieden met explosiegevaar
worden vaak maar niet altijd duidelijk aangegeven. Onder deze gebieden
vallen tankstations, onderdekken op boten, faciliteiten voor de overdracht
of opslag van brandstof of chemische stoffen en gebieden waar de
omgevings lucht chemische stoffen of deeltjes van bijvoorbeeld graan, stof of
metaalpoeder bevat.
VEILIGHEID OP DE WEG
Voertuigbestuurders mogen onder het rijden hun telefoon niet met de
hand bedienen. In sommige landen mogen bestuurders handsfree bellen.
VEILIGHEIDSMAATREGELEN BETREFFENDE DE BLOOTSTELLING AAN
RADIOFREQUENTIES (RF)
Gebruik het toestel niet in de buurt van metalen structuren
(bijvoorbeeld het stalen frame van een gebouw).
Gebruik het toestel niet in de buurt van sterke elektromagnetische
bronnen, zoals magnetrons, luidsprekers, tv en radio.
Gebruik alleen originele door de fabrikant goedgekeurde accessoires
of accessoires die geen metaal bevatten.
Gebruik van andere dan originele door de fabrikant goedgekeurde
accessoires kan een overtreding zijn van de lokale richtlijnen
betre ende de blootstelling aan RF en moet worden vermeden.
STORING VAN MEDISCHE APPARATUUR
Dit product kan de werking van medische apparatuur storen. In de meeste
ziekenhuizen en gezondheidscentra is het gebruik van dit apparaat
verboden.
Als u een ander medisch apparaat gebruikt, neemt u contact op met de
fabrikant van het apparaat om te achterhalen of het is vervaardigd conform
8
de limieten voor blootstelling aan radiofrequentie-energie. Uw arts kan u
wellicht helpen bij het inwinnen van deze informatie.
Schakel de telefoon UIT in gezondheidscentra wanneer er borden zijn
aangebracht met aanwijzingen om dit te doen. Ziekenhuizen of gezond-
heids centra werken mogelijk met apparatuur die gevoelig is voor
radiofrequentie-energie.
GEHOORAPPARATEN
Sommige digitale draadloze telefoons verstoren de werking van
gehoorapparaten. In dergelijke gevallen kunt u het best contact opnemen
met uw serviceprovider of de klantenservice bellen om te bespreken welke
alternatieven er zijn.
NIET-IONISERENDE STRALING
Gebruik dit product alleen in de aanbevolen normale omstandigheden,
zodat de stralingsnormen niet worden overschreden en de veiligheid van
dit product kan worden gegarandeerd. Net als bij alle andere mobiele
apparaten die radiogolven uitzenden, wordt gebruikers van dit product
aangeraden om de antenne tijdens het gebruik van de apparatuur niet te
dicht bij het lichaam te houden. Hierdoor werkt het product optimaal en
wordt de veiligheid gemaximaliseerd.
Algemene veiligheidsmaatregelen
Neem de onderhoudsadviezen in acht
Voer zelf geen onderhoud aan het product uit behalve wanneer dit
in documentatie over werking en onderhoud wordt beschreven.
Onderhoud aan componenten binnen deze compartimenten mag
alleen worden gedaan door een geautoriseerde onderhoudstechnicus
of leverancier.
Schade waarbij onderhoud is vereist
Neem de stekker van het product uit het stopcontact en raadpleeg
een geautoriseerde onderhoudstechnicus of leverancier onder de
volgende omstandigheden:
Er is vloeistof op het product terechtgekomen, of er is een object
in het product gevallen.
Het product is blootgesteld aan regen of aan water.
Het product is gevallen of is beschadigd.
Er zijn merkbare tekenen van oververhitting.
Het product werkt niet goed als u de bedieningsinstructies volgt.
9
Vermijd een warme omgeving
Het product moet uit de buurt worden gehouden van warmte bronnen
zoals radiatoren, ventilatieroosters, ovens en andere producten (met
inbegrip van, maar niet beperkt tot versterkers) die warmte produceren.
Vermijd een vochtige omgeving
Gebruik het product nooit op een vochtige locatie.
Gebruik het apparaat niet na een extreme temperatuurverandering.
Als u het apparaat verplaatst tussen omgevingen waarvan de
temperatuur of vochtigheid sterk verschilt, kan binnen het apparaat
condensvorming optreden. Voorkom schade aan het apparaat.
Neem voldoende tijd om condens te laten verdampen voordat u het
apparaat gebruikt.
OPMERKING: Als u het apparaat uit omstandigheden met lage temperaturen
naar een warmere omgeving of uit omstandigheden met hoge
temperaturen naar een koelere omgeving overbrengt, moet u
het apparaat op kamertemperatuur laten komen voordat u het
inschakelt.
Duw geen objecten in het product
Duw nooit objecten in sleuven of andere openingen in het product.
Sleuven en openingen dienen voor ventilatie. Deze openingen
mogen niet worden geblokkeerd of bedekt.
Montageaccessoires
Gebruik het product niet op een onstabiele tafel, wagen, stellage,
driepoot of beugel. Het product moet volgens de instructies van de
fabrikant worden gemonteerd en er moet een montageaccessoire
worden gebruikt dat door de fabrikant wordt aanbevolen.
Vermijd onstabiele montage
Plaats het product niet op een onstabiele basis.
Gebruik het product met goedgekeurde apparatuur
Dit product mag alleen worden gebruikt met pc’s en opties die
worden aangeduid als geschikt voor gebruik met uw apparatuur.
Pas het volume aan
Zet het volume lager voordat u een koptelefoon of andere
audioapparatuur gebruikt.
Reiniging
Haal voor het reinigen de stekker van het apparaat uit het stop-
contact. Gebruik geen vloeibare schoonmaakmiddelen of middelen in
spuitbussen. Gebruik een vochtige doek om te reinigen maar gebruik
NOOIT water om het LCD-scherm te reinigen.
10
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1 Aan de slag 15
1.1 Kennismaking met de telefoon en de accessoires .............16
1.2 De SIM-kaart plaatsen ..........................................................22
1.3 De batterij plaatsen ..............................................................23
1.4 Een microSD-kaart installeren .............................................23
1.5 Telefoon in- en uitschakelen ................................................24
1.6 Beginscherm .........................................................................24
1.7 Programma’s op uw telefoon ...............................................25
1.8 Menu Start .............................................................................28
1.9 Snelmenu ..............................................................................28
1.10 Gegevens invoeren .............................................................29
1.11 Batterij-informatie ..............................................................33
1.12 Statusindicatoren ................................................................35
Hoofdstuk 2 Werken met telefoonfuncties 37
2.1 De telefoon gebruiken .........................................................38
2.2 Een uitgaande oproep starten .............................................39
2.3 Een oproep ontvangen .........................................................42
2.4 Opties tijdens een oproep ....................................................42
2.5 Aanvullende oproepinformatie ...........................................44
11
2.6 SIM-toolkit (STK) ...................................................................45
2.7 Bluetooth SIM-toegang voor carkits instellen ..................45
Hoofdstuk 3 Gegevens synchroniseren
met uw computer 47
3.1 Sychroniseren .......................................................................48
3.2 Microsoft Windows Mobile® Device Center gebruiken ......49
3.3 Microsoft ActiveSync® installeren en gebruiken ................50
3.4 Synchroniseren met uw computer ......................................51
3.5 Synchroniseren via Bluetooth .............................................53
3.6 Muziek en videobeelden synchroniseren ...........................54
Hoofdstuk 4 De telefoon beheren 55
4.1 De telefoon aan uw persoonlijke wensen aanpassen ........56
4.2 Programma’s toevoegen en verwijderen ............................61
4.3 Taak- en geheugenbeheer ...................................................62
4.4 Bestanden beheren en reservekopieën maken .................62
4.5 Uw telefoon beveiligen ........................................................65
4.6 Uw telefoon opnieuw opstarten ..........................................67
4.7 De standaardinstellingen van de telefoon herstellen .......67
Hoofdstuk 5 Telefoongegevens organiseren 69
5.1 Contactpersonen ..................................................................70
5.2 SIM Manager .........................................................................73
5.3 Agenda ..................................................................................75
12
5.4 Taken ......................................................................................77
5.5 Quick Notes ...........................................................................78
5.6 Spraaknotities .......................................................................79
Hoofdstuk 6 Berichten uitwisselen 81
6.1 Berichten ...............................................................................82
6.2 SMS-berichten .......................................................................83
6.3 MMS-berichten .....................................................................84
6.4 E-mailaccounts instellen ......................................................88
6.5 E-mail .....................................................................................91
Hoofdstuk 7 Werken met e-mails en afspraken
voor vergaderingen in uw bedrijf 97
7.1 Uw telefoon synchroniseren met de e-mailserver van
uw bedrijf ..............................................................................98
7.2 Werken met e-mail in uw bedrijf .........................................99
7.3 Vergaderverzoeken beheren ............................................ 104
7.4 Contactpersonen zoeken in het bedrijfstelefoonboek .. 106
7.5 E-mailbeveiliging ............................................................... 107
Hoofdstuk 8 Een verbinding maken 111
8.1 Comm Manager .................................................................. 112
8.2 Methoden om verbinding te maken met het internet .... 113
8.3 Wi-Fi ................................................................................... 113
8.4 GPRS ................................................................................... 116
13
8.5 Inbellen .............................................................................. 117
8.6 Internet Explorer Mobile ................................................... 118
8.7 Internet Sharing ................................................................. 120
8.8 Bluetooth ............................................................................ 121
8.9 Windows Live Mobile ......................................................... 130
Hoofdstuk 9 Met multimedia werken 133
9.1 Camera ................................................................................ 134
9.2 Pictures & Videos (Afbeeldingen en videos) ................... 138
9.3 Windows Media Player Mobile ......................................... 141
9.4 Audio Manager .................................................................. 145
9.5 Midlet Manager .................................................................. 153
Hoofdstuk 10 Andere toepassingen 155
10.1 ClearVue Office ................................................................. 156
10.2 Adobe Reader LE .............................................................. 159
10.3 Snelkiezen ........................................................................ 160
10.4 Voice Speed Dial ............................................................... 161
Appendix 165
A.1 Voorschriften ..................................................................... 166
A.2 Specificaties ....................................................................... 171
Index 175
14
1
Hoofdstuk 1
Aan de slag
1.1 Kennismaking met de telefoon en
de accessoires
1.2 De SIM-kaart plaatsen
1.3 De batterij plaatsen
1.4 Een microSD-kaart installeren
1.5 Telefoon in- en uitschakelen
1.6 Beginscherm
1.7 Programmas op uw telefoon
1.8 Menu Start
1.9 Snelmenu
1.10 Gegevens invoeren
1.11 Batterij-informatie
1.12 Statusindicatoren
16
Aan de slag
1.1 Kennismaking met de telefoon en
de accessoires
1
3
4
5
6
7
8
9
11
14
2
13
10
15
12
Aan de slag 17
Onderdeel
Functie
1. LED-indicatoren De LED-indicatoren aan de linkerkant (blauw/groen) geven de
Bluetooth- en Wi-Fi-connectiviteitsstatus aan. De indicatoren aan de
rechterkant (groen/rood/oranje) geven respectievelijk de batterij- en
netwerkstatus van uw telefoon aan. Raadpleeg voor meer informatie
over LED-indicatoren de tabel aan het einde van deze sectie.
2. Oorgedeelte Hiermee kunt u een oproep beluisteren.
3. Weergavescherm
4. Knop Vorige Druk op deze knop om terug te gaan naar het vorige scherm of één
teken links van de cursor te wissen.
5.
Rechtersoftkey
Hiermee voert u de functie uit die wordt aangegeven door de label
direct boven de knop.
6. Navigatietoets/
Enter OK
Hiermee kunt u naar links, rechts, boven of beneden schuiven. Druk
op het midden om de toets als Enter OK-toets te gebruiken.
7. Linkersoftkey Hiermee voert u de functie uit die wordt aangegeven door de label
direct boven de knop.
8. Knop Home
Druk op deze knop om naar het beginscherm te gaan.
9. Knop Spreken
Druk op deze knop om een telefoonnummer te kiezen, een oproep
te beantwoorden, over te schakelen naar een ander gesprek of om
een gesprek in de wacht te zetten. Houd deze knop ingedrukt om de
luidsprekermodus in of uit te schakelen
.
10. *T9 Druk op deze knop om te schakelen tussen verschillende invoermodi.
Houd de knop ingedrukt om een invoermodus in een lijst te
selecteren.
11. Lichtsensor Zodra het donker wordt, wordt een verlichting achter het toetsenblok
en toetsenbord geactiveerd.
12. #Spatie Druk op deze knop om een spatie toe te voegen, of houd deze knop
ingedrukt om een lijst met symbolen weer te geven.
13. Knop Beëindigen Druk op deze knop om een gesprek te beëindigen. Houd deze knop
ingedrukt om de telefoon te blokkeren.
14. Qwerty-
toetsenbord
Uitschuiven om het Qwerty-toetsenbord te gebruiken. Dit lijkt op
het standaardtoetsenbord van de pc. Zie “Het Qwerty-toetsenbord
gebruiken” in dit hoofdstuk voor meer informatie over het Qwerty-
toetsenbord.
15. Knop Aan/Uit Druk op deze knop om de telefoon in (langer dan één seconde) en
uit te schakelen. Of druk kort op de knop Aan/Uit om het snelmenu
weer te geven. Zie “Snelmenu” verderop in dit hoofdstuk voor meer
informatie.
20
Aan de slag
LED-indicatorlampjes
In de volgende tabel wordt een overzicht gegeven van de verschillende
kleuren die in de twee LED-indicatoren worden weergegeven.
LED aan de linkerkant Status
Knippert blauw Bluetooth-modus is ingesteld op de modus On (Aan) of
Visible (Zichtbaar).
Knippert groen Er is een verbinding met een Wi-Fi-netwerk
LED aan de
rechterkant
Status
Continu groen Batterij is volledig opgeladen.
Brandt niet Batterijvak is leeg, geen SIM-kaart geïnstalleerd of de
telefoon is uitgeschakeld.
Continu oranje Batterij wordt opgeladen of het toestel gebruikt ActiveSync
voor het synchroniseren met een pc.
Continu rood De batterij is niet geïnstalleerd of levert niet voldoende
stroom.
Knippert groen Verbinding met het netwerk.
Knippert rood Batterijcapaciteit is zeer laag (minder dan 10%).
Knippert oranje Batterijtemperatuur is lager of hoger dan het functionele
bereik van 0 tot 48 graden Celsius. Opladen is gestopt.
Oranje/groene LED
uit
Batterijfout. De indicator “batterijfout” (
) wordt
weergegeven. In dit geval kan het groen knipperen van de
LED worden verholpen door de wisselstroomadapter los
te koppelen.
22
Aan de slag
1.2 De SIM-kaart plaatsen
U ontvangt van uw serviceprovider een SIM-kaart (Subscriber Identity
Module). Deze kaart bevat algemene informatie over uw abonnement, zoals
uw telefoonnummer en uw adresboek.
Schakel de telefoon uit voordat u begint.
De SIM-kaart plaatsen
1. Schuif het Qwerty-toetsenbord open.
2. Open het klepje van de SIM-kaart door dit uit te trekken en open te
klappen.
3. Plaats de SIM-kaart in de sleuf.
4. Sluit en vergrendel het klepje van de SIM-kaart. Het klepje van de
SIM-kaart is vergrendeld als u een “klik hoort.
1
2
3
4
Opmerkingen
De telefoon kan niet worden ingeschakeld als het klepje van de SIM-kaart
niet is vergrendeld.
Als u het klepje van de SIM-kaart opent terwijl de telefoon is ingeschakeld,
wordt de telefoon uitgeschakeld.
Maak het klepje van de SIM-kaart NIET OPEN als de telefoon is ingeschakeld.
24
Aan de slag
1.5 Telefoon in- en uitschakelen
Houd de knop Aan/Uit ongeveer drie
seconden ingedrukt om de telefoon in of uit
te schakelen.
1.6 Beginscherm
In het beginscherm wordt belangrijke informatie weergegeven, zoals
afspraken, statusindicatoren, de huidige datum en tijd, het huidige profiel
en pictogrammen van programmas die u recent hebt gebruikt.
U kunt het beginscherm altijd openen door op Home te drukken.
Beginscherm
2
1
3
4
7
11
12
8109
5
6
1.
De naam van uw serviceprovider, de datum en de tijd.
Klik hierop om Comm Manager te openen.
2.
Een programma selecteren dat u onlangs hebt gebruikt, en dit rechtstreeks
vanuit het beginscherm openen.
26
Aan de slag
Pictogram Programma Beschrijving
Reken machine Gewone rekenkundige taken uitvoeren.
Agenda Afspraken bijhouden en vergaderverzoeken maken.
Oproep-
geschiedenis
Alle gemaakte, ontvangen en gemiste oproepen
bijhouden.
Camera Op verschillende manieren foto’s maken.
Opslag wissen Het geheugen wissen en de standaardinstellingen
van de telefoon herstellen.
ClearVue
Document
Word-documenten weergeven.
ClearVue
Presentation
PowerPoint-bestanden weergeven.
ClearVue
Worksheet
Excel-werkbladen weergeven.
Comm
Manager
Een centrale schakelaar waarmee u telefoon- en
verbindingsinstellingen kunt beheren.
Contact-
personen
Gegevens over contactpersonen bijhouden.
Bestands-
verkenner
Bestanden en mappen organiseren en beheren.
Spelletjes Twee spelletjes spelen: Bubble Breaker en Solitaire
worden bij uw telefoon geleverd.
Internet
Explorer
Web- en WAP-sites bezoeken en nieuwe programmas
en bestanden downloaden van internet.
Internet
Sharing
De telefoon gebruiken als externe modem voor de
pc.
Messaging E-mail-, MMS- en SMS-berichten verzenden en
ontvangen.
28
Aan de slag
1.8 Menu Start
Op de telefoon zijn allerlei programma’s geïnstalleerd waarmee u meteen
aan de slag kunt. U kunt ook andere programmas installeren vanaf de
meegeleverde installatie-cd van Windows Mobile® of vanaf andere bronnen
en deze op uw telefoon installeren.
De beschikbare programmas op uw telefoon weergeven
Klik in het beginscherm op Start.
Als u meer programmas wilt zien, klikt
u op More (Meer) of bladert u omlaag
met de navigatietoets.
1.9 Snelmenu
Via het snelmenu hebt u snel toegang tot een lijst met functies, zoals het
blokkeren van de telefoon en het toetsenblok, het starten van Comm
Manager en het kiezen van een ander profiel.
Het snelmenu openen
1. Druk kort op de knop Aan/Uit.
2. Selecteer de gewenste optie en klik op Select (Selecteren).
3. Als u het snelmenu wilt afsluiten, kunt u altijd op Cancel (Annuleren)
klikken.
Aan de slag 29
1.10 Gegevens invoeren
U kunt tekst, cijfers en symbolen invoeren met het toetsenblok of het Qwerty-
toetsenbord. De statusindicator rechtsboven op het weergavescherm geeft
de invoermodus aan die op dat moment is geselecteerd.
Tekstinvoer in kleine letters
Tekstinvoer in hoofdletters, Caps Lock
Tekstinvoer in hoofdletters
Invoer van cijfers en symbolen (aangeduid in blauw), geblokkeerd (alleen
toetsenbord)
Invoer van cijfers en symbolen (aangeduid in blauw)
XT9-tekstinvoermodus, kleine letters
XT9-tekstinvoermodus, hoofdletters
XT9-tekstinvoermodus, Caps Lock
Het toetsenblok gebruiken
Met het toetsenblok kunt u telefoonnummers kiezen of korte SMS-
berichten typen.
De invoermodus wijzigen
1. Houd de toets *T9 ingedrukt.
2. Klik in het menu op de gewenste invoermodus.
Multidruk-modus gebruiken
Wanneer u in Multidruk-modus werkt, voert u een teken in door op de
cijfertoets te drukken waarop de letter staat.
Tekst invoeren in Multidruk-modus
Druk één keer als u het eerste teken op de cijfertoets wilt invoeren.
Druk twee keer als u het tweede teken op de cijfertoets wilt invoeren,
enzovoort.
Als u tekens wilt invoeren die op dezelfde cijfertoets staan, wacht u
even nadat u het eerste teken hebt ingevoerd.
Als u interpunctietekens wilt invoeren, drukt u op 1 totdat het
gewenste interpunctieteken wordt weergeven.
2
Hoofdstuk 2
Werken met telefoonfuncties
2.1 De telefoon gebruiken
2.2 Een uitgaande oproep starten
2.3 Een oproep ontvangen
2.4 Opties tijdens een oproep
2.5 Aanvullende oproepinformatie
2.6 SIM-toolkit (STK)
2.7 Bluetooth SIM-toegang instellen voor carkits
40
Telefoonfuncties
Tip Wanneer u een cijfertoets op het toetsenblok indrukt, zoekt de telefoon in
de contactpersonen, oproepgeschiedenis, snelkeuzenummers en op de
SIM-kaart naar overeenkomende namen of nummers en geeft deze in een
lijst weer. Als u bijvoorbeeld 5 indrukt, worden namen die beginnen met J, K
en L, en telefoonnummers die beginnen met een 5 weergegeven. Met elke
volgende toets waarop u drukt, wordt de zoekactie verder verfijnd. Als u
de naam van de persoon die u wilt bellen ziet, selecteert u deze en drukt u
op (
).
Een oproep starten vanuit Contacts (Contactpersonen)
1. Klik in het beginscherm op Contacts (Contactpersonen) (als dit wordt
weergegeven) of klik op Start > Contacts (Contactpersonen).
2. Selecteer de gewenste contactpersoon en druk op (
).
Aangeven welk nummer moet worden gekozen
Wanneer u een oproep start vanuit de lijst met contactpersonen, wordt
standaard het mobiele telefoonnummer (m) van de contactpersoon
gekozen. U kunt echter ook een ander telefoonnummer kiezen.
1. Klik in het beginscherm op Contacts (Contactpersonen) (als dit wordt
weergegeven) of klik op Start > Contacts (Contactpersonen).
2. Selecteer de gewenste contactpersoon.
3. Ga met de navigatietoets naar links of rechts. De letter waarmee het
nummer wordt aangegeven wordt gewijzigd in m (mobiel), w (werk)
of h (huis).
4. Druk op (
) om het nummer te kiezen.
Als u gegevens voor de geselecteerde contactpersoon wilt
weergeven of bewerken, klikt u op Menu > Edit (Bewerken).
Als u een contactpersoon wilt opslaan op de SIM-kaart, klikt u op
Menu > Save to SIM (Opslaan op SIM).
Zie hoofdstuk 5 voor meer informatie over contactpersonen.
Telefoonfuncties 41
Een oproep starten vanuit Call History
(Oproepgeschiedenis)
1. Klik in het beginscherm op Call History (Oproepgeschiedenis)
(als dit wordt weergegeven) of klik op Start > Call History
(Oproepgeschiedenis).
2. Selecteer een naam of nummer en druk op (
).
Druk in het scherm Call History (Oproepgeschiedenis) op Enter OK om
details weer te geven, zoals gekozen, gemiste en ontvangen oproepen
en gespreksduur en -tijd. Als u nogmaals op Enter OK drukt, wordt het
bijbehorende nummer gekozen.
De lijst met oproepen aanpassen
In het scherm Call History (Oproepgeschiedenis) vindt u diverse opties om
de lijst met gestarte, ontvangen en gemiste oproepen aan te passen en te
filteren.
Opmerking U kunt een nummer ook opslaan in Contactpersonen door op Save
(Opslaan) te klikken in het scherm Call History (Oproepgeschiedenis).
Een oproep starten vanuit Speed Dial (Snelkeuze)
U kunt vanuit Speed Dial (Snelkeuze) een oproep starten. Zie “Snelkeuze” in
hoofdstuk 10 voor meer informatie over het gebruik van Snelkeuze.
Een oproep starten vanuit SIM Manager (SIM-beheer)
1. Klik op Start > Expert > SIM Manager (SIM-beheer). Wacht tot de
gegevens van de SIM-kaart zijn geladen.
2. Selecteer de contactpersoon die u wilt bellen en klik op Menu > Call
(Oproepen).
Zie hoofdstuk 5 voor meer informatie over SIM Manager.
42
Telefoonfuncties
2.3 Een oproep ontvangen
Wanneer u een oproep ontvangt, kunt u deze beantwoorden of negeren.
Een inkomende oproep beantwoorden of negeren
Als u de oproep wilt beantwoorden, drukt u op ( ); om te negeren ,
drukt u op ( ).
Een oproep beëindigen
Druk op (
).
2.4 Opties tijdens een oproep
Met uw telefoon kunt u meerdere oproepen tegelijk beheren.
Klik tijdens een gesprek op Menu om
de opties voor tijdens een gesprek
weer te geven.
Waarschuwingen voor andere
inkomende oproepen kunt u alleen
ontvangen als de wisselgesprekfunctie
is ingeschakeld en wordt ondersteund.
Als u de wisselgesprekfunctie wilt
inschakelen, klikt u op Start > Settings
(Instellingen) > Phone (Telefoon)
> Call Waiting (Wisselgesprek) >
Provide call waiting notifications
(Waarschuwingen geven voor
wisselgesprekken).
Een andere oproep beantwoorden
1. Klik op Answer (Beantwoorden) om de tweede oproep te
beantwoorden en de eerste oproep in de wacht te zetten.
2. Als u het tweede gesprek wilt beëindigen en wilt terugkeren naar het
eerste gesprek, drukt u op
( ).
Als u wilt schakelen tussen twee gesprekken, klikt u op Swap
(Schakelen).
Telefoonfuncties 43
Een conference call instellen
Conference calls worden niet door alle serviceproviders ondersteund. Neem
contact op met uw serviceprovider voor meer informatie.
1. Zet een oproep in de wacht (klik op Menu > Hold (In wachtstand)
en kies een tweede nummer, of beantwoord een andere inkomende
oproep tijdens een gesprek.
2. Klik op Menu > Conference (Vergadering).
Opmerkingen
Als de verbinding tot stand is gebracht, wordt het woord ‘Conference
(Vergadering) boven aan het scherm weergegeven.
Als u personen wilt toevoegen aan de conference call, klikt u op Menu >
Hold (In wachtrij), voert u het telefoonnummer in en klikt u op Resume
(Hervatten) om terug te gaan naar de conference call.
De luidspreker in- en uitschakelen
Klik tijdens een gesprek op Menu > Speakerphone On (Luidspreker
aan). Het pictogram wordt boven aan het scherm weergegeven.
Als u de luidspreker wilt uitschakelen, klikt u op Menu >
Speakerphone Off (Luidspreker uit). U kunt tijdens een gesprek
de handsfreefunctie ook in- en uitschakelen door de knop (
)
ingedrukt te houden.
Waarschuwing! Om gehoorbeschadigingen te voorkomen, moet u de telefoon nooit
aan uw oor houden terwijl de luidspreker actief is.
Een gesprek dempen
Klik tijdens een gesprek op Menu > Mute (Dempen).
Als de microfoon is uitgeschakeld, wordt het pictogram
boven aan het
scherm weergegeven. Klik op Menu > Unmute (Demping uitschakelen) om
de microfoon weer in te schakelen.
46
Telefoonfuncties
3
Hoofdstuk 3
Gegevens synchroniseren
met uw computer
3.1 Synchroniseren
3.2 Microsoft Windows Mobile®
Device Center gebruiken
3.3 Micosoft ActiveSync®
installeren en gebruiken
3.4 Synchroniseren met uw computer
3.5 Synchroniseren via Bluetooth
3.6 Muziek en video synchroniseren
Gegevens synchroniseren met uw computer 49
3.2 Microsoft Windows Mobile® Device Center
gebruiken
Microsoft Windows Mobile® Device Center is de vervanging voor
Microsoft® ActiveSync® op Windows Vista™.
Synchronisatie tussen uw telefoon en pc instellen
1. Sluit uw telefoon op de pc aan. Windows Mobile Device Center wordt
automatisch geconfigureerd en vervolgens geopend.
2. Klik in het scherm met de licentieovereenkomst op Accept
(Accepteren).
3. Klik in het beginscherm van Windows Mobile Device op Set up your
device (Uw apparaat instellen).
Opmerking Kies Connect without setting up your device (Aansluiten zonder
apparaat in te stellen) als u alleen mediabestanden wilt kopiëren,
wilt controleren op updates en uw telefoon wilt verkennen, maar
geen gegevens van Outlook wilt synchroniseren.
4. Selecteer de gegevenstypen die u wilt synchroniseren en klik
vervolgens op Next (Volgende).
5. Voer een apparaatnaam in voor uw telefoon en klik op Set Up
(Instellen).
Als u de wizard hebt voltooid, synchroniseert Windows Mobile Device
Center automatisch de gegevens op de telefoon. Na de synchronisatie
worden e-mailberichten en andere gegevens uit Outlook weergegeven op
uw telefoon.
4
Hoofdstuk 4
De telefoon beheren
4.1 De telefoon aan uw persoonlijke
wensen aanpassen
4.2 Programmas toevoegen en verwijderen
4.3 Taak- en geheugenbeheer
4.4 Bestanden beheren en reservekopieën maken
4.5 Uw telefoon beveiligen
4.6 Uw telefoon opnieuw opstarten
4.7 De standaardinstellingen van de
telefoon herstellen
56
De telefoon beheren
4.1 De telefoon aan uw persoonlijke wensen
aanpassen
Het beginscherm instellen
De meeste taken worden vanuit het beginscherm gestart. Vanuit het
beginscherm kunt u toegang krijgen tot alle functies en programmas.
Het beginscherm aanpassen
1. Klik in het beginscherm op Start > Settings (Instellingen) > Home
Screen (Beginscherm).
2. Geef bij Home screen layout (Indeling beginscherm), Color scheme
(Kleurenschema), Background image (Achtergrondafbeelding) en
Time out (Time-out) de gewenste instellingen op. Klik vervolgens op
Done (Gereed).
Een achtergrondafbeelding instellen
1. Klik in het beginscherm op Start > Pictures & Videos (Afbeeldingen
en videos).
2. Selecteer de afbeelding die u als achtergrond wilt gebruiken. Klik op
View (Weergeven) of druk op Enter OK om de afbeelding groter weer
te geven.
3. Klik op Menu > Use as Home Screen (Gebruiken als Beginscherm).
4. Gebruik de navigatietoets om het gewenste gedeelte van de
afbeelding te selecteren en klik op Next (Volgende).
Opmerking Als de afbeelding op het scherm past, wordt deze stap
overgeslagen.
5. Selecteer in Adjust the transparency (Pas de doorzichtigheid aan)
een hoger percentage om de afbeelding transparanter te maken en
klik vervolgens op Finish (Voltooien).
De telefoon beheren 57
De datum , tijd , taal en overige landinstellingen opgeven
In uw telefoon zijn standaard de juiste landinstellingen voor uw regio
ingesteld.
De landinstellingen wijzigen
U kunt een taal en regio kiezen en de gewenste notatie voor de datum en
tijd, getallen en valutas instellen.
1. Klik in het beginscherm op Start > Settings (Instellingen) > Regional
Settings (Landinstellingen).
2. Stel bij Language (Taal) de gewenste taal in.
3. Selecteer bij Locale (Landinstellingen) de gewenste opties voor
de gekozen taal. De instellingen die u hier kiest hebben invloed op
de overige instellingen (bijvoorbeeld de notatie van datum, tijd en
valutas).
4. Klik op Done (Gereed).
De datum en tijd instellen
1. Klik in het beginscherm op Start > Settings (Instellingen) > Clock &
Alarm (Klok en alarmsignalen) > Date and Time (Datum en tijd).
2. Stel de Time zone (Tijdzone), Date (Datum) en Time (Tijd) in en klik
vervolgens op Done (Gereed).
Het type melding bij gebeurtenissen of acties instellen
Een profiel is een groep instellingen die bepaalt op welke manier u wordt
gewaarschuwd bij gebeurtenissen zoals een binnenkomende oproep of
kennisgeving.
Het huidige profiel wijzigen
1. Klik in het beginscherm op Profile [type] (Profiel [type]). Voorbeeld:
Profile Normal (Profiel Normaal).
2. Kies een nieuw profiel en klik vervolgens op Done (Gereed).
Tip Als u snel het profiel wilt wijzigen, drukt u kort op de knop Aan/Uit om het
snelmenu weer te geven en kiest u vervolgens een profiel.
60
De telefoon beheren
Instellingen voor prestaties en onderhoud instellen
De toegankelijkheidsinstellingen wijzigen
1. Klik in het beginscherm op Start > Settings (Instellingen) >
Accessibility (Toegankelijkheid).
2. Geef de volgende instellingen op:
Geef bij System font size (Lettertype systeem) aan hoe groot de
tekst op het scherm moet worden weergegeven.
Stel bij Multipress time out (Toetsenbordinterval) het gewenste
interval in voor het invoeren van verschillende tekens in de
Multidruk-tekstinvoermodus.
Geef bij Confirmation time out (Time-out bij bevestiging) de
gewenste time-out voor niet-bevestigde acties op.
Stel bij In-call alert volume (Inkom.-oproepvolume) het gewenste
volume in voor de melding van binnenkomende oproepen of
nieuwe berichten terwijl u in gesprek bent.
3. Klik op Done (Gereed).
Instellingen voor energiebeheer wijzigen
Via het onderdeel Power Management (Energiebeheer) kunt u de batterij
controleren en de telefoon zodanig instellen dat de gebruiksduur van de
batterij wordt geoptimaliseerd.
1. Klik in het beginscherm op Start > Settings (Instellingen) > Power
Management (Energiebeheer).
2. Pas de beschikbare instellingen aan:
In Light Sensor Enable (Lichtsensor ingeschakeld) schakelt u
de lichtsensor in of uit. Als deze functie is ingeschakeld, wordt
achtergrondverlichting onder het toetsenblok en toetsenbord
ingeschakeld als de lichtsensor meet dat het donker wordt.
Selecteer bij When device is turned on, do not charge the
battery when connected to PC (Ingeschakeld apparaat niet
opladen als dit is aangesloten op de pc) Off (Uit) als u wilt dat de
telefoonbatterij wordt opgeladen wanneer de telefoon met de
USB-kabel is aangesloten op de pc.
3. Klik op Done (Gereed).
Tip Main battery (Hoofdbatterij) geeft de resterende gebruiksduur van de
batterij aan.
De telefoon beheren 65
4.5 Uw telefoon beveiligen
U kunt uw telefoon beveiligen tegen gebruik door onbevoegden door in
te stellen dat een PIN-code (Persoonlijk Identificatienummer) moet worden
ingevoerd, voordat een oproep wordt gestart. Daarnaast kunt u ook het
toetsenblok/toetsenbord of de hele telefoon blokkeren.
De PIN-code voor de SIM-kaart inschakelen
1. Klik in het beginscherm op Start > Settings (Instellingen) > Security
(Beveiliging) > Enable SIM PIN (SIM PIN-code inschakelen).
2. Voer uw PIN-code in en klik vervolgens op Done (Gereed).
Opmerking Druk op de knop Home om de bewerking te annuleren zonder de PIN-
code voor de SIM-kaart in te schakelen.
De PIN-code voor de SIM-kaart uitschakelen
1. Klik in het beginscherm op Start > Settings (Instellingen) > Security
(Beveiliging) > Disable SIM PIN (SIM PIN-code uitschakelen).
2. Voer uw PIN-code in en klik vervolgens op Done (Gereed).
De PIN-code voor de SIM-kaart wijzigen
Zorg ervoor dat u uw PIN-code niet vergeet. Als u de PIN-code voor de SIM-
kaart inschakelt, moet u de PIN-code opgeven om de telefoonblokkering
op te heffen.
1. Klik op Start > Settings (Instellingen) > Security (Beveiliging) >
Change SIM PIN (SIM PIN-code wijzigen).
2. Voer bij Old PIN (Oude PIN-code) de huidige PIN-code in.
3. Voer uw nieuwe PIN-code in en bevestig deze. Klik vervolgens op
Done (Gereed).
Het toetsenblok en toetsenbord blokkeren
Als het toetsenblok of toetsenbord is geblokkeerd, kan het niet meer
worden gebruikt. Deze functie is bijvoorbeeld handig als u uw telefoon
ingeschakeld in uw jaszak wilt dragen en u wilt voorkomen dat per ongeluk
op toetsen wordt gedrukt.
De telefoon beheren 67
4.6 Uw telefoon opnieuw opstarten
Start uw telefoon opnieuw op als een programma niet correct werkt of als
de telefoon niet reageert wanneer u toetsen indrukt.
De telefoon opnieuw opstarten
1. Verwijder de batterij.
2. Wacht drie seconden, plaats vervolgens de batterij weer en schakel
uw telefoon in.
Waarschuwing! Als u de telefoon opnieuw opstart terwijl er een programma actief is,
gaan alle gegevens die niet zijn opgeslagen verloren.
4.7 De standaardinstellingen van de telefoon
herstellen
Wanneer u de standaardinstellingen van de telefoon herstelt, worden alle
gegevens uit het geheugen verwijderd en worden de fabrieksinstellingen
van het toestel hersteld.
Waarschuwing! Al uw gegevens worden verwijderd. Daarom wordt u geadviseerd
een reservekopie van uw gegevens te maken voordat u de
standaardinstellingen van de telefoon herstelt.
De standaardinstellingen herstellen
1. Klik op Start > Expert > Clear Storage (Geheugen wissen).
2. Volg de aanwijzingen op het scherm om de standaardinstellingen van
de telefoon te herstellen.
Als de standaardinstellingen zijn hersteld, wordt de telefoon opnieuw
opgestart.
68
De telefoon beheren
5
Hoofdstuk 5
Telefoongegevens organiseren
5.1 Contactpersonen
5.2 SIM Manager
5.3 Agenda
5.4 Taken
5.5 Quick Notes
5.6 Spraaknotities
70
De telefoon beheren
5.1 Contactpersonen
Contacts (Contactpersonen) is uw adresboek en informatieopslagruimte
voor de mensen en bedrijven waarmee u communiceert.
Als u op uw pc met Outlook werkt, kunt u contactpersonen op de telefoon
en de pc synchroniseren.
Een contactpersoon maken op uw telefoon
Een nieuwe contactpersoon maken op uw telefoon
1. Klik in het beginscherm op Contacts (Contactpersonen) (indien
beschikbaar) of klik op Start > Contacts (Contactpersonen) > New >
(Nieuw) Outlook Contact (Outlook-contactpersoon).
Als u een nieuwe contactpersoon wilt maken op uw SIM-kaart,
selecteert u SIM Contact (SIM-contactpersoon). U kunt ook met SIM
Manager contactpersonen toevoegen aan uw SIM-kaart. Zie “SIM
Manager in dit hoofdstuk voor meer informatie over SIM Manager.
2. Voer gegevens in over de nieuwe contactpersoon.
Als u snel wilt weten door wie u wordt gebeld, kunt u aan elke
contactpersoon in Outlook een eigen beltoon toewijzen. Als u een
eigen beltoon wilt toewijzen, bladert u naar Custom ring tone
(Aangepaste beltoon), klikt u hierop en selecteert u de gewenste
beltoon.
Als u een afbeelding wilt toewijzen aan een contactpersoon,
bladert u naar Pictures (Afbeeldingen), klikt u op Select a picture
(Afbeelding selecteren) en selecteert u de gewenste afbeelding.
U verwijdert de afbeelding door te klikken op Menu > Remove
Picture (Afbeelding verwijderen).
3. Klik op Done (Gereed).
Tip Als iemand die niet in uw lijst met contactpersonen staat, u belt of u een
bericht stuurt, kunt u een contactpersoon maken vanuit Call History
(Oproepgeschiedenis) of vanuit het bericht door op Menu > Save to
Contacts (Opslaan in Contactpers.) te klikken.
De telefoon beheren 71
Een contactpersoon bewerken en bellen
Contactgegevens weergeven en bewerken
1. Klik in het beginscherm op Start > Contacts (Contactpersonen).
2. Selecteer de contactpersoon van wie u de gegevens wilt weergeven
of bewerken en klik op Menu > Edit (Bewerken).
3. Wanneer de wijzigingen zijn voltooid, klikt u op Done (Gereed).
Een contactpersoon bellen vanuit de lijst met contactpersonen
1. Klik in het beginscherm op Start > Contacts (Contactpersonen).
2. Selecteer de contactpersoon die u wilt bellen, en druk op (
). Het
standaardtelefoonnummer van de contactpersoon wordt gekozen.
Tip Als u een ander nummer dan het standaardtelefoonnummer wilt bellen,
selecteert u de contactpersoon, bladert u naar het gewenste nummer en
drukt u op ( ).
Contactpersoon zoeken
Een contactpersoon zoeken
1. Klik in het beginscherm op Start > Contacts (Contactpersonen).
Opmerking Als de naamweergave niet actief is, klikt u op Menu > View By
(Weergeven op) > Name (Naam).
2. Voer een van de volgende handelingen uit:
Begin een naam of telefoonnummer van de contactpersoon in te
voeren totdat de contactpersoon wordt weergegeven. Als u op
een toets drukt, bijvoorbeeld 5, worden de voor- en achternamen
weergegeven die beginnen met J, K en L, en de telefoonnummers
die beginnen met 5. Met elke volgende toets waarop u drukt,
wordt de zoekactie verder verfijnd.
Als u categorieën hebt toegewezen (bijv. Business (Zakelijk))
aan de contactpersonen in Outlook, kunt u de lijst met
contactpersonen filteren op categorie. Klik in de lijst met
contactpersonen op Menu > Filter, klik vervolgens op een
categorie. Als u weer alle contactpersonen wilt weergeven,
selecteert u All Contacts (Alle contactpersonen).
72
De telefoon beheren
Als u voor de contactpersonen in Outlook gegevens hebt
ingevoerd onder Company (Bedrijf), kunt de contactpersonen die
voor een bepaald bedrijf werken snel vinden op uw telefoon. Klik
in de lijst met contactpersonen op Menu > View By (Weergeven
op) > Company (Bedrijf). Selecteer een bedrijf om te zien welke
contactpersonen er werken.
Contactgegevens delen
Contactgegevens beamen naar een ander apparaat via Bluetooth
1. Klik in het beginscherm op Start > Contacts (Contactpersonen) en
selecteer vervolgens de contactpersoon waarvan u de gegevens wilt
beamen.
2. Klik op Menu > Send Contact (Gegevens contactpersoon verzenden)
> Beam (Beamen).
3. Selecteer het apparaat waarnaar u de contactgegevens wilt beamen
en klik op Beam (Beamen).
Opmerking Zorg voor het beamen dat Bluetooth is ingeschakeld en ingesteld op de
modus Visible (Zichtbaar) op uw telefoon en het mobiele apparaat waarnaar
u wilt beamen. Zie “Bluetooth” in hoofdstuk 8 voor meer informatie.
Contactgegevens verzenden via een SMS-bericht
1. Klik in het beginscherm op Start > Contacts (Contactpersonen) en
selecteer vervolgens de contactpersoon waarvan u de gegevens wilt
verzenden.
2. Klik op Menu > Send Contact (Gegevens contactpersoon verzenden)
> Text Message (SMS-bericht). Selecteer de gegevens die u wilt
verzenden en klik vervolgens op Done (Gereed).
3. Geef in het nieuwe SMS-bericht het mobiele telefoonnummer op
van de persoon aan wie u de gegevens van de contactpersoon wilt
verzenden en klik op Send (Verzenden).
Contactgegevens verzenden via MMS
1. Klik in het beginscherm op Start > Contacts (Contactpersonen).
2. Selecteer een contactpersoon en klik vervolgens op Menu > Send as
vCard(Verzenden als vCard).
3. Voer op de regel To (Aan) van het MMS-bericht de geadresseerde in
en klik op Send (Verzenden).
De telefoon beheren 73
Als de geadresseerde het gebeamde bericht, SMS-bericht of MMS-bericht
accepteert, worden de contactgegevens die u verzendt, automatisch
opgeslagen in de contactpersonenlijst van de geadresseerde.
5.2 SIM Manager
In SIM Manager (SIM-beheer) kunt u de gegevens op uw SIM-kaart
weergeven en contactpersonen van de SIM-kaart naar uw telefoon
kopiëren en vice versa.
Een contactpersoon maken op de SIM-kaart
1. Klik op Start > Expert > SIM Manager (SIM-beheer) .
2. Klik op New (Nieuw) en voer de naam en het telefoonnummer van de
contactpersoon in.
3. Klik op Save (Opslaan).
Tip Als u contactgegevens op de SIM-kaart wilt wijzigen, klikt u op een
contactpersoon en bewerkt u de gegevens. Klik na het wijzigen op
Save (Opslaan).
SIM-contactpersonen kopiëren naar uw telefoon
1. Klik op Start > Expert > SIM Manager (SIM-beheer).
2. Selecteer een SIM-contactpersoon of selecteer alle SIM-
contactpersonen door te klikken op Menu > Select All (Alles
selecteren).
3. Klik op Menu > Save to Contacts (Opslaan in Contactpersonen).
Contactpersonen van de telefoon kopiëren naar de SIM-kaart
U kunt slechts één telefoonnummer per contactpersoon opslaan op een
SIM-kaart. Wanneer u een contactpersoon naar uw SIM-kaart kopieert met
meer dan één telefoonnummer, slaat SIM Manager elk nummer op onder
een aparte naam.
SIM Manager plaatst een indicator achter elke naam om de nummers onder
verschillende contactpersonen op de SIM-kaart te kunnen opslaan. U kunt
deze indicator eerst bewerken voordat u begint met het kopiëren van
contactpersonen naar de SIM-kaart.
De telefoon beheren 75
5.3 Agenda
Gebruik Calendar (Agenda) om afspraken te plannen, zoals vergaderingen
en andere gebeurtenissen. Als u op uw pc met Outlook werkt, kunt u
afspraken tussen de telefoon en de pc synchroniseren.
Een persoonlijke afspraak maken
Opties instellen voor Agenda
1. Klik in het beginscherm op Start > Calendar (Agenda).
2. Klik op Menu > Tools > (Extra) Options (Opties).
3. Blader door de beschikbare instellingen en stel de gewenste
standaardopties in.
4. Klik op Done (Gereed).
Een afspraak plannen
1. Klik in het beginscherm op Start > Calendar (Agenda).
2. Klik op Menu > New Appointment (Nieuwe afspraak).
3. Voer gegevens over de afspraak in.
Als u een dagvullend evenement plant, selecteert u bij End time
(Eindtijd) de optie All day event (Hele dag).
Klik op Occurs (Komt voor) als u de afspraak terugkerend wilt
maken.
4. Klik op Done (Gereed).
Opmerking Gebeurtenissen die een hele dag duren, bezetten geen
tijdblokken in de agenda. In plaats daarvan worden ze in een band
boven aan de agenda weergegeven.
Afspraken weergeven
Uw afspraken bekijken
U kunt uw afspraken in drie verschillende weergaven bekijken: maand-,
week- en agendaweergave.
1. Klik in het beginscherm op Start > Calendar (Agenda).
2. Klik op de linkersoftkey of klik op Menu en kies de gewenste
weergave.
6
Hoofdstuk 6
Berichten uitwisselen
6.1 Berichten
6.2 SMS-berichten
6.3 MMS-berichten
6.4 E-mailaccounts instellen
6.5 E-mail
178
Index
Internet 113
I
nternet Explorer Mobile 26, 118
Internet Sharing 26, 120
Invoegen, lange pauze in kiesreeks 44
K
Kopiëren
- afbeeldingen en videos 138
- bestanden tussen telefoon en
pc 62
- contactpersonen naar SIM-kaart 73
- geluidsbestand naar telefoon 59
- mediabestanden van pc naar
telefoon 143
- SIM-contactpersonen naar telefoon
73
L
LED-indicatorlampjes 20
Lettergrootte (scherm) 60
Lettertype systeem 60
Licenties en beveiligde media 142
Luidspreker 43
M
Markeren, berichten 102
Mediabestanden bekijken 139
Media afspelen 144
Meldingen 57
Messaging (Berichten) 26
- Outlook e-mail 88
Messenger 27
microSD-kaart 23
microSD-kaart installeren 23
Microsoft ActiveSync 50
Microsoft Windows Mobile Device
Center 49
MIDlets installeren
- lokaal 154
- van internet 153
- van PC 153
MIDlets uitvoeren 154
MIDlet Manager 27
MMS
- maken en verzenden 86
- MMS-instellingen 85
- toegang tot MMS 84
MMS-berichten bekijken en
beantwoorden 87
MMS video (vastlegmodus) 134
Modem
- Bluetooth-modem 128
- USB-modem 120
MP3 Trimmer 151
Multidruk-modus 29
Music Player 148
Muziek instellen als beltoon 150
N
Numerieke modus 30
O
Onderdelen en accessoires 16
Ontvangen
- MMS-bericht 87
- oproep 42
Opnieuw opstarten, telefoon 67
Oproepgeschiedenis 26
Oproep beantwoorden/beëindigen 42
Oproep in de wacht zetten 42
178


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for HTC s710 at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of HTC s710 in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 2,39 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

Others manual(s) of HTC s710

HTC s710 User Manual - German - 179 pages


The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info