Situatie E: Gedeelde telefoon-/faxlijn ............................................................................... 221
Situatie F: Gedeelde gespreks-/faxlijn met voicemail ...................................................... 222
Situatie G: Gedeelde faxlijn met computermodem (er komen geen gespreksoproepen
binnen) ............................................................................................................................. 223
De printer installeren met een computermodem voor inbellen ........................ 223
De printer installeren met een DSL/ADSL-computermodem .......................... 224
Situatie H: Gedeelde lijn voor gespreks- en faxoproepen met computermodem ............ 226
Gedeelde gespreks-/faxlijn met computermodem voor inbellen ..................... 226
Gedeelde gespreks-/faxlijn met DSL/ADSL-computermodem ........................ 228
Situatie I: Gedeelde lijn voor gesprekken/fax met antwoordapparaat ............................. 230
Situatie J: Gedeelde lijn voor zowel gespreks- als faxoproepen, een computermodem
en een antwoordapparaat ................................................................................................ 231
Gedeelde lijn voor zowel gespreks- als faxoproepen, een computermodem
voor inbellen en een antwoordapparaat .......................................................... 231
Gedeelde lijn voor zowel gespreks- als faxoproepen, een DSL/ADSL-
modem en een antwoordapparaat .................................................................. 233
Situatie K: Gedeelde lijn voor gespreks- en faxoproepen met een computermodem
voor inbellen en voicemail ............................................................................................... 235
Seriële faxinstallatie ......................................................................................................................... 238
Test Faxinstallatie ............................................................................................................................ 239
Bijlage D Netwerkinstallatie ............................................................................................................................. 240
De printer instellen voor draadloze communicatie ........................................................................... 241
Voordat u begint .............................................................................................................. 241
De printer instellen op uw draadloos netwerk .................................................................. 242
Printer configureren via de printersoftware van HP ........................................ 242
De printer aansluiten met de wizard Draadloze installatie .............................. 242
De printer instellen met WiFi-beschermde instellingen (WPS) ....................... 242
De printer aansluiten door middel van de drukknopmethode ......... 243
De printer aansluiten met de PIN-methode .................................... 243
De printer instellen vanaf de geïntegreerde webserver (EWS) ....................... 244
De verbindingsmethode wijzigen ..................................................................................... 244
Een Ethernet-verbinding wijzigen in een draadloze verbinding ...................... 245
Wijzig de verbinding van een USB-verbinding in een draadloze verbinding ... 245
Draadloze verbinding wijzigen in een USB- of Ethernet-verbinding ................ 245
De draadloze verbinding testen ....................................................................................... 245
Richtlijnen om de beveiliging van het draadloos netwerk te gara
nderen ......................... 246
Overzicht beveiligingsinstellingen ................................................................... 246
Hardware-adressen toevoegen aan een draadloze router (MAC-filteren) ...... 246
Andere draadloze veiligheidsrichtlijnen ........................................................... 247
Richtlijnen voor het verminderen van storing op een draadloos netwerk ........................ 247
xiv NLWW