3. Druk op Menu > Edit Mode (Bewerkingsmodus) om het bestand te bewerken.
4. Druk op Menu > Opslaan als en voer de naam in. Selecteer de gewenste locatie voor het bestand
en druk op Opslaan.
MS Word-toepassingen gebruikt u als volgt:
1. Druk op Start > Office Mobile > Word Mobile.
2. Navigeer naar het bestand dat wilt openen, selecteer dit en druk vervolgens op de knop Actie.
3. Druk op Menu > Edit Mode (Bewerkingsmodus) om het bestand te bewerken.
4. Druk op Menu > Opslaan als en voer de naam in. Selecteer de gewenste locatie voor het bestand
en druk op Opslaan.
MS PowerPoint-toepassingen gebruikt u als volgt:
1. Druk op Start > Office Mobile > PowerPoint Mobile.
2. Navigeer naar het bestand dat wilt openen, selecteer dit en druk vervolgens op de knop Actie.
3. Druk op Menu > Edit Mode (Bewerkingsmodus) om het bestand te bewerken.
4. Druk op Menu > Opslaan als en voer de naam in. Selecteer de gewenste locatie voor het bestand
en druk op Opslaan.
Bestandsbeheer
Druk op Start > Meer > Bestandsbeheer om Bestandsbeheer te openen.
Bestanden en mappen weergeven gaat als volgt:
●
Tree View (Boomweergave): geeft de gehele bestandsstructuur in het geheugen van de telefoon
weer. De functies van de Tree View (Boomweergave) zijn voornamelijk gericht op het beheer van
mappen.
●
List View (Lijstweergave): geeft de geselecteerde map weer inclusief submappen en bestanden.
De functies van de List View (Lijstweergave) zijn voornamelijk gericht op bestanden.
Bestanden/mappen verwijderen gaat als volgt:
1. Navigeer door de Tree View (Boomweergave) of de List View (Lijstweergave) om het te
verwijderen bestand te selecteren en druk op Menu > Bestand > Verwijderen.
2. Druk op Ja om de verwijdering uit te voeren.
Bestanden/mappen kopiëren/plakken gaat als volgt:
1. Navigeer door de Tree View (Boomweergave) of de List View (Lijstweergave) om het te kopiëren
bestand te selecteren en druk op Menu > Bestand > Kopiëren naar.
2. Navigeer door de List View (Lijstweergave) om de bestemmingsmap te selecteren en druk op
Menu > Plakken om het bestand te plakken.
U maakt als volgt een snelkoppeling:
1. Navigeer door de Tree View (Boomweergave) of de List View (Lijstweergave) om het bestand te
selecteren waarnaar u een snelkoppeling wilt maken en druk op Menu > Bestand >
Snelkoppeling maken.
2. Navigeer door de Tree View
(Boomweergave) of de List View (Lijstweergave) om de map te
selecteren waarin de snelkoppeling moet worden opgeslagen en druk op Gereed.
Bestandsbeheer 65