NL 39ONDERHOUD
6. ONDERHOUD
6.1 VEILIGHEIDSADVIEZEN
Haal de sleutel uit het contact en lees de bijgeleverde instruc-
ties alvorens enige reinigings-, onderhouds- of reparatiewerkzaamheden te ver-
richten.Trek voor het demonteren en monteren van de messen en voor alle hande-
lingen die gevaarlijk kunnen zijn voor de handen geschikte kleding en
werkhandschoenen aan.
Gebruik de machine nooit als er onderdelen versleten of
beschadigd zijn. Deze onderdelen dienen vervangen te worden en mogen nooit
gerepareerd worden. Gebruik alleen originele reserveonderdelen; onderdelen met
andere kenmerken kunnen de machine beschadigen en gevaarlijk zijn voor uw vei-
ligheid en dat van anderen.
Gooi afgewerkte olie, oude benzine of andere vervuilende produk-
ten nooit achteloos weg.
Overzicht van de belangrijkste problemen waarbij ingegrepen moet worden
6.2 PERIODIEK ONDERHOUD
6.2.1 A
LGEMEEN ONDERHOUD EN SMERING
De schema's volgen die de punten onderhavig aan nazichten, smering en regelmatig
onderhoud aangeven met de aanduiding van het type van te gebruiken smeerproduct en
van de periodiciteit die moet gevolgd worden bij de ingrepen.
BELANGRIJK
̆
!
LET OP!
̆
!
LET OP!
Als ...
De messen trillen
Het gras wordt uitgerukt en het gazon ver-
geelt
De hoogte van het gras onregelmatig is
Het inschakelen van de messen onregel-
matig verloopt
De remmen niet goed werken
Het rijden schokkend verloopt
De opvangzak elke keer opspringt en open
neigt te gaan
dient het volgende te worden uitgevoerd ...
Controleer of ze goed vastzitten (☛ 6.3.1) of stel ze bij (☛ 6.3.1).
Slijp de messen (☛ 6.3.1).
Stel de maaihoogte van het maaidek bij (☛ 6.3.2).
Stel de regelaar van de messenkoppeling opnieuw in (☛ 6.3.3).
Stel de remveer bij (☛ 6.3.4).
Stel de veer van het koppelstuk bij (☛ 6.3.5).
Stel de veer bij (☛ 6.3.6).