NL 51RICHTLIJNEN OM PROBLEMEN VAST TE STELLEN
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
7. Bij het inschakelen
van de messen slaat de
motor af
8. Het controlelampje
van de accu gaat niet
uit na enkele minuten
9. Het controlelampje
van de olie gaat bran-
den tijdens het werk
( HF2220)
10. De motor slaat af
en het geluidssignaal
treedt in werking
11. De motor slaat af
zonder enig geluidssig-
naal
12. Het controlelampje
van de messen gaat
niet uit na het ontkop-
pelen van de messen
( modellen met een
koppelingshendel)
13. De messen schake-
len zich niet in
( modellen met een
koppelingshendel)
➤
➤
➤
– er geen toestemming tot het inschakelen
is gegeven (☛ 5.2)
– de batterij niet op de juiste manier wordt
opgeladen
– er problemen zijn met de smering van de
motor
De bescherming van de elektronische kaart
is in werking getreden doordat:
– de microschakelaar massa maakt
– de accu chemisch wel actief, maar niet
opgeladen is
– er te veel spanning is, veroorzaakt door
de laadregelaar
– de accu niet goed verbonden is (er wordt
onjuist contact gemaakt)
– de massa van de motor niet goed is
– de accu is niet aangesloten
– er is geen massa op de motor
– problemen aan de motor
– de hendel keert niet terug in de ontkop-
pelstand doordat er zich gras heeft opge-
hoopt ter hoogte van de stopschakelaar
– een uitgerekte kabel of de drijfriem is los-
ser geworden
– neem op de juiste manier plaats (mocht
het probleem aanhouden, controleer de
microschakelaar)
– controleer de bevestiging van de
opvangzak of de steenbeschermkap
(mocht het probleem aanhouden, contro-
leer de microschakelaar)
– controleer de aansluitingen
Zet de sleutel onmiddelijk in de «STOP»
stand:
– controleer het oliepeil (☛ 5.3.3)
– vervang de filter (bij aanhouding van het
probleem dient er contact te worden
opgenomen met een dealer)
Zet de sleutel in de «STOP» stand en zoek
de oorzaak:
– controleer de aansluitingen
– laad de accu opnieuw op (☛ 6.2.5)
– neem contact op met een dealer
– controleer de aansluitingen (☛ 3.4)
– controleer de massa van de motor
– controleer de aansluitingen (☛ 3.4)
– controleer de massa op de motor
– neem contact op met een dealer
– verwijder alle grasresten (toegang vanaf
het inspectiedeurtje)
– stel het bij met de regelaar (☛ 6.3.3)