BEDIENINGSORGANEN 5
1
Netschakelaar: druk op deze toets om de
AVR in te schakelen. Is de schakelaar ingedrukt,
dan staat het apparaat in standby, wat wordt
aangegeven door de oranje LED
3
. Wanneer
deze toets NIET ingedrukt is, werkt het apparaat
niet. Om het apparaat geheel uit te schakelen en
ook de afstandsbediening te blokkeren, deze
schakelaar indrukken zodat deze naar buiten
komt en het woord ‘OFF’ (uit) op de bovenzijde
van de schakelaar zichtbaar wordt.
Opmerking: Laat deze schakelaar normaal
gesproken in de positie ON (aan) staan.
2
Standby: wanneer de netschakelaar
1
ingedrukt is, drukt u op deze toets om de AVR i
n te schakelen. Druk deze knop opnieuw in om
het apparaat uit (standby) te schakelen. De licht-
netindicatie
3
wordt blauw als het
apparaat aan staat.
3
Lichtnetindicatie: licht oranje op tijdens
standby, als teken dat het apparaat gereed is
voor gebruik. Ingeschakeld licht deze blauw op.
4
Hoofdtelefoonuitgang: sluit hierop een
hoofdtelefoon aan om ongestoord te kunnen
luisteren. Gebruik een hoofdtelefoon met een
standaard 6,3 jackplug. Zodra de hoofdtelefoon
wordt aangesloten, worden de luidsprekers
uitgeschakeld.
Bij het configureren van uw systeem met EzSet+
wordt de kalibratie microfoon hierop aangesloten
via de bijgeleverde adapter die de kleine mini-
plug van de microfoon in een 1/4" jackplug
omzet.
5
Surround groep: indrukken om de eerste
groep surround functies te kiezen. Telkens wan-
neer u drukt wordt de volgende groep gekozen
in deze volgorde: Dolby functies ➜ DTS Digital
functies ➜ DSP functies ➜ Stereo functies ➜
Logic 7 functies, enz.
Na het indrukken verschijnt de naam van de
gewenste surround functiegroep in de Onderste
Displayregel
˜
en dan drukt u op Surround
Functiekeuze
9
om door de beschikbare func-
ties te schakelen. Druk hier bijvoorbeeld op om
de gewenste Dolby functie te kiezen en druk dan
op Surround Functiekeuze
9
om de verschil-
lende opties te kiezen.
6
Luidsprekerkeuze: kiest de luidsprekers die
in uw kamer worden gebruikt. Zie pagina 23
voor meer informatie over installatie en configu-
ratie.
7
Insteltoetsen: bij het vastleggen van de
configuratie kiest u met deze toetsen uit de
beschikbare mogelijkheden die in de display
˜
worden aangegeven.
8
Klankregeling in/uit: de klankregeling en
balans worden ingeschakeld door deze toets in
te drukken. De indicatie
TONE IN verschijnt in
de display
˜
en met de regelaars lage tonen
, hoge tonen
Ú
en balans
Ò
kan het sig-
naal naar de luidsprekers worden gecorrigeerd.
Staat de indicatie
TONE OUT in de display,
dan wordt het signaal ‘recht’ weergegeven.
Bedieningsorganen
1
2
3
4
5
6
7
8
9
)
!
@
#
$
%
^
&
*
(
Ó
Ô
Ò
Ú
Û
Ù
ı
ˆ
˜
¯
Hoofd Netschakelaar
Systeemschakelaar
Lichtnetindicatie
Hoofdtelefoonuitgang
Surround Functie Groep Keuze
Luidsprekerkeuze
Insteltoetsen
Klankregeling in/uit
Surround Functiekeuze
Afstemmen
FM/MG
Instellen
Voorkeurposities
Luidspreker/Kanaal Indicatie
Ingangskeuze
RDS functies
Vertraging
Digitale ingang 4 optisch
Surroundfunctie indicaties
Digitale ingang 4 coax
Video 4 ingang
Lage tonen
Balans
Hoogregeling
Digitale ingangskeuze
Kanaalkeuze
Volume
Ingangsindicaties
Display
Sensor afstandsbediening