NL
206
BEDIENING
4.28 Naloop ventilator
Het systeem beschikt over een naloopfunctie om
eventueel aanwezige geuren en stoom af te zuigen.
Na afronding van het koken en uitschakeling van
de kookplaat blijft de ventilator draaien. > De au-
tomatische naloop op fase 1 duurt 5 minuten.
Instructie
-
-
0.
Tijdens de naloop wordt er een pulserende punt
getoond op het display van de ventilatorvermo-
gensinstelling.
Als de automatische modus actief is, wordt “A” op
het display weergegeven. In de handmatige mo-
dus wordt de naloopfase 1 weergegeven.
De ventilatorsnelheid kan ook tijdens de naloop
worden aangepast.
Druk voor het beëindigen (of aanpassen van het
ventilatorvermogen) van de naloop op positie 13*
van het display van de ventilator en stel de
schuifregelaar in op 0 (of tussen 1 en 9).
4.29 Ventilatortimer
Het is mogelijk om tegelijkertijd met de kookzo-
netimer een ventilatortimer in te stellen. De timer
wordt weergegeven op het display van de timer.
De ventilatortimer begint te lopen na afronding
van het koken.
1. Voorwaarde: De ventilator is actief.
2. Selecteer het display van de ventilatorvermo-
gensinstelling. Op het display van de timer wordt
"---” weergegeven. Druk op het display van de timer.
3. Gebruik de plus- of mintoets om de gewenste tijd
in te stellen.
Het timersymbool van de ventilator licht op.
Instructie :
De volgende situaties kunnen voorkomen:
Situatie 1
-
-
-
Ventilatorfase ingesteld, ventilatortimer ingesteld,
alle kookzones zijn uitgeschakeld.
De kookplaat blijft ingeschakeld; de ventilatorfase
blijft actief zolang de timer loopt.
Na afloop wordt de kookplaat volledig uitge-
schakeld.
Situatie 2
-
-
-
Ventilatorfase ingesteld, timer ingesteld, kook-
plaat uitgeschakeld met toets ON/OFF.
De naloopfase 1 wordt ingeschakeld en blijft ac-
tief zolang de timer loopt.
Na afloop wordt de kookplaat volledig uitge-
schakeld.
De timer kan worden ingesteld als de ventilator
draait of begint met draaien zodra alle kookzones
zijn uitgeschakeld.