ń
3
NL
Cassettes worden bij auto-radiogebruik aan
een hoge thermischer belasting blootgesteld.
Daarom alleen goede en hittebestendige
C60- en C90-cassettes van een bekend merk
gebruiken.
Tip: Het toestel is op CrO
2
-cassette geopti-
maliseerd. Daarom is bij weergave van Fe-
cassettes (IEC type I) een verhoging van de
hoge tonen met de klankregelaar raadzaam.
Cassette in één oogopslag
Vooruit- en terugspoelen
Desbetreffende toets indrukken:
terugspoelen –
“
m
p
“
y
í
– vooruitspoelen
Beëindigen:
– losgesprongen toets indrukken
of
– automatisch aan het einde van de band.
Versterker
in één oogopslag
Wisselen van cassettekant (reverse)
–
“
m
p
“
y
í
-toetsen gelijktijdig indrukken
of
– automatisch aan het einde van de band
Ń in het display: bovenste kant cassette
Ľ in het display: onderste kant cassette
Cassette eruit schuiven
–
>
-toetsen gelijktijdig tot aan de aanslag
indrukken.
Het toestel schuift de cassette eruit en
schakelt op radio-modus.
De eruit gesprongen cassette kan in het
toestel blijven.
Radio-modus
ɮɮ
Cassette-modus
Cassette in het cassettevakje schuiven, tot ze
vastklikt.
Ń in het display: bovenste kant cassette
Ľ in het display: onderste kant cassette
BASS/TREB
Lage tonen/Hoge tonen – ɤ +
Toets indrukken: Hoge tonen
FAD/BAL Fader/Balans – ɤ +
Toets indrukken: balans
Volume OI/VOLUME
Combiknop draaien:
Volume –
ɧ +
In- en uitschakelen op het toestel
OI/VOLUME
Uit
ʋ In
Display donker: Toestel uitgeschakeld.