36
CASSETTE-MODE
________________________________________________________________________
Opname
Wisbeveiliging van de cassette
Bij elke nieuwe opname wordt de vorige opname overspeeld.
Zelf opgenomen cassettes kunt u tegen onopzettelijk wissen beveiligen door het
veiligheidspalletje uit de opening in de cassette-rug te breken. Bespeelde
muziekcassettes zijn al tegen het per ongeluk wissen beveiligd. Wilt u opnieuw
muziek op een bespeelde muziekcassette opnemen, plak dan een strookje plak-
band op de opening.
Opname van de tuner of een externe programmab-
ron
1 Leg de cassette zonder wisbeveiliging in het cassettevak en zoek de ge-
wenste positie met »
sss6
« of »
5a §
«.
2 Gewenste programmabron – van waar u wilt opnemen (»TUNER« of
»AUX « ) – met »TUNER/BAND« of »TAPE/AUX« kiezen.
3 Opname met »RECORD« voorbereiden.
– Display: »REC PS«, »REC« knippert.
4 Gewenste reversemodus met »TAPE MODE« instellen.
– Naargelang de ingestelde reversemode worden een of beide cassettekan-
ten bespeeld.
5 Start de opname met »
ľı
«.
– Display: »REC« knippert.
Aanwijzingen:
Zijn beide wisbeveiligingen losgebroken, dan verschijnt na het indrukken
van »RECORD« de melding »PROTECT«. Opnemen is niet mogelijk.
Tijdens de opname zijn alle loopwerktoetsen (tot »
■
«) vergrendeld.
6 Beëindig de opname met »
■
«.
Aanwijzing:
De hifi-installatie schakelt aan het einde van de tweede cassettekant automa-
tisch op stop.
4
fq
REC
PRESET
ö
REC S
!
14
P
4
fq
REC
PRESET
ö
PROT CT
!
14
E