1
1. BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Wanneer u de telefoonapparatuur gebruikt, moet u altijd de voorzorgsmaatregelen m.b.t.
de veiligheid in acht nemen om gevaren van brand, elektrische schokken en verwonding
te minimaliseren waaronder het volgende:
1. Lees en begrijp alle instructies.
2. Neem alle op het product aangegeven waarschuwingen en instructies in acht.
3. Neem de verbinding van dit product uit het stopcontact voordat u het schoonmaakt.
Gebruik geen vloeibare reinigingsmiddelen of schoonmaakmiddelen in spuitbussen.
Gebruik een vochtige doek voor het schoonmaken.
4. Gebruik dit product niet vlakbij water (bijv. vlakbij een badkuip, gootsteen of
zwembad).
5. Stel de telefoon niet bloot aan direct zonlicht of extreem koude temperaturen. Plaats
de telefoon niet vlakbij een warmtebron zoals radiatoren, fornuizen, enz.
6. Stopcontacten en verlengsnoeren mogen niet overbelast worden vanwege het gevaar
van brand of elektrische schokken.
7. Neem de verbinding van dit product uit het stopcontact en neem contact op met de
distributeur voor reparaties in de volgende omstandigheden:
• Wanneer de stroomtoevoerkabel of stekker beschadigd of rafelig is.
• Als het product niet normaal werkt terwijl u de bedieningsinstructies volgt.
• Als het product gevallen en het omhulsel beschadigd is.
• Als het product een opvallende prestatieverandering vertoont.
8. Vermijd het gebruik van een telefoon (behalve een daadloos type) tijdens onweer. Er
kan een geringe kans op elektrische schokken vanwege bliksem bestaan.
9. Gebruik de telefoon niet in de buurt van een gaslek om een gaslek te melden.
10. Gebruik alleen maar de meegeleverde NiMH (Nickel Metal Hydride) batterij. De
werkingsperioden voor de handsets gelden alleen voor de standaard
batterijcapaciteiten.
11. Het gebruik van andere batterijtypes of niet-oplaadbare batterijen/primaire cellen kan
gevaarlijk zijn. Deze kunnen storing en/of schade aan het apparaat veroorzaken. De
fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade vanwege niet-naleving.
12. Gebruik geen oplaadstations gemaakt door derden. Dit kan de batterij beschadigen.
13. De batterij mag niet blootgesteld worden aan overmatige hitte (zoals fel zonlicht of
vuur) en mag niet ondergedompeld worden in water.
14. Een stopcontact (voedingsadapter) moet geïnstalleerd worden vlakbij
stekkerapparatuur en moet gemakkelijk te bereiken zijn.
Waarschuwingen m.b.t. afvalverwijdering
1. Als dit symbool van een doorgekruiste afvalcontainer op wielen op een
product zit, betekent dit dat het product onder de Europese Richtlijn
2001/96/EU valt.
2. Alle elektrische en elektronische producten/batterijen moeten apart van het
gemeentelijke afval weggegooid worden via inzamelcentra aangesteld door de
regering of de lokale overheid.
3. Correcte afvalverwijdering van uw oude apparaat/batterij zal potentiële negatieve
consequenties voor de gezondheid van mensen en het milieu voorkomen.