53
52
1
2
Aansluiten van de motorkabel
t ;PSHEBUVIFUWPPSXJFMXFFSDPOGPSNEFJOTUSVDUJFTJO
de fiets heeft gemonteerd.
t -FUFSPQEBUEFLBCFMVJUEFNPUPSBTJOEFVJUTQBSJOH
van de voorvork aan de onderzijde valt, anders
beschadigt u de motorkabel.
t -FUFSPQEBUEFNPUPSLBCFMBDIUFSEFUXFF
kabelgeleidingsbeugeltjes wordt geklemd en druk de
kabel goed aan tegen de uitsparing in de voorvork.
(afb. 51)
t 4MVJUEFUXFFEFMFOWBOEFTUFLLFSWFSCJOEJOHXFFSPQ
elkaar aan en bescherm de stekker weer met de
transparante krimphoes. Plaats een nieuwe, kleine
tyerap (trekbandje) aan de onderkant van de
krimphoes om de waterdichtheid te garanderen en leg
de kabels terug in het verbindingskapje. (afb. 52)
t
Let erop dat de kabel aan de boven- en onderkant achter
de geleidingspalletjes (1 en 2) langs loopt. (afb. 53)
t #FWFTUJHIFUWPPSTUFEFFMWBOIFULBQKFNFUEF
inbusschroeven. Let erop dat de twee helften goed op
elkaar aansluiten en dat er geen kabel in de weg zit.
(afb. 54 + 55)
t 4DIVJGEFBDDVJOEFGJFUTFODPOUSPMFFSPGIFUEJTQMBZ
het doet.
51
54
55
