4. De display
33
34
35
36
37
17
4.3 Bediening van de display
Op uw display bevinden zich zes knoppen:
A. Aan/uit knop van uw display
Middels deze knop zet u de display aan. Door nogmaals op
deze knop te drukken schakelt u de display weer uit (afb. 33).
B. Rij instellingen/minknop
Middels deze knop kunt u verschillende rij instellingen
selecteren. Door meerdere malen op deze knop te drukken
kunt u een van de volgende instellingen selecteren:
t 7MBLEF[FPQUJFTFMFDUFFSUVBMTJOFFOWMBLLFPNHFWJOH
gaat fietsen, dit is tevens de standaard instelling (afb. 34).
t )FVWFMBDIUJHEF[FPQUJFTFMFDUFFSUVBMTVJOFFO
bergachtige omgeving gaat fietsen. Bij lage snelheden
UPULNVXPSEUNFFSPOEFSTUFVOJOHHFHFWFOBGC
t 8JOEUFHFOEF[FPQUJFTFMFDUFFSUVBMTVXJOEUFHFOIFCU
Bij hoge snelheden wordt meer ondersteuning gegeven.
#JKPQUSFLLFOUPULNVXPSEUEF[FMGEFPOEFSTUFVOJOH
gegeven (afb. 36).
t 8JOENFFEF[FPQUJFTFMFDUFFSUVBMTVEFXJOEJOVXSVH
voelt. Bij hoge snelheden wordt minder ondersteuning
HFHFWFO#JKPQUSFLLFOUPULNVXPSEUEF[FMGEF
ondersteuning gegeven (afb. 37).