Het brandstofalarm instellen ............................................... 14
De windmeters weergeven ...................................................... 14
De bron van de snelheid configureren ................................ 14
De bron van de koers voor de windmeter configureren ...... 14
Het bereik van de close hauled-windmeter selecteren ....... 14
De omgevingsmeters weergeven ............................................ 14
De uitlijning van de windmeter configureren ....................... 14
De bron van de koers voor de omgevingsmeter
configureren ........................................................................ 14
De referentietijd voor de barometer instellen ...................... 14
Informatie over getijden, stromingen en zon en maan ............. 14
Informatie van getijdenstation ............................................. 14
Informatie van stromingenstation ........................................ 14
Zon- en maanstanden ......................................................... 15
Gegevens van getijdenstation, stromingenstation of zon- en
maanstanden voor een andere datum weergeven .............. 15
Informatie van een ander getijden- of stromingenstation
weergeven ........................................................................... 15
Almanakgegevens weergeven op de navigatiekaart ........... 15
Echolood ....................................................................... 15
Echoloodweergaven ................................................................ 15
Echoloodweergave op volledig scherm ............................... 15
DownVü echoloodweergave ............................................... 15
SideVü echoloodweergave ................................................. 15
SideVü/DownVü scanning-technologie .......................... 16
Gesplitst zoomscherm voor echoloodweergave ................. 16
Gesplitst frequentiescherm voor echoloodweergave .......... 16
De weergave van echoloodgegevens pauzeren ...................... 16
Een via-punt maken in het echoloodscherm ............................ 16
Echoloodgeschiedenis weergeven .......................................... 16
Het detailniveau aanpassen ..................................................... 16
De kleurintensiteit aanpassen .................................................. 16
Het bereik van de diepte- of breedteschaal aanpassen ........... 16
Het zoomniveau instellen op het echoloodscherm .................. 17
Echoloodfrequenties ................................................................ 17
Frequenties selecteren ........................................................ 17
Een frequentievoorinstelling maken .................................... 17
De a-scope inschakelen ........................................................... 17
Het transducertype selecteren ................................................. 17
Echoloodinstelling ................................................................... 17
Echoloodinstellingen ........................................................... 17
Instellingen voor echoloodweergave ................................... 18
Geavanceerde echoloodinstellingen ................................... 18
Echoloodinstallatie-instellingen ........................................... 18
Instellingen voor echoloodwaarschuwingen ........................ 18
Echoloodopnamen ................................................................... 18
De weergave van echoloodgegevens opnemen ................. 18
De echoloodopname stoppen ............................................. 18
Een echoloodopname verwijderen ...................................... 18
Diepte- en watertemperatuurgrafieken .................................... 18
Het bereik en de tijdschaal voor de grafiek voor diepte- en
watertemperatuur instellen .................................................. 19
Radar ............................................................................. 19
Weergavemodi voor de radar .................................................. 19
Radiosignalen uitzenden .......................................................... 19
De zoomschaal op het radarscherm aanpassen ..................... 19
Tips voor het selecteren van een radarzoomschaal ........... 19
De modus Wachtpost ............................................................... 19
Gepland zenden inschakelen .............................................. 20
De tijd voor stand-by en zenden instellen ........................... 20
Een bewakingszone inschakelen ........................................ 20
Een cirkelvormige bewakingszone inschakelen .................. 20
Een gedeeltelijke bewakingszone inschakelen ................... 20
Een waypoint op het radarscherm markeren ...................... 20
Een lijst met AIS-gevaren weergeven ................................. 20
AIS-schepen op het radarscherm weergeven
..................... 20
VRM en EBL ............................................................................ 20
De VRM en de EBL weergeven .......................................... 20
De VRM en de EBL aanpassen .......................................... 20
Het bereik en de peiling tot een doelobject meten .............. 20
Radaroverlay ............................................................................ 20
Radaroverlay en uitlijning van kaartgegevens .................... 21
Het uitzenden van radarsignalen stopzetten ............................ 21
Het radarbeeld optimaliseren ................................................... 21
Bereik van radarsignalen .................................................... 21
Radarversterking en -storing ............................................... 21
De versterking op het radarscherm automatisch
aanpassen ...................................................................... 21
De versterking op het radarscherm handmatig
aanpassen ...................................................................... 21
De interferentie van nabijgelegen objecten
minimaliseren
................................................................. 21
De interferentie door stralingslobben op het radarscherm
tot een minimum beperken ............................................. 22
Zeeruis op het radarscherm automatisch aanpassen .... 22
Regenruis op het radarscherm aanpassen .................... 22
Radarstoring op het radarscherm verminderen .............. 22
Instellingen voor het radarbeeld .......................................... 22
Radarweergave-instellingen ................................................ 22
Boegcorrectie ...................................................................... 22
De mogelijke boegcorrectie meten ................................. 22
De boegcorrectie instellen .............................................. 22
Digital Selective Calling (DSC) ................................... 23
Netwerkkaartplotter en marifoonfunctionaliteit ......................... 23
DSC inschakelen ..................................................................... 23
DSC-lijst ................................................................................... 23
De DSC-lijst weergeven ...................................................... 23
Een DSC-contactpersoon toevoegen .................................. 23
Inkomende noodoproepen ....................................................... 23
Naar een schip in nood navigeren ...................................... 23
Noodoproepen (man-over-boord) uitvoeren via een
marifoon .............................................................................. 23
MOB-noodoproepen uitvoeren vanaf de kaartplotter .......... 23
Positie bijhouden ...................................................................... 23
Een positiemelding weergeven ........................................... 23
Naar een schip navigeren waarvan u de positie bijhoudt .... 23
Een waypoint maken op de positie van een schip waarvan u
de positie bijhoudt ............................................................... 24
Informatie in een positiemelding bewerken ......................... 24
Een oproep met een positiemelding verwijderen ................ 24
Sporen van schepen weergeven op de kaart ...................... 24
Persoonlijke standaardoproepen ............................................. 24
Een DSC-kanaal selecteren ................................................ 24
Een persoonlijke standaardoproep uitvoeren ...................... 24
Een individuele routineoproep voor een AIS-doel ............... 24
SiriusXM® ..................................................................... 24
Vereisten voor SiriusXM uitrusting en -abonnement ................ 24
Weersverwachtingen ............................................................... 25
Informatie over neerslag weergeven ........................................ 25
Neerslagweergave .............................................................. 25
Informatie over stormkernen en bliksem .................................. 25
Informatie over orkanen ........................................................... 25
Weerwaarschuwingen en weerberichten ................................. 25
Weersverwachting ................................................................... 25
Gegevens over de weersverwachting voor een andere
tijdsperiode weergeven
....................................................... 25
Een weersverwachting voor de scheepvaart of de
verwachting voor buitengaats bekijken ............................... 26
Weerfronten en drukcentra ................................................. 26
Verwachtingen voor steden ................................................. 26
ii Inhoudsopgave